SPORT Joop Alberda, de man die bovenop de topsport zat Koffietent UIT GESPROKl LINKS B U IT EN Huizebosch achter de tap Technisch directeur vertrekt na acht jaar bij NOC*NSF HDC 992 maandag 27 DECEMBER 20 Dagelijks, na een dag van noeste ar beid, kom ik er. Omstreeks vier uur zet ik mij aan het hoofd van de bar. De uitbater, Bert geheten, zet zonder wat te vragen, een flesje ger stenat voor mij neer. Zo gaat het al ja ren, zo zal het blijven gaan. Op de uitspanning staat 'de koffie is bruin', maar de koffie staat te ver schralen in de pot, de flessen hebben de overhand. Dit etablissement, Papil- Ion geheten, is een doodgewone ordi naire koffietent. Zo zijn er nog weinig in Leiden. Coffeeshops hebben de overhand ge kregen, maar in deze tenten heerst doodse stilte. Wazig zit eenieder voor zich uit te staren, de lucht van wiet en hasj omwalmt je bij binnenkomst. Hier geen flesjes op tafel, alleen lege zakjes waar Joop, BBG, Noorderlicht, Skunk of Bio ingezeten heeft. Hier wordt geen wereldnieuws besproken, bij Bert wel. Bij Bert wordt alles be sproken en eenieder neemt deel aan de discussies. Cootje komt binnen, ruim 70 en wordt begroet met 'lellebel'. Cootje lacht en zegt 'dag jongens'. Brigitte, Bram, oude Bert, Pierre, Jan, Peter, Willem, Dikkie, Mart, Frans, Dikkie, Hennie en nog vele anderen zitten er al. Bert senior is een Docosman. Heeft jaren in het eerste gespeeld, heeft zelfs nog gevoetbald met Bart van Leeu wen. De voorzitter van UVS was ook een Docosman, laat Bert trots weten. Bram is in een ver verleden glazen- wasser geweest. Lapte de ramen van de kantine van UVS gratis, maar ja, hij mag de ladder niet meer op. De uitbater, Bert, is een fanatieke Aja- cied. Tenminste dat zegt hij. Hij krijgt regelmatig het Ajax-krantje, maar de Arena is hem vreemd. Na het vorige weekeinde, Ajax won en PSV en Fey- enoord verloren, stond hij te glimmen achter de bar. Vergat zelfs een aantal consumpties op te schrijven. Dat werd hem niet kwalijk genomen. Zo wordt doordeweeks het hele voet bal doorgenomen. Iedereen was er van overtuigd dat Rachid Bouazouan van Sparta, die Niels Kokmeijer van Go Ahead Eagles een dubbele been breuk schopte, van de velden verwij derd moet worden. Zo zijn ze ook, rechtvaardig. Ook is eenieder van me ning dat Leiden, wat sport betreft, een armlastige stad is. UVS laatste met 5 punten uit 15 wedstrijden. Boshuizen laatste met 6 punten uit 13 wedstrij den. Docos in de middenmoot en zo kun je doorgaan. Als het even stil valt, wat zelden ge beurt, opper ik 'maar wie moet er dan sportploeg, sportvrouw en sportman van het jaar in Leiden worden'. De stilte is oorverdovend. Brigitte noemt Leidsche Boys, omdat haar zoon in de B-jeugd speelt. Een hoongelach klinkt op. Misschien Sporting Trigon oppert iemand, speelt in de overgangsklasse en dat is toch knap. Degene die dit oppert wordt gelijk monddood ge maakt. Hennie, heeft geen verstand van sport, wel van timmeren, blijkt toch voldoende gezond verstand te heb ben. „Gelukkig hebben wij nog stu denten in Leiden. Die roeien, lopen hard, zwemmen, die gaan er toch ie der jaar met de prijzen vandoor." Ver baasd wordt Hennie aangekeken. Hoe komt hij er op. Discussie gesloten, Bert zet een plaat je op. De stoelen gaan aan de kant. De meisjes van Rits komen binnen, alle maal nichten van mij. Er wordt ge proost en gedanst. Zo gaat dat in een ordinaire tent. zwolle - Het is niet verder ge komen dan één lustrum. Na vijf jaar werd het NKmarathon- schaatsen op kunstijs dit sei zoen niet meer op tweede kerstdag gehouden. Opluchting in het peloton, of heeft de ver schuiving naar zondag 2 januari juist voor teleurstelling ge zorgd? Henk Angenent is duidelijk in zijn oordeel. „Het NK had in het verleden nooit op tweede kerstdag gezet mogen worden. Publicitair was dat een heel slechte zet", vindt de routinier. „We hebben tussen de 20 en 25 uitzendingen per jaar bij de NOS, gemiddeld kijken daar 900.000 tot een miljoen mensen naar. Het NK bleef steken op 350.000 kijkers. Dat werd heel slecht bekeken." Die cijfers zul len dit jaar beter zijn, verwacht de winnaar