Erotiek die haar weerga niet kent BL O Koude Oorlog achter het schaakbord Van der Lindens fantasy ergert Leren leven als weduwe zonder grauwsluier Thé Lau debuteert als romancier CO Beschaafd pleidooi voor het roken HDC 144 Popliefhebbers kennen Thé Lau (1952) als zanger van The Scene, de groep die ontstond in de punktijd en zich ontwikkelde tot een van de toonaangevende Nederlandstalige bands. Sinds kort profileert hij zich ook als schrijver. 'Hemelrijk', zijjn debuutroman, is een verbijsterend goed boek. roman recensie Theo Hakkert 'Hemelrijk' door Thé Lau. Uitgeverij Vassallucci. Prijs: €16,95 eur0- Thé Lau is niet bepaald de enige zanger die tegenwoordig boeken schrijft. Ook collega's als Huub van der Lubbe en Rick de Leeuw waagden zich aan de literatuur. Maar waar De Leeuw in zijn nieuwe, pas verschenen boek blijft hangen in de sfeer van rock-'n'- roll, heeft Thé Lau deze wereld in zijn boe ken geheel achter zich gelaten. In 2000 de buteerde hij met de verhalenbundel De ster ren van de hemel. Daar voegde hij nu zijn eerste roman aan toe: Hemelrijk. Het is een ambitieus, meerstemmig boek. Het is ge schreven in verschillende stijlen bovendien. In een oude, bijna vervallen villa wonen een oude, bijna vervallen man en zijn dito echt genote. Casper en Hester Hemelrijk. Oud en der dagen moe, en in rap tempo aftakelend. De roman beschrijft drie dagen uit het leven van Casper Hemelrijk. Vanaf het begin mag het niet verbazen dat het de laatste drie zijn. Er zit iets niet goed tussen Casper en Hester, maar Lau laat de lezer lang in het ongewisse over de aard van het probleem. Is het alleen leeftijd of is er ook iets voorgevallen en zijn de echtelieden daarom van elkaar ver vreemd? In flashbacks krijgen we delen uit het leven van Casper voorgeschoteld. Over zijn jeugd, over zijn grote liefde bovendien, die er op eens vandoor was. Andere details hoort de lezer van Joris, de jonge tuinman die ook boodschappen voor de Hemelrijks doet en volledig geobsedeerd raakt door de oude man. De gedachtelijnen van Joris staan in smalle kolommen afgedrukt tussen de tekst van de roman, alsof Joris er zelf een verhaal van heeft geschreven. Caspers gedachten staan cursief. Het geeft een geheel eigen toon aan het boek, dat toch al zo rijk van taal is. 'Sober' noemt de uitgever de stijl, maar dat is nonsens. Lau's taal heeft een rijkdom die te vergelijken valt met die van Frans Kellen- donk, een gevoel dat versterkt wordt door het feit dat Casper Hemelrijk doet denken aan de knorrige vader uit Kellendonks meesterwerk Mystiek lichaam. Als Lau's stijl per se in één term gevangen moet worden, dan onder 'beeldend'. Een aantal scènes in Hemelrijk is onwaarschijn lijk pregnant. De roman bevat een erotische scène die zijn weerga in de Nederlandse let teren domweg niet kent. De scène krijgt in retrospectief een extra lading en dimensie wanneer Lau onthult hoe de verhoudingen tussen de bedpartners in werkelijkheid la gen. Dit is zo'n roman waarvan taal en verhaal in de lezer blijven hangen lang nadat het boek is dichtgeslagen. Hemelrijk klinkt en zoemt na, langer, veel langer dan welke song van The Scene ooit. Verbijsterend goed. 2004 'Ik heb zelf ook gerookt, dus ik weet best dat het lekker is. Maar mensen zou den gewoon geen sigaretten moeten roken. Bij een mooie sigaar ligt het mis schien anders, die wordt niet geïnhaleerd.' Aldus Els Borst, oud-minister van Volksgezondheid in een openhartige bui. Het citaat wordt door Telegraaf-jour- nalist Mart Seijbel gretig aangehaald in zijn boekje 'De kunst van het roken' (Bzztöh, €14,50), een krachtig en fraai geïllustreerd pleidooi voor de sigaar. Met foto's van de mooiste sigarenbandjes, de mooiste sigarenwinkel (Hajenius in Amsterdam) en de fabricage van sigaren - het rijke aroma stijgt op van de bladzijden. In een tijd waarbij de rokers tot pafpalen zijn veroordeeld, is dit een beschaafd, nee, héél beschaafd tegengeluid. Foto uit besproken boek Deze zegeningen namen uiteraard niet weg dat ook Broekmans (1948) door een diep dal moest voor ze op 16 februari 2003, aan het begin van een reeks zonnige lentedagen, voor het eerst weer in staat bleek tot 'onvervalst genieten'. Aan