S)e £eidóe(BotiAa/iit JOANNES PETRUS HUIBERS De uitvoering van het Bestand Weldra Arabische aanval in Palestina? Directeur: C. M. VAN HAMERSVELD Hoofdredacteur: TH. WILMER KATHOLIEK DAGBLAD VOQR LEIDEN EN OMSTREKEN WAARIN OPGENOMEN „DE BURCHT" MAANDAG 9 FEBRUARI 1948 39ste JAARGANG No. 11310 Nog geen klare toestand in Indië Bur. Papengracht 32, Telef. Redactie 20015, Adm. en Advert. 2082é, Abonn. 20935 - Abonnementsprijs 0.30 p. w., f 1.30 p. mnd., 3.90 p. kwart. Franco p. p. 4.65 - Advert.: 15 ct p. m.m. Telefoontjes f 1.50 door de genade Gods en de gunst van de Apostolische Stoel, BISSCHOP VAN HAARLEM, ,aan de hem toevertrouwde Geestelijkheid en Gelovigen Za£ig,deid in cle, Ue.eA In het Evangelie van deze Zondag, die onmiddellijk aan de grote Vasten voorafgaat, horen wij onze Goddelij ke Zaligmaker spreken: „Zie, Wij gaan op naar Jerusalem en alles zal vervuld worden, wat door de Pro feten over de Zoon des Mensen ge schreven staat". En dan voorspelt Hij in bijzonderheden: „Want Hij zal worden overgeleverd aan de heide nen en Hij zal worden bespot, mis handeld en bespuwd en zij zullen Hem geselen en doden en de derde dag zal Hij verrijzen". Onze Moeder de H.~Kerk roept haar kinderen op om in de geest met Hem mee te gaan én gedurende de heilige Vastentijd ons bezig te houden met de overweging van het lijden en ster ven van onze Goddelijke Verlosser. Dit is van heel de wereldgeschie denis de allergrootste gebeurtenis, waarvan het heil eter ganse wereld en van ieder van ons afhankelijk is. Het lijden en sterven van Jezus, dat is de bron, waaruit alle goed ons ^toevloeit. Alle heldhaftige deugden en de allerhoogste glorie van alle hei ligen^ in de hemel zijn de vruchten van Jesus' heilig lijden. Maar ook" iedere genade die wij zelf ontvangen en al het werkelijk goede, dat wij verwerven, verkrijgen wij al leen door de verdiensten van Zijn Goddelijk bloed. Wij zijn dus, ieder va\i ons, aan on ze Goddelijke Verlosser allereerst eindeloze dank en liefde schuldig voor dat lijden en sterven dat Hij uit li'efde voor ieder van ons vrijwillig heeft gedragen. Maar het lijden en sterven des He ren is niet alleen de Bron van alle goed, het is ook de Ijoogsté leerschool der ondoorgrondelijke Wijsheid en der Goddelijke Liefde van de Zoon van Go 1. Alles wat onze Goddelijke Zaligmaker tijdens zijn aardse leven ons door woord en voorbeeld heeft geleerd, zien wij pas in volle duide lijkheid op het ogenblik van zijn al- lersmerteiijkst lijden en allersmade- lijkst sterven, dat Hij in alle bijzon derheden kende en toch geheel vrijwillig op Zich neemt. Daai* zien wij eerst goed, wat lief de' is en wat Hij bedoelde toen Hij sprak van liefde tot God, Zijn Vader, en wat Hij bedoeldp met naastenlief de, toen Hij zeide: „Dit is Mijn gebod, dat gij elkander lief hebt, zó als Ik U heb liefgehad". 'Daar leren wij de afschuwelijkheid van de zonde, de enige bron van alle ellenden, en de oneindige rechtvaar digheid van God, Die iedere zonde, welke niet is uitgeboet, onverbidde lijk straffen moet. Daar leren wij ook de kracht, wel ke het lijden ons biedt en de troost welke wij daarin vinden, wanneer wij het aannemen uit de hand van God. Daar kunne» wij met Gods heiligen zelfj leren, Ir-- wij in moeilijkheden de goede God kunnen loven en dan ken. In één woord: het lijden des Heren is de leerschool van aïle deugd en de bron van alle kracht. Niets is in staat onze harten zó te. ontsteken in liefde tot Jesus, ons te vervuilen met wal ging voor de zonde, ons bereid te ma ken tot edelmoedige offers