WETENSCHAP
De gestage opmars van de grote zoogdieren
Paniek bij tunnelrampen onvoorspelbaar
-4
Nieuwe apensoort in
Noord-Congo ontdeh
Klimaatverandering kar
diversiteit verminderen
Magnetisch plastic
Kraterveld onder Zuidpool
yBén je te laat, dan gaan we scheiden
DONDERDAG 28 OKTOBER 2004 I
door Peter de Jaeger
Een ree die opduikt in het cen
trum van Zutphen, een vos die
rondscharrelt bij een friettent en
een wild zwijn wroetend in de
achtertuin. Dat was vijftig jaar
geleden niet denkbaar. De grote
zoogdieren beleven een specta
culaire comeback in ons land, en
grotere beesten zijn op komst.
Sommigen spreken al van een
plaag.
Het gaat goed met het wild in
Europa. De grote zoogdieren
klimmen uit een dal en ver
spreiden zich massaal over het
continent. Gems, steenbok, ree,
wolf, wild zwijn, wilde kat. Alle
maal stonden ze zowat op uit
sterven, maar zitten nu in de
lift.
Zo is de eland vanuit het hoge
Noorwegen afgezakt naar het
züiden en is in Denemarken en
Zuid-Zweden gesignaleerd.
Vanuit het oosten rukt de eland
verder op richting West-Duits-
land. Een enkele wolf is al ge
signaleerd - en doodgeschoten
- in Nedersaksen, niet ver van
de grens met Twente.
De wolf, twintig jaar terug bijna
uitgestorven, is verder bezig
met een ware triomftocht van
uit de zuidelijke Apennijnen en
Spanje. Via de Italiaanse en
Franse Alpen is hij Frankrijk
binnengetrokken en bivakkeert
momenteel tot in de Jura. Boe
ren klagen alweer over de grote
boze wolf die hun geiten en
schapen verorbert
Het wilde zwijn vermenigvul
digt zich razendsnel en breidt
zijn leefgebied jaarlijks verder
uit. Het beest komt overal voor
in Europa. Behalve de Britse ei
landen en Scandinavië, daar
houdt de wroeter zich verre
van.
In eigen land gaat het ook goed
met het wild. Met de reeën
voorop. Volgens een schatting
van het Wageningse onder
zoeksinstituut Alterra is de fa
milie Bambi sinds de jaren zes
tig in aantal gestegen van een
paar duizend tot vijftig- a zes
tigduizend nu. ,,Daar komt per
jaar een derde bij aan kalveren.
Afschot is dus nodig om de po
pulatie te beheersen. Anders
loopt het echt uit de hand",
meent Geert Groot Bruinderink
van Alterra
Reden van de explosieve groei
is het enorme aanpassingsver
mogen. Dat geldt ook voor de
vos. „Op school leerden we dat
de vos zijn jongen wierp in een
hol. Nu doet hij dat gewoon in
de open lucht, langs de sloot."
De vos is nooit geturfd, maar de
vossenstand is eveneens ver
veelvoudigd. Vijftig jaar terug
was een vos in Drenthe of Gro
ningen een uitzondering en be
zienswaardigheid. Als Reintje
was geschoten liep het hele
dorp uit om het slachtoffer te
zien. De vos kwam alleen spo
radisch voor op de Brabantse
en Limburgse zandgrond. Nu
De oprukkende wolf boezemt Frankrijk angst in. Foto: EPA
zit die overal in Nederland, be
halve op de Waddeneilanden.
Verdere uitbreiding is niet te
gen te houden, meent Groot
Bruinderink. Voornaamste re
den is de slordige mens die
overal voedselafval laat rond
slingeren. „Je ziet vossen het
eerst bij friettenten en bij vuil
nisbakken vol etensresten. In
Londen heeft men dit probleem
aangepakt door 's nachts geen
afvalbakken meer langs de weg
te zetten. Dat is bij wet verbo
den."
Alterra heeft wel cijfers over
damherten, ooit ontsnapt uit
hertenkampen en wildparken.
In een halve eeuw tijd is het
aantal verdubbeld tot vijfhon
derd exemplaren. Die herten
zijn niet alleen te vinden op de
Veluwe, maar ook in het Ken-
nemerland, op Schouwen Dui-
veland en in het natuurgebied
de Manteling rond Domburg
op Walcheren. „Damherten
zoeken 's nachts het boeren
land op en steken autowegen
over. Dat is gevaarlijk", zegt
Groot Bruinderink.
