KUNST CULTUUR Jazzconcert door cabaretier Boddé R9 Farao's op reis Emma Kirkby zingt als een engel De F-side regeert >jo en Chantal op zoek naar Brei De pikorde van de pokeraars Drank en denderen over de wereld mien Wild iet LVC tl - Damion Wild is de gro- bliekstrekker bij de tech- rand van Pure Audio, mor- [i het LVC. De New-Yorker enaar van een van de t gerespecteerde labels op 10 gebied: Synewave. Ar ia als Headroom, Heiko en Echoplex zijn enkele ;rs uit de Synewave stal. Ive labelbaas is Damon |r ook producer en dj. Hij it onlangs zijn derde solo n 'Downtown Worlds' uit. luan Sanchez staat morgen jt podium van de grote bijgestaan door Pure Au- isidents Kim Wood en De le kleine zaal staat in het van de clickhouse. Daar tCupatec samen met neister J en Libre Service, •chnofeest begint om uur. vrijdag 26 maart 2004 theater recensie Wijnand Zeilstra Voorstelling: 'Het Land' door Mike Boddé. Met Niels Tausk (contrabas en bügel) en Marnix Stassen (percussie en sampling). Regie: Aad Spee. Gezien:25/3, schouwburg Leiden. Een cabaretpubliek een echt jazzconcert voorschotelen. Daar heb je durf voor nodig. Mike Boddé heeft het aange durfd. Er klinken geen protes ten vanuit de zaal. Kennelijk voelt niemand zich bekocht. Dat kan ook eigenlijk niet, want Boddé heeft op muzikaal ge bied wel het nodige te bieden. Bovendien valt hij meteen met de deur in huis. Wie imitaties la zijn befaamde bijdragen aan het 'Kopspijkers'-cabaret ver wacht, moet hij teleurstellen. En om dat 'rouwproces' even tijd te gunnen speelt hij in lounge-jazz-stijl uiterst soepel 'The Girl from Ipanema'. Daar mee is de toon gezet, letterlijk en figuurlijk. Een paar blues stijlen, een pittig swingend 'There will never be another muziek - de vergelijking met ca baretier Hans Liberg lijkt voor de hand liggen. Toch doet Bod dé het anders. In tegenstelling tot Liberg beperkt hij zich ge lukkig niet tot een onafzienbare reeks minifragmentjes. Veel nummers worden gewoon van begin tot eind gespeeld. De souplesse waarmee hij diverse muziekstijlen presenteert, dwingt respect af. Zelfs in de daarbij horende zang laat hij goed herkenbare nuances ho- genieten. Het geheel is vervat in het reisverslag van een negen tienjarige jongeman die tijdens zijn eenjarig verblijf in de Ver enigde Staten een speurtocht maakt naar de 'roots' van de jazz. De Amerika-ervaringen zijn daarom ook goed voor commentaren op de cliché's over het land en de bevolking. Maar het cabaretbloed kruipt nu eenmaal waar het niet gaan kan. Zo wordt de muziek plot seling onderbroken voor de zo genaamde 'boodschappen'. Bij voorbeeld: 'Osteoporose - voor knapperige beenderen'. En meer van dat soort teksten. Evenzogoed geeft hij na de pauze een lesje Rotterdams voor beginners of tapt hij muzi kantenmoppen met woordspe lingen op standaardnummers. De dosering van dat alles laat echter te wensen over. In zijn geheel maakt het programma hierdoor een rommelige in druk. Als je zo duidelijk in staat bent een cabaretpubliek een jazz concert te verkopen, dan moet een beetje strakkere opbouw van het optreden toch zeker mogelijk zijn. bazel - In Bazel loopt het vanaf 7 april ongetwijfeld storm als in het Museum van Oudheden al daar een deel van de schatten uit de tombe van de legendari sche farao Toetanchamon te zien zijn. Dat in combinatie met an dere spectaculaire artifacten die zijn opgegraven in de Vallei der Koningen. Zoals bijvoorbeeld dit masker van Tuyu en de beschil derde, houten kop van een koe uit de tijd van farao Amenophis II. Na Zwitserland doet de reizen de tentoonstelling verder nog Amerika, Japan en vermoedelijk ook China aan. Foto's AP cert: Messiah van G.F. Handel door het rode Consort o.l.v. Henk Gijzen. M.m.v. irkby (sopraan), Patrick van Goethem (alt), n Elsacker (tenor) en Henk Neven (bas). Gehoord: 25/3, Marekerk, Leiden. ederode