Het Spoorwegmuseum dendert weer Totaal vernieuwd Maliebaanstation kan topattractie worden Tuffend langs de stalen monsters hoor, ruik, voel en proefje het leven van toen .-.V 2005 De centrale hal van het vroegere Maliebaanstation is in oude luister hersteld. Foto's: Cees Zorn/GPD Volgens directeur Paul van Vlijmen is 't 'het leukste museum van Europa'. Het publiek mag daar vanaf 5 juni over oordelen nadat minister Peijs het een dag eerder officieel heeft heropend. Feit is dat het grondig vernieuwde Spoorwegmuseum aan de Utrechtse Maliebaan alles in zich heeft om tot een topattractie uit te groeien. door Gerard Chel Ooit zelf een stoomlocomotief bestuurd? Of in een schuddende postwagon brieven gesor teerd? Het kan - en nog veel meer - in het nieu we Spoorwegmuseum. Hoewel, museum is eigenlijk niet meer het juiste woord, want daarbij denk je al snel aan vitrines vol oude spullen die je niet aan mag raken. In het historische Maliebaanstation draait alles om bele ving en ervaring. Je kunt er diesel ruiken, stoom zien, treinen horen en luisteren naar verhalen van reizigers, zojuist aangekomen met de Oriënt Express. Bijna twee jaar is het museum gesloten geweest om het te kunnen opknappen en vooral uitbreiden: er is nu vier keer meer ruimte dan vroeger. Totale kosten: 32 miljoen euro. Vanaf zondag 5 juni is het weer open en wordt ge hoopt op 230.000 bezoekers per jaar - voor de renovatie waren dat er zo'n 150.000. Wie het Spoor wegmuseum eerder bezocht, zal niet zo veel meer herkennen. Natuurlijk, de eerste stoomloc van ons land, de replica van de legendarische Arend uit 1838 - het origineel is gesloopt - staat er nog steeds, evenals de stoomloc NRS 107 uit 1880, de NS 5085 Long moor, stoomloc SS 13, de Sik en natuurlijk de Blauwe En gel. Ook het koninklijk rijtuig waarin Juliana met haar kleinkinderen naar Lech reisde staat er weer en nog tien tallen andere locs, rijtuigen en treinstellen. Maar al dit historische treinmaterieel staat niet meer, zo als een paar jaar geleden, buiten langzaam weg te roes ten. Het heeft een plek gekregen in een immense hal, die uiteraard lijkt op een spoorwerkplaats. Daarin heeft het museum vier werelden gecreëerd waar het publiek met terugwerkende kracht en actief een stuk treingeschiede- nis kan meebeleven. Restauratiewagon van de Oriënt Express. Het nieuwe museumgebouw staat op wat eens een groot open veld was achter de ingang, het oorspronkelijke Ma liebaanstation. Daartussen loopt overigens een nog steeds een in gebruik zijnde spoorlijn voor goederentrei nen en heel soms een passagierstrein. Pracht en praal Het voormalig station uit 1874, toentertijd de grote con current van Utrecht Centraal, vormt nog steeds de en tree van het vernieuwde Spoorwegmuseum. Vanaf de Maliebaan vertrokken de treinen naar Parijs en via Hil versum naar Amsterdam. Station Maliebaan had meer pracht en praal dan Centraal en is na de verbouwing weer in oude glorie hersteld, inclusief marmeren vloe ren, kroonluchters, lambrisering, muurschilderingen en het pluchen meubilair. Zelfs de poepdozen en urinoirs van vroeger zijn er weer teruggekeerd. En uiteraard de gecombineerde wachtkamer eerste en tweede klasse en het wachtiokaal derde klasse. Ook terug van weggeweest is de kleur uit 1874: rose. Het Maliebaanstation had geen koninklijke wachtkamer, station Staatsspoor in Den Haag wel. Die wachtkamer verdween, maar de inventaris bleef bewaard. In het ver nieuwde Spoorwegmuseum is het koninklijke vertrek opnieuw opgebouwd. Inclusief het originele meubilair, afkomstig uit het Amsterdamse Rijksmuseum. Wat Maliebaan ook niet had, maar nu wel dankzij sta tion Dordrecht, is een vroegere stationskapsalon. Erom heen ligt de spoortuin met onder meer een draaischijf zoals die vroeger werd gebruikt om locs in de remise te rijden. Je ziet een watertoren uit het stoomtijdperk, res tanten van een oude rangeerplek en een seinhuis