Collega dr. Herbert Prins wil
daar niet van horen. „Men doet
daar veel te dramatisch over.
Kijk de statistieken van autover
zekeringen er maar op na. De
verkeerschade door overste
kend wild valt reuze mee." De
hoogleraar ecologie aan Wage-
ningen Universiteit vindt het al
leen maar hartstikke leuk dat er
steeds meer wild leeft in ons
land. „Bij mijn moeder in de
tuin in Haren onder Groningen
stond ooit een ree. Dat is toch
prachtig."
Waarom gaat het die beesten
ineens zo voor de wind? Prins
geeft drie verklaringen. „Post-
bodeboeren in Duitsland, die
naast de boerderij nog ander
werk doen, en bergboeren in
Frankrijk gaan minder intensief
om met hun land. Vooral grote
stukken weiland of akkers dicht
bij de stad blijven onbeheerd
liggen en verruigen. Dat trekt
reeën en ander wild aan."
„Verder is het aantal mensen
dat door het platteland loopt en
de natuurlijke rust verstoort
sterk verminderd. Boeren
knechten zijn er niet meer. De
enkeling die zich in het afgele
gen buitengebied begeeft, doet
dat met de auto. Tot slot wordt
er veel minder gejaagd dan
voorheen, omdat de jagers in
de stad wonen. Kortom, vroe
ger was het veel drukker op het
platteland."
Door economische redenen ra
ken ook in ons land sommige
landbouwgebieden in onbruik.
Prins noemt vooral de zware
kleigronden, zoals in het Gro
ningse Oldambt en de Zeeuwse
eilanden. De akkerbouw is daar
op zijn retour en de landbouw
gebieden komen vrij. Ook ko
men er steeds meer verlaten
weilanden beschikbaar voor de
natuur, omdat melkveehouders
noodgedwongen stoppen.
Als daar niets mee gebeurt ver
andert dat binnen enkele jaren
in bos.
Prins ziet parallelen met de si
tuatie in Amerika, Canada en
Rusland. „In de staten Maine
en New Brunswick kun je hon
derden kilometers rijden door
bos, dat voorheen akkerland
was. Alleen al in Rusland zijn
tienduizenden dorpen verlaten.
Dat wordt allemaal bos."
In Nederland zal niet meteen
alles verbossen, weet Prins.
„We vinden het veel te leuk om
blauwgraslanden en heidevel
den in stand te houden. Dat eist
plaggen, maaien en zaaien. Met
intensief tuinieren behoud je de
meeste plantensoorten."
„De kosten voor dergelijk na
tuurbeheer zijn gigantisch en er
staat niets tegenover. Hoe lang
wil de maatschappij dat bedrag
nog ophoesten. Als de regering
het belastinggeld liever stopt in
snelwegen en bejaardenhuizen
dan houdt het op en zal de na
tuur alsnog verwilderen en ont
staat er bos."
In Europa groeit het bosopper-
vlak razendsnel met jaarlijks
6000 vierkante kilometer. Nu
staat een derde van het landop
pervlak vol met bomen, dat is
tweemaal zoveel als een eeuw
geleden.
In Nederland is in die periode
de houtopstand gegroeid van
vier naar tien procent. Die bo-
menwinst maakt dat er minder
open ruimte is en daar plukken
de wilde zoogdieren de vruch
ten van. Ongezien kunnen ze
van het ene bosje naar het an
dere trekken en zich versprei
den over een groter leefgebied.
Er gaan stemmen op om som
mige dieren een handje te hel
pen. Zo wil men de wolf en de
lynx uitzetten op de Veluwe.
Ecologen Prins en Groot Bruin
derink zien daar niets in. „De
natuur kun je niet sturen", zegt
Prins.
Voor de lynx zou het wel kun
nen, meent Groot Bruinderink,
maar de wolf heeft een groter
terrein nodig, omdat die in
groepen jaagt. Beiden voelen
meer voor verbinding van ver
snipperde natuurgebieden door
de aanleg van natuursnelwegen
door Europa.
