'Onafhankelijkheid
leeft niet breed op Molukken'
De RMS, dertig jaar na de treinkaping
Boze vrede
zwaar op de
proef gesteld
weekendbijlage
van
leidsch
Dagblad
Oude Knil-soldaten blijven
dromen van de onafhankelijke
Republiek der Vrije Molukken
(RMS). Hun kinderen, inmiddels
van middelbare leeftijd, zien er
geen heil meer in. Bijna dertig
jaar na de treinkaping brokkelt
de steun voor het RMS-ideaal
zienderogen af. Een
demonstratie trekt hoogstens
150 man. „Als ik mijn familie
optrommel, kom ik op
hetzelfde aantal."
door Theo Haerkens
I k wil graag winnen, maar een vlie-
I ger met de RMS-vlag haal ik niet
naar beneden!" In de Molukse
wijk in Leerdam verkoopt Anis Latuheru
(41) uit Opheusden vechtvliegers vanuit
de achterbak van zijn auto. Het zijn sim
pele vliegertjes voor wedstrijden waarbij
deelnemers eikaars vlieger uit de lucht
halen. Rechtstreeks geïmporteerd uit In
donesië.
„Je moet de draad in alcohol weken, daar
wordt die hard van. Dan heb je meer
kans", adviseert Latuheru twee tieners,
die een handvol vliegers afnemen en een
klosje speciaal geprepareerd draad.
De RMS-vlag onderstreept voor Latuheru
de saamhorigheid onder de Nederlandse
Molukkers. Voor hem heeft het symbool
weinig meer te maken met de afschei
dingsbeweging Republik Maluku Selatan,
die onverminderd streeft naar de onaf
hankelijke Republiek der Vrije Molukken.
„De RMS? Dat is meer iets voor de eerste
generatie", meent een man met een uit
bundige snor, die met vrouw en dochters
uit de auto stapt. Hij wil zich niet bezon
digen aan politieke uitspraken en wil ook
zijn naam niet in de krant. Terugkeer naar
de Molukken is voor hem sowieso geen
optie: „Daar is geen werk hè, en er zijn
geen uitkeringen."
Een ander ruimt in de achtertuin van zijn
schoonouders de rommel op van de bar
becue van de vorige avond. „Wie bepaalt
eigenlijk het doel van de RMS?", vraagt hij
zich af. „Moeten wij dat hier doen, of
moeten zij dat daar zelf doen?"
Bij de koffie blijkt dat alleen opa, die zie
kelijk is, vasthoudt aan het oude ideaal:
„De RMS bestaat, dat is een legitieme
zaak." Om alle twijfel weg te nemen, laat
hij van boven mappen met documentatie
halen. Zijn vrouw knuffelt het jongste
kleinkind en de dochters redderen in het
huishouden. De andere familieleden wor
den in beslag genomen door de tv. Aan de
muur prijkt een foto van het huis dat opa
op Ambon heeft laten bouwen en dat zijn
kinderen en kleinkinderen gebruiken als
ze er op vakantie zijn. Zij geloven niet in
de RMS en houden zich verre van men
sen die zich daar wel mee bezig houden.
De RMS heeft zijn beste tijd gehad. Onaf
hankelijkheid voor de Molukken staat
voor maar weinig Molukkers meer op de
eerste plaats. „Jongeren lopen nu rond
met RMS-symbolen om zich af te zetten
tegen andere minderheidsgroepen", zegt
Sam Pormes, voor Groen links lid van de
Eerste Kamer. "Wij zijn niet vrijwillig ge
komen' of: 'Onze ouders hebben nog
voor de Nederlandse driekleur gevoch
ten', heet het dan. „Als de RMS een de
monstratie organiseert, komen er 150
man. Als ik mijn familie optrommel, kom
ik op hetzelfde aantal.
Een wandeling in de Molukse wijk in As
sen, waar Pormes woont, levert weinig te
kens van radicalisme op. Hier en daar
bungelt een RMS-vaantje aan een auto
spiegel: 'I love Maluku'of specifieker: 'I
love Ceram', naar een van de eilanden. In
een enkele vensterbank staat een in hout
uitgesneden hart, rood, met daarnaast
blauw-wit-groen stroken van de RMS-
vlag.
Een groep dertigers stuift uiteen als naar
de RMS wordt gevraagd. „Ik moet even
mijn auto wassen!" „Daarvoor moet je bij
anderen zijn", antwoordt een ander, ter
wijl zijn vrienden ginnegappend toeho
ren. „Nee, ik betaal ook geen contributie.
