Anton de Kom is te weinig held in zijn eigen land BINNEN- BUITENLAND Vlinderj arige als huisslavinnetje Op de tractor naar de Zuidpool Surinaamse schrijver en verzetsstrijder krijgt standbeeld in Amsterdam Kinderarbeid achter gesloten deuren in Peru 2q vrijdag 26 november 2oo4 l,8( 9.9 v nze correspondent ima <qIARIbo - In Suriname is de ,48 siteit naar hem ver- en Paramaribo kent een ,omet zijn naam. Ook Am- heeft een Anton de lein, waar binnenkort een itandbeeld van hem komt n. Anton de Kom (1898- jurinaamse vrijheidsstrij- Wolutionair en nationa- Kom staat ook wel be- 'Adek'. jen maand mogen inwo- iC m Amsterdam Zuidoost em uitbrengen op vier rpen voor het standbeeld, otere erkenning kan de er van het boek 'Wij sla- n Suriname' niet krijgen, t boek wilde hij in 1934 ichiedenis van Suriname jj rijven vanuit de positie onderdrukten'. In Ne- d kwam alleen een ge- 4I eerde versie op de markt. 11 was actief in de arbei- ojweging, eerst in Neder- tar hij werkte als verte- siordiger in koffie en ta- jnaf de jaren dertig ook jjname. Beïnvloed door isstrijders en nationalis- Indonesië, verdiepte De ch in de koloniale ge mis van Suriname, ij in 1933 terugkeerde iriname gonsde zijn :r al rond. De overheid n als iemand die het ko- gezag probeerde te on- ïen. De bevolking, voor- beiders, juichten zijn :oe. Toen hij actief werk- an verschillende etni- oepen ging registreren, trad het koloniale gezag op. De Kom werd gearresteerd en het land uitgezet naar Nederland. In de Tweede Wereldoorlog zat hij in het verzet. Hij werd opge pakt en stierf uiteindelijk in een concentratiekamp. De Surinaamse gemeenschap in Nederland zet zich al jaren in voor een standbeeld. De Kom zette zich in voor Surinamers, maar streed ook voor de vrij heid van Nederland. Suriname zelf is minder met Anton de Kom bezig. In de ge schiedenisboeken wordt nu wel over hem geschreven, maar hij speelt geen grote rol in de sa menleving. Zijn woorden wor den zelden aangehaald, zijn ge boorte- of sterfdag wordt niet herdacht. Alleen op massabij eenkomsten van de Nationale Democratische Partij van Desi Bouterse hangen grote posters met zijn afbeelding en wordt hij als nationale bevrijder geëerd. Het huis waar de bekendste vrijheidsstrijder van Suriname opgroeide staat al jaren op in storten. Een buurman vindt het een schande. „Hoe kun je een huis van zo'n belangrijke figuur er zo bij laten staan! Weet u hoeveel Surinamers uit Neder land hier ieder jaar naar toe ko men om het huis te bezichti gen? Zelfs bakra's (blanken) ko men. Vorig jaar was er een hele delegatie ministers uit Neder land. De burgemeester van Am sterdam heeft hier twee jaar ge leden nog een minuut stilte ge houden." Een poging van de gemeente Amsterdam het gebouw op te knappen om er een museum van te maken, liep op niets uit omdat er van de Surinaamse overheid en de familie van An ton de Kom te weinig respons kwam. De stenen plaquette met een beroemd citaat van De Kom, die sinds 1985 bij het verpau perde huis staat, ziet er beter uit. Antropoloog Emanuels heeft wel een verklaring voor het ge brek aan belangstelling in Suri name. „Suriname gelooft nog steeds niet echt in de eigen kracht en helden. Iemand als Anton de Kom is wel een boeg beeld voor Surinamers in Ne derland, omdat die al een stuk bewuster zijn van him eigen identiteit dan hun familieleden hier. Vroeger werd ons geleerd dat onze voorouders die strijd leverden, oproerkraaiers en cri minelen waren. Dat beïnvloedt het zelfbeeld van de Surinamer nog steeds." Ex-parlementsvoorzitter Emile Wïjntuin beaamt dit. Hij strijdt al jaren voor de erkenning van Louis Doedel, de eerste vak bondsleider van Suriname die in de jaren dertig in opstand kwam tegen het koloniale regi me. Doedel werd gek verklaard en 43 jaar opgesloten in een