Omvangrijke onderhoudsoperatie van het Amsterdams Peil Bewegende palen De druk op de oren is voelbaar, als je met een stevig gangetje de Vaalser- berg op rijdt. In een paar minuten kronkelt de weg 4,5 kilometer omhoog, van uit het centrum van Vaals naar de top: 322,5 meter boven het Normaal Amsterdams Peil. Twee miljoen toeristen per jaar maken deze gang naar boven. „Vergeleken met ons is de Veluwe kinderspel. Hier red je het niet met een fiets met drie ver snellingen", zegt Kees Verplancke van de VW Zuid-Limburg. Er wordt op het hoogste punt, tevens drielandenpunt, goed verdiend aan de toeristen. Verhuur van mountainbikes, twee uitkijktorens (een Belgische en een Neder landse), kiosken met souvenirs, taveerne De Grenssteen en een labyrint om in te verdwa len. Aan de Nederlandse kant van de drie grens palen ligt een steen, waarin met kapitalen staat gebeiteld: 'Hoogste punt van Neder land. 322,5 meter boven A.P.' De steen stamt van vóór 1885, toen het Amsterdams Peil nog niet het Normaal Amsterdams Peil heette en voor heel Nederland de maat was. Het hoog ste punt van Nederland is het niet. Dat ligt honderd meter verderop, in het labyrint. Vanaf volgend jaar ligt het hoogste punt van Nederland nog wat hoger. Twaalf millimeter, om precies te zijn. Dat komt doordat Neder land kantelt. Het noorden en westen zakken, het zuiden en oosten gaan omhoog. Daarom moet het NAP worden aangepast. Verspreid over heel Nederland zijn 288 palen in de pleistocene zandlaag (meer dan 10.000 jaar geleden gevormd) geslagen. Er zit een bronzen merkteken op elk van deze palen, die met elkaar bepalen waar nul NAP ligt. Het merkteken dat officieel nul NAP aangeeft - het gemiddelde vloedniveau van het IJ in Amsterdam in de 17de eeuw - staat onder het Amsterdamse stadhuis aan het Waterloo- plein. Ook dit punt is in de afgelopen eeuw 1,7 centimeter gezakt, waardoor nul NAP dus eigenlijk op -1,7 centimeter NAP ligt. Drie waterzuilen steken de lucht in, aan het begin van de benauwde passage van het stadhuis in Amsterdam. Hier krijgt het NAP nog een beetje eer. Dagelijks passeren toeris ten dit monument, waar het nul NAP daad werkelijk is te zien en aan te raken. Of eigen lijk, tot 1 januari, het niveau van 1,7 centime ter onder NAP. Het monument staat er sinds 1988. Twee wa terzuilen geven het actuele peil van de Noordzee bij Vlissingen en IJmuiden aan. In de derde rijst het water tot bijna 3,5 meter boven je hoofd: de hoogste waterstand tij dens de Watersnoodramp in 1953. Een wit trapje gaat naar beneden, 1,10 meter de grond in. Daar staat een betonnen paal die twintig meter de grond in is geheid. Erboven op zit een bronzen plak. Dat is het dan. Het nulpunt dat geen nulpunt is. Waardoor alle NAP-hoogtes in Nederland moeten worden aangepast, zodat nul weer wél nul is. Van het hoogste naar het laagste punt van Nederland kost 2,5 uur autorijden. Het diepste punt ligt temidden van de weilanden in de Zuidpias- polder bij Nieuwerkerk aan den IJssel, ten noordoosten van Rotterdam. Dieper zinken kan niet. Hoewel: door de aanpassing van het NAP ligt dit punt vanaf 1 januari nog twee centimeter lager. Langs snelweg A20 staat auto- en vrachtwa- genbedrijf Van Vliet. Op het parkeerterrein van dit bedrijf staat, pal aan de snelweg, een paal van zeven meter. Op 6,75 meter hoogte kabbelt een rood lijntje om de paal heen: nul NAP. Het monument is neergezet toen een weiland Nederlan ZATEN 12 JUN 2004 We hebben het allemaal op school geleerd, en toch altijd die verwarring: staat NAP nu voor Normaal of Nieuw Amsterdams Peil? Dat is niets vergeleken met de identiteitscrisis waar het NAP nu in is gestort. Nul NAP is nul NAP niet meer. Nederland kantelt. Het Amsterdams Peil, dat een vast baken had moeten zijn temidden