als het aardachtig overdenken van het lijden van Jesus. Dat ondervond St. Paulus, die.uitliep: „Hij heeft mij liefgehad en heeft Zich voor mij overgéleverd" en die niet anders meer wilde kennen en niet anders -prediken „dari Jesus en Dien gekruist". Hoe treft ons dan in onze dagen die oprpep om op te gaan naar Jerusalem en getuigen te zijn van het lijden en sterven van Onze Heer. Er is misschien geen tijdvak aan te wijzen, waarin „de liefde Gods in zóveel harten zó sterk is verkild, en de ongerechtigheid zó hoogtij viert". Lichtzinniger dan ooit wordt zonde openlijk bedreven en niet getek. en worden afgrijselijke misdaden goed gepraat en er is geen schim te beken nen van berouw of boete of inkeer. Ja zelfs Wij ïnoeten het met droefheid zeggën het schijnt soms of ook in vroeger zo brave katholieke gezinnen de liefde Gods aan het kwij nen is, de godsdienstigheid afneemt, het kerkbezoek vermindert, de drang naar de H.H Sacramenten minder groot is uan de zucht naar vermaak en dat zij niet meer zeggen met de Psalmist: „Heer, hoe lief heb ik Uw v/et en Uw 'geboden", maar ieder ge bod aanvoelen als een drukkende last. t Hoe nodig is het dan, hoe hóóg no- d.'.g,' dat wij met Jesus opgaan naar Jerusalem en aan de voeten van het Kruis de liefde weer terugvinden. Hoe zullen wij dit nu in deze Vas ten d.oen? Zien wij naar het voorbeeld van onze ouders en voorouders. Vooreerst zullen wij trouw de lij densmeditaties bijwonen, die in onze kerken, gehouden worden. Dat is altijd een vrome gewoonte geweest van onze vaders en moeders. Dat moet ook ónze vaste regel zijn. Daarbij ma" niemand ontbreken, als hij niet volstrekt verhinderd is. En zeg nu niet: „Ik luister naar. de radio, ik behoef dus niet meer naar de kerk te gaan". B.G., Wij weten zeer wel en Wij verheugen Ons er over, dat door be kende sprekers, dikwerf op zeer trèf- fende wijze, de meditatie over het lij den des Heren door middel van de Katholieke Radio Omroep wordt uitgezonden. Dat is een grote zegen voor allen, die werkelijk verhinderd zijn om naar de kerk te gaan, en ook voor alle anderer die er naar luiste ren en hun gedachten van het aardse wéten af te trekken en liefdevol te vestigen op onze Heer. Maar het 'moe* niet een reden wor den om de meditatie in onze paro chiekerken te, verzuimen. Ook niet, al zou zij daar wat minder welspre kend /orden voorgedragen. In onze parochiekerken, daar ho ren wij thuis. Dait is de meest ge schikte plaats. Daar zijn wij bij Jesus -elf, Die i; zijr^H. Sacrament de gedachtenis van Zijn lijd_n h'eeft ingesteld. Daar bidden en zingen wij teza men, als leden van één grote familie kring. Daar zijn wij één met ónze priesters, aan wie God de zorg voor ónze zielen heeft opgelegd en die Hij verlicht en helpt om óns te leiden. Daar komen wij samen om op onze feesten onze dank uit te zingen in een jubelend Te Deum, maar ook om in tijden van rouw en boete en vooral in de voorbereiding van het heilige Paasfeest, dat parochiefeest bij uit stek, in ons „Miserere" en Paree Do- mine" gemeenschappelijk onze schuld te belijden en vergiffenis en barm hartigheid vnor elkancTër af te sme ken. Daar luisteren wij naar hef woord, dat speciaa-l voor jns gespro ken wordt. Daar geven wij elkander een goed en stichtend voorbeeld en leren jmze kinderen de godsvrucht hunner ouders navolgen. - En al wie mét een eenvoudig ge loof en met een gewillig gemoed luis tert naar het woord van de eenvou digste priester, die over Jesus' lijden spreekt en welke priester zou dat n-et gaarne en met liefde doen? hij zal