Consort, oorspronkelijk icaal en instrumentaal ensemble nen, maar sinds 1990 verbon- de Streekmuziekschool van tan de Rijn, hecht aan de prin- iie gelden voor de barokmuziek, streven naar authenticiteit past Messiah' uit te voeren rond Pa- sen; daarvoor had Handel het ook be doeld. Bij de uitvoering van dit werk laten ze zich bovendien bijstaan door niet de minste solisten. De Engelse so praan Emma Kirkby is in dit genre we reldberoemd, maar ook de Nederland se bas Henk Neven en de Belgen Jan van Elsacker en Patrick van Goethem zijn zangers naar wie het prettig luiste- De instrumentalisten van het Bredero- de Consort laten zich in de ouverture horen als een licht en helder ensem ble, dat vlot en vaardig de toon zet. En dat blijft het tot het einde toe. Onna drukkelijk en sterk dienend, maar fraai accentuerend en zeer overtuigend. Geen moment verslapt de muzikale Het koor heeft wat minder kleur en klinkt ook wat minder fris. Zo licht en wendbaar als je van een klein koor mag verwachten, wordt het niet en ook de expressie blijft vaak onder de maat. De tenoren hoor je soms merk baar zwoegen en de balans slaat door naar de sopranen, een echte alt-klank wordt gemist. Dirigent Henk Gijzen laat het koor zich vooral concentreren op subtiel en klein zingen, zonder om haal en krachtpatserij, maar dat wreekt zich een beetje in de vuurwerk-passa ges, zoals het 'He trusted in God', waarin geen spoor van de vereiste smaad en spot doorklinkt, het bravige 'Lift up your heads' en het bedeesde 'Hallelujah!' zonder uitroeptekens. Wel heel mooi is 'All we like sheep', waarin het verdwaald zijn beeldend NOODZAKELIJK KWAAD gezongen wordt en fraai contrasteert met opgeluchte blijdschap omdat Christus al onze zonden overneemt en uitboet. 'Thou shalt break them' is de mooiste aria van tenor Jan van Elsac ker. Virtuoos getimed en hoogst ex pressief. Bas Henk Neven is in het prachtige 'The people that walked in darkness' op zijn best. De stem van contratenor Patrick van Goethem heeft een wat monochroom timbre, maar werkt goed in het kale, bijna kille 'He was despised'. Emma Kirkby zingt al haar partijen ongetwijfeld precies zoals Handel ze gedroomd heeft: als een engel. Stralend, helder, met loop jes en versierinkjes van kristal en een schijnbaar onwrikbaar geloof. Eigenlijk ben ik nog maar nau welijks bekomen van mijn ver bazing over de columnist Paul Cliteur die zich gedemoniseerd voelt door de ATVD en medeco lumnisten omdat zij hem heb ben opgeroepen de discussie over integratie van minderhe den ietsje minder op de spits te drijven. De columnist dreigt omstreden onderwerpen in het vervolg te mijden. Feitelijk zegt Cliteur dat hij voortaan zijn mond houdt als anderen de mond niet wordt gesnoerd. Dat lijkt mij een dubbele li berale zonde. Zelf denk ik dat er niets mis is met het krach tig poneren van je mening, zelfs niet als die een tikkeltje grof is. Zo noemde Cli teur burgemees ter Cohen van Amsterdam on langs nog een gevaar voor de rechtsstaat. Van mij mag hij, maar dan niet meteen slappe knietjes krijgen als er wat teruggeroepen wordt. Cliteur moet gewoon doorgaan met het poneren van zijn con servatief liberale ideeën en ook andere het zwijgen niet willen opleggen. Columnisten moeten schijven wat ze willen en daar hoort op z'n tijd ook een beledi ging en een beetje lekker ouder wets demoniseren bij. Het enige waar ik me eigenlijk zorgen over maak is de populis tische, intolerante toon die poli tici, in en buiten de regering, te genwoordig aanslaanHet kabi net Balkenende mag dan de normen en waarden hoog in het vaandel hebben, volgens mij is het er in de politiek nog nooit zo onfatsoenlijk aan toegegaan als nu. Eerlijk gezegd: vanaf het moment dat Fortuyn begon met 'ik zeg wat ik denk en ik doe wat ik zeg", en de LPF-aanhang niet lang daarna in het Tweede