KUNST CULTUUR Zonder Caspar Reuvens geen RMO Kijkdozen in architectuurcentrum Knap spel in ongrijpbaar stuk Muzikale schilderijtjes van Nits Over toeval, bruine ogen en een tempel die kopje onder gaat zaterdag 14 FEBRUARI 2004 door Theo de With leiden - Het maakt een wat chaotische indruk. De pallets die hèr en der gestapeld liggen in de expositieruimte van het Rijnlands Architectuur Platform (RAP) aan de Nieuwstraat in Leiden. Alsof er nog een ten toonstelling in opbouw is. De houten constructies zijn echter bedoeld om op te klimmen. Een klim naar de kijkdozen van Michiel Keiler. Deze Leidse kunstenaar heeft vorig jaar op Terschelling foto's gemaakt van het Oerolfestival. Hij was als voormalig vrijwilli ger bij het festival uitgenodigd om een bijdrage te leveren aan de kunstroute. Elke dag maakte Keiler foto's van repetities van de theatergroepen. Die stelde hij in kijkkasten tentoon, zodat het publiek een soort preview kreeg van de voorstellingen. Blijkbaar was de Leidenaar het meest onder de indruk van 'Odyssey1, een dansvoorstelling van Beppie Blankert op het Ter- schellingse strand waarin de belevenissen van Odesseus tij dens zijn tien jaar durende reis naar Ithaka centraal staan. Mi chiel Keiler richtte de lens van zijn 3d-camera steeds op een specifiek onderdeel van dit bal let: het moment dat een danser in de mast klimt en zich in de lucht vastbindt. Vervolgens laat hij zijn handen los en geeft hij zich over aan de zwaartekracht. Hij lijkt te vliegen. Een tiental van deze foto's toont hij nu in het RAP. De kijk dozen staan niet zoals bij Oerol op palen, maar 'zweven' aan touwtjes. Keiler concentreert zich met deze installatie hele maal op het zwevende aspect. Daarom liggen de pallets er. De bezoeker klimt naar boven om in de dozen naar de 3d-foto's te kijken en komt daarmee ook los van de grond. De tentoonstel ling heet niet voor niets 'Los'. Er is geen speciaal brilletje no dig om het driedimensionale effect van de foto's te ervaren. Het enige hulpmiddel is een knop op de doos waarmee het beeld dichterbij kan worden ge haald. Resteert één vraag: wat heeft dit in hemelsnaam met architectuur te maken? Het RAP heeft daarop een ant woord geformuleerd: voor ar chitectuur is denken in ruimte ook heel belangrijk. In de expo sitieruimte zijn daarom naast de kijkdozen van Michiel Keiler ook 3d-foto's van gebouwen opgehangen. Wie het speciale brilletje opzet, ziet deze archi tectuur opeens driedimensio naal worden. Met de Eiffel to ren, Notre Dame, Big Ben, Ope ra House van Sydney en de on voltooide kathedraal van Gaudi in Barcelona is helaas vooral gekozen voor wat obligate ar chitectonische wonderen. 'Los', t/m 21 februari, RAP Architec- tuurcentrum, Nieuwstraat 33, Lei den. Open; wo-vr 13.00-17.00 uur en za 11.00-17.00 uur. euw album Drah Jones er w vork - Norah Jones was lanri» volslagen onbekend toen Te jaar geleden haar debuut- !- enfCome Away With Me' ver leen. Het album werd onver- jcht een groot succes. Twee t, acht Grammy Awards en kt miljoen verkochte albums er presenteerde Norah Jones week in New York officieel nieuwe cd. 