Van Velzen blijft zich verbeteren Houvast SI Basketballer viert nog een paar jaar 'vakantie' Tussen Ids en Anni kwam de kermis van Deersum - wat sneu is voor Anni, maar ook wel weer pleit in het voordeel van Ids SPORT ZATERDAG 6 NOVEMBER 2004 door Certjan van Geen - Op zijn zestiende kon Ronald van Velzen nooit bevroeden dat zijn leven zo drastisch anders zou gaan lopen dan ge dacht. De Noordwijker zat op school, dacht soms aan een vervolgopleiding, voetbalde bij SJC en van basketbal had hij slechts zijdelings gehoord. Zestien jaar later heeft hij er een heel leven als profbasketballer opzitten en is het einde nog niet in zicht. De 2.08 meter lange center verhuisde deze zomer na een ar beidsconflict van Omniworld Almere naar titelkandidaat Eiffel Towers in Nij megen. „Zoals het nu gaat, hou ik het nog wel vier jaar vol", zegt Van Velzen lachend. „Daarna moet het maar eens afgelopen zijn met die 'vakantie'." Van Velzen beseft heel goed dat hij als beroepssporter een bevoorrecht mens is. Geen andere beroepsgroep kan met zo veel overtuiging stellen dat ze een betaalde vrijetijdsbesteding heeft, ook al ligt de pensioengerechtigde leeftijd laag. En toch wordt er, puur uit onwe tendheid, nogal eens geringschattend gedaan over profs. De Noordwijker zag er in het verleden relaties op stuk lo pen. „Ik had vriendinnetjes die er niets van begrepen. Die vroegen zich soms af waarom ik nou alweer ging basket ballen. 'Ja hallo', dacht ik dan. Jij gaat toch ook elke dag werken. Basketbal is mijn werk. Het is alleen geen normale baan. En er kleven ook nadelen aan. Ik ben alleen op zondag vrij en de laatste tien jaar heb ik rond kerst geen vakan tie gehad." De Noordwijker kreeg op latere leeftijd pas een groeistuip. Ineens begon zijn lengte hem tijdens het voetbal in de weg te zitten. „Als ik een bal aannam, was het bij wijze van spreken gevaarlijk spel", zegt Van Velzen. In de Al van SJC schoof hij van de spitspositie naar achteren en kreeg de rol van voorstop per. Dat hield nog meer nadelen in. „De trainer/vond dat ik harder moest gaan voetballen. Ik moest af en toe op de enkels van een tegenstander gaan staan. Dat is mijn stijl niet." Via schoolbasketbal werd hij ontdekt. Van Velzen ging bij MSV meetrainen en stond in een mum van tijd in het eerste. Daar wist hij zich omringd door een getalenteerde en ervaren groep, die in de top van de promotiedivisie meedraaide. Al met al de ideale leer school. „Ik ben niet opgegroeid met basketbal, maar het was wel meteen een sport die me lag. Ik kon er echt iets leren en wilde dat ook. Ik pikte dingen snel op." Bij de jaarlijkse Allstar-wed- strijd van de promotiedivisie werd hij topscorer. Een scout van eredivisionist Goba was aanwezig en hij kon er teke nen. „En ik wist niet eens wat Goba was", stelt Van Velzen om aan te geven dat hij nog steeds een groentje was in de vaderlandse basketbalwereld. Bij de club uit Gorinchem speelden destijds immers grootheden als Okke te Velde, Marco de Waard, Richard van Poel geest en Tyco Cooper. Illinois Vanaf dat moment was zijn leven niet meer hetzelfde. Hij ging naar Amerika en kreeg aan de Illinois State Universi ty een scholarship om te studeren en te basketballen. Hij vervolgde er de le rarenopleiding die hij in Nederland be gonnen was en deed een tweede 'ma jor' psychologie met als specialiteit