De weg kwijt in digitale doolhof
Vergeet alles watje weet
Weinig ouderen nemen deel aan informatiesamenleving
Interview
Reportage
De prijs van de kogelbiefstuk kent
geen geheim meer voor Elly To-
renvlied (59), dat is zeker. Sinds
kort kan ze met de computer zoiets alle
daags doen als het vergelijken van de
aanbiedingen bij Konmar, Albert Heijn en
Makro. „Zo kun je het allemaal op je ge
mak bekijken. Beter dan dat je alle win
kels zelf langs moet. Er gaat echt een we
reld voor je open."
Natuurlijk is goedkoper uit zijn niet haar
allereerste reden om zich te bekwamen
op de computer, al is het mooi meegeno
men. „Je moet ook bijblijven. Tegenwoor
dig zeggen ze op een verjaardag: ik stuur
je wel een foto. Dan bedoelen ze geen fo
to, maar zo'n bestandje dat je open moet
maken, waarna je dan op je scherm een
foto ziet. Als je die dingen niet meer kunt,
tel je niet meer mee."
Dus zit ze deze middag in buurtcentrum
De Naald in Scheveningen in een groepje
dat met die onaardige term 'digibeten'
wordt aangeduid. Vandaag staat les 6 op
het programma: Outlook en e-mail. De
cursus is een initiatief van SeniorWeb, dat
'iedereen die niet met de computer is
grootgebracht de vele mogelijkheden wil
laten ervaren'.
Elly is niet oud, 59 is op vrijwel alle gebie
den in de samenleving jong, met die ene
uitzondering: de deelname aan de infor
matiesamenleving. In dit groepje is de
heer Damen (76) de oudste - sinds die
vrouw van 83, die nog nooit van een muis
had gehoord, is afgehaakt.
Damen: „Van mijn leeftijd doet niemand
dit: in mijn kennissenkring ben ik de eni
ge. Ik had een computer voor mijn klein
kind gekocht en toen ben ik er zelf maar
op begonnen. Het is best ingewikkeld,
maar het gaat goed." Damen is ook vol
gens de laatste cijfers een van de weini
gen uit zijn leeftijdscategorie die zich be
kwaamt achter het beeldscherm.
Het rapport Surfende Senioren van het
Sociaal- en Cultureel Planbureau, Senior-
Web en Fontys Hogescholen, luidde on
langs de noodklok. Waar negentig pro
cent van de 12- tot 17-jarigen zijn weg
kan vinden in het doolhof van de infor
matiesamenleving, is dat niet meer dan
31 procent van de 65- tot 74-jarigen. Bij
mensen ouder dan 75 is dat nog maar 14
procent.
Gebrek aan belangstelling, meldt het rap
port als reden, naast zich te oud voelen of
geen geschikte computer in huis hebben.
„Het merendeel van de ouderen ziet geen
enkel nut in internet en vindt het ook te
ingewikkeld om te gebruiken. Ook spelen
beperkingen als vergeetachtigheid of
slechte ogen een rol, net als het onper-
je dat ook meteen begrijpen? Zo logisch is het niet."
Volgens Bronsgeest is het lang niet altijd goed als ouderen
computeren leren van hun kinderen. „De kinderen weten er al
zoveel van dat ze meteen beginnen met een stortvloed aan
informatie, terwijl het eerst wel handig is als je weet hoe het
apparaat aan moet. Als je meteen begint over providers, vi
russcans, browsers en downloaden, ben je snel geklopt."
Dat blijkt wel tijdens les 6 van de cursus internet en e-mail.
„Ik kan het mailtje niet versturen", klinkt het na een korte in
leiding van de docent van drie deelnemers tegelijk. Brons
geest handelt ze een voor een af. „Een e-mailadres is zonder
www, mevrouw. Www zetje voor een internetadres, niet bij
e-mail. O, nee, in dit adres moet een laag liggend streepje
staan, niet het streepje dat er nu staat - anders komt hét niet
aan, dan herkent de computer het niet. Bij u staat dat er geen
verbinding met de server is. Als dat zo is werkt er helemaal
niets." Een server? Bronsgeest legt uit hoe hij uitlegt wat com
putertermen betekenen. „De server is het postkantoor. Als het
postkantoor dicht is, wordt er ook geen post bezorgd. Een be
standje is een cadeautje datje met plezier uit moet pakken.