van de Elfsteden tocht. Erik Huizebosch is minder blij met de verandering. „En dan kijk ik niet naar de kijkcijfers, dat vind ik ook belangrijk. Maar als ik puur naar mezelf kijk, had ik het NK liever met kerst ge had. Ik vind oudejaarsdag altijd heel gezellig. Overdag ga ik met vrienden naar de kroeg. Dat is gruwelijk gezellig, 's Avonds naar de familie en dan kan het wel eens heel laat worden. Maar nu heb je een dag later het NK." Gisteren ging Huizebosch sa men met een deel van zijn ploeg naar oud-sponsor Jan Buiter. „Dat is traditie, dat de den we altijd al, alleen kunnen we er nu een paar uur eerder naartoe. En ik kon zelf achter de tap gaan staan. Dat liedje van Normaal was nu heel toe passelijk voor ons: 'Zoepen dat doen wij wel, gaat-ie maar ach ter de tap'." SPORT IN BEELD door Gijs van Oosten arnhem Joop Alberda (53) is na acht vruchtbare jaren als tech nisch directeur van sportkoepel NOCNSF uit Papendal vertrok ken. Hij leerde de Nederlandse topsporters niets aan het toeval over te laten en grenzeloos te denken. Alberda was de man die hoge eisen stelde aan het top sportprogramma en er vervol gens bovenop ging zitten. Veel zeggend is dat het budget voor de olympische ploeg in zijn pe riode van 1,5 miljoen euro in 1996 is toegenomen tot 40 mil joen euro voor de periode tot 2008. De investering betaalde zich uit in veel medailles. Joop Alberda won op zondag avond 4 augustus 1996 in Atlan ta met de nationale volleybal- ploeg olympisch goud, het was hét sportmoment van de vorige eeuw. Diep in de nacht arri veerde de bondscoach in het Holland House. NOC'NSF- voorzitter Wouter Huibregtsen liet zich wekken, hees zich weer in de kleren en stond om half vier 's ochtends voor rijn neus. Alberda: ,,'Ik heb een visie en jij moet het gaan doen', zei hij te gen mij." Het was het begin van een lan ge, intensieve en revolutionaire periode voor de Nederlandse olympische sport. Een paai' maanden later, op 1 januari 1997 trad Alberda in dienst bij NOC'NSF. Destijds een ver edeld reisbureau voor olympi sche sporters. Het budget voor Atlanta 1996 was minder dan anderhalf miljoen euro, waar van het merendeel opging aan reiskosten. „We hebben eerst de bouwste nen van de sport in kaart ge- Joop Alberda: „NOC'NSF heeft een groot voordeel op de bonden: wij zien veel, wij weten veel." Foto: GPD/Cees Zorn bracht. Op basis daarvan is het topsportbeleidsplan 'Een kwes tie van kiezen' gepresenteerd. Omdat wij als Team de Mission (Marcel Sturkenboom en Jan Loorbach, red.) geen zin had den om zonder geld naar de Olympische Spelen van Sydney te gaan, zijn we ons ook met de marketing gaan bemoeien. Het concept van Performance 2000 had ik al in mijn kop zitten." De vraag van Performance 2000 was even simpel als veeleisend: wat hebben sporters nodig om optimaal voorbereid naar de Olympische Spelen te gaan? Al berda ging naar het voorbeeld van de pioniers André Bolhuis en Hans Jorritsma de bonden langs. De boodschap: achteraf mogen er geen excuses zijn. „We maakten aanspraak op de professionaliteit", aldus Alber da. „Het was toen een overval op de bonden, op de coaches, want zij waren daar nog niet aan toe. Met een ambitieus top sportplan hadden we vrij snel 15 miljoen euro sponsorgeld bij elkaar voor de laatste twee ja ren op weg naar Sydney." De potentiële excuses in de aanloop waren talrijk. Alberda somt ze moeiteloos op: te wei nig buitenlandse trainingssta ges, geen goede tegenstanders, geen goed materiaal, etc. „Op weg naar Sydney hebben we daarin de laatste slag gemaakt. De sfeer, de goudkoorts en de betrokkenheid in het olympisch dorp in Sydney zijn voor Ne derland uniek geweest." Alberda hamerde op onbe grensd denken, de overtuiging dat het onmogelijke wel moge lijk is. Hij introduceerde de Reis van de Held, een vorm van mentale training voor olympi sche sporters. Alberda dwong de sporter na te denken over zijn sport. „Elke sport moet nadenken over zijn klapschaats. Die inno vatie ligt in elke tak van sport. In Amerika zeggen ze: 'Failing to prepare is preparing to fail.' Dat is helemaal waar. We heb ben als