het slot beschrijft ze die onverwachte omwen teling: 'Bij het eerste zondagmiddagglas liet ik mijn ogen door mijn huis gaan. Wat is het hier toch goed toeven, ging door me heen. En toen pas, hèhè, viel het muntje. Wat ik al een paar uur aan het doen was, was Genieten. Onvervalst genieten.' De zegende afleiding van haar werk daar gelaten, betekende het leven alleen na tuurlijk vooral wennen en uitproberen. Al leen eten, waar en hoe doe je dat? Menige maaltijd voor de televisie in de slaapkamer eindigde met vlekken op het beddengoed omdat ze onder het kijken niet goed met haar vork richting de mond mikte. Inmid dels brengt ze naar genoegen Remco Cam- perts 'eetlezen' in praktijk aan een gedekte tafel. En hoe doseert een alleenstaande zijn- /haar drankgebruik? Broekmans: 'Als ik in gezelschap wél een fles erdoorheen mag jagen, waarom dan in mijn eentje niet? Gelden dan andere regels? Bestaat er een quotum voor weduwen?' Niet dus, Broek mans drinkt ook in haar eentje lekker wat dagelijkse glaasjes. Alleen op zondag sma ken die niet meer als vanouds, de herinne ring aan het gezellige zondagse wijn drin ken met haar echtgenoot is daarvoor nog te schrijnend. In Vrouw in rouw is Broekmans ook hart- veroverend openhartig. 'Niemand zal er expliciet naar vragen, maar via omwegen komt het wel eens ter tafel. Seks. Ik zal on derhand toch wel eens behoefte hebben aan vrijen?', schrijft ze over vragen in die richting van vriendinnen. Het 'damesen- kelspel' ervoer ze na de dood van haar echtgenoot echter als armoeiig: 'En toen heb ik bij mezelf vastgesteld: met hem of helemaal niet. Dus helemaal niet.' Hoe mensen emoties verwerken, is in de eerste plaats een kwestie van karakter. Het zal dan ook niet aan iedereen gegeven zijn met zoveel succes als Broekmans de sla gen van het lot te pareren. Maar dat doet aan de algemene waarde van haar tips dan ook niet af: de paden op, de lanen in en maak vooral van je hart geen moordkuil. non-fictie recensie Francoise Lèdeboer 'Vrouw in rouw' door Trix Broekmans. Uitgeverij Plataan. Prijs: €11,00. Na een bijzonder gelukkig huwelijk van vijfentwintig jaar met schrijver/journalist Wim Wennekes, met wie Trix Broekmans bovendien in grote dagelijkse harmonie samenwerkte op hun 'huisredactie' in de Betuwe, overleed Wennekes in 2001 op 52- jarige leeftijd aan kanker. Hoe voorkomt een weduwe dat ze na zo'n aards walhalla ten prooi valt aan een diepe depressie? Vrouw in rouw, haar gebundelde columns uit De Gelderlander, voorziet in een aantal opbeurende 'levenslessen' voor lotgeno ten. Broekmans heeft het geluk van een extra vert, energiek karakter en beschikt over veel humor en zelfspot. Ze is omringd door vele dierbare vrienden en plengt zo nodig troostende tranen met haar vriendin uit de Merry Widow Club. Bovendien erfde ze tot haar 'grote vreugde' de twee doch ters van Wennekes en snellen buurman nen zonder vragen toe als de wilgen weer moeten worden gesnoeid. Trix Broekmans Foto: GPD DE LEESTAFEL door Aly Knol In de rubriek De Leestafel wordt wekelijks een ander genre boeken besproken. Deze week de re cente oogst sportboeken. Als je het nu, tweeëndertig jaar na dato, terug leest in een nieuwe context, moest het wel op een koningsdrama uitlopen. Aan de ene kant had je iemand die werd omschreven als 'onbe schaamd, arrogant, brutaal, ongemanierd, ver wend, egocentrisch, grof, beledigend, ijdel, hebzuchtig, ordinair, onbeleefd, respectloos, opschepperig, aanmatigend, kleingeestig, fana tiek, wreed, paranoïde, obsessief, monomaan'. Aan de andere kant stond een man die door tijdgenoten werd betiteld als respectievelijk 'de kunstenaar, de boekanier, de grapjas, de ac teur, de nihilist, de vrije geest, de frivole jon gen, de niet-sovjetman, de heilige dwaas'. Op dinsdag 11 juli 1972, om vijf uur 's middags, wordt in de IJslandse hoofdstad Reykjavik de klok gestart voor het titanengevecht om het we reldkampioenschap schaken tussen de Ameri kaan Bobby Fischer en de Rus Boris Spasski. De twee BBC-journalisten David Edmonds en John Eidinow vertellen het hele verhaal van 'de match van de eeuw' in hun zojuist in Neder landse vertaling verschenen boek Bobby Fi scher trekt