5F MpF 'Er wonen straks yuppen in het warenhuis' 'Duitsers zie je hier nooit1 WJ' h aapte* •fiFlYlYM S48AS..E Buitenlandse investeerders moeten V&D uit het slop halen In de rij voor het Anne Frankhuis hui; <ló<l - Maandag gaat het oer-Hollandse winkel- en warenhuisconcern Vendex KBB zeer waarschijnlijk over in buitenlandse handen. Geen manager is er de afgelopen twintig jaar in geslaagd probleemdochter V&D in het gareel te krijgen. 'Er wonen straks yuppen in het warenhuis.' door Achille Prick l_Jj et is al jaren hetzelfde liedje: een aantal modeketens (zoals M&S en Claudia Strater red.) behaalt samen met de Hema en vooral ook het restaurant van La Place prima en soms zelfs mooie cijfers. Praxis doet het ook goed, maar die zuur verdiende centjes vloeien meteen weg naar de grote verliesmaker: V&D", zegt detailhandeldeskundige Herman Loykens van het Retail Management Center. „Iedereen moet bloeden voor het oude wa renhuis. Zo kun je nooit gezond een bedrijf runnen, zeker niet met de huidige, wispeltu rige, kritische en trendgevoelige consument. Elke formule, elke winkel heeft iedere dag deskundige aandacht nodig, anders kun je het vergeten." Koninklijke Vendex KBB N.V. is het grootste winkel- en warenhuisconcern van Neder land. De moeder heeft vijftien dochters die samen 1.800 vestigingen hebben waar ruim 43.000 mensen werken. Met de Hema, Bijen korf, V&D en onder meer de winkels van Hunkemöller, M&S, Dixons, en It's is Vendex KBB dominant aanwezig in de meeste binnensteden. Ook aan de rand heeft het zich met de bouwmarkten van Praxis en Formido een belangrijke positie verworven. Toch is de financiële wereld al jaren scep tisch over het erfgoed van de families Vroom en Dreesmann. Weggezakt in het moeras ziet de huidige top geen uitweg meer om het bedrijf op eigen houtje omhoog te stuwen. Wat al langer in de lucht hing, gaat nu dan ook zeer waarschijnlijk gebeuren. Het oer- Hollandse Vendex KBB gaat over in vreemde handen. Het investeringsconsortiunl VDXK, een samenwerking van het Amerikaanse KKR, het Britse Change Capital Partners en het Nederlandse Alplnvest Partners, zegt wél te willen investeren, maar alleen als het de hele tent in bezit heeft en kan bepalen wat er gaat gebeuren. De drie hebben 15,40 euro per aandeel ge boden. Als komende maandag om 15.00 uur minimaal 95 procent van de uitstaande aan delen zijn aangeboden, mogen ze zich eige naar noemen. 'Schande', briesten enkele aandeelhouders ruim twee weken geleden op de laatste aan deelhoudersvergadering. Een belegger had berekend dat het enigszins vergelijkbare Blokkerconcern naar verhouding ruim tien keer meer winst maakt. De aandeelhouders herinnerden er aan dat de koers in de jaren negentig nog tot de honderd gulden reikte en voelen zich be kocht. De kiem van alle ellende lijkt gelegd door wijlen Anton Dreesmann zeif, één van de meest markante zakentycoons van het naoorlogse Nederland. Hij had een honger naar avontuur en kocht tot in de jaren tach tig alles wat los en vast zat. Onder de vlag van Vendex ontstond een bonte verzameling van bedrijven die weinig met elkaar te doen hadden. Zo kocht hij een postorderbedrijf, De toekomst van V&D ziet er volgens de meeste experts weinig rooskleurig uit. Archieffoto: ANP een taleninstituut (NTI), een uitzendbureau (het latere Vedior) en supermarkten (o.a. Edah). Hij beperkte zich niet tot de landsgrenzen. In de Verenigde Staten werd een warenhuis overgenomen en in Brazilië een fast-foodke- ten. Toen Dreesmann in 1988 met pensioen ging, liet hij een ondoorzichtig conglome raat achter waarvan de kop niet wist wat de staart deed. Kroonprins Arie van der Zwan mocht hem opvolgen, maar raakte verstrikt in een machtsstrijd en hield het eind 1989 al voor gezien. De echte opvolger van Dreesmann werd