ierard Heemskerk wil de Utte kerk in zicht houden Alkmaarderhout SPORT zaterdag 16 april 2005 SI Voorzitter waakt over Noordwijkerhouts karakter van WSB irCertjan van Geen u weg van de geleidelijkheid kan tot oie dingen leiden. Dit weekeinde mag irdwijkerhout voor de tweede keer car- al vieren als de voetballers van WSB, elf na het kampioenschap in de derde aaÈ$e, de titel in de eerste klasse verove- Voorzitter Gerard Heemskerk koestert succes van WSB en de nestwarmte van irdwijkerhout. „Ik kan hier nog wel hon- d jaar voorzitter blijven. Als iemand mij elijk voor 50.000 euro nept, vind ik dat der erg dan als WSB benadeeld word." ie is nauwelijks een aimabeler mens kbaar dan de 45-jarige Heemskerk, brede glimlach is zijn handelsmerk, mskerk geniet van het leven. Als hij Noordwijkerhout of Noordwijk rond- |di )t is er altijd aanspraak en hij zal de id at niet oversteken om iemand te ont- in.Armoede is geen gebrek aan geld, ir een gebrek aan kennissen. Vanuit oogpunt ben ik heel rijk", zegt hij. werd tegenover het voetbalveld gebo- als tweede in een gezin van zes. Opa Jierde melkfabriek Heemskerk, die be- jaren zeventig met Menken fuseerde /ienken Landbouw, een van de groot- verkgevers in Noordwijkerhout. Het n Heemskerk had het goed. „Ik ben in opgevoed in een bovenmodaal gezin, ik moest altijd zelf hard werken voor centjes. Mijn vader vond dat ik mijn broek maar op moest houden." ijn veertiende verhuisde het gezin Noordwijk. Heemskerk verliet de 'enhorst-mavo voor een school in ijk, maar behield zijn vrienden in iburige dorp. „Ik was de enige die gezien in Noordwijkerhout bleef. ;f voetballen bij WSB, want het en het gevoel dat ik met mijn kame- had, trokken me." Het is precies de in dat hij acht jaar geleden terug ver- Ie. Nog een jaar en hij heeft even in beide dorpen gewoond. „Ik kocht stuk grond en ben er zelf een huis bouwen. Noordwijkerhout is kneu- er. Als je er 's ochtends in badjas de uit de bus haalt, zeggen ze dat je latiënt bent. In Noordwijk noemen dan een badgast. Ik heb heel wat van ereld gezien, maar hier ben ik thuis, oet de witte kerk in zicht houden. Ik ertien dagen per jaar met mijn w op zomervakantie en een week ski- Jat is lang zat. Daarnaast kan ik niet langer weg, want we hebben duiven, geiten en katten en mijn vrouw vindt het heerlijk om te donderjagen in de tuin. Ik hou van dat kleine. Als mijn vrouw bood schappen doet bij Super De Boer blijf ik buiten staan. Als ik zelf ga, loop ik altijd naar die en die kruidenier en bij een deli- catessenzaakje naar binnen." De ondernemerszin zit hem in de genen, hard werken kreeg Heemskerk van huis uit mee. Na de mavo kwam hij op het RIO, de middelbare detailhandelschool, terecht. „Ik had een baantje in de bloe men. Tot mijn achttiende werkte ik op de veiling en toen ik eenmaal mijn rijbewijs had, ging ik zelf rijden. Ik werkte voor ie mand met standplaats Duitsland. Op za terdag zette ik 3500 mark om en ik kreeg tien procent. Dat verdienden anderen niet eens als weekloon. Ik had nooit geldge brek en kwam met de vrachtwagen naar school. Met mijn diploma op zak heb ik drie maanden op een loonlijst gestaan voordat ik voor mezelf begon. Achteraf was dat te snel, want ik moest zo overal zelf achterkomen. Tot mijn dertigste heb ik op de vrachtwagen gezeten, maar ik ging de sociale dingen missen. Dus ben ik bloemen gaan exporteren en ben ik com missionair voor de lijnrijders geworden. We hebben afzet in acht Europese lan den." Vier jaar geleden liet hij drie compagnons zich inkopen in zijn bedrijf en hij zin speelt erop zich helemaal terug te trekken uit