'Ik wil cultuur de ruimte geven' KUNST CULTUUR Zijlstra Band helemaal goed De Leidse Pooi Het woord zwe( boven de dans Strijder van 2000 jaar Onderscheiding Max Velthuijs Tintelfrisse wind door barokmuziek NOODZAKELIJK KWA Economisch belang wordt volgens Medy van der Laan zwaar onderschat Rembrandts onder de iconen J vrijdag l6 APRIL 2OO4 Robert Cohon en de 'oude strij der'. Foto: AP kansas city - Robert Cohon, beheerder van historische kunst van het Nelson-Atkins Museum in Kansas City in de Verenigde Staten, heeft de leef tijd bepaald van een beeld van een barbaarse strijder. Volgens hem is het bronzen beeldje tweeduizend jaar oud. Cohon kwam tot zijn ontdekking toen hij door een boek over Britse kunst bladerde. Zijn oog viel op een schilderij van twee millen nia oud. Op het doek stond een Romeinse vaas met handvat af gebeeld. Het handvat toonde grote gelijkenis met de bronzen strijder die Cohon onderzocht. Hieruit concludeerde de be heerder dat het beeld uit die tijd afstamt. rijswijk - De Andersen Jury van the International Board on Books for Young People (IBBY) heeft Max Velthuijs de Hans Christian Andersen Award for illustration 2004 toegekend. De Hans Christian Andersen Award wordt om de twee jaar uitgereikt door IBBY aan een auteur en illustrator wiens oeu vre van groot belang voor de kinderliteratuur is. „Max Velt huijs is een briljante verhalen verteller en illustrator met een grote toewijding aan kinderlite ratuur. Velthuijs heeft veelvul dig bewezen veel van kinderen te begrijpen. Zijn boeken zijn qua tekst en illustraties kleine juweeltjes", oordeelt de jury. muziek recensie Lidy van der Spek Concert: Freiburger Barockorchester, concertmeester Gottfried von der Goltz. Gehoord: 15/4, Stadsgehoorzaal, Leiden. Met het hoofd in de hemel, transparant en spiritueel, en de voeten robuust geaard, musi ceert het Freiburger Barockor chester als een springlevend or ganisme. Het laat een tintelfris se wind waaien door de barok muziek van drie ijzersterke tijd genoten: Bach, Telemann en Handel. De laatste twee kunnen zich royaal meten met de ba- rokcomponist bij uitnemend heid; zéker als hun muziek zo veel energie en nieuw leven wordt ingeblazen. De combinatie van blazers (2 natuurhoorns, 2 hobo's en een fagot) vormt met de strijkers een bloedwarm coloriet, dat in Telemanns Suite in D en in Handels overbekende Water- music vorstelijk glanst. Verba zend contrastrijk worden Tele manns dansen verbeeld. Een hechte basis legt het energieke continuum van contrabas, celli, en in mindere mate luit en cla- vecimbel. Voor feestelijke zwier zorgt de concertmeester met in zijn gevolg de violen en alten. Spectaculair, verrassend swin gen het Rondeau en de Ecossai- se, vol vaart gebracht met pitti ge accenten. Ook Telemanns Concerto a 6 in e voor blokfluit en traverso, strijkers en basso continuo krijgt zowel vlies vleugels als ste vige bergschoenen. Schitterend zingen de twee blokfluiten el kaar toe in vraag en antwoord spel of in sprankelende samen spraak, soepel en gespierd op gevangen door het orkest. Handels Watermusic kent vele thema's, ritmes, maten en sfeertjes doortrokken van de bronzen klank van de opmerke lijk zuiver bespeelde natuur hoorns. Als water sprankelt en bruist het orkest, maar even goed klettert het imponerend of stroomt het traag voorbij. Toch is hier ook sprake van enige musiceer-moeheid, overigens zeer voorstelbaar bij dit einde loze waterwerk. En ook deze keer weer torent Bach boven zijn tijdgenoten uit, met zijn onvolprezen Vierde Brandenburgse Concert, waarin de twee fluiten excelleren in luisterrijk, kernachtig samen spel. Concertmeester Gottfried von der Goltz speelt hier een bindende rol tussen orkest en solisten. Soms is hij een elegan te causeur richting fluitisten, in andere delen richt hij zich vol ledig op de achterhoede waar bij zijn fraaie vioolspel orga nisch opgenomen wordt in de expressieve en verende-orkest- klank. muziek recensie Susanne Lammers Concert: Tussen Den Oever en New York door Zijlstra Band. Gehoord: 15/4, Schouwburg, Leiden. 