SPORT 10 Touwladder Achteruit hollen? I 3 HOC 990 maand ac 8 MAART 2O0 Castrol. Chevron. Gulf. Reclameborden welis waar - anno 1973 - maar je begrijpt direct dat het wel wilde fikken, de March 731 van Ro ger Williamson die op zondag de 29ste juli op het circuit van Zandvoort vlak na het Honden- vlak na een klapband onbestuurbaar de vang rails in zeilde. Andere Tijden, de televisierubriek van de VPRO, 'belichtte' deze week de duistere kant van de au toracerij. Want de dood rijdt mee. Zeker toen. In de Formule 1 is Senna de laatste coureur die op het circuit de dood vond, tien jaar geleden. Je neigt ernaar een leven als glazenwasser inmid dels als risicovoller te beschou wen dan het ambt van autora cer. Misschien is dat zo, tegen woordig, maar ooit lag dat an ders. Je realiseert je dit als je je af vraagt waar Francois Cevert, Ja mes Hunt, Dennis Hulme, Mike Hailwood, Carlos Pace en Ron nie Peterson, deelnemers aan de GP van 1973, zijn gebleven. Ner gens. Dood zijn ze. De dood was namelijk ooiteen geaccepteerd risico, in de racerij. Als de documentaire, gewijd aan de nodeloze dood van Roger Williamson iets heeft duidelijk gemaakt, dan was het inder daad wel dat het 'andere tijden' waren, toen. Frans Henrichs en Henk Terlin- gen - ook niet meer onder ons - verzorgden die dag namens de NOS het commentaar bij de uit zending die live de Nederlandse huiskamer in werd gebracht. Dat was een mijlpaal in de ge schiedenis van de Nederlandse televisie. Voor het eerst werd een Grand Prix rechtstreeks uitgezon den, voor een miljoenenpubliek. Tot de kijkers behoorde vreemd genoeg niet wed strijdleider Ben Huisman. Huisman vertelt in 'Andere Tijden'dat hij al blij was met de wedstrijdtoren waar je bovenop kon staan.Dat je op die toren geen uitzicht had over het gehele circuit en dat je evenmin een mo nitor tot je beschikking had om de race bocht voor bocht te volgen, dat was nou eenmaal zo, ook op andere circuits. „Hier en daar was een baanpost, met een draaitelefoon. Maar dan moest er al niet toevallig iemand op het draadje staan. „En we hebben een brand!", horen we Henk Ter- lingen zeggen. Het is de achtste ronde van de Grand Prix. Ter wijl Williamson 'live' verbrandt in het wrak van zijn bolide en een hulpverlener van de vrijwillige brandweer in al zijn onbenulligheid metz'n maatje 43 wat zand trapt richting de vuurhaard die een hitte van 700 graden bereikt, verschijnt boven Zandvoort een rookpluim van Hiroshi- ma-achtig kaliber. Ik herinner mij dat mijn va der en ik, gekluisterd als wij waren aan de buis, de tuin inliepen om de zwarte lucht zelf waar te nemen. Wij woonden 15 kilometer van het cir cuit en wat wij zagen was een touwladder naar de hemel, voor de verongeluk te. Dertig jaar later onthult de zus van Roger Williamson een standbeeld van haar broer. Hij is dezelfde gebleven, zij een ou de vrouw. Bij de plechtigheid ontbreekt helaas David Purley. Purley zette als enige zijn auto (ook een March 731) in de berm, waagde zijn leven om zijn vriend te redden, sprak nog met hem in de vuurzee en poogde (als een waanzinnige, zeg ik, 30 jaar later naar de beelden kijkend) de racewagen van Williamson te kantelen. Wat niet lukte. Oh ja, Gijs van Lennep, die door Marlboro aan een start- plek geholpen was om publiek naar Zandvoort te lokken, wat gelet op de files die dag goed luk te, werd zesde. Zijn vrouw Jenny, geconfronteerd met het wed- strijdpunt van haar man én met de dood van Williamson, zei in 1973: „Eigenlijk is voor mij de lol vandaag er een beetje af. Haar dag 'n beetje bedorven, ach gut! Toch die nen wij mevrouw Van Lennep te begrijpen. Het waren andere tijden. De dood moet zo ge vreesd en tegelijk vertrouwd zijn geweest, dat el ke Grand Prix uitstel door de coureursvrouw die zelf het weduwschap nog ontsprongen was als een wonder werd begroet. David Purley had trouwens een goed alibi. In 1985 stortte hij met zijn stuntvliegtuig neer in het Kanaal en werd hij na 12 jaar herenigd met zijn vriend. Frank Snoeks SPORT BEELD UIT GESPROK Schaatsster f Smit in Ven