de bloemenbranche. „Ik sta elke dag om vier uur op, maar de beloning is niet meer zo hoog als ik gewend was. Er zit geen kwartje meer tussen de dubbeltjes. Ik merk dat ik minder geïnspireerd word, daardoor heb ik er minder energie voor en dat levert weer irritaties op. Ik ben een buitenbeentje in de bloemenwereld. Die is veel harder dan ik. Iedereen vindt mij aardig en dat is mijn slechte eigenschap. Ik maande eens een bloemenrijder om een nota. Hij zei me dat hij ook nog een rekening bij de garage had liggen. En als hij die niet zou betalen, zou die man boos worden. Ach, aardig zijn kost geen geld, zeg ik dan altijd maar. Ik heb een vriend die achter elke boom een vijand ziet. Ik heb geen vijanden. Als ik ruzie heb met iemand, kan ik mezelf afvragen waarom hij boos op me is, terwijl ik misschien de gene ben die beledigd zou moeten zijn." „Ik zou geen baas meer boven me kunnen verdragen, maar ik ben wel een teamspe ler. Er zijn veel betere ondernemers dan ik, maar niet elke ondernemer is een goe de voorzitter. Ik kan aan vrijwilligers niet dezelfde eisen stellen als aan mijn perso neel. Dus zoek ik andere manieren om ie mand beter te laten functioneren. Ik krijg misschien de schouderklopjes nu het goed gaat omdat ik met mijn snavel in de krant sta, maar het is het hele team dat de prestatie heeft geleverd. Ik ben trots om voorzitter van WSB te zijn. Ik wil overal bij zijn en beleef het als clubman. Zoals het nu gaat kan ik nog honderd jaar voor zitter zijn. Ik voel helemaal geen weer stand. Bij sommige clubs komt het dage lijks bestuur wekelijks bij elkaar. Wij doen dat een keer in de maand en in zo'n ver gadering doen we alleen maar mededelin gen. De rest bespreken we in de kroeg. Tien jaar geleden vergaderden we bij wij ze van spreken over twee schroefjes, maar met dat gepriegel ben ik gestopt. Toen we laatst het clubgebouw en de kleedkamers wilden renoveren, ging het om een be drag van 4,5 ton. Dat hebben we op een creatieve manier met de gemeente gere geld. De aannemer was al begonnen toen we het in de ledenvergadering erdoor^ heen hebben gedrukt met het risico om afgestraft te worden." Toen Heemskerk aantrad, was WSB net kampioen in de derde klasse geworden. Twee jaar eerder was de weg omhoog in gezet. „Onze jeugd was niet minder dan die van hoofdklassers FC Lisse of Noord wijk. 'Wat daar kan, kan hier ook', hebben wij gezegd. We hebben een businessclub opgericht en een businessplan gemaakt om de prestaties naar een hoger niveau te brengen. Dat betekende drie keer trainen per week en de feestjes verschuiven van zaterdag naar vrijdag. Vervolgens hebben we de weg van de geleidelijkheid gekozen. De vereniging moest de tijd krijgen om met het niveau mee te groeien." In vijf jaar tijd groeide WSB naar de eer ste klasse toe. Ook in Noordwijkerhout werd inmiddels niet meer om een schoe nenbon en een trainingspak gespeeld. Met de komst van spits Mark Ens werd het betalen gemeengoed. Heemskerk: „Ens was gewend wat te krijgen bij FC Lisse en er was een sponsor die wel met hem om de tafel wilde. Ik heb de harde kern van het eerste elftal bij elkaar ge haald voor een gesprek, want ik wilde geen scheve gezichten. Die jongens heb ben het collectief goedgekeurd." De drang om er meer vaart achter te zit ten is er soms stiekem geweest, maar Heemskerk hield het Noordwijkerhoutse gezicht van het eerste elftal altijd in de ga ten. Trainer Paul van der Zwaan vormde de ploeg tot een topper in de tweede klas se en onder Ruud de Groot zette WSB de laatste stap naar de eerste klasse. De Groot wilde heel snel veel meer. Heems kerk: „Hij wilde twintig spelers halen, maar het touwtje van de trainer is natuur Gerard Heemskerk: „Wij willen met vijftig procent Noordwijkerhouters in de selectie naar de hoofdklasse, al is winnen de laatste tijd belang rijker dan tellen hoeveel eigen jongens gespeeld hebben." Foto: Dick Hogewoning lijk zo lang als wij het laten vieren. Na tuurlijk heb ik wel eens gedacht: 'Wat gaat het langzaam'. Maar ik heb nooit aan de verleiding bloot gestaan om uit eigen zak versterkingen te halen. Ik word al kwaad als mijn vrouw een jurk van duizend euro koopt. Dan zal ik toch niet zo mijn geld in een speler steken? Het is geen kwestie van twee toppers kopen en je gaat naar de hoofdklasse. Dat hebben we gemerkt in de drie jaar dat Rob Bianchi hier trainer was. Dat was de enige tijd dat we stil heb ben gestaan. Er zaten twee of drie Amster dammers te veel in het elftal. Ik heb altijd het belang van WSB voor ogen gehad. Het eerste elftal is volledig geïntegreerd in de vereniging en ik vind een spelertje van de F7 net zo belangrijk voor de club. Wij willen met vijftig procent Noordwijker houters in de selectie naar de hoofdklas se, al is winnen de laatste tijd belangrijker dan tellen hoeveel eigen jongens gespeeld hebben. Bovendien: iemand van buiten het dorp komt hier binnen als buitenlan der, maar zo gauw hij een biertje aan de bar drinkt zeggen ze: 'Misschien is het toch wel een Noordwijkerhouter'." VOOR MEKAAR irijke Barnhoorn •2 jaar ck Boys lts: Katwijk u bent u al verbonden aan de club? ach al gauw een jaar of twintig. Althans, toen bt dingen gaan doen. Ik kom al veertig jaar bij Ting, mijn man Piet is daar al jaren lid. Hij het tweede nog gehaald, via hem ben ik bij ys terecht gekomen. Hij deed eerst altijd de faistratie, toen hij daar geen tijd meer voor het overgenomen." en uw werkzaamheden verder in? „Ik zorg ervoor dat alle begeleiders van de A, B en C- jeugd iedere week een papier krijgen met de wedstrij den daarop. Zo weten ze precies waar en hoe laat ze moeten spelen. En verder maak ik een aantal keer in de maand schoon bij Quick Boys, dat moet natuurlijk ook gebeuren." Hoeveel tijd steekt u in de club? „Ik ben de hele zaterdag op Quick Boys te vinden en ook doordeweeks een aantal dagen. Zaterdags om de jeugd te begeleiden en op donderdag en vrijdag verga deren, schoonmaken en de post sorteren." Krijgt u voldoende waardering? „Dat vind ik wel hoor. Drie jaar- geleden hebben ze me bijvoorbeeld benoemd tot lid van verdienste. Ik werd tijdens een ledenvergadering naar voren geroepen, dat vond ik wel wat hoor. Het is altijd leuk om te merken dat ze je werk waarderen." De wedstrijd tegen Katwijk staat voor de deur, extra gespannen? „Natuurlijk, deze wedstrijd is altijd heel erg belangrijk. Ik heb het er ook druk mee. Alle jeugdspelers willen natuurlijk kijken, wij moeten er nu voor zorgen dat dat ook kan. We proberen het zo te plannen dat ze na hun wedstrijd allemaal naar het eerste kunnen." "Voor mekaar' is een serie over vrijwilligers in de sport. Sugges ties? Mail naar sport.ld@hdc.nl of schrijf naan sportredactie postbus 54, 2300 AB Leiden. Eén van de leukste bijkom stigheden van mijn werk is dat het zich soms afspeelt op plekken waar je anders nooit komen zou. Barcelona is natuurlijk een ge weldige stad om een luchtje te scheppen en Nou Camp een museum op zich, ik ga er graag naar toe, maar als veel onver gefelijker staat mij een trip bij met Ajax naar Banska Bystrica, ergens in Midden-Europa. Europese campagnes van Feyenoord brachten mij ooit in Györ, Litouwen en Tirana. Als je je wilt overgeven aan ver wondering, dan