'Durgerdam slaapt' is een mooi liedje, een zacht-weemoedige ode aan een plek en een vrouw. Jeroen Zijlstra kreeg er de in 2002 de prijs voor het beste the aterliedje, de Annie M.G. Schmidtprijs, voor. Begrijpelijk, want 'rokend loop ik rustig langs de steigers en de kade, slenterend langs schepen die ik af en toe herken', dat zijn zin nen om in te lijsten, zelfs als je de muziek er niet bij hoort. Maar het is nog lang niet het mooiste liedje van Jeroen Zijl stra. Dat is misschien wel 'Jut ter', waarin hij veel bijtender en acuter over een verloren liefde zingt, of de 'Blues voor Lau- wersoog', die de narigheid van een vijfdaagse werkweek op zee beeldend oproept ('terug naar de eeuwige slinger'), of de 'Blues voor SlauerhofF, waarin Zijlstra in heel simpele taal, met regeltjes die net even langer du ren dan je verwacht, het eeuwi ge schrijnen vangt. De zee is nooit ver weg bij Je roen Zijlstra, zijn mooiste beel den komen er vandaan, maar het is geen romantisch deinen de zee. Het is de zee van de vis ser. Hij zingt van de harde en eenzame kanten van het leven op een boot, de vismijn, ge wiekste havenhoeren en de tra giek van de palingvisser op het IJsselmeer. Met een daarbij passende, ijzersterk volgehou den beeldspraak en prachtige rijmen. Teksten van zo'n niveau dat je in eerste instantie ge neigd bent door de muziek heen te luisteren. En dan doe je jezelf tekort, want Zijlstra kiest voor elke tekst prachtige verklankingen en om ringt zich bovendien met een band die kan toveren. Ze ko men, lijkt het, allemaal uit de jazz-hoek, en ze spelen alles wat ze willen. Pianist Ed Boekee beschikt over timing en toucher en is thuis in elke stijl, saxofo nist Rutger Molenkamp over rompelt met zijn melodische inventiviteit, bassist Edwin Wieringa is uitzonderlijk melo dieus en drummer Nout Ingen- Housz kleurt vaak ongelooflijk subtiel en breekbaar de fijnzin niger ballades in. Het opvallendst is hun samen spel, ze verliezen elkaar geen seconde uit het oog, en dat is te horen. De enige die wel eens rommelt is Zijlstra zelf op trom pet, maar dat doet hij zo char mant, dat het nauwelijks opvalt. En hij maakt het goed, met een gedurfd en sfeervol nummer als 'De viskar', eigenlijk een proza tekst, waarin hij liefdevol maar genadeloos de in bier en haring gedompelde vrijdagavonden in Den Oever beschrijft, compleet met de lachjes en het gelal van de langzaam dronken worden de stamgasten, of het dwarse, ongelovige afscheidswalsje 'Dans nog een keertje met mij', met die alleszeggende zin: 'Zelfs de maan houdt vol, dat jij nog weg bent van mij.' Zodoende klinkt alles, funky feestnummers en Noordhol landse merengues, ballades en blues, ook de volvette boeren-, helemaal goed. door Rob Schoonen Vervolg van voorpagina den hjlag - Staatssecretaris van cultuur Medy van der Laan ont vangt maandag het advies van de Raad voor Cultuur. Aan de vooravond van die belangwek kende presentatie waarin de Raad adviseert wie wel en wie niet in aanmerking moet komen voor rijkssubsidie, een gesprek met de bewindsvrouw. „Het mooie aan deze post? Dat je het gevoel hebt aan touwtjes te kunnen trekken. Maar ook: dat de motivatie van de sector enorm is. Want het lijkt altijd wel over geld te gaan in de cul tuursector, maar eigenlijk gaat het om mensen die vechten voor wat ze belangrijk vinden. Als je dan als staatssecretaris keuzes maakt, dan raak je men sen, vaak diep in het hart - en dat vind ik het moeilijke aan deze post." Mr. Medy van der Laan (1968), in januari 2003 nog uitgeroepen tot 'Ambtenaar van het jaar', voert sinds mei van datzelfde jaar de scepter over cultuur en media. De D66-staatssecretaris geeft in haar 'Uitgangspunten brief en de nota 'Meer dan de som' aan een warm voorstan der te zijn van een meer zakelijk opererende cultuursector. Min der