Ik help wel mijn familie daar."
John (46) komt aanfietsen, hij blijkt een
bekeerling. Vroeger was hij voor de RMS;
hij heeft nog met een van de treinkapers
in de klas gezeten. Zijn denken is veran
derd. „Nederland heeft de Molukkers
goed uit elkaar gespeeld", grijnst hij. Zelf
heeft hij de idealen van de RMS achter
zich gelaten. Hij vindt het welzijn van de
mensen op de Molukken nu belangrijker.
Net als veel anderen stuurt hij de familie
geregeld geld. Over terugkeer naar de Mo
lukken is hij kort. „Ik ben met een Neder
landse getrouwd, we hebben twee kinde
ren. Nee, dat zit er niet meer in." Hij
schudt weemoedig zijn grijzende rast
akapsel. Als ik alleen was, zou het nog
een vraag zijn, maar nu? Nee!"
Glenn Talla (26) uit Vaessen is bij zijn au
to met een kinderstoeltje in de weer. Hij
draagt wel bij als de RMS geld ophaalt,
maar worstelt zichtbaar met het nut er
van. „Je moet realistisch zijn, de RMS hier
kan gewoon niet zoveel doen." Zij vrouw
brengt nog wat meer spullen naar de au
to. „De broers van mijn oma wonen daar
nog. Als mijn moeder verdriet heeft om
haar oom, heb ik ook verdriet. Dat voel ik
net zo goed."
Orgaandonatie
geeft dood van
Sven nog zin
Hannie van
Leeuwen,
kind van
het verzet
Katwijkse
wereldfietsers
verruilen huis
voor tent en
tweewieler
ZATERDAG
31 JULI
2004
Anis Latuheru verkoopt vechtvliegers uit Indonesië en legt de werking ervan uit aan andere Molukkers. Foto: GPD/Cees Zorn
Voor het gros van de Molukkers in
Nederland mag de RMS een verloren
ideaal zijn, voor RMS-president in
ballingschap F. Tutuhatunewa (81)
is het dat allerminst. „Ze vreten me
kaar op daar op Java. Het gaat alleen
nog om geld en macht. Het land kan
elk ogenblik uit elkaar vallen en dan
is het zover", redeneert hij in zijn
met bloemen en planten opgefleur
de appartement in hartje Rotterdam.
Als de onafhankelijkheid vandaag
komt, zit ik morgen bij mevrouw
Megawati om te praten: Kom op, la-
Tgeroorlog op de Molukken in 1999 leidde uiteindelijk tot een breuk binnen de RMS. Foto: EPA
ten we verder gaan." De argumenten
uit de jaren vijftig voor onafhanke
lijkheid hebben voor de kwieke arts
met het witte haar niets aan beteke
nis verloren. „In een samenleving
van 220 miljoen verlies je het altijd
als klein volk. Ik ken de Javanen, ik
heb met ze op school gezeten. Ze
houden zich nooit aan afspraken."
De RMS-president groeide op in Ja
karta en woont sinds juni '51 in Ne
derland. Zijn familie komt van Sire-
sori op het eilandje Saparua. Daar
bezit hij nog grond en een huis,
maar sinds zijn kindertijd is hij er
niet meer geweest. Dat was in 1935.
Het wil er bij Tutuhatunewa niet in
dat de bevolking van de archipel in
het oosten in meerderheid niets
moet hebben van afscheiding van
Indonesië. „Ook de moslims. In hun
hart zijn zij ook Molukkers, ik weet
het zeker."
Historicus Wim Manuhutu, direc
teur van het Moluks Museum in
Utrecht: „De RMS legde de ontevre
denheid op de Molukken uit als
hang naar onafhankelijkheid, maar
de mensen die geregeld familie be
zochten op Ambon, wisten al wel dat
dit niet breed leeft."
Met het verstrijken van de jaren
dreef de Molukse gemeenschap weg
van het RMS-ideaS. De generatie
mannen die in het Koninklijk Neder
lands Indisch Leger diende en naar
Nederland kwam, is grotendeels ver
dwenen en met hen het ideaal om
naar de tropische eilanden terug te
keren.
Daardoor stelde de RMS eind jaren
tachtig het onafhankelijkheidsideaal
bij. „We doen het niet meer voor
onszelf, het is voor de mensen
daar." In de jaren tachtig en negen
tig leidde de RMS een sluimerend
bestaan. Na de val van Soeharto in
1998, zag ze plotseling weer kansen
President Tutuhatunewa leidt een
RMS-bijeenkomst. „Ik heb 50.000
man achter me staan."