in het diepste van zijn hart dè stem van God mogen vernemen en het zal hem zijn tot grote zegen. Laat dus niemand de meditaties in de kerk verzuimen zonder wettige reden. Op de tweede plaats: bidden wij dikwijls de Kruisweg. Ook dit is een aloude en vrome gewoonte. Dit is een echt opgaan naar Jerusalem. Men zag vroeger velen, die ook af zonderlijk die oefening iedere dag v?n de Vasten kwamen verrichten. De kerk was daarvon*- ook altoo~ en kele uren geopend. Het bidden van de Kruisweg is door de Pausen steeds krachtig aanbevolen en met grote gunsten verrijkt. Het is een bewijs van liefde voor onze Heer wanneer wij ons in de geest aansluiten met de heiligen, die Hem vol deernis op zijn lijdensweg volgden: de H. Maagd, de H. Joannes, Simon van Cyrene, de vrome vrou wen en niet te ..vergeten onze eigen heilige engelbewaarder. Wanneer wij trachten, met hun gevoelens bezield', ook maar" kort te overdenken, wat Jesps bij iedere--sfap voor ons leed en hoé Hij ons voorgaat in het dragen van het Kruis, dan zal de lijdende Verlosser ook met grote liefde neer- ?ien op ons en tot ons spreken en zijn beeltenis drukken diep in onze ziel. Bidden wij dikwerf de Kruisweg. Gelukkig de parochie, waar dit ge bruik nog bestaat of in- ere is her steld. Ep ezt' niemand zich late weerhou den door de gedachte, Jat hij iets vreemds doet of dat men hem er op aankijkt. Wie het doet met goede me ning, doet een goed werk en geeft een goed voorbeeld. God zal het zegenen. Ook Let overwegen van de droe vige geheimen in vereniging met de H. Maagd bij het bidden van de 'Rozenkrans kunnen wij niet genoeg aanbevelen. Maar boven alles zullen wij het lij den en sterven des Heren gedenken en vieren door het dagelijks1 god vruchtig bijwonen van de H. Mis. Dat is de grote gedachtenis welke Hij zelf heeft ingesteld bij het laatste Avondméal en waarvan Hij uitdruk kelijk verklaarde: „Doet dit tot Mijne gedachtenis". (L. 22.19). En het is niet alleen de gedachte nis, maar het is dé hernieuwing van het Offer dat de Verlosser voor onze zonden'op Calvarië opdroeg. Wel is het uiterlijk aanzien van de, H. Mis grotelijks verschillend van het bloedig schouwspel van Calvarië. Wel verbergt zich voor ons oog niet alleen de Godheid maar ook de mensheid van Christus onder de gedaante van brood en wijn. Maar het is dezelfde Christus, Die in de staat van de diep ste vernedering en van geslachtoffer de liefde Zich aanbiedt aan de He-„ melsa 'ader. En wat Hij voor ons verdiend 'en verkregen heeft, toen Hij op Calvarië stierf, dat geeft Hij en dr-elt Hij. .uit als Hij zijn lijden en sterven op het altaar hernieuwt, aan a1 degenen, die aan dat pffer deel nemen. Het is een groot voorrecht, dat wij de H. Mis kunnen en mogen hijwo nen. Daar nodigt de goede Verlosser ons telkens opnieuw uit om op onze beurt onze plaats-in te nemen op de Calva rieberg, dicht bij Hem, met de H. Maagd en met Joannes en met de vrome vrouwen, om ook, even nabijv met Hem mee te bidden en mee te of feren voor heel de wéreld en zelf de grootste overvlóed van zegen van dat Goddelijk liefdeoffer deelachtig te worden. Daar vinden wij de kracht voor iedere dag, daar leren wij met moed ons kruis te dragen, daar stort het Hart van Jesus zijn liefde in ons hart en maalg; ons z"'ak en zondig hart meer geïïjkvorming aan zijn Godde lijk Hart. Daar maakt Hij ons Zijn uitverkoren vrienden en heldhaftige strijders. De vruchten van de H. Mis zijn on noemelijk groot; wie zonder reden, uit traagheid of onverschilligheid, haar verzuimt, berokkent aan zijn ziel