bureaucratie, meer ruimte voor de instellingen zelf, mits het allemaal efficiënt gebeurt, zo valt uit de nota's op te ma ken. Gevraagd naar het meest eigene aan haar beleid tot dusver, hoeft ze dan ook geen seconde na te denken. Van der Laan: „Dat ik de ruimte geef aan cul tuur; dat ik cultuur in een bre der verband plaats. Omdat ik er van overtuigd ben dat ruimte géven tot creativiteit leidt; con trole en beheersing doen dat nooit. Een misvatting is overi gens te denken dat ik cultuur als een instrument zie om maatschappelijke problemen op te lossen. Cultuur hoeft niet dienstbaar te zijn. Cultuur is er, en vervult daarmee een essenti- ele rol in de maatschappij. Ik draai dat dus in feite om en dat is wezenlijk anders dan hoe mijn voorgangers daar mee zijn omgegaan. Feitelijk kies ik voor erkenning van cultuur in zijn maatschappelijke context; of het nou binnen economie, inte gratie of puur als art wordt ge zien." De kunstenaar moet zich niet Medy van der Laan: „Cultuur hoeft niet dienstbaar te zijn. Cultuur is er, en vervult daarmee een essentië le rol in de maatschappij." Foto: GPD/Marc Bolsius alleen artistiek, maar ook meer zakelijk ontwikkelen, zo stelt u meerdere malen. Wat betekent dat? „Ik heb het dan vooral over professionaliteit en dat verschilt per discipline. In de beeldende kunst betekent het: gericht zijn op de beroepspraktijk. Bijvoor beeld weten waar je je publiek moet vinden; de potentie van je publiek kennen. Dus niet alleen maar dingen maken in je ate lier, maar ook erop uitgaan, of zorgen dat je iemand hebt die dat voor je doet. Bij theater of muziek betekent het dat je je gezelschap financieel gezond houdt, dat je rekening houdt met je uitgaven en inkomsten en dat je er een goed perso neelsbeleid op nahoudt, enzo voorts. De grote gezelschappen doen dat overigens al heel goed. Maar je ziet het bij star tende clubs - de jonge makers - die hebben wel vaak steun no dig bij de professionalisering. In gesprekken die ik met ze voer, geven ze dat zelf ook aan." Die jonge makers gaan dan vaak te rade bij zogeheten on dersteunende instellingen. Maar dat is nu juist een sector waar van u vindt dat het daar alle maal wel wat minder kan. „Ja, dat klopt, maar het is zeker niet zo dat ik alle ondersteu nende instellingen weg wil heb ben hoor. Dat beeld is er nu wel een beetje, maar dat is natuur lijk niet zo. Ik stel alleen vast dat die instellingen de laatste tijd behoorlijk goed in hun vet zitten. En als ik moet kiezen - in het kader van de bezuinigingen - waar ik hett minst schadelijk vind om het weg te halen, dan kies ik voor die ondersteunings structuur. Omdat ik de produc tie en de kunstenaar belangrij ker vind. Daar waar de onder steunende instellingen werken ten behoeve van die productie kant, zitten ze in de goede hoek. Maar als dat niet aan toonbaar is, dan lopen ze in derdaad een risico. Maar ook dan praten we over een bezui niging van tien procent en ik denk dat die structuur dat best aankan." Waarom moet de zogeheten Geldstroom Beeldende Kunst en Vormgeving op de schop? „Omdat die regeling nogal ver vluchtigde. Die ruim achttien miljoen euro ging elk jaar als een schot hagel door het land heen. Als je dan eenmaal geko zen hebt voor de regionale of stedelijke dynamiek, dan moet je heldere keuzes maken. Dat wil zeggen: liever meer geld in het goede dan weinig geld in al lerlei matige dingen. Of: keurig verdelen en daardoor uiteinde lijk niet bovén de middelmatig heid uitkomen. Met dertig ste den kan ik geen fatsoenlijk beeldend kunstbeleid op lande lijk niveau stimuleren. Nu heb ben we uiteindelijk gekozen voor veertien steden die echt bijzondere dingen kunnen gaan doen. Op die manier komt een dynamische stad er aan toe om werkelijk dragend te zijn voor de regio. Een dorp in de buurt van Eindhoven bijvoorbeeld heeft er veel plezier van dat Eindhoven heel veel in kunst en cultuur investeert. Je moet er alleen even naartoe