van een dalende bodem en een stijgende zee, blijkt beweeglijk. Tijd voor groot onderhoud. door Remko Tanis achter deze plek op 29 juni 1995 door Rijks waterstaat officieel als laagste punt werd aan gewezen. Het staat middenin een vijver met een aangeharkt perkje eromheen. Een fontein spuit een straaltje bruin slootwater omhoog. Niemand die het ziet, dit diepste punt van Nederland. Het doet niets af aan het belang van het NAP. Als het door iedereen zou worden genegeerd en de metingen niet worden gecorrigeerd, zou dat ernstige gevolgen hebben. Het NAP moet feilloos zijn voor het waterbeheer met gemalen en sluizen. Als de cijfers niet klop pen, pompen gemalen te weinig water weg, lopen kelders vol met grondwater, worden sluizen verkeerd aangelegd. Water stroomt van hoog naar laag. Om water uit een polder naar zee te krijgen, moet een waterschap dus wel weten welk punt hoog is en welk punt laag. In Delft werkt de Adviesdienst Geo-informa- tie en ICT van Rijkswaterstaat al sinds 1996 aan het groot onderhoud van het NAP. Een enorme operatie, die gepaard gaat met een groot aantal metingen en op 1 januari is afge rond als alle nieuwe getallen in de boeken en computers zijn verwerkt. Anton Kosters van de Adviesdienst herinnert aan de droogte van vorig jaar zomer, om aan te geven hoe be langrijk het is dat het NAP betrouwbaar blijft. Werkje met de verkeerde NAP-hoogtes, dan klopt de berekening niet en komt het water niet in beweging. Daarom moeten alle water beheerders in Nederland hun gegevens de komende maanden aanpassen, zodat ze van af 1 januari met de juiste NAP-hoogtes wer ken, waarin nul ook echt nul is en niet 1,7 centimeter onder nul. Een grote klus voor de waterschappen. Ver gelijkbaar met wat iedere Nederlander in 2002 meemaakte, toen de euro werd inge voerd en iedereen moest gaan werken met nieuwe eenheden. In januari start de grote omrekenoperatie voor de waterschappen, die vanaf dan alle hoogtecijfers in computers en op kaarten moeten aanpassen aan de nieuwe gegevens. In het gebied van waterschap Delfland, tus sen Den Haag en Rotterdam, ligt het NAP twee centimeter lager dan tot nu toe werd verondersteld. 'Een lastig probleem', noemt het waterschap dit in het huisorgaan. „Tsja", zegt Kosters, „in Delft staat het water vaak maar een decimeter onder de kade. Als dat iets hoger wordt, is er al snel paniek." In Delft wordt het NAP met twee centimeter bijgesteld. De peilstokken in Delft moeten dus twee centimeter naar beneden worden geduwd. Daardoor kabbelt de normale wa terstand in de grachten niet meer op het ge bruikelijke niveau van 42 centimeter onder NAP, maar op 40 centimeter. „Als er meer regen valt, snapt iedereen dat de waterstand hoger wordt. Nu de oorzaak is dat het NAP lager wordt, lijkt dat erg abstract", geeft Kosters toe. Want het water stijgt niet van de ene op de andere dag met twee centi meter. Het is juist de bodemdaling van de af Een vertrouwd beeld in Nederland: de peilschaal van het Normaal Amsterdams Peil (foto's boven en uiterst rechts onder). Op de foto's onder van links naar rechts: de waterkolommen in het stadhuis in Amsterdam en het monument van het laagste punt van Nederland bij Nieuwerkerk aan den Ussel langs de snelweg A20. Foto's: GPD maar de Amsterdamse burgemeester Johan nes Hudde die in 1683 als eerste een streep op acht sluizen in zijn sta4 zette om het ge middelde waterpeil vast te leggen. Dus zitten we met het Amsterdams Peil, een standaard die eens per eeuw moet worden bijgesteld. In viaducten, torens en gebouwen over heel Nederland zo'n 35.000 bronzen bouten. In de database van Rijksw staat is voor elke bout terug te vinden hoeveel hij bove onder NAP zit. Onder anderen landmeters kunnen hief de aanleg van een weg aflezen hoe