Groot Bruinderink: „We zullen
intensief moeten samenwerken
met België, Frankrijk en Duits
land. Dankzij grensoverschrij
dend natuurbeheer komen de
wolf en de lynx vanzelf onze
kant uit.
Ook de Europese wilde kat kan
dan op eigen houtje vanuit
Frankrijk de oversteek wagen
naar ons."
Uiterlijk van gorilla maar gedrag niet
Het kan het sensationeelste
nieuws op natuurgebied zijn
van de laatste decennia; de ont
dekking van een nieuwe prima-
tensoort in de afgelegen bossen
van Centraal-Afnka. Het zou
gaan om een aap met de afme
tingen van een gorilla. Dit
meldt het Britse wetenschappe
lijke blad New Scientist.
Het bestaan van de nieuwe pri-
matensoort wordt gestaafd
door ooggetuigenverslagen,
ontdekte botten en een video
opname. Hieruit blijkt dat het
dier wel twee meter lang kan
zijn en tussen de 85 en 100 kilo
weegt. Hiermee valt het dier in
de klasse van de gorilla, hoewel
de plaats van de ontdekking wel
vijflionderd kilometer af ligt
van de leefgebieden van de
westelijke en oostelijke gorilla-
soorten van Afrika.
Uiterlijk zijn er veel overeen
komsten met de reeds bekende
gorilla's. Het dier heeft een ty
pisch gorillagezicht en een lan
ge rand langs zijn voorhoofd.
Vreemd genoeg vertoont het
gedrag van het nieuw ontdekte
dier minder overeenkomsten
met dat van de gewone gorilla.
Het bouwt zijn nest het liefst op
moerassige grond, terwijl gewo
ne gorilla's juist niet van watei
houden. Ook bouwt het pas
ontdekte dier niet elke nacht
een nieuw nest, terwijl andere
gorilla's dat wel doen.
De verhalen over vreemde
apensoorten in het verre nooi
den van Congo gaan terug na;
de tijd dat de Belgen daar de
scepter zwaaiden. Europese j;
gers wisten in 1898 foto's van
het dier te maken. Dit spoor
werd later opgepakt door een
Zwitserse fotograaf die afging
op volksverhalen over woeste
apen die leeuwen konden do
den. Een Amerikaanse primat
loge wist in 2002 de dieren op
video te zetten en kwam zelfs
een groepje van vier dieren te
gen toen ze door de dichte bo
sen liep.
Volgens haar is er een grote
kans dat dit dier een tot dusv;
onontdekt primatenras is, wa
zou betekenen dat de mens e
een genetisch familielid bij
krijgt. Een andere mogelijkhe
is dat het om een kruising tus
sen een gorilla en een chim
pansee gaat of om een onder
soort van de chimpansee. Die
dan wel twee keer zo groot en
sterk als zijn grootste chim
panseeneven.
Klimaatveranderingen zijn in
staat de genetische diversiteit
van dieren drastisch te vermin
deren. Door deze genetische
kaalslag worden dieren kwets
baarder voor uitsterven. Dit zijn
de conclusies uit een studie
naar de evolutie van twee
knaagdiersoorten over een tijd-
traject van 3000 jaar. Volgens
schattingen van het Internatio
nale Panel van Klimaatverande
ringen (IPCC) kan de toene
mende uitstoot van broeikas
gassen er voor zorgen dat de
aarde opwarmt met wel 3 tot 4
graden in het jaar 2100. Dit
heeft als gevolg dat de huidige
wetlands zullen verdwijnen.
Ook dat vaker overstrominge
orkanen en lange perioden v
droogte optreden. Sommige
wetenschappers denken dat
ziekmakende virussen en bai
teriën een grotere kans krijge
om flink om zich heen te grij
pen. Al deze sombere voorui
zichten zullen ervoor zorgen
dat een kwart van de nu leve
de planten en dieren uitsterf
Bovenstaande is gebaseerd o
klimaatmodellen en de verai
deringen die nu optreden in
biodiversiteit. Weinig is er be
kend over de impact van kli
maatverandering op de divei
teit van genen in een groep
ganismen.