pi-n. eindeloos eroo* "-^T'es. Beijveren wij ons dan om. tenmin ste in de H. Vasten, zo dikwijls hét ons mogelijk is, de H. Mis bij te wo nen. Zietdaar B.G-, wat Wij U vragen in deze H. Vasten. Kost het U een of fer, verenigt U dan met het grote of fer. dat Jesus bracht en bedenkt dat uw gebed daardoor hoger stijgt in kracht. In deze ernstige tijden moet veel meer worden gebeden en geboet. En des te meer gebeden, nu de wet van uiterlijke boete zo aanmerkelijk is "erzacht. Bidt dan veel voor de noden de H. Kerk, voor onze H. Vader de 'Paus, voor uwe Bisschoppen en uwe priesters, en voor de Zegen over ons dierbaar' vaderland. Bijzonder vragen wij uw gebed dit jaar voor Har Majesteit, onze gelief de Vorstin, die in het 50e jaar van hasr zegenrijke regering, onder zulke uiterst moeilijke omstandigheden aan haar /olk een voorbeeld geeft Christelijke moed, van allerhoogste plichtsbetrachting en van moederlijke bezorgdheid. Vraagt voor Haar en Haar Koninklijk Huis en voor allen die Haar bijstaan in de regeringstaak Gods licht en Gods kracht, Wij bevelen dit alles aan „in de be scherming van de H. Moeder Gods' en eindigen met de bede, dat de gQ- stadige overweging van het lijden des Heren onze zielen in liefde tot Hem moge ontsteken, ons zuivere van alle kwaad, bevestige in-alle goed en.ons deelachtig make aan Zijn glorievolle verrijzenis. En zal dit Ons herderlijk schrijven in alle tot Ons Bisdom behorende kerken, alsmede in de kapellen, waarover een rector is aangésteld, op Zondag Quinquagesima onder alle K.H. Missen op de gebruikelijke wijze van de' preekstoel #wordén afgelezen. Gegeven te Haarlem, 13 Jan. 1948, t JOANNES PETRUS, Bisschop van Haarlem. Op last van Z. H. Excellentie, H. W. AGTEROF, Secretaris. V De Vastentijd /OUDERGEWOONTE getrouw plaat- sen wij de gehele „Vastenbrief" van onze Bisschop, die gisteren is voorgelezen. Het is een goede gewoonte van de Katholieke pers. Een katholiek wil weten, wat zijn Bisschop meent, na rijp beraad en overweging, hem te moeten voorhou den. In de kerk wordt de Brief voorge lezen. Maar er zijn zieken, die niet ter kerk kunnen gaan, terwijl ook niet allen in alle kerken het voorge- lezene duidelijk kunnen verstaan. En ook door velen, wien bij de voorle zing niets is ontgaan, zal hét op prijs worden gesteld, nog eens aandach tig te kunnen lezen, hoe de katho lieken in e?n tijd, „lichtzinniger dan ooit", de Vasten behoren te beleven. Een blijde bijeenkomst E'EN blijde bijeenkomst mochten wij gisteren bijwonen een bij eenkomst vol heerlijk-zonnig per spectief! Wij bedoelen de bijeenkomst van de Christen Studentenraad ter ge legenheid van de 373ste Dies van de Leidse Universiteit in de Gerefor meerde kerk aan de Lammeschans- weg te Leiden. Daar waren verzameld honderden jonge mensen, stpdenten aan de Leidse Universiteit, die zich bewust zijn van hun plicht, om 't Gods rijk, door Christus gesticht, op aarde te dienen; die zich bewust zijn van de grote confessionele verschillen tus sen de Christenen onderling tus sen Protestanten en Katholieken deze verschillen geenszins willen ontkennen of verdoezelen, maar die toch elkaar willen vinden in de ge meenschappelijke liefde voor Chris tus, in het gemeénschappelijk ver langen om Christus te eren naar Zijn wil en wet. Dat is een zègenrijk streven; een streven, dat in onze tijd noodzake lijk is, opdat allen, die eenzelfde God en Zaligmaker erkennen, geza menlijk de wereld redden uit de zoals prof. Banning het uitdrukte „benauwende devaluatie van de geest". Luisterstil was het grote en