Rampzalige generale van D-Day 51
I
D-DAY
De Nederlanders kwamen te voet
Duitse onderzeeërs doken op tijdens Amerikaanse landingsoefening JJJ jy
Ook de marine
was actief
Soldaten Prinses Irenebrigade vochten zij aan zij met Britten in Pont Audemer
een middag vertoeft op het strand langs
e kust van Devon, zal ongetwijfeld enige
|iloezie voelen voor de lokale bevolking.
Slapton Sands is één van de mooiste
kustgebieden van Engeland. Het is
lijks voor te stellen dat hier zestig jaar
Heden een generale repetitie voor D-Day
plaatsvond, met desastreuze gevolgen.
door Esther Cotink
DINSDAG UfW6 JUNI 1944
I n Torcross aan de Engelse zuid
kust staat een ongewoon monu-
I ment. Het is een zwart gepekte
Sherman tank, gered uit Het Kanaal
in 1984 dankzij de inspanningen van
lokale bewoner, Ken Small. De tank
lag veertig jaar lang op de zeebo
dem, waar bijna duizend Amerika
nen in april 1944 dé dood vonden
tijdens een voorbereiding voor D-
Day. De operatie werd verzwegen op
last van generaal Dwight D. Eisenho
wer.
Slapton Sands, een zandstrook in
Devon, was uitgekozen voor de oefe
ning omdat het zoveel gelijkenissen
vertoonde met de kust van Norm an-
dië, waar op 6 juni 1944 het ware of
fensief plaatsvond. Van alle D-Day
herdenkingen is die van Slapton één
van de meest schrijnende - zowel
voor de soldaten die hier vele maten
verloren, als voor de bewoners die
moesten evacueren en terugkeerden
in ontwrichte spookdorpen vol rat
ten en landmijnen.
„Al weken ging het gerucht dat onze
huizen ontruimd zouden worden
voor een speciale training van de ge
allieerden", herinnert Gordon Lus-
combe zich. Hij was toen zeventien
jaar oud. „In november 1943 ver
schenen aanplakbiljetten waarop
stond dat negen dorpen rond Slap
ton Sands werden geëvacueerd. Nie
mand verzette zich omdat het oorlog
was, maar boeren hadden er wel
moeite mee dat ze gewassen in de
grond moesten achterlaten in een
periode van hongersnood."
Een oppervlak van 12.000 hectare
werd ontruimd en 3000 dorpelingen
gaven hun vertrouwde omgeving op
voor één van de belangrijkste WO II-
oefeningen: Exercise Tiger. „Koeien,
paarden, kippen en geiten werden
verkocht op een speciale veiling in
Kingsbridge. Dat leverde weinig op
omdat zoveel vee tegelijk werd aan
geboden. Mijn vader nam een paar
koeien mee naar de familie bij wie
we introkken. Hij besefte toen niet
Invasie geallieerden Normandië, 6 juni 1944
Horsa-zweefvliegtuig
(aan boord: 28 soldaten met
uitrusting of 1 anti-tankwapen met
munitie en 1 jeep)
anp/afp
BIJ
dat hij zijn eigen boerenbedrijf nooit
meer zou oppakken."
In Slapton is Gordon één van slechts
drie nog levenden die de evacuatie
meemaakten. Hij herinnert zich dat
speciaal benzinebonnen werden uit
gegeven voor de volksverhuizing, en
dat Amerikaanse soldaten vroeg arri
veerden om met de immense klus te
helpen. Toen alle huizen en schuren
leeg waren, maakten de 23.000 Ame
rikaanse soldaten die onder code
naam Utah zouden deelnemen aan
de invasie van Normandië, zich op
voor de grote training.
Deze begon op 27 april, waarbij ge
bruik werd gemaakt van echte muni
tie. Ruim tweehonderd soldaten
sneuvelden door 'vriendelijk vuur'.
Maar de rampspoed ontvouwde zich
een dag later, toen vanuit het niets
ar na de desastreuze oefening schonk Amerika een monument aan de bewoners die moesten
Iren. Foto: GPD
negen Duitse onderzeeërs rond het
Amerikaanse konvooi opdoken. Er
bleek een typefout gemaakt in de ra
diofrequenties, zodat de marineba
sis de schepen niet kon waarschu
wen voor de verrassingsaanval.
Torpedo's werden afgevuurd, hon
derden soldaten moesten de zinken
de boten verlaten en eindigden in
het ijskoude water. Voor de kust van
het onbewoonde Slapton stierven
749 Amerikanen. „Het ging allemaal
heel snel en er lagen zoveel licha
men in zee", vertelt bewoonster Bar
bara Parkes, die de getuigenis al vele
keren heeft aangehoord van de
Amerikaanse oud-korporaal Richard
Ferguson. Op haar uitnodiging
woont Ferguson jaarlijks de herden
king van Exercise Tiger bij.