jeugdcriminaliteit en familie. „Mis schien wil ik wel verder in de sportpsy chologie. Als ik alleen al op straat loop, zie ik zo veel talent, dat wil je niet je niet weten. Maar heel veel ervan gaat verloren, omdat het in het koppie ver keerd zit. Kinderen vallen daardoor af aldus Van Velzen, die twee weken geleden, een dag voor zijn 32ste ver jaardag, vader werd van dochter Jessie. Het welzijn van de jeugd gaat hem aan het hart. Hij heeft een voorbeeldfunc tie in de stad, wordt herkend op straat. Als hij aan het hardlopen is, kan hij het niet nalaten om even te kijken of de basketbalpleintjes bevolkt zijn. Zo ja, dan gooit hij een balletje mee. „Ge woon omdat ik er lol in heb is en om dat het gewaardeerd wordt. Ik vind het leuk om herkend te worden. Niet dat ik het daarom doe, maar ik kan het me niet voorstellen dat ik anders zou rea geren. Ik zal altijd bereikbaar zijn, kan me niet voorstellen dat ik niet met toe schouwers praat of geen handtekenin gen uitdeel." Met ISU won Van Velzen twee keer de conference. In het aansluitende NCAA- toemooi was de achtste finale steeds het eindstation. In zijn laatste jaar ISU raakte hij zwaar geblesseerd aan zijn knie. Na een extra half jaartje aan de universiteit van St. Louis verkaste hij naar de Franse tweededivisionist Le Havre. Öok daar behaalde hij de titel om vervolgens terug te keren naar Ne derland en te tekenen bij Omniworld Almere. Omniworld De eredivisionist boekte in zijn korte bestaan wisselende successen. Van Velzen speelde in 2003 de finale van de play-offs tegen Eiffel Towers, zijn hui dige werkgever. Veel consistentie zit er niet in de resultaten, wat wellicht me de gevolg is van het hap-snap-beleid dat de club voert. Vorig jaar immers te kende Van Velzen een contract voor onbepaalde tijd in Almere. Al tijdens maar vooral na zijn basketbalcarrière zou hij verbonden blijven aan de club in een technische functie. Nog geen jaar later wilde Omniworld alweer van hem af. Om het doorlopende contract te beëindigen moest de rechter eraan te pas komen. Van Velzen kreeg finan ciële genoegdoening, maar snapt wei nig van de gang van zaken. „Ik was datgene wat zij zochten voor de toe komst. Ik zou een functie krijgen in de jeugdopleiding. Opeens moest het alle maal anders, maar hoe hebben ze rne nooit verteld. Ik weet nog steeds niet hoe het zit. Ze wilden me op een vieze manier aan de kant zetten en ook nog op een moment dat alle andere ploe gen vol zaten. Ik had net mijn apparte ment van de club opgegeven, een ei gen huis gekocht en was bezig een ge zinnetje te stichten. Flikken ze me dit." Almere blijft ondanks dat zijn residen tie. De dagelijkse reis naar Nijmegen legt hij fluitend af. Hoewel hij in de herfst van zijn loopbaan nog gedwon gen werd te verkassen, zitten er ook voordelen aan de overstap. Eiffel To wers, dat door voormalig Elmex/Lei- den-guard Randy Wiel wordt getraind, is nadrukkelijk titelkandidaat, terwijl Omniworld na vijf duels puntloos on deraan staat. In Nijmegen wordt hij weer gedwon gen zichzelf te verbeteren. „Ik heb al tijd gezorgd dat ik in teams zat waarin ik vooruit kon. Het is verleidelijk om Ronald van Velzen naast Eiffel Towers -coach Randy Wiel, voormalig guard van Elmex Leiden. „Zoals het nu gaat, hou ik het nog wel vier jaar vol." Foto: Michel van Zwieten ergens heen te gaan waar je altijd in de