groot het hoogtevi tussen twee punten is. Inmiddels blijkt dat de werkelijke hoogtes te veel afwij' de cijfers in de boeken. Dit komt deels door de onnauw heden in de metingen die tussen 1920 en 1940 zijn ged maar ook doordat de ondergrondse palen niet zo stabi als werd gedacht. Tussen 1996 en 1999 heeft Rijkswaterstaat metingen g naar de hoogte van de ondergrondse palen. Deze gege zijn in de jaren daarop geanalyseerd. Hieruit bleek dat dergrond de afgelopen zestig tot tachtig jaar meer hef wogen dan was aangenomen. De paal onder het Amstf se stadhuis is bijvoorbeeld gezakt, waardoor het merkt voor nul NAP nu zeventien millimeter ónder NAP ligt Per januari 2005 wordt dit gecorrigeerd en komt er een NAP, waarvan het nulpunt 1,7 centimeter lager ligt dan huidige. Doordat het nulpunt wordt aangepast, moete hoogtecijfers in Nederland worden gewijzigd. Rijkswat brengt in januari een nieuwe NAP-publicatie uit, waari' hoogtes van alle 35.000 bouten ten opzichte van hetri NAP staan. standaard onderhoudsbeurt. Volgend jaar is nul NAP weer echt nul NAP, het gemiddelde vloedniveau van het IJ in de 17de eeuw. Wat overigens iets anders is dan het huidige zeeniveau, ook al wordt dat op scholen onderwezen. Dat verschil wordt gro ter naarmate de zeespiegel blijft rijzen en de bodem blijft dalen. Zo erg is dat ook weer niet, vindt Anton Kosters van Rijkswaterstaat: „Het scheelt maar een paar decimeter. Tien meter boven NAP kan best 10,2 meter boven de zeespiegel zijn. Dat maakt voor de mees ten niet zo veel uit." De N blijft staan voor 'Normaal', ook al is het een nieuw Amsterdams Peil. En er sluimert een nieuwe identiteitscrisis: het nulpunt in Amsterdam is eigenlijk alleen maar show. Meetpalen die op de Veluwe in de grond zit ten, vormen de échte basis voor het NAP. De Veluwe is het meest stabiele deel van Ne derland. De palen zijn hier, in tegenstelling tot die in de Amsterdamse bodem, niet be wogen. Omdat de grond in Amsterdam met twee centimeter per eeuw blijft zakken, is er binnen honderd jaar weer groot onderhoud nodig aan het NAP en zijn er tussendoor continu kleine reparaties. Om de kwestie voor eens en voor altijd op te lossen, zou het handiger zijn als een peil op de onvermurwbare Veluwe het nieuwe nul punt wordt. Normaal Apeldoorns Peil. Maar ja, het was nu eenmaal niet de Apeldoomse, gelopen tachtig jaar, waaraan de peilstokken nu worden aangepast. Voor het Groningse waterschap Noorderzijl vest is de NAP-aanpassing niet meer dan een rimpeling. Hier is veel meer aan de hand: de bodem is er in veertig jaar al tientallen centi meters is gezakt. Oorzaak is de gaswinning in de provincie. Het Hogeland, zoals de regio ironisch genoeg heet, is het snelst zakkende stuk Nederland. De NAP-bout in de kerk van Loppersum zat in 1968 op een hoogte van 1,38 meter boven NAP. Sindsdien is de bout, de kerk, heel Loppersum dertig centimeter lager komen te liggen. Het dalen zal door gaan tot 2050. Dan komt er een einde aan de gaswinning. „Wij moeten onze NAP-hoogtes continu aan passen om de gegevens correct te houden", zegt Gido Davidse van het Groningse water schap. „Alles zit aan het NAP vast. De hoogte van een waterpomp of sluis. Bouwtekeningen van gemalen: ze staan vol met NAP-maten. Wij moeten ons wel steeds afvragen: wat is ons NAP eigenlijk? Terwijl de rest van Neder land daar de boeken voor kan opslaan, moe ten wij altijd bellen voor de laatste gegevens." Andere waterschappen zullen hun peilstok ken echt dieper de grond in moeten slaan, of juist verder omhoog halen, om het streepje van nul NAP op het nieuwe nulpunt uit te la ten komen. Dit doen ze niet allemaal op 1 ja nuari, maar pas als ze langs komen voor de

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2004 | | pagina 2