psychiatrische inrichting. Wijntuin: „Doedel is voor Suri name veel belangrijker geweest dan Anton de Kom, maar voor hem is er nog steeds geen standbeeld, laat staan een straatnaam. Weet je hoeveel straten hier vernoemd zijn naar leden van het Nederlands ko ningshuis of Hollandse schil ders zoals Rembrandt? Het wordt tijd dat onze eigen hel den een plek krijgen." Toeristische trekpleister: Nederlanders bezoeken het ouderlijk huis van Anton de Kom in Paramaribo. Foto: GPD 64,: s correspondent indenkamp linderjarige meisjes die ^'^Jstbode werken en inwo- [ezinnen ver weg van n familie; de Internatio- ^'|)eidsorganisatie van de 2.3) noemt dit één van de 2,si i3,«rnstige vormen van kin lid. Het valt niet op en is ;t uit te roeien, omdat 92]ier gesloten deuren |ndt. Kerkinactie vraagt in nd voor de rechten van iaandacht voor deze id. brleefd gezichtje met 25,8hruine ogen. Celia is pas 20' i)t voor kort draaide ze s^ten werkdagen. Celia is 2*-7A de naar schatting 29*33 minderjarige huissla- 22,3iin Peru. De kinderen ^Opittere armoede thuis op 3ix4(teland ontvlucht om 25,oh habbekrats - soms ^•|ptis - huishoudelijk werk 23.4I bij families in de stad. ^■2ferd uitgebuit. Op zeven- 20|ofeftijd gaven haar ouders 24Ï8Ee aan een tante, die jklerbracht bij een gezin ig^jid Cuzco. Daar moest 43.4ji dagen per week, twaalf jg®|dag koken, boenen en 17^41 Buiten kwam ze alleen 55.%lschappen te doen. Als 0 5|et gehoorzaamde werd 4j|scholden en geslagen, j|'3r de kinderen van het 18' L. 25.6pe haalde haar na een tij het gezin. Sindsdien bij nonnen, samen itgenoten. Celia bloeit op. Ze heeft weer letjes, gaat naar school 28 f* v°heybal. Maar toch 27^zich eenzaam. „Ik mis i4.|ler en moeder erg" g je, verlegen. Ze moet 12, q huilen. idelijke kinderarbeid is in ontwikkelingslan- 'eru krijgt het een extra De werkstertjes zijn eemse meisjes, gebo- 49.it Andes Gebergte. Zij *3 ^ver weg van huis bij i82!dprekende families. lan ze vergezeld van een id naar de stad, of ze meegegeven aan een zoals Celia. at ook voor dat ze op Ig van hun werkgever ird worden door een in- air: een verpleegster, gent of onderwijzer. Ze (Weinig scholing, spre- Bn quechua (indiaanse kennen de mores van niet. De meisjes worden hun afkomst gezien ïiindere soort mens, angs burgers, ctie, de organisatie van ïlandse protestantse heeft Peru voor zijn he gekozen. Inzet: het Armoede dwingt ouders in Peru afstand te doen van hun kinderen, die in de stad bij particulieren gaan werken in de huishouding. Foto: GPD verbeteren van het lot van Celia en haar lotgenoten. „Dat valt niet mee", zegt Gloria Gutier rez, werkzaam bij Proande in Andahuaylas, de zusterorgani satie van Kerkinactie. „Keuterboertjes blijven hun kinderen naar de grote stad stu ren, omdat het leven daar in hun ogen beter is. Vaak hopen de ouders er later ook naar toe te trekken. Meestal vergoelijken ze de kinderarbeid. Ze hebben geen idee dat hun dochter uit geknepen en soms seksueel misbruikt wordt. Ze zien het als een stageplaats. De kinderen le ren Spaans en thuis hoeft er een mond minder gevuld te worden." In Andahuaylas voltrekt het le ven zich in een lage versnelling. Mensen hebben nog tijd voor een praatje. Buitenlanders wor den er overladen met belang stelling. Achter deze facade schuilt het drama van de Asse poesters. Duizenden meisjes uit de regio werken er in slaven dienst. Gloria probeert dit veranderen. Het kantoortje van Proande fungeert als open huis. Met on derwijs en groepsgesprekken probeert men er het geknakte zelfvertrouwen van de huis sloofjes op te vijzelen. Zondags - de dag dat de dienstmeisjes meestal vrij zijn - kunnen ze er komen buurten. Gedurende de week wordt er 's avonds taai en rekenles gegeven. De meisjes worden er mondig gemaakt. De meesten zijn on derdanig, durven