me rendeels jeugdige gezelschap tijdens het sympathieke frisse openings woord van de voorzitter van de Christen Studentenraad en tijdens de waarlijk wij kunnen deze kwalificatie hier als echt gebruiken NIEUWS UIT INDIE Tot dusver heeft practisch geen republikeinse soldaat in het gebied van Loemadjang, Probolinggo en Besoeki het bevel van zich te melden opge volgd. Daarom heeft de divisiecomm andant van de T.N.I. de vier met de evacuatie belaste republikeinse officieren per radio naar Soerabaja ge roepen. Zij zijn daar geweest en zijn thans weer bezig om te trachten als- nqg de bestandsovereenkomst te doen naleven. Op Oost-Java vlot het niet Tussen Grissee en Goenong Sme- roe heeft de Nederlandse veiligheids politie jiaar posten in de gedemilari- séerde zone betrokken. De evacuatie uit Dj ember naar Malang verloopt beziélende voordrachten vap prof. dr. Banning en prof dr. van Rooyen, kruisheer. Op zulke bijeenkormsten als die van gisteren is geen sprake van een „christendom boven geloofsver deeldheid", van pogingen om weg te redeneren de feiteliike wezenlijke scheidingen tussen Protestant e» Katholiek, maar hier breekt zich baan en spreidt zich uit h'et. verlan gen, dat in alle Christenen moet branden, om elkaar te begrijpen, om met elkaar samen te werken. De bijeenkomst werd incognito bij gewoond door H.K.H. prinses Julia na; die, te voet gekomen, zich na af loop van die bijeenkomst ook weer te voet naar de Doelen aan het Ra penburg begaf, om er tezamen met de reünisten de lunch te gebruiken. Na afloop van de lunch vertrok de Prinses per auto naar Soestdijk. V Een prachtige brief IN De Linie van 6. Febr. j.l. schrijft mej. S. Terwindt een artikel, Avaar- boven de redactie plaatst: „Een prach tige brief van-een dappere vrouw". Wij willen hen, die het artikel niet hebben gelezen, de strekking van deze inderdaad „prachtige brief" niet onthouden. De schrijfster werd tijdens de oor log boven bezet Nederland per para chute uitgeworpen en viel in de han den van de vijand, die haar een lange lijdensweg deed ondergaan; zij is hoofdstewardess' van de K-L.M. Mej. Trix Terwindt komt op tegen de critiek ..op dingen, die nu a] bijna drie tot acht jaar geleden geschied den". Wij zijn het hiermede eens, tenzij die critiëk objectief is en po sitief een goed doel hastreeft, dus niet wordt geïnspireerd door haat of eigenbelang. Het kan goed zijn, om dingen, die objectief verkeerd zijn ge weest en waarvan men vreest, dat ze als goed zullen worden gewaardeerd, door gezonde critiek in de juiste pro porties te doen zien. En oqk-kan het goed zijn, om degenen, die deze ob- iectièf verkeerde dingen hebben ge daan. te onthouden de voordelen, wel ke zij' er eventueel van hebben ge nóten. Maar de schrijfster schrijft over „felle" critiek en deze wordt maar al te vaak niet door de nobelste motieven ingegeven! Als deze dapóere «>ud-illegale werk ster verder schrijft over de woerden „illegaliteit" ert ,.ex-politielcè gevan genen" en vraagt: „Hoe lang nog moet onze kleine-burgermansnhtunr hieruit spreken?" dan moesten al.' len het met de gedachten welke aan deze'vraag ten grondslag liggen, vól komen eens zijn! Welke die gedachten zijn? Wij ei-' teren uit het artikel: „Gij, gevangenen, hebt gij sedert de wapenstilstand getekend werd, nog geên plaats gevonden in de op bouw en groei van ons vaderland om uw énergie, die in de oorlog op- laaide, een uitweg te bezorgen? Zit gij nog steeds te wroeten in on verkwikkelijke oorlogsherinnierin- gen: hoe* erg gii het had, en hoe miskent ge zijt geweest