rijden." Maar wat dan met het kunste naarsinitiatief in de kleinere buurgemeente dat na 1 januari 2005 geen geld meer via die geldstroom krijgt? Moet de pro vincie daar maar een oplossing voor zoeken? „Je moet verschil maken tussen een landelijke verantwoorde lijkheid en die van de provincie en gemeente. Ik zeg dus niet dat ik dat initiatief niet belang rijk vind; ik zeg alleen dat ik het niet vanuit het Rijk wil financie ren. Dus ja, daar zal de provin cie in moeten springen; die zijn verantwoordelijk voor de keu zes in die provincie. En uiter aard hebben ook de gemeenten daarin een belangrijke rol. Als die achterover leunen en zeg gen: 'Wij geloven het wel', tja - dan ga ik dat niet compense ren." U wilt de 'creatieve industrie' in Nederland beter in kaart bren gen, waarom? „Ik vind het belangrijk dat cul tuur als een factor van belang in de samenleving wordt ge zien; dat dat hoger op de agen da wordt gezet. Ik wil daarmee bewijzen dat kunst en cultuur van cruciaal belang zijn voor de samenleving. Buiten dat wordt naar mijn gevoel de waarde van cultuur in economisch belang zwaar onderschat. Dat beeld van onderschatting wil ik in po sitieve zin veranderen. Die waarde, gewoon in harde cijfers uitgedrukt, wil ik wel eens in kaart brengen. Omdat er nu eenmaal groepen zijn die voor al gevoelig zijn voor harde cij fers. Nou, ik hoop ze op die ma nier te overtuigen van het be lang van cultuur." Heeft U wel eens gehoord van de Leidse Poort? Nee? Dat dacht ik al. De Leidse Poort is, voor de goe de orde, niet een van de zeven toega?igspoorten die de stad vroeger telde en waarvan alleen de Zijlpoort en de Morspoort nog overeind staan. De Leidse Poort is ook niet een overdektej poort tussen twee hui zen waar nog een paar mooie voor beelden van te vinden zijn ach ter de Haarlem merstraat en in de Kooi. De poort is, ik zal U niet langer in de waan laten, niet eens van steen. Het is een zogenaamde virtuele poort. Die uitsluitend te vijl den is op het in ternet. De Leidse Poort geeft toegang tot de websites van de drie grote Leidse musea. Het initiatief tot samenwerking op het net dateert van 1999. De daadwerkelijke koppeling van de sites van Volkenkunde, Na- turalis en Oudheden vond plaats in 2001. Inmiddels kun je vanuit je huiskamer zo'n 3000 dossiers openen waar een link wordt gelegd tussen de col lecties van de verschillende mu sea. Die samenwerking op dit ter rein is logisch. Alle drie de mu sea zijn voortgekomen uit de 19de eeuwse verbazing over de wereld, de verscheidenheid in culturen, de schatten die je daaruit kon plukken en kunt laten zien. Maar behalve kijk dozen en verzamelplaatsen zijn musea centra van kennis en wetenschap. Omdat je maar een klein deel van de collectie kunt tonen en omdat de biblio theek niet toegankelijk is voor onbevoegden, biedt het net enorme kansen. Je kunt er net zo veel informatie op kwijt als je wilt. Wie profiteert van die digitale informatie? Het voortgezet on derwijs mèt name. Scholieren en studenten. Maar niet alleen zij. Iedereen die is geïnteres seerd in kennis en cultuur kan de poort door en toegang krij gen tot een andere wereld. Een praktisch voorbeeld? Hoe aar dig is het niet om eens een oli fant tegen te komen in zowel natuurhistorisch (skelet, huid, ecosysteem) als etnografisch (afbeeldingen, de god Ganesh) als in archeologisch (afgebeeld op een Egyptische sarcofaqg) opzicht? Wilt U het zien? Tik het beest maar in. De Leidse Poort is opgezet als experiment. Over de stand van zaken en over hoe moet schreef Riemer centelijk een essay, kundige op het gebiei tale informatieoverdr ziet ongekende moge Vooral met koppelii anden Ie ins Eén g delijk voor drachi moet veer ht Op 1 r'l AD VAN KAAM „I het schuld 1 voorbi vraag museu over twinti uitziet van den, teur ralis, bij scheid af of d in de toekomst nog w naar het museum ze uitsluitend nog va luie stoel kennisneme het moois dat musea hebben. Dat lijkt me