Jan Michiel Hessels, iemand van buiten die ver stand van financiën had en dat was nodig. Hessels begon in rap tempo onderdelen te verkopen, uiteindelijk bijna 50 en bracht Vendex in 1990 naar de beurs. In 1998 zette hij de kroon op zijn werk met de fusie tussen Vendex en KBB. „Wat Hessels in de beginjaren heeft gedaan was goed, maar bij de fusie tussen Vendex en KBB mag je vragen stellen", zegt detail handeldeskundige Bert Keizer van adviesbu reau Cap Gemini Ernst Young. „Je had het volkse Vendex met winkels voor het laag- en middensegment en het koninklijke KBB dat zich richtte op de top van de markt. Dat wa ren twee totaal verschillende bedrijfscultu ren, dat kon niet goed gaan. Bovendien had den ze winkels die óf elkaar beconcurreer den of té verschillend waren. De beoogde synergie is nooit gehaald." De architect van de fusie destijds, Jan-Mi- chiel Hessels, veegt die kritiek van tafel. „Volgens mij is dat nog steeds een hele goeie geweest. Vergeet bijvoorbeeld niet dat Hema van KBB was. Dat is toch een fantastisch wa renhuis dat al jarenlang winst maakt. Zon der de KBB-poot was er echt nog veel min der verdiend." De oud-topman ontkent dat hij nooit aan het bedrijf zelf is toegekomen. „Bij V&D wisten ze amper waar het geld bin nenkwam en waar het vervolgens bleef. Ik heb de organisatie in 800 stukjes geknipt; toen wisten we elke dag precies wat de mo deafdeling in Heerenveen had gepresteerd en wat het speelgoed in Den Haag had ge daan." In het jaar 2000 gaf Hessels het stokje over aan de huidige bestuursvoorzitter Ed Ham ming. Pijnlijk was dat hij onlangs in een en quête onder 500 topmanagers uit de bus kwam als de slechtste bestuursvoorzitter van Nederland. „Bij V&D is in de jaren negentig natuurlijk niet veel gebeurd wat tot succes heeft ge leid", zegt detailhandeldeskundige Herman Loykens van het Retail Management Center. Behalve dan dat het warenhuis vrolijk meedeinde op de hoogconjunctuur en er zo in slaagde de werkelijke problemen te ver bergen. Ik heb onder Hamming eigenlijk nog steeds weinig zien gebeuren. Hij had het te druk met de vele wisselingen aan de top bij V&D en met de verkoop van een aantal ketens. Het enige positieve is dat hij vorig jaar Goeminne aan het roer heeft gezet. Dirk Goeminne is de man achter het succes van de Hema en mag dat kunstje nu bij V&D gaan herhalen. Vriend en vijand noemen hem momenteel de beste detailhandelaar van Nederland. Komend najaar hoopt Goe minne zijp eerste V&D nieuwe stijl te ope nen.- „Er is natuurlijk al heel veel geprobeerd de laatste twintig jaar, maar dit ziet er goed uit", zegt Loykens. „Hij gaat eindelijk eens doelgroepen formuleren en keuzes maken in het assortiment. Dat moet om je te onder scheiden, want een Kruidvat en Blokker worden ook steeds meer warenhuis." Het vertrouwen in Goeminne, maar zeker ook het uitzicht op naderend economisch herstel, voedt het verzet tegen de verkoop van Vendex KBB. „Je gaat in de zomer geen sleeën verkopen. Net zo goed als je in sep tember geen paaseieren in de winkel legt", zegt de succesvolle Jaap Blokker van het ge lijknamige winkelconcern. „Zo verkoop je ook geen detailhandelsconcern als de eco nomie op een dieptepunt is. Dat kun je aan elke winkelier in dit land vragen." Normaliter schuwt Blokker de publiciteit, maar nu er Nederlands erfgoed op het spel staat, kruipt hij voorzichtig uit zijn schulp. „Er is niemand die niet meer gelooft in Vendex KBB, want het huidige management participeert ook in deze deal en wil onder de nieuwe eigenaar de ingezette koers voortzet ten. Ik heb ook niet begrepen dat de banken elke dag op de deur staan te kloppen om hun leningen terug te krijgen. Er moet een Nederlandse oplossing zijn." Op de vraag of Blokker zelf nog bezig is om met een groep medestanders