Nederlanders de nei ging om onzorgvuldig naar de Spelen te gaan." Alberda trok en sleurde aan de nationale bonden, riep coaches ter verantwoording over hun programma's. Hij nam daarin als het gezicht van NOC'NSF de leidende rol, soms tot afgrijzen van de bonden die een paar passen achter hem aanliepen. „NOC'NSF heeft een groot voordeel op de bonden: wij zien veel, wij weten veel." „Wij hadden de kennis en het geld om die te verbeteren. We zijn als Team de Mission er bo venop gaan zitten. We keken kritisch naar de ingediende programma's. Zo vonden wij dat de honkbalploeg voor Syd ney niet onvoorwaardelijk en zonder excuses (met een partti me bondscoach, red.) bezig was. We hebben toen gezegd: doe het op onze voorwaarden en we betalen het dubbele van wat wordt gevraagd." Na de pioniersfase tot 1996 en de ontdekkingsreis tot 2000, trad, aldus Alberda, de consoli- datiefase in. „We verdubbelden het budget van 15 naar 30 mil joen euro, maar de dynamiek was minder groot dan voor 2000. De bonden die we had den overvallen, klampten aan en wilden het beheer over de gelden. Maar ik wilde met het geld sturing geven aan de pro jecten van coaches en spor ters." „We verplichten elke atleet een analyse te maken van zijn sport. Wat doet de naaste concurrent? Wat doet de olympisch kampi oen? Aan de hand van die gege vens kun je je eigen weg naar succes beschrijven. Sporters behoren autonoom te zijn, ze zijn zelf verantwoordelijk en dienen de consequenties te aanvaarden." Alberda zweert bij een voor trekkersrol van NOC'NSF, ook nu na de verkiezingsoverwin ning van Erica Terpstra in 2003 topsport voor een deel weer bij de bonden wordt gelegd. Het druist gevoelsmatig in tegen het ambitieuze plan van een Olym pic Team, een organisatievorm los van de sportbonden, die Al berda in zijn 'regeerperiode' tot zijn teleurstelling niet heeft kunnen realiseren. „De ideeën over topsport moe ten ergens vandaan komen. Be paalde bonden hoeven alleen gefaciliteerd te worden, bepaal de bonden hebben coaching nodig en er zijn bonden die stu ring nodig hebben. Bonden lei den op tot topsport, maar de meeste medailles komen tot stand door private investerin gen, dus buiten de bonden om. In Sydney was dat 80 procent, in Athene 70 procent en in Tu rijn zal dat meer dan 90 procent zijn. Het kan niet anders dan dat het Olympic Team er toch komt." „De bonden hebben moeite met de onthechting van de sporter die ze hebben opgeleid. De metafoor van het kind-ou derprobleem is van toepassing op de relatie tussen de bond en de topsporter. Mijn stelling is dat er drie organisatievormen zijn: voor de breedtesport, de nationale top en de wereldtop. Voor de smalle pool van heel goede sporters is individueel maatwerk nodig. Daarvoor dient het Olympic Team. Het is elke keer weer fascinerend mee Profiel: Joop (Jogchum Theo) Alberda Geboortedatum: 25 oktober 1951 Geboorteplaats: Oosterwol- de (Friesland) Opleiding: Academie voor Lichamelijke Opvoeding Sportcarrière: eerst turner, later als volleyballer in eredi visie gespeeld bij Lycurgus uit Groningen. Burgerlijke staat: getrouwd, twee kinderen Hoogtepunten loopbaan: bondscoach van Nederlands mannenvolleybalteam dat in 1996 de olympische titel won, van 1997 tot en met 2004 technisch directeur van NOC'NSF. Pieter van den genband in AD 1 Sportwereld: „Want wat doe I nou eigenlijk? 1 trots op mijn medailles en records, ik ben ook echt bl ik ooit aan dat zwemmen begonnen, maar wat is he meer dan op en neer rossei een bak met water?" Idem: „Extremisten zouden moe li gaan voetballen. Misschiet letterlijk, maar de sport in algemeen moet worden aa wend om maatschappelijk ses te bestrijden." Ruud van Nistelrooij ove e aandacht, in AD Sportweï „Ik kijk altijd rond, scan f 1 groep. Ik hou precies bij oj I! al hebben gespot of niet. Ae dat ik het belangrijk vind, c ik registreer dat automatic Scannen is mijn tweede m\ geworden. Maar daarmee moei ik mezelf natuurlijk Robin van Persie (Arsenal complimenteert zijn coan Voetbal International: „Je weet hoe erg trainers Atv zijn, maar dat Wenger zij\i woord houdt, vind ik iets aals