niet voor zichzelf op te komen omdat ze zich door iedereen verlaten voelen. Onderricht in sociale vaardigheden en seksuele voor lichting levert Proande ook, maar dat is alleen weggelegd voor hen die bevrijd zijn. Dat zijn tot nu toe zo'n 200 meisjes. Gloria: „De dienstmeisjes zijn heel moeilijk te bereiken. Deze vorm van kinderarbeid heeft achter gesloten deuren plaats. Het is vrijwel onzichtbaar. Als we op misstanden stuiten, trek ken we bij de familie aan de bel. Verbetert er niks, dan dreigen we met stappen. Meestal kun nen we de meisjes wel loswe ken en elders aan het werk hel pen." Dat lukte met Marisol Almanza Leon (17), oudste uit een boe rengezin met zes kinderen op twee dagen reizen van Andahu aylas. Ze was seksueel belaagd door haar broodheer. Marisol: „Zijn vrouw was enige dagen weg en 's avonds toen de kinde ren op bed lagen, kwam hij met oneerbare voorstellen. Ik heb een radio naar zijn hoofd ge gooid. Later beschuldigde zijn echtgenote mij ervan, dat ik hem verleid had. Ik had het aan mezelf te danken." Of het voorval haar getekend heeft? Marisol pinkt een traan weg. Regelmatig ziet ze de man nog op straat. Het was de twee de maal, dat Proande Marisol weghaalde. Bij het voorlaatste gezin had ze zes maanden geen loon gehad. „Omdat ik zoge naamd de strijkbout kapot had gemaakt." Olga Ascue Cespedes (12) kwam met haar broer naar An dahuaylas. Ook voor haar over weegt Gloria in te grijpen. Olga werkt voor dertien euro per maand in de huishouding bij de eigenaar van een bakkerij. Ze maakt lange dagen en moet naast het huishoudelijk werk op hun vier kinderen letten. „Met name de baby van zes maan den huilt zonder ophouden. Ik heb geen moment dat ik zelf kan spelen." In Lima, waar ook veel kinder arbeid in huishoudens voor komt, somt Isaac Ruiz Sanchez de oorzaken van het fenomeen op. Hij is verantwoordelijk voor de rechten van kind binnen het Centrum voor Sociale- en Pu blieke Studies (CESIP). CESIP neemt in Peru deel aan twaalf projecten waarmee in samen werking met gemeenten 6000 Assepoestertjes bereikt worden. Ruiz: „De oorzaak ligt in de on derontwikkeling van het platte land. Het is een combinatie van bittere armoede, het ontbreken van middelbaar onderwijs of gezondheidszorg. Ook de ou ders dragen schuld. Ze staan hun kinderen te makkelijk af. In de leerplichtwet ontbreekt bo vendien een leeftijdsgrens tot wanneer kinderen naar school moeten." De CESIP-werknemer wijst er op dat de dienstmeisjes vaak niet bij draagkrachtige families zitten. Ruiz: „Het leeuwendeel werkt bij gezinnen met lage of middelbare inkomens. De uit buiting wordt geholpen door de Indiaanse arbeidsmoraal: kin deren behoren hun handen uit de mouwen te steken. Ik ken vrouwen die een werkstertje een fooi geven, terwijl ze zelf in de huishouding werken bij rijke mensen. Vaak beroepen ze zich op naastenliefde. Zonder een baantje zouden de meisjes op straat zwerven, zeggen ze." Het Peruaanse parlement nam vorig jaar een wet op huishou delijke arbeid aan. Daarin ont breken echter leeftijds- of sala riseisen. Loonafspraken moe ten in goed overleg tot stand komen. De dienstboden heb ben volgens de wet recht op twee weken vakantie, terwijl een maand normaal is in Peru. Cristina Goutet van de Vakbond voor huishoudelijk werksters weet wel waarom.Alle parle mentariërs hebben een dienst meisje. Je denkt toch niet zij de hele maand zelf de afwas gaan doen." door Joost Goutziers enschede - Haar hart souffleerde haar dat ze op de tractor naar de Zuidpool moest reizen. In juni 2005 begint de Twentse theater maakster Manon Ossevoort aan haar avontuur van ruim 19.000 kilometer. Ieder mens heeft zo zijn eigen lijfspreuk. Manon Ossevoort (28) voelt zich goed bij een nuchtere levenswijsheid van haar Twentse ouders:Als je iets wilt, moet