Ka mer-gebouw op de vuist ging met tegenstanders (dat was nog vóór het LPF-kamerlid Winnie de Jong met haar blote pram- men in de Panorama ging staan), wist ik het eigenlijk al: de politieke hooligans zijn het parlement binnen getrokken. De taal van de straat, de grote bek: de F-side regeert. Ik ben het niet vaak eens met het PvdA-kamerlid Duivesteijn, maar wel toen hij laatst in de Volkskrant verklaarde hoe hij zich ergert aan het politieke de bat, vooral als het over allochto nen gaat: zo generaliserend, de nigrerend en stigmatiserend. Hele bevolkingsgroepen worden door mevrouw Hirsi Ali gede moniseerd. Of neem de WD-er Wilders, u weet wel, dat kamer lid met die geblondeerde toef waar elke rechtaarde nicht zich tegenwoordig voor zou scha men, in Nieuwe Revu over mos lims: 'Ik lust ze rauw'. Het is de taal van de voetbalvandaal, ge speend van elke nuance. One-li- ners, bedoeld om de confronta tie te zoeken in plaats van de JAN RIJSDAM Ik weet wel, tegenwoordig hoor je al gauw tot de poli tiek correcte fatsoenselite als je er vrij zinnig libe rale opvat tingen op rui houdt over culturele di- versiteit en g i verdraag- 1.^^ zaamheid, I mensen in J hun waarde laten. Dat is I linkse wat- I tenpraat. Je J moet eerlijk zeggen wat je denkt, ook al is dat node- loos kwet send en grof. Maar vol gens mij heeft het helemaal niets te maken met eerlijk, met links of rechts, met eens of on eens. Het heeft vooral te maken met een verschuiving op de schaal van verfijning en grof heid. In zo'n cultuur is het natuurlijk niet gek dat ook de culturele sec tor schade oploopt. In het For- tuynkamp zijn kunstenaars al snel als 'subsidiebedelaars' en 'uitvreters' bestempeld. Doet het ook goed op de tribune. Vindt u het dan gek dat een dj met een grote bek bij de publieke om roep een kwart miljoen euro per jaar verdient en tegelijkertijd het Radio Symfonie Orkest, een van de beste symfonieorkesten van Nederland, wordt opgehe ven omdat er een paar miljoen moet worden bezuinigd? U be grijpt het al: eindelijk worden die vandalen eens aangepakt die 's avonds uit het concertge bouw en de theaters komen. De politiek keert zich niet alleen af van verdraagzaamheid en zelfbeheersing maar keert zich ook langzaamaan af van de se rieuze kunst, de echte muziek en de culturele verscheidenheid. Musea, theaters en muziekzalen komen in toenemende mate on der druk te staan van de popu laire massacultuur. In Leiden is deze week een begin gemaakt met de discussie over het toe komstige cultuurbeleid. Ik hoop dat de Leidse politiek kiest voor samenwerking en een beleid waarbinnen de culturele diver siteit van de samenleving tot z'n recht kan komen. theater recensie I Dick van Teylingen helling: In de schaduw van Brei. jen liedteksten: Jacques Brei. Script liedteksten: Lars Boom. 1:21/3, Rotterdam. Nog te zien: JlO/4, Leidse Schouwburg. ene kant is elke aanlei- |m een lied van Jacques >6 929-1978) te zingen goed. irk is te mooi, te sterk en grijk om te laten rusten, andere kant is het een isico, omdat je het altijd ipnemen tegen de inten- *!n de gedrevenheid van gische koning van het [chanson. Brei wandelde en scheermes langs ravij- |n pathetiek, sentimenta- n ongeloofwaardigheid, Hel niet. Imiteren is al funest en een slap af- van Brei is een beledi- funnen Rob van de Mee- |oed voor zo'n veertig jaar geschiedenis, en Vera in vijftien jaar uitge- tot een van de vaste :n van de Nederlandse de verleiding niet tan om Brei te zingen. Ze zich gedegen voorbe- hun hommage. Lars j(schrijver voor theater en és als 'Zeg 'ns aaa' en jer') koos daarvoor de zij- van Brels kompaan, broer en chauffeur Jojo Ier. Jojo zit dertig jaar na rad in het voorgeborchte, iniij moet kiezen tussen he et hel. De vergetelheid is n Voor je geheugen, en mu- TSerapeute Chantal (die intevallig de naam heeft van •plochter) helpt bij het vul- Ai de gaten die de maden udhersens gevreten heb- Vera Mann schittert in een Antwerpse versie van 'Ne me quitte pas'. Foto: Annuska Houtappels ben. Het verhaal is nogal ge zocht, maar het biedt de kans om Brei en mensen uit zijn om geving op te voeren. Het wordt een oorlogje tussen de seksen die onbeslist eindigt. Brei was een mannenman en Jojo dus ook. 