„Richard zat op schip LST 531, dat
door torpedo's was geraakt. Hij wist
te overleven door zich zes uur lang
in het koude water vast te klampen
aan de reddingsvesten van twee le
venloze soldaten. De meeste jongens
verdronken omdat ze geen instruc
ties hadden gekregen hoe het zwem
vest te gebruiken. Richard herinnert
zich gruwelijke beelden van tiental
len lichamen die ronddreven met
het hoofd onder water en de benen
in de lucht."
De volle omvang van de tragedie
bleef jaren geheim omdat de hoog
ste commandant van de geallieerde
expeditiemacht Eisenhower een
zwijgplicht oplegde, uit angst dat de
ramp het moreel van andere troepen
zou ondermijnen, en de Duitsers er
achter zouden komen wat de ware
reden voor de oefening was. Vetera
nen moesten het trauma in stilte
verwerken.
„Onze familie keerde als eerste terug
in het dorp", vertelt Gordon. „Het
was doodstil, er was geen electrici-
teit en overal liepen duiven en rat
ten. Verschillende panden waren
door munitie geraakt en uitgebrand.
De volle omvang van de tragedie bleef jaren geheim omdat Eisenhower een
zwijgplicht oplegde. Foto: AP
Hier en daar zagen we plassen
bloed, dus dat er slachtoffers waren
gevallen was geen geheim. Enkele
dagen later reed ik met een tractor
over een bom, die gelukkig vertraagd
afging. Als we handgranaten von
den, trokken we de pin eruit en gooi
den we die in de struiken. We wilden
niet voor elk wissewasje de oprui
mingsdienst vragen." Die gemak
zucht werd sommige dorpelingen
fataal.
Tien jaar na de ramp schonk Ameri
ka een monument aan de evacués
voor het genereuze gebaar hun hui
zen te verlaten. Tijdens de ceremo
nie vertelde generaal Alfred
Guenther aan de bewoners wat zich
hier op 28 april 1944 had afgespeeld.
Het verhaal bleef jaren daarna nog
steken binnen de contouren van De
von, totdat Ken Small de geschiede
nis opnieuw opdiepte. Letterlijk.
Hij liet een tank optakelen die hij op
de zeebodem had ontdekt. In 1984
werd de tank als monument in Tor
cross geplaatst, opdat de gesneuvel
de Amerikanen niet werden verge
ten. Kens obsessie voor Exercise Ti
ger uitte zich in zijn dagelijkse aan
wezigheid bij het monument - be
halve Kerstdag - waar hij met ieder
een een praatje maakte. Vanuit de
kofferbak van zijn auto verkocht hij
28.000 exemplaren van zijn boek
over de ramp. Bussen vol toeristen
kwamen eerder voor Ken dan voor
Slaptons geschiedenis naar het
puntje van Devon. Ken maakte de
zestigjarige herdenking niet meer
mee. Op 15 maart overleed hij op
73-jarige leeftijd. Zijn lichaam kreeg
een plek in de kerktuinen van Sto-
kenham, waar zes weken later de ge-
denkdienst van Exercise Tiger
plaatsvond.
Veel minder bekend maar daarom niet
minder belangrijk is dat ook veel Neder
landse oorlogs- en koopvaardijschepen
hebben deelgenomen aan de geallieerde
invasie. Twee kanonneerboten, de 'Flores'
en de 'Soemba' verleenden met hun vijf
tien centimeter kanonnen artilleriesteun
aan de landingstroepen op resp. Juno
Beach en Utah Beach. In totaal hadden
beide schepen 272 marinemensen aan
boord. De mijnenlegger 'Douwe Aukes'
meerde op 7 juni af nabij Ouistreham en
bestookte met zijn anti-lucht batterij
Duitse vliegtuigen. Bij de vloot van troe
pentransport- en landingsschepen waren
ook de Nederlandse 'Mecklenburg' en
'Koningin Emma' terwijl het stoomschip
'Batavier II' als hospitaalschip dienst
deed. Op 8 juni keerde het schip met de
eerste gewonden terug naar Engeland. In
totaal zou de 'Batavier II' 35 maal de over
tocht van Cherbourg naar Southampton
maken. Daarbij vervoerde het ruim 7.000
zieke en zwaargewonde militairen over
het Kanaal.
Een groot aantal Nederlandse koopvaar
dijschepen bracht munitie, voertuigen en
proviand naar de landingsstranden. Voor
het verslepen van onder meer caissons
naar de kunstmatige havens - waarvan er
uiteindelijk maar één, in Arromanches,
operationeel werd - werden zeesleepbo
ten ingezet. Twaalf daarvan waren Neder
lands.De laatste sleepboot, onder kapitein
J. Klinge, werd door een Duitse boot ge
torpedeerd waarbij alle vijftien opvaren
den om het leven kwamen.
ningin Beatrix is vandaag de officiële
gast van de Franse regering bij de
denking van de geallieerde invasie in
rmandië, zestig jaar geleden. In Pont-
tudemer vindt 's ochtends een Frans-
Nederlandse plechtigheid plaats,
liren van de voormalige Prinses Irene
Brigade hebben op 26 augustus 1944
meegeholpen het Franse stadje te
bevrijden.