ten strijde (Ambo, €22,95). Ze heb ben hun boek met overduidelijk plezier ge schreven, ze hebben fraaie anekdotes opge diept en geven een mooi psychologisch inzicht in met name de titelfiguur Bobby Fischer. Daarbij verzuimen ze niet om de Hongaarse schrijver Arthur Koestier aan te halen die des tijds de match in Reykjavik versloeg en mis schien wel met de meest treffende omschrij ving van Fischer kwam als 'mimofant'. Koest- Ier: 'Een mimofant is een hybride soort: een kruising tussen een mimosa en een olifant. Een lid van deze soort is gevoelig als een mimosa waar het zijn eigen gevoelens betreft, en dik huidig als een olifant die de gevoelens van an deren met voeten treedt.' Men vertelde van Fischer 'dat hij zijn tegen standers hypnotiseerde, dat hij hun intellectue le vermogens ondermijnde met een duistere, mystieke, verraderlijke kracht. Keer op keer, vooral in lange matches, kregen Fischers tegen standers een psychosomatische inzinking. Het lukte Fischer om bij anderen migraine, ver koudheid, griep, hoge bloeddruk en uitputting te veroorzaken, kwalen waar hij zelf groten deels tegen bestand was. Hij maakte graag de Boris Spasski en Bobby Fischer (rechts). Foto uit besproken boek grap dat hij nog nooit een gezonde tegenstan der had verslagen'. In Reykjavik vermoedde de vroegere Russische geheime dienst, de KGB, ook dat Fischer - of Amerika zo men in het toenmalige tijdsgewricht wil - 'geheime wa pens' had ingezet om Spasski op het verkeerde been te zetten. Hoewel Spasski als een onafhankelijke geest wordt afgeschilderd, moet op hem toch ook een grote druk hebben gelegen. Zoals groot meester Mark Taimanov het kenschetst, bouw den de sovjets hun propagandabouwwerk op drie hoofdpijlers: „Schaken, het circus en het ballet. In alledrie konden we laten zien dat de Sovjet-Unie ver op het Westen voorlag." Met Spasski is het uiteindelijk een stuk beter af gelopen dan met winnaar Fischer, van wie men niet veel meer weet dan dat hij de aanslagen van 11 september 2001 als het verdiende loon van de VS zag, dat hij tegenwoordig in Tokio woont en een kind zou hebben. 'Daarna werd hij even weinig en onduidelijk waargenomen als het monster van Loch Ness.' Misschien hadden diegenen wel gelijk die volhielden dat er wat Fischer betreft maar één ding mis was met schaken: 'Je had aan de andere kant van het bord een ander mens nodig.' Kinderen kopiëren, luidt de slagzin. Als dat klopt, is Nederland nog jarenlang verzekerd van een grote schare enthousiaste Ajax-fans. Want elke beïnvloedbare kinderziel moet wel overstag gaan als hij Het Grote Voetbalboek voor Ajax-kids (Bzztöh, €17,50) in handen krijgt. Het plaatjes- en handtekeningenboek staat namelijk ook bol van de propaganda. Zo is Patrick Kluivert 'het zoveelste supertalent dat Ajax de wereld heeft geschonken'. En heeft af gelopen seizoen 'Europa z'n ogen uit gekeken' naar het jonge Ajax. De schrijvers beoordelen ook de Champions League-finale van 1995 tus sen Ajax en Milan als 'vreselijk spannend'. Voor de rest van Nederland is die wedstrijd vooral vreselijk saai geweest. Maar het zal de kinderen die het Grote Voetbalboek voor Ajax-kids lezen niet deren. Het zal ze vooral om de fotootjes en de ruimte voor de handtekeningen van hun helden gaan. En dat laatste is er zat. Het boekje geeft, jawel, ook nog tips hoe een jong voetballertje zelf een godenzoon kan wor den. 'Hard trainen en plezier erin hebben', zeg gen Rafael van der Vaart en Wesley Sneijder in een interview. Dat hadden de toekomstige go denzonen misschien zelf ook wel kunnen ver- zinnèn. Want kinderen mogen dan misschien kopiëren, achterlijk zijn ze ook weer niet. (bij drage: Cyril Rosman) TOP-10 roman recensie Wim Vogel 'Het logboek van Brandaan' door Rob van der Unden. Uitgeverij Meulenhoff. Prijs €18,50. Een wonderlijk boek, die tweede ro man van Rob van der Linden. Het logboek van Brandaan bestrijkt moeiteloos anderhalf millennium, speelt zich, uitgezonderd Amerika, af in alle andere werelddelen én in de eeuwigheid die zich buiten de zicht bare wereld schijnt op te houden, vertelt geschiedenissen en avontu ren in een ongekend tempo, besluit met een heuse kameropera (in de eerste druk