Magazine: „Ik zie mezi eens op tv e denk ik: Soa, zeg wat een dikke kop! i met die breedbeeldtelevi De Belgische Ajacied T( Mul worstelt in ELF me vraag hoeveel Europe» zijn club heeft veroverd waren er 6): „Ik weet het niet. Twee k Champions League? Is 't juist? Euhhh... de EC lh keer of zo. De UEFA Cup idee. Hebben ze vier keei ropa Cup I gewonnen!?" Arsenal-vedette Thierrj in Humo: „Neem de Olympische S\ een man, helemaal allee piste, hij loopten heel h on loopt met hem mee, i mand kijkt naar zijn bu iedereen is in de ban var, atleet. Is dat niet pracht Ajacied Nigel de Jong ii bal International: „Ik was ineens een bekeij derlander. Dan liep ik d stad en vroegen vreemdt even in hun winkel te kl Kreeg ik weer iets gratis] korting. Ik vergat soms <j mensen dan ook iets vat verwachten." Real Madrid-trainer Ci Queiroz in ELF: „Ook bij een club als Re drid leef ik voortdurend uitzicht op het einde dei Als we met 5-0 winnen, I de beste ploeg van het W Verliezen we, hoe onven schlemielig ook, dan wi het Laatste Oordeel vanj Arnold Bruggink over/ ploeggenoten van Real1 ca, in De Telegraaf: r „In het begin vroeg ik nf ik al die namen in hemI moest onthouden, maai delijk heten ze bijna alU José." Opnieuw. Arnold Brug^ „Mensen die mij herken zijn taxichauffeurs ofoÈ der denkt iedereen dat it Toerist ben." i Richard Krajicek, diredj van het ABN AMRO-tet toernooi, in zijn co luit Sportweek: „Toen ik in een ver verlt vrouwelijke tennissers k digd, was ik Krajigek A veel startgeld durfde te l was ik Graaijicek ofKrc que. Wanneer ik verloot mand van wie ik eigent^ moeten winnen, was ik Kraai-echec. En nu, na ces van Rotterdam, waê eens het 'Krajicek-effecr Schaatsster Wleteke Cf Nieuwe Revu: „En ik praat in mijn slti maar dat hoort nieman' ik ben toch alleen. Op tl kamp zei ik volgens m'r genoten steeds hardop:' maar niet joh, dat kom, goed'. Geen idee waarop, ging." De bondscoach van de' kaan se atletiekploeg, f Evans (in de jaren zesP leet aanhanger van de1 Power-beweging), in <f krant: „Ik heb zeven jaar in dP sche wereld gewerkt. At] vrienden uit die landen schaam ik me ervoor An kaan te zijn. En ik schor voor Colin Powell, diec te meedoet aan deze zit Randolf Lacle, bestuui de Arubaanse voetbalt Voetbal International* „Na de 6-1 nederlaag m weken geleden tegen de landse Antillen, kwam geen mensen meer naa* ning. Toen hebben wet opnieuw te beginnen rP jonge groep. Wij willen0 eens winnen." a RKC-coach Martin Jol® Trouw: „Ik krijg altijd alle bon in mijn contract zijn afi ken. Er is in Nederland mij geen andere traineP elk niveau het maximcP Voetballer Marco van1 lem, door Schalke '04 huurd aan Roda JC, ii°' International over zijl* blessure: „Ik kon alles meedoen kwam kracht tekort. JP nckes zei: 'Doe maar rP en neem je tijd'. Hij b&J het goed, maar ik heb r1 iemand die me achter F) den zit. Onder Huub Si ging je echt met J trillende benen zijn kamertje bin- I? nen om te zeggen dat je niet kon trai- nen. Het WK indooratletiek is voor de Nederlandse atleten een teleurstel ling geworden. Zeskampster Karin Ruckstuhl eindigde op een mooie vierde plaats, maar bekendere na men als hardloper Gert-Jan Liefers, kogelstoter Rutger Smith en pols stokhoogspringer Rens Blom had den toch meer verwacht van dit toernooi. Is voor de Nederlandse at letiek voorlopig niet meer dan een figurantenrol weggelegd? En komt het ooit nog goed? Sprinter Martijn Ungerer uit Al phen aan den Rijn, die zich net niet kwalificeerde voor het WK indoor: „Waarom zou het slecht gaan? Hoeveelste zijn de Nederlanders geworden? Vierde, zesde, achtste. In welke andere sporten is Neder land goed? Voetbal, daarin zijn we vierde van de wereld. Tennis: drie man bij de eerste honderd. Schaatsen: daar zijn we hartstikke goed in, maar er doen maar vijf landen mee. In de mondiale sport die atletiek is doet een klein land als Nederland het helemaal niet slecht. Je kunt het ook nog op een andere manier met andere spor ten vergelijken. Hoeveel mensen komen er nu helemaal kijken naar de Gouden Spike? Minder dan