door Henk Glimmerveen
Burgemeester Gaston Lecureur is dezer
dagen een druk bezet man. Niet dat hij
veel met de organisatie van de herden
kingsplechtigheid van doen heeft: „Dat wordt op
een niveau ver boven mij geregeld. Ik heb alleen
te maken met de gevolgen ervan". Dat betekent
vooral veel poetsen en schoonmaken in het pro
pere stadje van nog geen 10.000 inwoners. Want
de koningin van Nederland moet goed worden
ontvangen. De vorstin zal een défilé afnemen
van oud-strijders van de Prinses Irene Brigade
en ze zal een krans leggen bij het monument in
de tuin van het raadhuis. Premier Balkenende is
eveneens aanwezig en namens de Franse rege
ring woont minister-president Raffarin de plech
tigheid bij.
Er zijn in Pont Audemer maar weinig mensen
die kunnen navertellen hoe de bevrijding in zijn
werk is gegaan. Edmond Floquet (79) is een van
hen. 'Grote Jules' werd hij in de oorlog genoemd
door zijn makkers van de Résistance. „Ik raakte
eigenlijk bij toeval betrokken bij het verzet. Als
knul van 17 heb ik een keer een pistool gepikt
van een Duitser. Dat was niet eens zo moeilijk
want hij liep 's avonds ladderzat met een paar
andere Duitsers door de stad. Fluitje van een
cent".
De twee daaropvolgende jaren zwierf Floquet
met andere leden van de verzetsgroep Surcouf
door de uitgestrekte bossen rondom Pont Aude
mer. Het doel was zoveel mogelijk schade aan te
richten aan Duitse installaties en posten. Zijn
specialiteit: explosieven.
In de vroege ochtend van de 26ste augustus zag
'Grote Jules' geallieerde militairen opduiken aan
de rand van Pont Audemer. „De Duitsers waren
bezig zich terug te trekken uit Pont Audemer
omdat ze tot de conclusie waren gekomen dat
het stadje niet meer te verdedigen was. Essenti
eel voor de geallieerden was dat ze de bruggen
over de rivier de Risle onbeschadigd in handen
kregen".
Hij pakt een vel papier om de situatie te verdui
delijken. „Hier zag ik de eerste soldaten van de
geallieerden binnenkomen. Het waren Belgen
van de brigade Piron."
Belgen?
„De Belgen en de Nederlanders maakten deel uit
van de Britse Airborne divisie. Met z'n allen heb
ben ze Pont Audemer bevrijd. De eerste die het
stadje binnenkwam was een Belgische korpo
raal. Hij heette Guillaume, dat kan ik me nog
herinneren."
De bevrijding van Pont Audemer verliep zoals
wel vaker in oorlogssituaties, redelijk chaotisch.
Prof. H. Amersfoort heeft op verzoek van het In
stituut voor Militaire Geschiedenis in Den Haag
een studie gemaakt naar de inname van het
Franse stadje en is tot de conclusie gekomen dat
het toeval een grote rol heeft gespeeld.
De Prinses Irene Brigade fungeerde aanvankelijk
als achterhoede van de 5e Britse parabrigade,
die weer onderdeel was van de Airborne divisie.
De parabrigade had als taak Pont Audemer in te
nemen terwijl de Nederlanders posities langs de
spoorweg ten zuiden van het stadje in moesten
nemen. De commandant van de para's was vol
gens Amersfoort echter 'zeer onaangenaam ver
rast' dat de Nederlanders te voet kwamen aan
zetten. (De Prinses Irene Brigade bleek van een
andere Britse commandant het bevel te hebben
gekregen haar voertuigen af te staan - red.).
Hij gooide zijn plannen om en besloot de Neder
landse militairen te laten plaatsnemen in de
voertuigen die Pont Audemer moesten verove
ren. De Belgische brigade reed als eerste het
stadje binnen, een half uur later gevolgd door de
Brits-Nederlandse colonne. De Nederlanders
werden afgezet bij de spoorweg, hun oorspron
kelijke doel, en Britten reden door naar het cen
trum.
'Grote Jules': „Inmiddels was natuurlijk het hele
dorp klaarwakker. Er werd hevig gevochten en
dus kwam niemand op straat. Iedereen bleef
'Grand Jules': 'Fluitje van een cent'. Foto: GPD/Henk Glimmerveen
binnen. Toen de beschietingen minder werden,
verlieten de eersten hun huizen en wat zagen ze:
Nederlanders! De vlaggen gingen uit, flessen
werden opengetrokken en het was meteen groot
feest".
Burgemeester Lecureur: „De band met Neder
land is in deze gemeente heel hecht. Ieder jaar
komen veteranen van de Prinses Irene Brigade
hier hun omgekomen kameraden herdenken.
Dat is altijd een emotionele gebeurtenis. Dat zal
dit jaar alleen nog maar sterker zijn."