en nog zijt?" - Verder: „Heeft een ander gefaald vol gens ons o zo benenen mensenver stand welnu: „Wie van u zonder zonden is, werpe de eerste steen". Het is nu minder dan ooit de tijd voor het kweken van haat. De we reld schreeuwt om naastenliefde. Laten we zwijgen over de fouten van beide fronten". „Hebt gij voor de dood gestaan, dan weet gij ook hoe groot God's goedheid is, en hoe Hij ons daad werkelijk steunde". De schrijfster besluit: „Laat ons ook nu „groot zijn in de dingen, waarin een klein land groot kan zijn": edelmoedigheid, verdraagzaamheid, naastenliefde; boven alles naastenliefde. Er valt nog zoveel werk te ver richten voor mensen met plichtge voel en idealisme, in de materiële maar vooral bok in de geestelijke opbouw van vaderland en wereld. Allen zijn wij gevangenen ge weest in de handen van de vijand, en allen zijn wij nog in mindere of in meerdere mate gevangen door kleine gevoelens. Laten wij onszelf hiervan bevrijden. „We have great thins to do"." „Wij hebben grote dingen te doen". „Wij hebben grote dingen te doen". Kleine „helden" vergeten dat zo licht! vlot. Ook in de omgeving van Ban doeng melden zich de republikeinse soldaten. Zij hebben maar weinig wa pens bij zich en zeggen, dat deze hun niet zijn gegeven, maar dat zij ze zelf hebben moeten opzoeken." Sommigen wenèen demobilisatie en vragen zelfs naar de mogelijkheid om in Nederland te studeren. Op West- Java is men vrijwel gereed met de evacuatie. Soekarno heeft de opperste leiding van de T.N.I. en de verenigde staf van dé gehele strijdmacht van de Re publiek ontbonden. Tot tijdelijk hoofd van de generale staf van de strijdmacht in het ministerie van de fensie is commodore Soeriadarma be noemd. Soedirman zal opperbevel hebber van de mobiele-strijdkrachten worden. POLITIEKE BESPREKINGEN AFWISSELEND TE BATAVIA EN DJOGJA. Aneta verneemt, dat thans defini tief besloten is om afwisselend drie weken *të Batavia en Jrie weken te Djogja politieke vergaderingen tus sen de delegaties te houden. SOEKARNO DOET BEROEP OP HET VOLK. Volgens radio-Djogja heeft Soekar no een beroep gedaan op het volk en in het bijzonder op de strijdgroepen van de Masjoeipi, de Hizboellah, om de wapenstilstand en de betreffende instructie^ van het opperbeval snel en ordelijk uit te voeren. Enkile dagen geleden werd reeds door Aneta beticht, dat in Koeningan de Hizboellahs bij de evacuatie moei-, liikheden opleverden. MGR. POELS GROOTOFFICIER IN ORDE VAN ORANJE-NASSAU. H.M. de Koningin heeft mgr. dr. H. A. Poel, benoemd tot grootofficier in de orde van Oranje-Nassau. De versierselen zijn hem door minister Beel, in. tegenwoordigheid van de commissaris der Koningin in Lim burg, mr. dr. F. J. Houben, in zijn woonhuis te Venray overhandigd. Mgr. Poels, die herstellende is van een ernstige ziekte, wordt op 14 Fe bruari 81 jaar. Nieuwe bonnen voor consumentencrediet Het ministerie van Financiën deelt mede, dat de waardebonnen voor con sumentencrediet, 11, 14 enl5 met in gang van heden geldig zijn ver klaard. LAATSTE VIER DAGEN GEEN NED. MILITAIREN GESNEUVELD. Naar Reuter mededeelt, zijn- vol gens welingelichte Nederlandse krin gen gedurende de laatste vier dagen geenjtfederlandse militairen in Indo nesië" gesneuveld en is een opmerke lijke verbetering ingetreden t.a.v. de uitvoering van de wapenstilstand. Meer dan tienduizend bewapende re publikeinen zijn uit de Nederlandse gebieden geëvacueerd e,n naar repu blikeins giebied achter de gedemilita riseerde zones gebracht. CURA<jAOSE DELEGATIE WIL SPOED BETRACHTEN. Nog voordat