Wetenschappers van de universiteit van Durham in Engeland h
ben voor het eerst een plastic magneet ontwikkeld die werkt bij
mertemperatuur. De plastic magneet was sterk genoeg om ijzei
zei aan te trekken, wat het meest elementaire bewijs is voor ma|
netisme. Het magnetische plastic bestaat uit polymeren, die zij
gemaakt van twee verschillende stoffen, een metaalachtige gele
dend materiaal, en een stof die vrije radicalen kan vormen. In e
ste instantie vertoonde het nieuwe plastic weinig tekenen van
magnetisme. Na drie maanden hadden de onderzoekers de mo
bijna opgegeven, en wilden alleen nog één laatste test doen. Dii
was een gelukkige beslissing, want het bleek dat het plastic in d
drie maanden tijd magnetische eigenschappen had ontwikkeld
Op Antarctica is onder een ijskap van ruim twee kilometer dik de tot nu toe grootste samengestelde in
slagkrater op aarde gevonden. Dergelijke kraters ontstaan door de vrijwel gelijktijdige inslag van
brokstokken van een uiteengespat hemellichaam; omdat de brokstukken niet precies gelijktijdig neerko
men, maar een eigen baan volgen, is het resulterende inslaggebied ellipsvormig. In dit geval gaat het om
een doorsnede van zo'n 4000 bij 2000 kilometer. De grootste krater binnen dit veld heeft een doorsnede
van minimaal 240 kilometer. Archieffoto: AP
De IJslandse grutto is een trekvogel met weinig
geduld. Als zijn of haar partner niet binnen drie
dagen in het broedgebied iets van zich laat ho
ren, is de scheiding zo goed als zeker. Dit conclu
deren Britse onderzoekers van de Universiteit
van East Anglia. De opmerkelijke uitkomst van
dit onderzoek kwam tot stand na vijf jaar obser
vatie. De wetenschappers onderzochten het
broedgedrag van de IJslandse grutto (Limosa
Limosa Islandica) toen zij tot de ontdekking kwa
men dat deze vogels kunnen 'scheiden'. Dit is
opvallend, want de meeste trekvogels vormen
paartjes voor het leven. Het is wel gebruikelijk
dat een van de partners de broedplaats in het na
jaar verlaat om een overwinteringsplaats te zoe
ken. Zodra de winter voorbij is, zoeken de trekvo
gels elkaar weer op. Bij de IJslandse grutto gaat
dat iets anders in zijn werk. De overwinterings
plaatsen van het mannetje en het vrouwtje liggen
soms wel 1000 kilometer uit elkaar en toch arri
veren beiden tussen midden april en midden mei
vrijwel gelijktijdig op de broedplaatsen op IJs
land. Ben je als gruttomannetje of -vrouwtje en
kele dagen te laat, dan moetje niet vreemd opkij
ken als je partner er met een ander vandoor is.
Het is voor de onderzoekers nog onduidelijk hoe
de IJslandse grutto's deze gezamenlijke aan
komsttijden coördineren of wat de onderliggen
de reden voor een scheiding is. Uit het onder
zoek bleek verder dat vogels die zijn 'gescheiden'
minder nageslacht voortbrengen dan soortgeno
ten die bij elkaar blijven.
door Rudi Buis
Na enkele ernstige tunnelbran
den in Europa is de aandacht
voor veiligheid van Nederlandse
tunnels ook flink gestegen. De
brandweer inspecteert vaker
alarmsystemen en vluchtwegen.
Hulpverleningsdiensten oefenen
meer. Maar keer op keer blijkt
dat mensen totaal anders reage
ren op rampen dan vooraf inge
schat.
Wat doen automobilisten in
een tunnel als voor hen plotse
ling een vrachtwagen schaart
en dikke rookpluimen uit de
motor komen? Ze blijven zeker
vijf minuten in hun auto zitten.
En zoeken pas een nooduitgang
op als ze via speakers in de tun
nel daartoe worden opgeroe
pen.
Louis Boer glimlacht als hij de
beelden op zijn computer
toont Na een minuut of zeven
stappen de eerste bestuurders
aarzelend uit, gevolgd door de
rest. In wandeltempo lopen ze
naar de nooduitgang. „Ze zijn
gewend om in file te wachten.
Daarom blijven ze zo lang in
hun auto zitten", vertelt de we
tenschappelijk onderzoeker van
TNO Technische Menskunde in
Soesterberg.