Watje met je toetsenbord doet, vergelijk ik met de typema
chine. Zo zoek ik overal vergelijkingen bij."
overstappen op sense and simplicity:
nuttig en simpel. Eenvoudigere videoca
mera's en dvd-spelers, eenvoudigere
computers, Want daar is ook nog heel wat
winst te halen."
Toch, hoe simpel de computer ook mag
worden, en hoe vaardig bijvoorbeeld Elly
Torenvlied er mee kan omgaan - dat wil
niet zeggen dat ze ook alles zal doen wat
kan. „Ik heb pas gekeken voor een hotel
in Brussel. Lekker makkelijk. Bij een reis
bureau gaat het toch allemaal een beetje
te snel. Het ene hotel heeft een zwembad,
het andere een tennisbaan, en zo kun je
eerst rustig kijken wat je precies wil heb
ben. Maar betalen via de computer? Nee,
dat zal ik niet doen. Nooit."
Rob Bronsgeest (53) geeft les aan ouderen die weinig tot niets
van computers weten. Les één uit de mond van Bronsgeest:
Vergeet alles watje weet. „Hoe kom je erbij dat het alfabet 26
letters heeft? Het zijn er 27, de spatie is misschien wel de be
langrijkste letter op de computer."
Bronsgeest: „Voor de jonge generatie is een heleboel vanzelf
sprekend, dat voor mijn cursisten absoluut niet opgaat. Neem
alleen al de muis. Sommige mensen die hier komen, hebben
nog nooit een computermuis gezien en dan is het een gek
ding hoor. Mensen begrijpen het verband niet tussen het pijl
tje op hun scherm en het bewegen van de muis. Waarom zou
Computers kijken is erg populair op de soplusbeurs. Foto: PR
Steeds meer
ouderen gaan
kopje onder
Ouderen zijn overal in de samenleving actief, alleen achter de
computer zijn zij veel minder te vinden dan jongeren. Ze zijn niet
met het apparaat opgegroeid, en hebben vaak angst om zich erin te
verdiepen. „De maatschappij dwingt ouderen domweg uit
kostenoverwegingen mee te doen, of ze nu willen of niet."
door Luuk Kortekaas
ZATERDAG
16 OKTOBER
2004
Er komen steeds meer surfende senioren, maar de kloof tussen jong en oud blijft groot.
Foto: GPD
sen met een laag inkomen hebben min
der computers en minder vaardigheden.
Pinpas
Van Dijk noemt een reeks voorbeelden
van zaken waar mensen zonder digitale
kennis tegenaan kunnen lopen. „Wie te
genwoordig nog aan het elektronisch be
talingsverkeer wil deelnemen, moet een
voudigweg een pinpas bezitten. In de na
bije toekomst gaat hetzelfde gebeuren
met de zorgpas in de gezondheidszorg,
een identiteitskaart in de sociale zeker
heid en een burgerservicekaart voor over
heidsdiensten. Op internet zijn.de kortste
wachtlijsten te vinden."
Het ergste vindt Van Dijk misschien wel
dat er ook verschillen zijn in deelname
aan de politieke besluitvorming. „Hier
zouden de mogelijkheden volledig gelijk
moeten zijn. Een hulpmiddel als de elek
tronische stemwijzer werd bij de verkie
zingen door meer dan twee miljoen men
sen geraadpleegd, maar dit waren wel
voor het overgrote deel hoger opgelei
den."
De hoogste tijd om aan de slag te gaan,
constateren beide onderzoeken. Senior-
Web probeert het te ondervangen door
ouderen cursussen aan te bieden. Voor
de goede orde: SeniorWeb is lang niet de
enige, er zijn tal van instellingen die zich
voor dit doel inzetten.
Landelijk is SeniorWeb inmiddels ge
groeid naar 36.000 leden, en die groei ver
loopt explosief, vertelt woordvoerder Da
niël de Levita op het hoofdkantoor in
Utrecht. „Ons streven is met vijftiendui
zend leden per jaar te groeien. Via plaat
selijke afdelingen overal in het land bie
den we die cursussen aan, maar we zor
gen ook voor een vervolg."
Dat gebeurt bijvoorbeeld via de eigen
website, de inzet van liefst zestienhon
derd vrijwilligers, „maar ook door pc-
hulp aan huis, een ledenblad en groepen
waarbinnen leden met elkaar kunnen
communiceren over hobby's als digitaal
fotograferen, koken of tuinieren."