uit Groningen. Je kunt er doorheen lopen, terwijl je kinde ren een ritje maken met de Jumbo Express. Een van de leukste attracties in de nieuwe hal is de we reld waarin de 'Stalen Monsters' worden voorgesteld. Je klimt in een treintje en vervolgens rijd je langs locs en rijtuigen die ergens in de jaren twintig en dertig van de vorige eeuw over de rails denderden. Zoals 'de Beul', zo genoemd omdat het ding zoveel kolen opslurpte dat de stokers het bijna niet konden bijbenen. Of de Bergkonin- gin, de robuuste loc waarvoor men in Nederlands-Indië indertijd wel opzij ging. En terwijl je er langs tuft, hoor, ruik, voel en proefje het leven van toen. Rode draad in deze stalen wereld is opa Gommers, telg uit een fanatieke spoorwegfamilie. Generaties Gommer- sen werkten bij het spoor en opa begon op zijn zoldertje een eigen museumpje. Ook dat is te zien en hier en daar duikt zelfs opa Gommers zelf op. Zo zien we hem als ac tief vakbondslid, dan weer zittend op een bankje, prach tige anekdotes vertellend aan zijn kleinzoon. Opa Gommers is een pop, maar verderop, in de wereld van de 'Droomreizen', kom je echte reizigers tegen. Zo juist teruggekeerd van een trip met de Oriënt Express, vertellen ze over hun avonturen. Op het perron staan aan beide zijden twee authentieke rijtuigen van de Ori ent Express. Wie weet heb je geluk en tref je er de kok van de Express aan, die je inwijdt in de geheimen van de treinkookkunst. Even verderop arriveer je in een Turkse kasbah en beland je als vanzelf in een oosters theater. Daarin een draaiend decor, waar elk kwartier een stukje treintoneel wordt opgevoerd; kinderen mogen er mee helpen met het ophalen van hefbomen en het blazen op fluitjes. Al deze personages worden gespeeld door ac teurs. Acteurs - 'edutainers' noemt het museum hen - vind je ook in de grote centrale hal, de wereld van een 19de eeuwse werkplaats. Hier mag je met hulp van een simu lator zelf een stoomloc besturen, en kun je al schuddend post sorteren. De 'edutainers', vermomd als werklui, ne men je op sleeptouw langs het materieel, vertellen hoe het allemaal werkt, maar fluisteren je ook anekdotes in je Mijndorpje Dat luisterend oor heb je ook nodig voor een koptele foon, want in de wereld van 'De Grote Ontdekking', krijg je een audiotour van John Middlemiss. Hij was de eerste machinist van ons land en hartstikke Brits, want wij ken den dat nieuwe beroep toen nog niet. John laat je in een mijn afdalen, door een uitgehouwen gang naar een werkplaats in een oud Brits mijndorpje wandelen. Met als achterliggend idee uit te leggen hoe belangrijk de uit vinding van de stoommachine en de stoomloc - die op kolen liep - is geweest. De trots van het museum is de glimmende stoomloc 'de Arend'. Oorspronkelijk uit 1838 van Britse makelij en honderd en één jaar later in Zwolle nagebouwd. In 1839 maakte hij zijn eerste rit tussen Amsterdam en Haarlem. Met een snelheid van, schrik niet, toen al 90 km per uur. In het museum staat hij meestentijds stil, al kan er nog steeds stoom uitkomen. Alleen bij bijzondere gelegenhe den mag 'de Arend' een stukje rijden. Op breedspoor wel te verstaan. Het Spoorwegmuseum is gevestigd in het voormalige Ma liebaanstation aan de Maliebaan te Utrecht, tel. 030- 2306259. Website www.spoorwegmuseum.nl. Openings tijden: di t/m zo van 10 tot 17 uur en op de maandagen tijdens schoolvakanties. Gesloten op 1 januari en 30 april. Entree: volwassenen 12,50, kinderen vanaf 3 t/m 12 jr€9,50, daaronder gratis, evenals museumkaarthou ders. Senioren 11,00. Vanaf station Utrecht CS rijdt tus sen 10.00 (heen) en 16.21 (terug) elk uur een trein naar en van Maliebaan. Kosten voor een retourtje 2 euro p.p., kinderen 4 t/m 12 jr 1 euro. De trots van het museum: 's lands eerste stoomloc 'de Arend' De spoortuin met een oude watertoren en seinhuis uit Groningen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2005 | | pagina 6