De beelden van de gedrags-
proef in de Beneluxtunnel bij
Rotterdam laten zien dat perso
nen in rampsituaties vaak totaal
anders reageren dan deskundi
gen van tevoren zo mooi be
denken. Vooraf is de proefper
sonen gezegd dat TNO bezig is
met een onderzoek naar het rij
gedrag van automobilisten in
tunnels. Over de vrachtwagen is
'Sommigen doen nog snel even de auto op slot'
niets verteld. Bij slechts één van
de zeven sessies van elk vijftig
proefpersonen gaat een groepje
bestuurders vrijwel meteen
richting de nooddeuren als er
rookwalmen uit de motor slaan.
De aandacht voor menselijk ge
drag bij rampen is ver onder de
maat, zegt Boer. „De nadruk
ligt vooral op brandpreventie
en rampenoefeningen - wat op
zich prima is, maar niet vol
doende." Hij wijst er op dat bij
oefeningen vooral op hulpdien
sten wordt gelet. Hoe laat zijn
ze ter plaatse? Hoe gaan ze om
met slachtoffers? Maar onder
zoek naar hoe 'Jan Publiek' zich
gedraagt bij calamiteiten, is we
reldwijd een ondergeschoven
kindje.
Zo zijn alle grote tunnels in Ne
derland voorzien van omroe
psystemen. Een probleem is dat
veel bestuurders niet weten ddt
er een geluidssysteem in de
tunnels aanwezig is, net zoals
in een trein. Ze schrikken van
het plotselinge geluid, waar
door de boodschap verloren
gaat.
„Gewoon zeggen: 'Attentie, at
tentie, hier volgt een medede
ling', is al voldoende om be
stuurders alert te maken op de
instructies die volgen. Maar
operators moeten niet hakke
lend meteen de boodschap
brengen, wat nu vaak gebeurt."
Maar dan nog: menselijk ge
drag blijft onvoorspelbaar. Boer
laat op de computer het vervolg
van de beelden in de Rotter
damse tunnel zien. Niet lang
nadat de eerste bestuurders
achter de nooddeuren zijn ver
dwenen, komen er een paar te
rug. Om hun auto op slot te zet
ten.
Of ze halen toch de radio er nog
even uit en pakken snel een ak-
Oefening ontruiming van de tramtunnel in Den Haag.
Foto: GPD/Nico Schouten
tentas met belangrijke papieren
mee. Helaas gebeurt dat niet al
leen tijdens oefeningen, zegt
Boer. „Ook bij een echte cala
miteit blijven automobilisten in
de auto zitten. Sterker nog, ge
middeld zal zestig procent van
de mensen bij een ramp den
ken dat het een oefening is.'
Ook dan zullen ze proberen
rug te gaan naar de tunnel 0
spullen op te halen, denkt h
De tragische brand in 1999 i
de Oostenrijkse Tauem-tun
waarbij twaalf doden vielen,
vestigt zijn gelijk. Een zaken
man snelde destijds toch nc
terug naar zijn auto, om enl
belangrijke paperassen op t
halen. Door de rookontwikl!
ling kon hij de nooddeur ni<
meer terugvinden. Uiteinde'
kroop hij nog bij een ouder
echtpaar in de auto dat was
blijven zitten. Ze vonden ge'
drieën de dood.
Vandaar dat er nu proeven 1
den gedaan met nieuwe noi
deuren in tunnels, die naasl
bekende 'groene mannetje'
in het donker of bij rook te1
den zijn door geluidssignalé
Uit speakers boven de deur
klinkt beurtelings 'exit here1
'uitgang hier'. Er zijn planni
om deze speakers ook bove
nooduitgangen in Nederlan
tunnels te hangen. Zonder jl
luid vindt nog geen zestien
cent de vluchtdeur in het d<
ker, met geluid is dat negen
procent, aldus Boer. 1
Aanvankelijk was in de gedi
proeven gekozen om mens;
het donker alleen het Engel j
'exit here' te laten horen. H i
dig, want waar ter wereld je
de toekomst dan ook bent,
weet precies wat je bij een
ramp in een tunnel te doen
staat.
Toch stond Boer tijdens de
proeven verbaasd te kijken
enkele proefpersonen de oj!
roep negeerden en de nooc
deur voorbij liepen. „Nadei
hand zeiden ze dat ze iema
'Ik zit hier' hadden horen'ri
pen."