basis staat en altijd speelt, maar dan zit je op een gegeven moment vast. Ik wil een plek van een betere speler afpak ken. Dat is het gezondste om te doen, want de kans dat je valt is kleiner." lm: Gijs Eradus leftijd: 62 Leidse Ren- en Toervereniging k Swift ing bent u al lid van Swift? haf mijn zeventiende. Wel ben ik jf jaar gaan varen. Ik was bakker- I een schip. Mijn fiets ging mee lord, maar is er eigenlijk nooit af st. Levensgevaarlijk, vaak. Toen ik wam, ben ik getrouwd en sinds- en ik definitief lid. Mijn zoontje is s jongste lid ooit bij de KNWU neld. Hij was vijf." tel tijd per week besteedt u aan b? !4 uur per dag eigenlijk. Mijn vrouw en ik hebben een caravan naast de club. We mogen hier blijven van de gemeente, vanwege inbraakpreventie. Van origine ben ik de kantinebeheerder, maar ik ben manusje van alles. Ik ben schoonmaker, wedstrijdleider en jurylid. Omdat ik jurylid ben, reis ik ook nog wel eens het land door. Het seizoen van de weg is afgelopen; nu is de crosscompeti tie bezig. Nou hoef ik pas om half negen 's morgens mijn bed uit. Vanaf 1 april gaat de kantine weer om half acht open. Je bent altijd bezig en dat is lekker. Ik kan ook niet stilzitten. De vereniging is continu in beweging en dat is goed. De jongens die hier komen toeren, willen toch altijd een bakkie. Wat moet ik dan gaan doen? Hiernaast voor mijn caravan op een stoel gaan zitten? Of ik moet naast Knetemann gaan liggen. Jammer dat hij dood is. We kwamen elkaar vaak tegen. Een leuke vent, die het hart op de goede plek had." Heeft u thuis dan niets te doen? „Dit is mijn thuis. Ik ben natuurlijk de biel dat ik zoveel tijd in mijn club steek. Maar wielrennen is mijn levenswerk. Als ik wat voor de vereniging kan beteke nen, is het goed. Ik kan soms misschien onbeschoft uit de hoek komen, maar ik doe graag wat voor anderen. En als een ander wat laat liggen - wat geeft het. Ik pak het op. Laat mij maar lekker rom melen." Steekt het nooit dat altijd dezelfde groep mensen vrijwilligerswerk doet? „Nee. Ik heb daar begrip voor, als men sen niets willen doen. Mensen werken de hele dag - ik zit in de wao - en dat is inspannend. Dan ga je liever fietsen om te ontspannen, dan schoonmaken. Maar ik heb liever geen commentaar op mijn werk. Mensen die niks doen, hebben nog wel eens wat aan te merken. Dat steekt wel. Jongens, hou je muil eens, denk ik dan. Of ik zeg het en later denk ik dan weer: Gijs jongen, laat lekker lul len. Maar als clubmens doet het me wel "Voor Mekaar" is een serie over vrijwilligers in de sport. Kandidaten voor deze rubriek? Mail naar sportredactie.ld@hdc.nl of schrijf naar Sportredactie Leidsch Dagblad, Postbus 54, 2300 AB Leiden. Dood is hij gelukkig niet, maar een beetje gestorven wel. Ids Postma schaatst niet meer, hij is boer geworden. Zelf heb ik het hier moeilijker mee dan Ids. Ids Postma beschouwde ik als een houvast in het leven. In mijn jonge jaren waren - ik be perk mij nu tot het schaatsen - Ard en Keessie dat. Zo la ng zij schaa tsten bleef ik jong, maar eerder dan ik ver moedde kwam een einde aan hun tijdperk - en dus aan mijn jeugd. Mijn studentenleven viel samen met de glorietijd van Piet Kleine, als langebaanschaatser. Mijn plan om een leven lang de eeuwige student uit te hangen viel gruwelijk in duigen, toen Piet postbode werd. Ik begreep de hint. Je kunt niet