bij de gemiddelde voetbalwedstrijd. Je hoort op tv altijd: de Nederlan ders redden het weer niet. Maar de pers zou best meer respect mo gen hebben voor de prestaties die wél geleverd worden. Een positie ve omgeving leidt ook tot positieve prestaties. Voorbeeldje: een paar jaar geleden zat ik naar de sprint in Edmonton te kijken. Troy Dou glas was nog niet gestart, of de Ne derlandse commentator zei al dat Troy het kon vergeten. Even later was diezelfde race bij de BBC, die was - terwijl een Engelsman won - vol lof over het feit dat Troy op zijn bijna veertigste nog op dat ni veau mee kon komen. Dat is toch een hele andere benadering. Daarnaast, relatief zijn het alle maal ook nog jonge mensen die nu meedoen, dus er ligt nog heel wat in het verschiet." Bram Wassenaar uit Voorscho ten, hardloopgoeroe van Leiden Atletiek en de KNAU, heeft olym pische deelnemers Kamiel Maase en Simon Vroemen onder zijn hoede: „Het komt nog wel goed. Als je het alleen maar afmeet aan dit week einde, begrijp ik de kwestie wel. Maar voor de meeste deelnemers is dit WK indoor een tussenstation op weg naar de Olympische Spe len. Een moment om te kijken hoe je ervoor staat. Bram Som had ge woon pech, Karin Ruckstuhl werd keurig vierde. Voor de anderen was het misschien wat teleurstel lend, maar dan telt ook nog mee hoe we ons kunnen voorbereiden op zo'n WK indoor. De mensen die nu voorop lopen, komen uit landen waar je lekker de hele win ter in de warmte kunt trainen. Wij gaan dan wel een paar weken naar Afrika, maar dan komen we terug in de kou en moeten we qua trai ning weer een paar stapjes rusti ger aan doen. En in Nederland hebben we geen atletiekhal. Niet iedereen ziet wat er verder in Ne derland gaande is op atletiekge- bied, maar dan hoef je het hele maal niet zo somber in te zien. Het WK was niet super, maar ook niet slecht." Yvonne van Dorp uit Oegstgeest, deelneemster aan de Olympische Spelen van 1988 in Seoul op de 400 meten Als ik de resultaten van de Ne derlandse atleten zo hoor, vind ik dat er te weinig uitkomt. Op zo'n WK indoor zijn toch heel wat top pers niet aanwezig, dus zou er wel een medaille moeten inzitten. Na tuurlijk zorgt Karin Ruckstuhl met haar vierde plaats voor een aange name verrassing, maar alles bij el kaar valt het me tegen. Het wil niet zeggen dat het dus van de zomer ook niets wordt tijdens de Olym pische Spelen in Athene. Mis schien pieken sommige atleten wel heel slim. Maar op meer dan een positieve uitschieter moet je ook dan niet rekenen. Dat komt niet omdat atleten wereldwijd zo veel beter presteren dan in mijn tijd. De top is misschien breder, maar zeker niet sneller geworden. Dat komt onder meer omdat strenger tegen doping wordt opge treden. Nederland moet atleten naar grote toernooien blijven uit zenden en geen finaleplaatsen, maar halvefinaleplaatsen eisen. In mijn geval werkte dat ook goed, want ik liep in Seoul mijn snelste 400 meter (52,84). De kans op een incidentele medaille is dan ook aanwezig." Rick van Ruiten uit Lisse, junio renkampioen hoogspringen: „Het zou vast beter gaan als ze die indoorhal in Apeldoorn al hadden gebouwd. Kijk maar naar Zweden, daar hebben ze geïnvesteerd in in- dooraccommodaties en dat zie je terug aan de resultaten. Nu ben ik niet zo'n liefhebber van indoor- wedstrijden, maar ik denk dat het ook op de buitenbaan doorwerkt. We moeten maar goed opletten hoe de Zweden het van de zomer in Athene doen. Ik hoop dat ik mag deelnemen aan het WK voor junioren in Italië. Onlangs kreeg ik een uitnodiging voor een voorbe spreking, dus ik ben in beeld. Al moet ik nog wel 2,15 springen. Aan mijn motivatie zal het niet lig gen, zo'n uitnodiging stimuleert." NK indoor handboogschieten. Almere, maart 2004. LINKS BUITEN Palmer na 46 jaar beticht van bedrog Washington - Bijna 46 jaar na het vergrijp wordt Arnold Pal mer beschuldigd van bedrog. De immens populaire veteraan- golfspeler zou bij zijn eerste tri omf in The Masters van 1958 de regels hebben overtreden. Het feit is geopenbaard in het boek Getting Up Down, My 