de roncfé-tafelconfe- rentie een definitieve beslissing neemt over de toekomstige status van cïe West-Indische gebieden, wil de Curaqaose delegatie bestuurswij zigingen op korte termijn doorge voerd zien. Morgen heeft zij daarover een Be spreking met de minister-president. Leidt dit niet tot een bevredigend resultaat, dan zouden dc Curagaoërs van plan zijn vertrekken en aan de conferentie niet verder deel te ne men. De spanning rond het H. Land, die de laatste da£en wat was afgenomen, neemt nu weer toe. .Wellicht zullen de komende weken een begin van de verwachte Arabische fictie te zien geven. Arabische leiders zouden de 15e Februari vastgesteld hebben als de dag. waarop de geconcentreerde aan vallen op de Joden in Palestina zullen beginnen. Dat er gebeurtenissen op til zijn wordt aannemelijk gemaakt door de aankomst te Jerusalem van de feite lijke aanvoerder der Arabieren in Pa lestina de Moefti Haj Amir Hoesseini. ïn de afgelopen dagen heeft de Moef ti uitgebreide conferenties gehad met Arabische militaire leiders en com mandanten uit Irak en Syrië. Tot op perbevelhebber van het, Arabische bevrijdingsleger zou benoemd worden de Irakse generaal Ismaill Safwat Pasja. Over de oprichting van een front AMERIKAANS TRANSPORT VLIEGTUIG NEERGESTORT. In de bergen%van Noord-Carolina (V.S.) is Zaterdag een transportvlieg tuig neergestort en in brand gevlo gen. Zes gewonden zijn naar het zie kenhuis vervoerd. Drie personen en mogelijk.-ook nog een vierde zijn in het vliegtuig verbrand. CONSTELLATION itfAAKT ONZACHTE NOODLANDING. Doordat een der motoren in branfi geraakte, moest een Amerikaanse „Constellation" van de „Eastern Air lines" met 66 personen aan boord een noodlanding maken te Bunnel in Florida. Eén lid van de bemanning is om het leven gekomen, terwijl verscheidene inzittenden lichte ver wondingen opliepen. in het Zuiden van Palestina wordt nog gediscussieerd. Langs de Noord grens zijn thans 1000 Arabische 'vrij willigers uit Irak gelegerd, die wach ten op instructies orrt het corps van 2500 vrijwilligers, dat zich reeds ver scheidene weken in Palestina bevindt, te gaan versterken. TWEE-DAAGSE VELDSLAG IN KASJMIR. Indische troepen, voorzien van machinegeweren en gesteund door artillerie en luchtmacht, hebben rondom de stad Raosjera in West- Kasjmir twee dagen lang slag gele verd tegen elfduizend pathans en an dere aanvallers, die Vrijdagmorgen vóór zorj£opgang poogden de Indische stellingen te bestormen. Alle aan vallen zijn afgeslagen. De slag wordt beschreven als de meest verbitterde sinds de actie in de provincie Djam- moe. Ongeveer tweeduizend der "aan vallers moeten gedood zijn. Indische patrouilles hebben reeds ongeveer duizend lijken geborgen. S Toen een aantal bestormers er in slaagden^ in de Indische stellingen door te "dringen, ontstonden gevech ten van man tegen ijian. Na de slag hebben de Indische troepen een ver volging ingezet. Zondag is een-ge deelte van Gandhi's as naar het ter rein van de strijd overgebracht. Het zal worden begraven nabij een op te richten monument voor de Mahatma. De evacuatie van Republikeinse troepen uit West-Ja va is thans in volle gang. Soldaten van het T.N.I. het Repubikeinse leger worden door Nederlandse en Republikeinse officieren voor hun evacuatie naai- Republikeinse gebied geregistreerd. De Nederlandse militair op de -voor grond bekijkt een T.N.I. geweer. £en teftje... Zij, voor wie wij een steun zijn, ge ven ook ons een houvast in het le ven.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1948 | | pagina 1