Ondanks het gestaag groeiende ledental
moet SeniorWeb het dit jaar voor het
eerst zonder subsidie van de overheid
stellen. De Levita: „Mede omdat we aan
zagen komen dat de subsidie gestopt zou
worden, is het toch gelukt om ons dien
stenpakket te blijven aanbieden tegen
een lage prijs. Dat neemt natuurlijk niet
weg dat we met subsidie misschien wel
veel meer hadden kunnen bereiken."
Als je hoort wat er steeds wordt geroe
pen, ook door de overheid, over de groei
ende digitale kloof in Nederland en dat
daar nu echt iets aan gedaan moet wor
den, dan is het op zijn zachtst gezegd
merkwaardig dat hier geen geld meer
voor is. Dat snap ik niet helemaal van de
overheid."
Volgens De Levita trekt SeniorWeb met
enige regelmaat in Den Haag aan de bel.
„Natuurlijk begrijpen wij ook wel dat dit
niet het geëigende moment is om te pro
beren subsidie los te peuteren. Aan de
andere kant: we zien bijvoorbeeld wel dat
er enorme bedragen worden uitgetrokken
voor het aanleggen van breedbandver
bindingen."
„Het is misschien wel handig als er straks
ook mensen zijn die weten hoe die tech
nologie werkt. Op zich zijn die investerin
gen prima natuurlijk. Het zou toch mooi
zijn als er maar één procent van al dat
geld werd gestopt in opleidingen aan
mensen die er nu niet mee om kunnen
gaan."
Breedband. Het woord is gevallen. Het
rapport van Van Dijk noemt deze nog
modernere computerverbinding als een
van de voorbeelden waaruit blijkt dat een
eenrpaal opgedane achterstand vrijwel
niet meer in te lopen is. Jan van Hal is het
er van harte mee eens. „Het gaat ook zo
snel allemaal. Veel ouderen hebben angst
voor technologie. Ze denken dat ze het
niet kunnen bijbenen. Misschien is die
angst ongefundeerd, maar al die nieuwe
ontwikkelingen maken het er niet een
voudiger op."
Wat hem betreft moet er daarom ook heel
wat veranderen. Niet alleen de gebruiker
moet zich beter wapenen, ook de leve
rancier zou wel eens mogen zorgen voor
eenvoudiger apparatuur. Hij lacht luid als
de managers van Philips ter sprake ko
men, die allerlei draadloze apparaten
mee naar huis kregen.
„Het lukte ze niet om ze goed aan te slui
ten. Het is niet voor niets dat ze daar nu
Het ultieme boek
over de
Sahara van
Frans Lemmens
soonlijke aspect van internet, het beeld
schermstaren en een mogelijke versla
ving."
„Het probleem is dat de mensen denken
dat het niet hoeft", zegt Jan van Hal (66)
van SeniorWeb. „Het tegendeel is zo on
derhand waar. Bij banken zie je dat overal
filialen worden gesloten. De spoorwegen
doen hetzelfde. Bij de schouwburg kun je
je kaartje als het zo doorgaat straks alleen
nog maar met een computer reserveren.
Vliegtickets bestaan binnenkort ook niet
meer", aldus de Hagenaar.
Willen is één, kunnen is twee, is zo onge
veer de conclusie van hoogleraar toege
paste communicatiewetenschap aan de
Universiteit van Twente, Jan van Dijk. Hij
is auteur van het onderzoek De digitale
kloof wordt dieper. De belangrijkste be
vinding uit zijn rapport is dat die kloof
niet alleen gaapt waar het gaat om het be
zit van apparatuur. Volgens hem is er
vooral een verschil in de kennis om er
mee te kunnen werken.
„Op afzienbare termijn zal de overgrote
meerderheid van de Nederlandse bevol
king een computer- en internetverbin
ding hebben. Dat betekent niet dat de di
gitale kloof gedicht is. De kloof zal er een
worden tussen mensen die technologie
en informatie kunnen inzetten voor het
verbeteren van de eigen positie en men
sen die dat niet kunnen."
Kortweg: het hebben van een computer is
niet genoeg, het bezit van de vaardighe
den is zeker zo belangrijk. Van Dijk wijst
in dat verband niet alleen op de ouderen.
Ook vrouwen, lager opgeleiden en men-
Foto: Reuters
Ivo Niehe: Geen
interviewer en
geen journalist