60 Years in Golf van Ken Venturi, oud-golfmaestro en -televisie- commentator. Palmer zou bij een ingebedde bal in de rough op de 12e hole een vrije drop hebben gehad. Hij speelde eerst de bal zoals deze lag en maakte daarna een double-bogey 6. Vervolgens keerde hij terug naar de plek des onheils, nam de vrije drop en maakte een par 4, die hij noteerde op zijn kaart. Palmer won de titel met een slag voorsprong. Palmer heeft elk commentaar geweigerd. Hij bereidt zich op 74-jarige leeftijd voor op zijn 50ste Masters. Frontale botsing tussen skiloopsters lahti - Bij een botsing tussen twee skiloopsters heeft de Zweedse Julia Limby zaterdag in Lahti in Finland een schedel- basisfractuur opgelopen. De Duitse Manuela Henkei kwam er van af met een zware hersen schudding en een gapende hoofdwond. De twee raakten elkaar frontaal tijdens de trai ning voor de wereldbeker. Hen kei daalde af naar de finish en had een snelheid van rond de 50 kilometer per uur. De Duitse die kortgeleden deel uitmaakte van de ploeg die wereldkampi oen werd op de estafette, gaat maandag per vliegtuig naar Duitsland. Limby ligt in een ziekenhuis in Helsinki. Noor Holsboer is met 36 jaar de oudste speelster in de hoofdklas se van het vrouwen hockey. Ze komt als sinds haar jeugd uit voor het Wassenaarse HGC. De in Den Haag woonachtige arts, medisch begeleider van jong Oranje, is afkomstig uit Oegst geest. Ze studeerde in Leiden en werkt bij de Leidse stichting BIS die zich bezighoudt met weefsel transplantatie. In haar imposan te sportcarrière kwam Holsboer tot 146 interlands en op twee Olympische Spelen haalde ze een bronzen medaille. „We kwamen met ons gezin in de jaren tachtig vanuit Zuid Afrika in Oegstgeest wonen. Op dat moment was er bij de hoc keyclub die toen nog LMHC heette een ledenstop. Doordat er een goede busverbinding was tussen Oegstgeest en Was senaar, bus 43, kwam ik bij HGC terecht. Achteraf een goe de keuze, maar dat kon ik toen nog niet voorzien, ik wist bij wijze van spreken niet eens hoe een hockeystick eruit zag. Ik ben tien jaar lang internatio nal geweest en ik heb aan drie Olympische Spelen meege daan; die van Seoul, Barcelona en Atlanta. Bij de eerste en de laatste haalden we een bronzen medaille. Helaas nooit goud. Hockey heeft me over de hele wereld gebracht; Australië, Ar gentinië, Amerika en in heel veel Europese landen. Prachtig natuurlijk. Probleem bij die rei zen was dat je vaak niet veel meer van het land zag dan het hockeyveld, maar gelukkig was er altijd wel een rustdag waar door je iets meer dan alleen een eerste indruk van je omgeving kon krijgen. Mijn laatste inter land dateert van januari 1997 tijdens een oefentrip in Zuid Afrika. Wie de tegenstander was, weet ik niet meer, omdat ik niet besefte dat het mijn laat ste zou zijn. Uiteraard heb ik het hockey in de loop der jaren zien verande ren. Op het hoogste niveau is het alleen nog te beoefenen voor studenten en dan nog al leen met een goede studiebege leiding. Je moet er redelijk wat voor opzij zetten. Voor mensen met een reguliere baan is het een stuk moeilijker om het steeds toenemende trainingsni veau bij te benen. Vier jaar gele den ben ik officieel gestopt, maar toert het seizoen daarop van start ging, ben ik gewoon weer begonnen. Ik heb wel een aangepast trainingsschema. Ik ben niet minder fit, maar je merkt aan je lichaam dat her stel langer duurt. Ook nu kan ik niet zeggen of dit mijn laatste jaar is. Of ik stop of doorga, beslis ik doorgaans vlak voor het einde van het seizoen. Dat ik nog altijd in de hoofd klasse speel en daarin de oud ste ben, komt doordat ik ge woon veel plezier aan tophoc- key beleef. Mijn veel jongere medespeelsters hebben een an dere belevingswereld. Ik voel me prima thuis is zo'n groep en ik kan uiteraard veel ervaring overbrengen al zullen sommi gen me best een oude bok vin den." UIT HET OOG Noor Holsboer (midden) tijdens een van haar eerste interlands in 1987. Foto: Archief Leidsch Dagblad

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2004 | | pagina 28