kan dat daar. Je stuit er op werelden waarvan je het bestaan hooguit ver moedde, maar waar zelfs je stoutste fantasie het nog tegen de werkelijkheid blijkt ofte leg gen. Je treft er ook sportparken aan (geen stadions) die niet de par fum van de Champions League verspreiden, maar de geur van warme worst en die je meene men in een reis door de tijd, te rug naar 1960, toen voetbal nog overal zo gespeeld werd als het ooit was bedoeld. Als een spel dat voor vermaak zorgt en afleiding. Op zijn tijd is het heilzaam om zulke ervaringen op te doen. Juan Romdn Riquelme is van 1978. Daags na zijn geboorte werd zijn vaderland Argentinië wereldkampioen, mede dank zij de bal op de paal van Ren- senbrink. De jonge Juan ging ook voet ballen en sloot zich aan bij Ar- gentinos Juniors. In 1997 en 1998 werd hij wereldkampi oen, met Jong Argentinië. Zijn volgende club was Boca Juni ors. Met de nieuwe Maradona in hun midden won Boca twee keer de Copa Libertadores (de Europa Cup I van Zuid-Ameri ka) en sleepte het in Tokio de wereldtitel voor clubs in de wacht. Maradona's spoor vol gend belandde Riquelme in Barcelona. Graag had ik het ongeloof en 'Overal is de scout al heen gestuurd, naar Bernabeu, naar San Siro, naar Wembley, nergens liet hij zijn auto achter op een paardenrenbaan' de verwondering in Riquelmes ogen gelezen, toen de huidige vedette van Villarreal de avond voor de UEFA Cup-kwartfinale voor een inspectie het veld van AZ betrad. Naar verluid namen de voetballers van Villarreal het de Alkmaarse club aanvan kelijk kwalijk dat zij voor hun laatste training verwezen wer den naar een bijveldje en niet naar het stadion. Graag ook had ik Riquelme één keer het woord Alkmaarderhout horen uitspreken. Routineus stuurde ik donder dagavond mijn auto naar Alk maar en parkeerde deze op de achter het 'stadion' draf- en renbaan. Naast mijn auto nestelde zich een glimmende Audi met Duit se nummerplaat. Ik moest onmiddellijk denken aan al die scouts van Europese topclubs die naar men zegt hun weg naar Alkmaar gevon den hebben. Hier stond zo'n exemplaar en geheel gedesori ënteerd richtte deze het woord tot mij. Waar het stadion zich bevond? Ik wees hem op de lichtbundels boven het sport park en raadde hem aan achter de meute aan te gaan. Dat deed hij en bij de toegangs poort zal het hem zijn opgeval len dat enkele bezoekers met rijwiel en al het loket passeer den. Ik keek er niet van op, maar kon mij zijn verbijstering voor stellen. Overal is de scout al heen gestuurd, naar Bernabeu, naar San Siro. naar Wembley, nergens liet hij zijn auto achter op een paardenrenbaan, ner- fens zag hij fietsenstallingen innen de omheining van het stadion. Bij zijn eerste aanblik op de Alkmaarderhout vroeg Pelleg rini, de coach van Villarreal, zich af of het klopte dat het voetbalspel in Nederland al in de vroege Middeleeu wen^geïn - troduceerd is. Voor de vierde scheidsrechter had voorzitter Dirk Scheringa op een rommel markt in West-Friesland een schoolbankje op de kop getikt, met zo'n zwarte gleuf erin voor de inktpen en de Spaanse voet ballers beklaagden zich woens dag al over de douche in hun kleedkamer waar nog geen lauw water uit wilde komen. Nog nooit verloor AZ in eigen huis een Europa Cup-wed strijd, mij verbaast dit niet. De Alkmaarderhout is voor verwende voetbalmiljonairs een gruwelijke nachtmerrie. Ik sluit niet uit dat Riquelme zich morgen geheel terugtrekt uit de voetballerij, schapenhoeder wordt in Argentinië, blij dat hij het tenminste na kan vertellen. Frank Snoeks

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2005 | | pagina 23