je er niet over praten, dan moet je het doen!" Tijdens een voettocht van Lourdes naar Santiago de Com- postella in 2001 fantaseerde de theatermaakster over een avon tuurlijke reis met de tractor. Het liefst naar de Zuidpool. Het tomeloze enthousiasme dat toen in haar binnensloop, heeft haar nooit meer losgelaten. Sterker nog: de voorbereidin gen voor de reis zijn sinds sep tember in volle gang. „Ik ben onbevangen opge groeid, maar juist in die periode had ik een moeilijkere tijd ach ter de rug. Tijdens de voetreis dacht ik na over mijn toekomst. Ik was bijna klaar met de mi- me-opleiding en ik dacht: wat nu?" „In Spanje, niet zo ver van San tiago, liep ik door een bos en zag een open plek vol met trac toren, een trekkerkerkhof, zeg maar. Hé, dacht ik: ik kom uit Twente, maar ik heb nog nooit op een trekker gereden. Dat moet ik maar eens doen. Ik zag mezelf al op een tractor door de wereld trekken. Dat plan maak te me vrolijk, ik moest erom la chen." Tijdens het wandelen wisselden de fantasieën elkaar af. Ze zou met de tractor van Spanje naar Nederland rijden, of nee, toch beter richting het zuiden. Naar Spanje. Uiteindelijk werd de Zuidpool haar bestemming. Dat is het echte einde van de wereld, zei het kin^i in haar. Om daar te komen moet wel een reis door de meest heftige oor logsgebieden worden gemaakt, zo realiseerde de volwassene in haar zich. In de zomer van 2002 stapte de theatermaakster voor het eerst op de trekker. Haar dorpsgenoten in Vriezenveen zwaaiden haar uit en Manon Ossevoort vertrok naar Parijs. De reis was een proefrit voor haar Grote Reis. Ze overnachtte op campings, vertelde bij her haling haar verhaal en liet kin deren die ze ontmoette haar tractor beschilderen. „Het leek me een leuk idee om onder de Eifeltoren een kopje koffie te gaan drinken. Het rij den op een tractor leerde ik on derweg." Ossevoort liet zich lei den door toevalligheden en raakte in wonderlijke situaties verzeild. Bij een rotonde ter hoogte van Den Bosch kwam ze een stoet van vijfentwintig trac toren met kinderen tegen. Ze waren op weg naar een zomer kamp. Bij de Are de Triomphe reed ze rondjes en werd ze vergezeld door een wagen met rondbuiki- ge agenten. „Ik danste met een 80-jarige Fransman en ik rookte een sigaret met een sjeik. Het viel me op hoe ontwapenend mensen reageren. Ze wilden steeds mijn verhaal horen." Ook de media volgden de reis van de theatermaakster. Ze haalde de kranten en een ca meraman van RTL reed een eindje mee op de tractor. Het avontuur naar Parijs laat zich vertellen als een vrolijk kinder verhaal. Een verslag ervan stond lange tijd te lezen op in ternet. Als jong meisje danste Manon Ossevoort op stille uurtjes in haar eentje in de feestzaal van het restaurant van haar ouders. Nog steeds gaat de ontwapende Twentse dansend door het le ven. Ze omschrijft zichzelf graag als een beetje naïef en als een jonge vrouw die het kind in zichzelf koestert. Dat fantasierijke kind in haar hart stimuleert de theatermaak ster om vrijheid na te jagen en haar dromen waar te maken. „Ik wil niet dat ik later spijt krijg omdat ik kansen heb laten lig gen. Dat betekent wel dat ik soms door al mijn angsten heen moet." De jaren na de eerste tractorreis werkte de Twentse als danser en speler in theaterproducties. Ook dat was een droom. Eentje die beetje voor beetje is waar gemaakt. Dat maakt de weg vrij voor het realiseren van die an dere, bijna onwerkelijke droom. Vorig jaar maakte Manon Osse voort op het Oerolfestival Trek ker 1 - Meiske een locatievoor stelling over een vrouw met een missie. Ze leidde haar publiek door het weidse duinenland schap van Terschelling. Toe schouwers trokken langs een veld met richtingwijzers naar grote en kleine dromen en langs een kerkhof met onver vulde dromen. Ook