in deze wereld vol ga ken. Dick Advocaat in de Voltya krant: „Op een of andere manier# spreek ik niet aan bij een aantal mensen. Ze vinden blijkbaar een vervelende een arrogante man, ofeertfr rijnige man. Terwijl mem met wie ik heb gewerkt m r meestal een aardige kerel 1 den." 1 Schaatser en FC Zwolle-£i porter Erben Wennemaipi Voetbal International: u „Bovendien mag ik graagft beetje klagen. Dan kom ik FC Zwolle behoorlijk aanU trekken. te maken waarom die discussie in Nederland zo moeilijk moet zijn." „De atleet en coach vormen een twee-eenheid die zoveel mogelijk zelf de regie hebben. We verschuiven steeds meer naar een organisatievorm van het Olympic Team, gesteund door sterke sponsors die kiezen voor het merk NOC'NSF en topsport. Het Olympic Team bepaalt voor een groot deel de toekomstige ploeg voor de Spe len van 2008 waarin de indivi duele topsporter wordt bediend zoals die bediend wil worden." Alberda's opvolger Charles van Commenée, hij begint op 1 fe bruari, zette bij zijn presentatie in oktober 2004 meteen een vergeten groep op de agenda. Nu voor de topsporter goed wordt gezorgd, is het tijd aan dacht te schenken aan de coach. Volgens Alberda is dat terecht. „Met Charles ben ik het over dit soort zaken helemaal eens. De betaling, de beschikbaarheid van de coaches, dat wordt een zwaar aandachtspunt. Een goe de relatie met de bonden en een goede organisatie bij de bonden, is daarbij essentieel. Als er bij de bonden een helde re beleidslijn loopt van voorzit ter naar directeur naar bonds coach, dan is er ook rust op de werkvloer. Als er rust op de werkvloer is, dan komt succes vanzelf." Vlak voordat hij afgelopen week stopte is Alberda vier dagen op bezoek geweest in Birmingham, waar Van Commenée werk zaam is bij UK Athletics. Hij rondde daar de overdracht af. Alberda: „Charles is goed. Ik heb vertrouwen in hem. Wat ik zelf ga doen? Dat weet ik echt niet. Eerst maar eens twee maanden vakantie. Acht jaar geleden is door Huibregtsen mijn hoofd volgepompt. Voor ik verder ga, moet die kop leeg." AZ-coach Co Adriaanse i Nieuwe Revu: l „Ik denk altijd aan de vok wedstrijd. En elke keer dm wint, wordt het moei lij kei de volgende keer opnieuiqc doen. De hossende menigje denkt daar niet aan. Die ft over een week weer hossen daar ben ik verantiuoordèg voor.1 Idem: it „Ik denk dat mensen gen ill van het spelplezier van Ah. het een echt team is, dat kaar respecteren en same (1 ken en elkaar dingen gurf En dat missen we een beéf- de samenleving." Paul Foortse, zaakwaari van Kluivert, in Nieuwe Patrick had in Barcelon keerde vrienden. Hij is ee gen die de gezelligheid of. Maar wat zijn het voor vi den, als ze weten dat Pat) volgende dag weer naar 1 moet en ze hem overhalei wat te drinken? Ze hadd( naar huis moeten sturen. De Vlaamse wielrenner Boonen in Humo: „De Italiaanse pers mag. zelfmoord van Pantani 01 aantrekken. Ze wisten da ;i paranoïde was; waarom ze hem niet een beetje op komen?" Trainer Géne Gerards, a tig jaar werkzaam in Gr land, over bondscoach Rehhagel, in de Volkskr Hij was de koning van j icenland, maar dat is gat j voorbij. De koning is alu heel klein prinsje aan he den." Phillip Cocu in Voetbal national: „Ik heb drie kleine kinde ik weet niet of ik hen hie wil laten opgroeien. Mijl en ik hebben besloten de nog een tijdje aan te zien het is zeker niet uitgeslot we op termijn terugkerei Spanje. Richard Krajicek over zi echtgenote Daphne De<T Margriet: j „Door Daphnes instelling door haar werk, heb ik o| leerd dat het leven niet oj als je een keer verliest. DM ik natuurlijk wel, maar le schil is dat ik het nu ook\. binnen voel." m n Misha Salden, aanvoert) Stormvogels Telstar, inl| bal International: n „Het niveau van de eerstn is gewoon flink gezakt, uji; door de onvoorspelbaar toegenomen is. Ik denk zeker zes ploegen zijn die* pioen kunnen wor- :c den. Voor ons is de e titel een utopie, maar li een plek in de na- |l competitie mag nu iv wel het streven zijn.v Zeilrace Sydney - Hobart. December 2004. Foto: Reuters

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2004 | | pagina 14