met een beter bod te komen, wil hij niet ingaan. Loykens stelt zich ook vragen bij de deal. „Het huidige management doet mee, dus hebben die belang bij een lage koers. En ze peggen wel dat ze blijven zitten, met de be lofte dat ze onder de nieuwe eigenaar verder mogen gaan met hun plannen, maar er is geen enkele garantie. Meestal hebben dit soort partijen geen geduld om jaren te wachten op herstel, en dat heb je echt nodig wil je V&D uit het slop halen." Herman Loykens vreest dan ook het ergste voor het warenhuis. Het past ook bij de re putatie van bijvoorbeeld KKR, één van de in vesteerders, zoals beschreven in het boek 'Barbarians at the Gate': ze kopen bedrijven op en zetten er zonder last van enig senti ment meedogenloos het mes in. „Dat gaat met V&D ook gebeuren. Misschien dat ze op de begane grond nog iets in detailhandel blijven doen, maar vanaf de tweede etage kunnen ze er prachtige stadsappartementen van maken. Daar kwam de laatste jaren toch al niemand meer. Er wonen straks yuppen in de V&D." Voor het Van Goghmuseum moetje waarschijnlijk langer wachten, maar de rijen voor het Anne Frankhuis zijn beroemder. Er wordt voor gewaarschuwd in de Lonely Planet, de Rough Guide én de Michelingids. Wie zijn al die toeristen met hun fototoestellen en flesjes bronwater? Een dag in de rij op de Prinsengracht. door Noor Tonkens Lange rijen bij het Anne Frankhuis. Foto: GPD Hans Labordus is de beste vriend van iedere toerist. Hij begroet ze allemaal in hun eigen taal, van 'hello darling' tot 'sjalom' en 'konnichiwa' (Japans). Labordus staat hier al jaren, langs de gracht tegenover het Anne Frank huis, met zijn aquarelminiatuurtjes. 'Quality art' volgens een bordje op de kar. „Ik hou de boel een beetje in de gaten en zorg dat de rij netjes de hoek om gaat," zegt hij. „Ik neem foto's voor ze, waarschuw ze voor zakkenrollers en ik speel ook nog voor VW." Vorig jaar heeft hij nog een paai" Roemeense nepagenten laten oppakken. Wel twintig keer per dag behoedt hij toeristen voor een botsing met fietsers. „Schoften zijn het, hoe ze hier voorbij scheuren." „Weetje wie je hier nooit ziet?" zegt Hans. „Duitsers." Inderdaad, de meeste Duitsers waterfietsen langs, maar gaan niet aan wal. Uiteindelijk duikt toch een groepje op in de rij. Of ze boze blikken krijgen als andere wachten den horen welke taal ze spreken? „Nee hoor," zegt een vrouw uit het groepje. „Bovendien heb ik geen oorlogs complex." Eric Lawson, eind dertig, uit Boston heeft maar een kwartiertje, maar hij besloot toch in de rij aan te sluiten. Lawson, moleculair bioloog, schrijft in zijn vrije tijd boe ken over vliegtuigen uit de Eerste Wereldoorlog. Hij wil het dagboek van Anne Frank voor zijn vrouw meene men. „Op deze plek zie je hoe vooroordelen en onmenselijk heid zelfs het leven van een kind kunnen aantasten," zegt hij. „Hier treffen het grootste kwaad en het grootste goed elkaar. De haat waar een jong meisje voor moest schuilen, kruist hier de moed van de mensen die haar verborgen, met alle risico's van dien." Bij de jongens en meisjes van Contiki valt minder bezin ning te bespeuren. Zij 'doen' in 25 dagen Europa. Een soo^t zap-toeristen van midden twintig die elkaar in de bus voor het eerst ontmoetten. Gisteravond zijn ze in Amsterdam aangekomen, om morgen weer te vertrek ken. Nog maar amper bekomen van hun avond in de Bananenbar staan ze nu in de rij. Een enkeling kan zich herinneren het dagboek van Anne Frank op school te hebben gelezen. In Duitsland be zochten ze een concentratiekamp, wat op sommigen zo'n diepe indruk maakte dat ze naar het Anne Frank huis wilden. Craig Williams (25) keek meer uit naar het geplande uitstapje naar een drinklokaal in München. Van een heel andere orde is het actieve vijftigerscollec tief uit Texas, dat