maakte ze de toeschou wers op een luchtige manier deelgenoot van haar eigen droom: met de tractor naar de Zuidpool. In de voorstelling gingen werkelijkheid en fanta sie hand in hand. „Volgend jaar speel ik op Oerol de reisversie van Meiske. Aan het einde van het festival op Terschelling rijd ik met de trac tor de boot op en begin dan aan mijn reis. Ik ga de voorstel ling onderweg op een aantal plaatsen spelen; op festivals en campings. De persoonlijke dro men van het publiek neem ik mee naar de Zuidpool." De reis zal een jaar tot ander halfjaar duren en voert door de Balkan en landen als Ethiopië, Kenya en Zuid-Afrika. Onder weg bezoekt de jonge Twentse theatermaakster projecten en kindertehuizen van War Child, want ze heeft de trekkerreis ge koppeld aan een goed doel. „Vroeger wilde ik aan ontwik kelingshulp doen. Eigenlijk doe ik dat nu toch een beetje." Behalve over enthousiasme en een ruime fantasie, beschikt Manon Ossevoort over de nodi ge nuchterheid, vertelt ze. Dat heeft ze ook nodig, want de reis Manon Ossevoort: „A's je iets wilt, moetje er niet over praten, dan moetje het doen." Foto: GPD/Marc Bolsius vergt een gedegen voorberei ding. Dat werk is 1 september begonnen. Ze formeert een begeleidings team, regelde al een tractor, een Ferguson, want van dat merk zijn in veel landen onder delen beschikbaar en ze sprak met een zegsman van de Natio nale Commissie voor Interna tionale Samenwerking en Duurzame Ontwikkefing(NC- DO). Die legt contacten in Afri ka zodat Manon met haar trac tor stammen van bosjesman nen in Namibië en Botswana kan bezoeken. Ook wil ze leren zelf de tractor te repareren en steekt ze tijd in het werven van sponsors. Ook de Nederlandse ambassa de in Zuid-Afrika is op de hoog te van het plan. Een medewer ker informeerde eigenhandig filmmaakster Renée Schelteipa die een documentaire over het tractorproject wil maken. Waarschijnlijk lopen ook dan fictie, theater en werkelijkheid in elkaar over. Dat is een techniek die Manon Ossevoort wel ligt. Ze paste die al toe in Trekker 1 - Meiske en ook als ze praat over haar reis, lijkt het soms alsof ze over een nieuwe theatervoorstelling praat. Die reis is een bloedseri euze onderneming en de Zuid pool is al geen volledig onbe kend terrein meer voor de Twentse. Ze leest er veel over. „Zo weet ik dat de Britse Fiona Thomwille de eerste vrouw was op de Zuidpool. Als voorberei ding op haar voetreis trainde zij in haar achtertuin door een zware tractorband achter zich aan te slepen. En Sir Edmund Hillary, de eerste bedwinger van de Mount Everest, leidde een expeditie met tractoren naar de Zuidpool." „Toen ik mijn plan bedacht, wist ik dat allemaal niet, maar ik lees nu veel over'de Zuid pool. Het valt me op dat tracto ren in al die verhalen zo'n grote rol spelen. Ook de eerste voer tuigen op de Zuidpool waren tractoren." Het lijkt dat Manon Ossevoort een fantasiewereld creëert waarin volop ruimte is voor het goede in de mens. Dat is ook een indirect doel vatbaar reis. Ze wil aantonen dat cynisme de wereld verziekt, dat angsten overwonnen en dromen verwe zenlijkt kunnen worden. Als ze iets van haar hoop en onbevan genheid kan overbrengen op anderen, dan is haar missie al gelukt. Dat wil echter op voorhand niet zeggen dat iedereen die ze straks gaat ontmoeten haar en thousiast en gastvrij zal ontha len. „Het kan zijn dat ik in Afri ka dorpen binnenrijd, waar ze niet op mij zitten te wachten en mij als een decadente wester ling zien." „Ik zal alles uit de kast halen om mijn enthousiasme over te brengen. Mocht ik op veel weerstand stuiten, dan moet ik misschien overwegen mijn reis stop te zetten. Ik wil niemand voor het hoofd stoten, want dan streef ik mijn doel voorbij."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2004 | | pagina 9