blijven stu deren. Ids Postma deed voor het eerst van zich spreken toen ik nog net geen 40 was. Al snel bleek Ids een blijvertje. Ofu dit ook heeft weet ik niet, maar bij mij werkt het dan zo dat ik mij een derti ger blijf voelen zolang Ids op schaatsen staat. Zo lang Ids be staat, verandert er niets. Ids werd één van de barometers des levens voor mij. Zoals Rintje Ritsma dat ook is. De tijd krijgt op mij geen vat, zo lang zij doorschaatsen - dót idee zit daarachter. Qds is maar een klein schakeltje van de grote ketting, genaamd houvast, die mij in dit leven op de been houdt. Maar het wan kelen is niet meer te keren en op een dag, weet ik, val ik om. Frits van Turehhout is onlangs weg gevallen. Waarom voetbalt in de eredivisie niemand meer met de naam Pahlplatz? Bram Ver meulen en nu ook al Gerrie Kneteman zijn ons ontvallen en behalve dat dit een tragedie is voor de personen zelf en voor nabestaanden is het ook tra gisch voor onszelf. Elk wegkwij nend houvast wijst je op je eigen eindigheid en als je iets niet on der ogen wilt zien is het dat wel Daarom greep een jaar of wat geleden zelfs de emigratie van Evert van Ben them mij aan (ben ik al zo oud dan, dat hij niet voor een derde keer de Elfste dentocht winnen kan?), maar ben ik tegelijk dolblij dat Peter Post nog leeft, dat Guy Roux nog coach van Auxerre is en dat Pie- ter van den Hoogenband door zwemt naar Peking.) Onder mijn ogen ligt nu de 22- ste jaargang van 'Schaatssei zoen, de statistische terugblik op het schaatsseizoen 1993-1994 (Vandaag is dit meesterwerk van Hedman Bijlsma, Ton Dek kers, Arie van Erk, Gé du Maine, Hans Niezen, Nol Terwindt en Karei Verbeek voor de 32ste keer verschenen; maar dit terzijde). Tien jaar geleden al meldt 'Schaatsseizoenover Ids het vol gende: Postma wil boer wor den, maar eerst schaatsenrij der. Ids Postma zijn wens is dus ver vuld. Niet Europees-, wereld-, of Olympisch kampioen worden of een kus van Anni Friesinger was zijn droom, maar boer worden. Verbaast het dan nog half dat diverse kranten benadrukten dat Ids Postma nooit eerder in zijn carrière zo'n spraakwater val was als tijdens zijn laatste persconferentie? Ids oogde ge lukkiger dan ooit, zelfs. Einde lijk is hij boer. Deze race heeft hij in elk geval van Ritsma. gewonnen. De eind streep van de eigen carrière heeft hij als eerste onder zijn schaat sen door laten glijden. Toen Ids nog met Anni was, vroegen velen zich af of dat ooit wat worden zou, die twee op één boerderij. Ze zouden, wegens de grond prijzen elders én om hun eigen Halfweg te creëren, o^oek zijn naar een perceel grorÊ in Oost- Duitsland, ging zelfs het ge rucht. Maar in feite hielden wij er allemaal rekening mee dat Anni af zou haken. Dat heeft zij niet gedaan, heb ik ooit begrepen. Tussen Ids en An ni kwam de kermis van Deer sum - wat sneu is voor Anni. maar ook wel weer pleit in het voordeel van Ids. Waarom groe ner gras zoeken als je eigen gras al groen is: Ids ten voeten uit. Het grote publiek zal hem. uit eindelijk. vergeten, denk ik. Hij werd Olympisch kampioen in het jaar dat Romme en Timmer een dubbelslag sloegen en de wet van het getal is nu eenmaal zonder mededogen. Maar dood is hij gelukkig niet, ik hoop dat Rintje nog lang doorschaatst en dat Ids goed boert. Frank Snoeks

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2004 | | pagina 19