meestal gaat skiën, duiken of wildwa tervaren. Waarom ze naar het Anne Frankhuis gaan? Dat kan Walt het beste uitleggen, die zich achter zijn vrouw heeft verstopt en precies hetzelfde gillende Disney-petje en trainingsjack als zijn echtgenote blijkt te dragen. Walt is een geschiedenisfanaat en wist de rest ervan te over tuigen dat een bezoek aan Anne Ffank de moeite waard was. Erg enthousiast zijn ze geen van allen en al gauw gaat het gesprek over op de lunchplannen. Verderop staat een groep bejaarde Japanners met de ka rakteristieke witte hoedjes en wandelschoenen. „Ze hebben het dagboek gelezen en films gezien over de oorlog in Europa", legt de reisleidster uit in gebroken Nederlands. „Ze willen weten waar het allemaal gebeurd is." Met de gids als tolk vertelt een vrouw dat zij en Anne Frank van dezelfde generatie zijn. „In Japan hadden wij veel vergelijkbare ervaringen." Toen het in Kyoto niet veilig meer was, is ze gevlucht. Haar echtgenoot vertelt iets aan de reisleidster. Hij heeft vriendelijke ogen en wacht geduldig terwijl zij vertaalt. „Meneer was piloot in de Japanse luchtmacht. Hij heeft over Pearl Harbor ge vlogen." Doorvragen vindt ze geen goed idee. Patrick (38) is geboren in Engeland, maar woont in Ier land. Net als zijn vrouw en twee vrienden draagt hij het shirt van het Ierse voetbalteam. De stiefbroer van Pa tricks vader zat in het Ierse leger tijdens de Tweede We reldoorlog. Hij deserteerde en sloot zich aan bij de Brit ten omdat hij meer avontuur zocht. Hij vocht in Maleisië, maar mocht na de oorlog als de serteur niet terugkeren naar Ierland. Pas na vijf jaar werd hem amnestie verleend. Al vier keer eerder was Pa trick in Amsterdam, maar nooit bezocht hij het Anne Frankhuis. „Het werd een keer tijd." Bij de familie Jones uit Wales zijn de rollen precies om gekeerd. Cerian is negen en zag een programma over Anne Frank op televisie. „Ik wist dat er in Nederland een museum over haar was en daar wilde ik heen." Dus De foto uit 1942 die Anne Frank deed dromen van Holly wood. Foto: AP kwamen ze naar Amsterdam. Er zit ook nog een rond vaart in de planning, maar Cerian wil eerst het dagboek kopen. Haar broertje van zes, Joshua, is met heel andere dingen bezig. Vorige week heeft hij op een tentoonstel ling een grote kakkerlak gezien en nu hoopt hij die in elk 'museum' aan te Heffen. „Maar wel dood graag." Dominee Van de Graaf is met de 20+ kring van de her vormde gemeente Rotterdam Charlois op pad. Ze waren gewaarschuwd voor de rij, maar het valt mee. Ze komen net uit het Bijbels Museum. „Daar hebben ze voor ons twee wc-rollen uit het depot gelicht, gemaakt van ver snipperde bladzijden uit een bijbel. Zulke rollen heb ik ooit nog uit het communistische Roemenië meege smokkeld." Van de Graaf is vooral benieuwd naar de afmetingen binnen. „Ik hoop iets mee te maken van hoe het voelt om zo beperkt en begrensd te leven. Ik verbeeld me niet dat ik de emoties van toen echt kan navoelen, nu er geen bedreiging meer is. Door mijn tijd in Roemenië kan ik me er, denk ik, wel een voorstelling van maken. Die angst dat elk moment op de deur gebonsd kan worden." Tamir en Iris Eynhoren komen uit Israël. Hun zoontjes Leran en Gay vinden het maar spannend, ze zijn al bijna binnen. Kinderen in Israël wordt elk jaar over Anne Frank verteld. Tamirs vader overleefde de holocaust en verruilde in 1952 Polen voor Israël, waar hij zijn toekom stige vrouw ontmoette. „Zijn leven is gesplitst in twee delen. Voor en na de oorlog." De familie Jones staat inmiddels alweer buiten. Cerian is zeer onder de indruk, maar het dagboek was uitver kocht. Joshua is teleurgesteld. Geen kakkerlak gezien. D'rt 'lS Cen ik vne 2 o<< wöv^eK, 20 Le Z' QU.ffql

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2004 | | pagina 4