een akeli zicht. Die drie prac tuurtempéls, nu nog[ een half miljoen bezo jaar, straks leeg en Geen levende ziel te l Slechts die oude supp Volkenkunde - die tol toe op zijn post blijf f dutten in een hoekjt hal. Verder waart t geest van Boudewijn E de bestofte gangen. E& alleen. En o ironie. Zo'n 150 hebben de drie Leii eerst volkomen lan$ heen geleefd - alsof gewoon niet bestond hebben ze elkaar dan in de Leidse Poort ;i komt er geen hond n a zou wat zijn. Mistyt daarom nu de tijd broken om elkaar, be r die virtuele snelweg oi dere fronten eens dm ogen te kijken. Drie he r: alleen meer in huis dqje wéten ook meer dan éi ic De poort is er al. Nu d dingsweg nog. Koppt d exposities eens aan e/Jgi Je beleid, je pr. En zp nog wel een paar woi tikken die niogelijkei rossende resultaten Dat alles onder het aio to: Leiden Museumsti rc niet alleen van afsto rc om nu en in de toeko di toe te komen. Die Leidse Poort stacks wijd open. Eei 501 eidr Nijmegen - Een unieke expositie is vanaf morgen te zien in museum Het Valkhof in Nij- pskov was tijdens de middeleeuwen het centrum van de icoonschilderkunst. Het Rus- mqgen. Voor het_eerst worden er in het buitenland middeleeuwse schilderijen en ico- sjsch mUseum treedt met de topstukken, ook wel de 'Rembrandts onder de iconen' ge nen van het beroemde Staatshistorische Museum uit Pskov in Rusland geëxposeerd. noemd, eenmalig naar buiten. De expositie duurt tot 29 augustus. Foto: VidiPhoto theater recensie Roos van Put Voorstelling: 'Unzip', choreografie Ederson Rodrigues Xavier, zang Linda Bloemhard, muziek Greg Smith. 'Nocturne, choreografie Annabelle Lopez Ochoa, muziek Chopin. 'Sister Fury' (première), choreografie Ed Wubbe, muziek Bach en Von Biber. Dans: Scapino Ballet Rotterdam. Gezien: 8/4, Stadsschouwburg, Amsterdam. Nog te zien o.a.: 16/4, Schouwburg Amstelveen; 8/5, Leidse Schouwburg; 15/5, Lucent Danstheater Den Haag. Het woord keert in alle drie de choreografieën terug. Bij de één voorgedragen in de vorm van een alfabet - 'Unzip'. Bij de ander gefluisterd of gesproken in het Frans: 'Nocturne'. En bij de laatste, 'Sister Fury', gepro- jectéerd. Waar bij de laatst ge noemde de connotatie van het woord veelal een desolate of een weemoedige is, wordt in Unzip een ongebruikelijk alfa bet door zangeres Linda Bloemhard voorgedragen, waarbij de 'e' bijvoorbeeld staat voor 'erection'. Alle woorden verwijzen naar het masculiene terrein en de dans van zeven heren bena drukt die wereld, waar snelheid en een robuuste lichaamstaal de boventoon voeren, zonder dat de cliché-macho opduikt. In 'Unzip' geven de langgerekte bewegingen waarbij het li chaam in de breedte de ruimte verovert weliswaar een ge spierd gepassioneerde wereld aan, maar de heftig voorover vallende rompen lijken naar een kwetsbaar onderdeel daar van te verwijzen. Lopez Ochoa zet wenwereld daar (Nocturne). Waar de van Xavier zich in ee vc pend ritme blootge^ mommen de acht daft zich eerst nog als keurige mantels meL hoedjes. Wanneer zi jE dingstukken verwijdf uiteindelijk in onde verschijnen, blijkt een dat uiterlijke schijn Dames transformen meisjes terwijl de sfe derf van ingetogen engt veerd, vrolijk, koket naar beklemmend i nend. Eén van hen sta delijk alleen in een w broekje, kwetsbaar, hg Toevoeging van tekst turne levert uiteinde! gie op, ook al is de 5 du la clé' overbo» slotscène te begrijpen. Ed Wubbe verwijst V£ Fury' naar 'De Drief van Tsjechov en ook merkt het geheel zich langen. Door een onf geladenheid die wordt door geprojecteerde n( als 'weeps' en 'throu Hier zweeft het woord le boven de dans - gept op twee draaiende wi hoeken - en is het erf omdat Wubbe tekst manieren toepast: als element en als betekei Bewegingen zijn stre devol, toenadering dan weer afwijzend Fury" is fraai gestilee heeft een emotioneel,] sche context. En laat daarom een bare indruk na.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2004 | | pagina 16