op een cd toegevoegd) en laat in ieder geval deze lezer in verwarring achter, want wat moet je er mee?. In het interview dat vorige week in deze krant verscheen, verwijst Van der Linden niet zonder reden naar De ontdekking van de hemel van Harry Mulisch. Ook in die roman grijpt de hemel daadwerkelijk in in het aardse leven en worden sommi gen van ons opgezadeld met boven menselijke opdrachten. Het is pre cies dat element in beide romans dat mij stoort. Ik heb het altijd wat moeilijk met die zogenaamde on stoffelijke materie, met die 'wezens van licht' die ons zouden begeleiden en in de gaten zouden houden. In Het logboek van Brandaan creëert Van der Linden een bovenwereld waarin onze tijd en orde zijn opge heven. Binnen die nieuwe 'tijd' is al les mogelijk: de geest, de ziel van een overledene, incarneert moeiteloos in een andere tijd en binnen een ande re orde en dient zich te kwijten van een opdracht die hem in de loop van zijn leven duidelijk wordt. En dus varen we mee met een Ierse monnik die, net als de mythologi sche Brandaan, in de zesde eeuw de oceaan opgaat en de meest wonder lijke en fascinerende avonturen be leeft. Maar diezelfde geest incarneert ook in een Duitse soldaat in de Tweede Wereldoorlog, in een pasge boren joodse baby in het getto van Lodz, in een Zuid-Afrikaans meisje van zestien, in een gefrustreerde Friese hulpdominee, in een zeven- tiende-eeuwse Venetiaanse koop manszoon en nie* te vergeten in de 'Zionese' tweeling Chang en Eng die in 2033 in een Israëlische kliniek van elkaar gescheiden zullen gaan wor den. En al die levens hebben een op dracht waar ze vroeg of laat mee ge confronteerd worden. Wat ik bewonder in deze roman is de ongeremde verteldrift. Waar Rob van der Linden gaat zitten, groeit een verhaal. Zijn zintuigen werken, zijn fantasie ontwaakt en binnen de kortste keren ben je ook echt ergens in Afrika, ruik je kruiden, zie je de mensen, de kleuren, de ongekend wrede machthebbers in hun praal- paleizen en ben je begaan met de dolende ziel van de hoofdpersoon die het hoe dan ook maar moet ziet te redden. Maar bezwaren zijn er ook. Zo zit de kwaliteit van deze roman vooral in de verschillende verhalen die ook nog weer in diverse stijlen zijn ge schreven. Je herkent de dorpsvertel ling, de psychologische roman, het avonturen - en het reisverhaal, het jongensboek, de fantasy- en de sci- encefictdonroman: allemaal erg knap. Maar een roman, een gecon strueerd geheel, wordt Van der Lin dens Logboek daarmee nog niet. Het geheel zou toch meer moeten zijn dan de som der delen en juist die bedoelde meerwaarde, die samen hang, die tot uiting komt in, qua ruimte, hemelse dialogen, ergeren mij en zetten daardoor de hele ro man in een bizar fantasy-licht. Een ander bezwaar vind ik de lengte van sommige verhalen. Veelal begin nen ze sterk, met duidelijke beelden en krachtige karakteriseringen maar te vaak laat de auteur zich zo mee slepen door zijn fantasieën dat het mij duizelt van namen, voorvallen en gebeurtenisjes. Niet voor niets zijn de kortste verhalen de beste. 1. (-) John Grisham, Het laatste jurylid Bruna, 19,95 2. (7) Remco Campert, Een liefde in Parijs De Bezige Bij, 15,00 3. (8) Helen Fielding, De al te grote fantasie van Olivia Joules Prometheus, 18,95 4. (1) Diverse auteurs, Het aanzien van 2003 Het Spectrum, 14,50 5. (4) Dan Brown, De Da Vind code Luitingh-Sijthoff, 18,95 6. (5) Youp van 't Hek, Liegangst Thomas Rap, 7,50 7. (9) Nicci French, De rode kamer Flamingo Noire, 12,50 8. (-) Max Velthuijs, Kikker is verliefd Leopold, 5,00 9. (2) Karina Schaapman, Zonder moeder Balans, 16,50 10. (3) Reid, Geleijnse Van To Fokke Sukke, het afzien van 2003 De Harmonie, 8,60 Bron: CPNB/De Bestseller 60 Grisham situeerde zijn la thriller in het Mississippi van ren zeventig. Een gruw moordzaak houdt de staat in greep, waarbij de verdachte t venslang wordt veroordeel! negen jaar is hij al weer op voeten en zint op wraak. Lei gooit Max Velthuijs' eerste k boek nu op de markt als V tijns-geschenk. Troostrijke ge te: zelfs een kikker en een kunnen uiteindelijk een verlie gelukkig stel vormen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2004 | | pagina 6