'Wijven, altijd hetzelfde: je wilt liefde en je krijgt oorlog.' M&M spelen het verhaal wat gehaast, als opmaat voor de liedjes, en daar gaat het natuur lijk om. De meeste zijn van Brei, sommige maakte Boom speciaal voor de voorstelling. De kwaliteit van vertalingen en uitvoeringen loopt nogal uit een, maar is soms uitstekend. Van de Meeberg zingt een ster ke 'Les bourgeois' (bijna te snel) en Mann schittert in een Antwerpse versie van 'Ne me quitte pas'. Ook de passage over Brels dementerende moe der ('achter je huid is niemand meer') is ontroerend. Uiteinde lijk heeft Jojo zijn herinnering gereconstrueerd, wat een beeld oplevert van vrienden die niet zachtzinnig met elkaar om sprongen, maar toch echte vrienden waren. Ze kregen zelfs tegelijk kanker. 'Als vriendin nen die tegelijk menstrueren.' IN MEMORIAM theater recensie Dick van Teylingen Voorstelling: 'Poker' van Het Nationale Toneel. Tekst: Patrick Marber. Regie en vertaling: Antoine Uitdehaag. Decor: Tom Schenk. Spel: Lou Landré, Peter Bolhuis, Rik van Uffelen e.a. Gezien: 25/3, LAKtheater, Leiden. Stephen heeft een restaurant als excuus om na sluitingstijd poker te kunnen spelen. Al zijn werknemers hebben dezelfde passie. Gokken bepaalt het le ven van deze mensen en hun relaties. Het is een mooi gezelschap dat rond de speeltafel terechtkomt. Stephen (Lou Landré) beheerst de zelf gecreëerde microkos mos van zijn zaak als een ma rionettenspeler, maar laat zich uiteindelijk opfokken als een speelgoedkonijn met verse bat terijen door restaurantgast Ash (Rik van Uffelen), die zo koel is als je van een professional mag verwachten. Zijn zoon Cas (Mark Ram), een gokverslaafde mislukkeling met schulden, brengt Stephens emoties aan de oppervlakte. De verlopen kok Ronnie (Peter Bol huis) wil eigenlijk niet mee doen, omdat hij de volgende morgen eindelijk zijn dochter een keer mag zien en dan een beetje fris wil zijn. En niet blut. Maar hij laat zich overhalen om mee te doen, want hij wil te graag. Flipper (Bob Schwarze) is een leeghoofdig branieschop- pertje zonder zelfbeheersing die zichzelf al te snel verraadt. Ouwehoer is troef bij hem. Mo torcowboy Frenkie (Wannie de Wijn) lijkt heel cool, maar ook hij verliest in het vuur van het spel zijn zelfbeheersing. Emoties bepalen de rangorde van de pokerspelers. Als je je zelf in de hand hebt, heb je macht over het spel en over el kaar en dat dwingt respect af. De mannen hebben geen van alleen een relatie (meer); een echte pokeraar kan dat er niet bij hebben. Stephen stond on betwist aan het hoofd van de piramide, maar is kwetsbaar door zijn zoon, zoals Ronnie het door zijn dochter is. Poker is een serieuze zaak. De minste afleiding - bijvoorbeeld door schuldgevoel - kan fataal zijn. Patrick Marber, de schrijver van 'Dealer's choice' (1995, door re gisseur Antoine Uitdehaag ver taald als 'Poker'), weet waar hij het over heeft. Hij vergokte zijn studiebeurs en maakte zulke grote schulden, dat zijn vader hem uit de problemen moest helpen. Succesvolle toneelstuk ken schrijven bleek een betere therapie dan een praatgroep. Het leverde hem bovendien ge noeg geld op om te kunnen blijven pokeren. Hij schijnt zijn verslaving inmiddels in de hand te hebben. Marber schetst de verhoudin gen in het restaurant op een geestige manier, met originele grappen, en heeft ook oog voor de tragiek binnen het gezel schap. Bij Het Nationale Toneel zijn de gelouterde sterren Lan dré en Van Uffelen aan