Archieffoto: ANP/Koen Suyk
de onafhankelijkheid te verwezenlij
ken.
Als een donderslag bij heldere hemel
brak vervolgens in januari '99 de
burgeroorlog uit op Ambon. De Mo
lukse gemeenschap in Nederland
was overrompeld en uitte haar frus
tratie in stille tochten. „Die mochten
niet politiek of gewelddadig zijn. Als
ze met RMS-vlaggen zouden gaan
zwaaien, zouden alle moslims die
meeliepen, eruit stappen", aldus Fa-
rida van Bommel-Pattisahusiwa van
Vrouwen voor Vrede in de Moluk
ken.
„Ook in Nederland ontstonden
spanningen", herinnert zij zich. „Ik
werd er door mijn familie op de Mo
lukken op aangesproken dat ik met
RMS'ers samenwerkte. Toen ik uit
legde dat ik met christenen samen
werkte en niet met RMS'ers, steun
den ze me daarin." Slechts drie pro
cent van de Nederlandse Molukkers
is moslim.
Moslims, of ze nu op de Molukken
wonen of in Nederland, moeten van
de RMS niets hebben. „De RMS is
van oudsher een aangelegenheid
van vooral conservatieve christelijke
politici", analyseert historicus Ma
nuhutu. In de ogen van veel mos
lims op Ambon was de RMS dan ook
aanstichter van het kwaad, een ge
dachte die door radicalen uit Java
volop werd geëxploiteerd.
De RMS zat daardoor in een lastig
pakket en liet niet veel van zich ho
ren toen het geweld in golven over
de Molukse eilanden raasde. Juist
die passiviteit leidde tot radicalise
ring en de oprichting van het Front
Kedaulatan Maluku, het Front voor
de Soevereiniteit van de Molukken
(FKM).Als Jakarta niets voor ons
doet, kunnen we net zo goed op ei
gen benen staan", redeneerde huis
arts Alex Manuputty op Ambon.
Voorbijgaand aan alle gevoeligheden
hijst het voornamelijk christelijke
Front sindsdien op 25 april de rode
RMS-vlag. Dit voorjaar stelde het
daarmee de broze vrede tussen
christenen en moslims zwaar op de
proef. Bij de uitbarsting van geweld
die volgde, vielen 38 doden en een
onbekend aantal gewonden.
InpresidentWahid vonden de RM
S'ers een beschermheer van beteke
nis. Hij nodigde een RMS-delegatie
uit voor een bezoek aan Jakarta in
een poging een eind te maken aan
het Molukse drama. Die bezoeken,
in december 1999 en mei 2001
vormden een heuse doorbraak: de
RMS had rechtstreeks contact met
de Indonesische politieke top en
reisde de tweede keer zelfs mee naar
Ambon. Dat was nog nooit ver
toond. De delegatie was diep onder
de indruk van de ontmoeting. Nog
in het presidentiële paleis verklaarde
delegatieleider Matulessy dat wat de
RMS betreft 'alle opties open waren'.
Hij zag mogelijkheden om het leven
op de Molukse archipel te verbete
ren. Het oude ideaal, onafhankelijk
heid voor de Molukken, kwam daar
mee op de tocht te staan.
Bij terugkeer in Nederland
stuitte de groep op een
keihard 'over mijn lijk',
van RMS-president Tu
tuhatunewa. „Matulessy
ging zijn boekje te buiten.
Hij had geen mandaat om
te onderhandelen over on
afhankelijkheid of autonomie. Abso
luut niet. Dat kan alleen als je als ge
lijken aan tafel zit."
Dat leidde tot een breuk in het RMS-
bestuur.
Terwijl de herdenking van de procla
matie van de Republiek der Vrije
Molukken op Ambon ontaardde, zag
de RMS in Nederland zelfs af van
een nationale herdenking. Dat was
voor het eerst. De RMS-leiding hield
in Houten, uitgerekend in een kerke
lijk centrum, een bijeenkomst met
uitsluitend genodigden. Dit tot ver
driet van de kerken in Ambon die
juist hun uiterste best doen om niet
met de christelijke separatisten te
worden geassocieerd. Sindsdien
wordt Tutuhatunewa in Molukse
kring spottend 'de president van
honderd man' genoemd. De presi
dent zelf echter twijfelt geen mo
ment aan zijn positie: „Ik heb 50.000
man achter me staan."