elkaar gewaagd. Bolhuis is ook uitste kend op dreef, als treurige, maar komische kok. Schwarze kan lekker irritant slijmen en zuigen, maar moet beter luiste ren en de suggestie zien te ver mijden dat hij zijn tekst uit het hoofd geleerd heeft. De Wijn en Ram spelen goed in hun meer dienende rollen. Max Dendermonde was het pseudoniem waaronder Henk Hazelhoff schreef - dat wilde hij: denderen over de wereld. En gedenderd heeft hij: hij schreef meer dan honderd boe ken, romans, gedichtenbun dels, veel gedenkboeken en zelfs nog een boek over het schrijven van gedenkboeken: 'De laatste beeldschone zwen del'. Klassiek werd zijn roman 'De wereld gaat aan vlijt ten on der', precies vijftig jaar geleden verschenen. „Een blok aan het been", vond hij die roman. „Overal waar ik kwam ging het alleen over dat ene boek." Max Dendermonde overleed gisteren op 84-jarige leeftijd in Amerika. Zijn oeuvre beslaat aan het eind van zijn leven ruim honderd titels - en is nog niet af. In 1941 debuteerde hij met de dichtbundel 'Tijdelijk isolement', vrijwel direct ge volgd door nog twee bundels. In de oorlog ook verhuisde hij naar Amsterdam waar hij in een boekhandel ging werken. Na de bevrijding kwam hij terecht bij Radio Herrijzend Nederland en kort daama bij de Vara. Hij ver zorgde er programma"s als 'De artistieke staalkaart'. Aan het vast dienstverband kwam in 1947 een eind toen een Vara-di- recteur hem dronken op het Leidseplein aantrof. De drank heeft Dendermonde lang in de greep gehad. De verontwaardi ging van zijn werkgever was overigens weinig oprecht. Een week later nam hij Dender monde weer aan, maar nu free lance. Dat was een stuk goed koper. Dendermonde leidde eind jaren veertig een moeilijk leven, er was die drank, waar hij Max Dendermonde 1919-2044 rond 1960 vanaf kwam, er was de armoede en in 1949 stierf zijn echtgenote, twee jaar na de geboorte van hun dochter. In 1950 ging hij aan de slag bij De Groene, later gevolgd door Het Parool. Reportages schrij ven vond hij een genoegen. „Ik probeerde er literatuur van te maken", vertelde hij een paar jaar geleden. Hij schreef over carnaval, over de mijnen. Een meiden-plantdag leek hem erg boeiend, het bleek te gaan om een dag waarop meidennen werden geplant. Een deel van die verhalen werd in 2002 nog gebundeld in zijn boek 'Op re portage.' 'De wereld gaat aan vlijt ten on der, een science-fictionroman over een weinig ambitieuze fi guur die proefkonijn wordt in een Amerkaans experiment met een soort verplaatsingsmachi ne, kwam onder druk tot stand. Querode wilde snel een boek van hem, hij schreef het in zes weken. De uitgever noch Den dermonde zelf was erg tevreden over het boek. Maar het is in middels aan de 27ste druk toe. Dendermonde: „En altijd als ik die uitgevers, de familie Von Eugen, tegenkwam, zeiden ze 'En toch is het geen goed boek.' Heel gezond. Daardoor ging ik niet naast mijn schoenen lo pen." Er volgde nog vele boeken. Ook 'De dagen zijn geteld' (1955) en 'De deur op een kier' (1958) hadden succes. Zijn latere boe ken verkochten minder, maar Dendermonde was niet te be roerd om in opdracht van be drijven boeken te schrijven. En hij had nog plannen te over, ze ker zeven boekon wachtten nog op afronding. *e Kleine Putsch van '36", over een groepje Ne derlandse militairen dat in 1936 Duitsland binnenloopt, moest er nog komen, net als 'Een smalle lift vol joden' over zijn onderduikadres. Twee boeken over de strijd tegen de drank. „Zo nu en dan denk ik, verrek, ik moet 'Holtrops verwarrende tropenreis' nog afmaken, over Indonesië." Zijn nabestaanden zullen nog voor verrassingen komen te staan. Vaststaat dat er ook nog onvoltooide memoires zijn: 'Een reizende spion'. Dender- mondes laatste boek is nog niet verschenen. Paul Arnoldussen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2004 | | pagina 21