'Feels Like ie' ligt ook in Nederland al Ie winkels. rtistiek directeur ude Muziek ucht - Jan van den Bossche jenoemd tot artistiek direc- 1 de Organisatie Oude iziek. Van den Bossche (33) 'k al sinds 2002 programmeur jhet Festival Oude Muziek He Netwerkconcerten. In nieuwe functie neemt hij irlopig ook alle algemene di- jetaken waar omdat alge- n directeur Casper Vogel kis. De Organisatie Oude "pek pleit in haar beleids ei 2005-2008 voor een in- Jslag omdat de subsidies de |lopen kunstenplanperiode Jk achterbleven bij de feite- i kosten. Daardoor ontston- -ivorig jaar acute financiële (lemen. De overheid sprong iet een eenmalige financië- jectie van 180.000 euro om estival dit jaar veilig te stel- ligdverzen i Kouwenaar - Het Letterkundig in Den Haag heeft bij Leidse antiquariaat Aioloz [bijzonder belangrijke' col- I brieven en een aantal jiverzen van Gerrit Kouwe- erworven. Het gaat om 28 publiceerde brieven aan ugdvriend en klasgenoot |van der Wal (1925-1998, alist en dichter) en elf tover bekend evenmin ge- jceerde gedichten uit de |e oorlogsjaren en direct na /rijding. De brieven zijn |ns het museum geschre- n 'zelfbewust adolescen- ;oza' en zouden de roman- fe wortels van Kouwenaars erschap blootleggen.Ver- ieden de brieven inzicht in renaars persoonlijke om- ligheden in de oorlog. door Ad van Kaam leiden - Twee mooie bruine ogen zijn er mede de oorzaak van dat het Rijks museum van Oudheden is wat het is: in internationaal opzicht een topper in zijn soort. Zonder interventie van die donkere kijkers, die toebehoorden aan een Italiaanse schone, zou de wereld- befaamde Egyptische collectie nooit naar Leiden zijn gekomen. Toeval speelde een grote rol in de ontstaansgeschiedenis van het RMO, zo staat te lezen in het onlangs ver schenen boek 'Scholars,Travelers and Trade' van de hand van Ruurd Hal- bertsma, conservator Griekse en Ro meinse kunst van het museum. Als in 1826 de gepensioneerde legerofficier Jean Emile Humbert vanuit Leiden de boodschap krijgt om per schip koers te zetten naar Tunesië, seint hij dat uitvaren onmogelijk is. Piraten ma ken de Afrikaanse kusten onveilig. Hij blijft zitten waar hij zit. Humbert - de Traveller uit de titel van het boek - vertelt er niet bij dat hij in Livomo op dat moment als een blok is gevallen voor Marguerita Terreni, een Toscaanse in wier bruine ogen hij van verliefdheid zowat verdrinkt. Maar behalve tegen die dame loopt hij in de Italiaanse havenplaats heel toevallig ook op tegen Jean d'Anas- tasy, een handelaar in Egyptische kunstschatten. Waarna hij zijn op drachtgever Reuvens van het Leids Archeologisch Kabinet kan berichten dat hij de hand heeft gelegd op een unieke collectie van 5600 sculpturen, mummies, sieraden, papyrus en an dere artifacten. De onderhandelingen over de aan schaf zouden nog twee jaar duren en uiteindelijk betaalde Koning Willem I namens de Nederlandse Staat de voor die tijd gigantische som van 210.000 gulden voor de Egyptische collectie. Die zich in omvang en kwa liteit kon meten met wat het Louvre en het British Museum rond die tijd in huis haalden. Een topmuseum was geboren en het was vooral te danken aan de kennis, kunde en vasthou dendheid van de stichter Caspar Reu vens - en niet te vergeten de betove rende ogen van een Italiaanse sig- norina - dat het ooit zover is geko men. Reuvens is de geleerde waar het alle- Ruurd Halbertsma bij de Egyptische sculpturen die Caspar Reuvens begin negentiende eeuw verzamelde en het RMO in de vaart der volkeren opstuwde. Foto: Hielco Kuipers maal om draait in het boek van Hal bertsma, dat voor een wetenschappe lijke uitgave met een buitengewoon vlotte pen is geschreven. Het laat zich lezen als een spannend jongensboek. Waarin intrige (de vader van Reuvens die op verdachte wijze dood in een Brussels kanaal wordt aangetroffen), romantiek (de Toscaanse connectie), spanning (opgravingen), naijver (de polemiek van professoren) en drama (de plotselinge dood van de hoofd persoon op 42-jarige leeftijd) de bo ventoon voeren. Als rode draad daar doorheen loopt het toeval. Nog een voorbeeld daarvan. Het mag eigenlijk een godswonder heten dat Reuvens (1793-1835) überhaupt in Leiden terechtkwam. Hij gaf als jurist en als kenner van de klassieken colle ge aan de universiteit van Harderwijk. Toen die werd opgeheven leek zijn rol al op 25-jarige leeftijd uitgespeeld. Voor de jonge professor was eigenlijk nergens plaats. Uit nood geboren be noemde de Staat hem toen maar in Leiden. Het had net zo goed Amster dam, Brussel, Gent of Groningen kunnen zijn. Toevallig omdat iemand in Den Haag zich opeens realiseerde dat in de Hortus de kleine Papen- broek-verzameling van Romeinse en Griekse sculpturen lag opgeslagen, was dat opeens de aangewezen stad voor de nieuwe leerstoel archeologie. Het is het jaar 1818. Reuvens ontpopte zich binnen een mum van tijd tot een briljant geleer de. Een man met visie die het kleine Archeologische Kabinet in de vaart der volkeren wilde opstuwen naar een museum dat zich kon meten met de allerbeste ter wereld. De tegenwer kingen die hij ondervond waren le gio. Het nut van een vermaarde col lectie zag met name koning Willem I nog wel in. Hij gaf genereus geld om Etruskische en Egyptische schatten aan te kopen. Maar voor het fatsoen lijk onderbrengen daarvan moest Reuvens zelf maar zorgen. Zijn on vervangbare sculpturen kwijnden weg tussen de struiken en planten van de Hortus. Uit frustratie dreigde Reuvens met zijn spullen naar Amsterdam te ver huizen. Uiteindelijk vond het Kabinet aan de Breestraat een groot heren huis waar een klein deel van de in middels imposante verzameling ge- exposeerd kon worden. De verhui zing per schip van de Hortus naar de Breestraat verliep overigens ook niet zonder slag of stoot. De Naos-tempel met een gewicht van 12.000 kilo kan telde overboord en zakte weg in de modder van de Witte Singel. De mari ne moest er aan te pas komen om de tempel te lichten. Een feit dat in de archieven verborgen is gebleven. Hal bertsma bracht het aan het licht. De eerste nieuwsgierige bezoekers van het museum waren een kleerma ker, een timmerman, een kapper, de ambassadeur van Pruisen en een mi nister van de Russische Tsaar. Tot 1910 hield het museum precies bij wie er kwamen en wat die bezoekers voor de kost deden. Reuvens zelf maakte de opening in 1838 van de Breestraat niet mee. Na een bezoek aan Londen in 1835 raakte hij op de boot onwel. Op 42-jarige leeftijd overleed hij. „Ondanks zijn korte be wind is zijn betekenis enorm ge weest", zegt Halbertsma. „Zonder Reuvens geen RMO. En, niet onbe langrijk: hij was een man van princi pes. Hij hield zich aan de regels. Van alles wat hij aanschafte zijn kwitan ties en bonnen." Hoe de handelaren waarmee hij za ken deed aan hun spullen kwamen, is een ander verhaal. Handel in kunst schatten was in die dagen legaal. „Er gaan geregeld stemmen op die vin den dat alles terugmoet naar het land van herkomst. Vaak zijn die ingege ven door politieke motieven. Zoals de discussie over de Elgin Marbles in het British Museum die onrechtmatig verkregen zouden zijn. Ik kijk louter naar de esthetische aspecten. Musea zijn er om te conserveren en schatten uit het verleden te laten zien aan ie der die dat wil. Ik ben nog nooit een Griekse of Italiaanse collega tegenge komen die iets terug wilde hebben. Er hangen ook doeken van Rem brandt in New York. Ik ben als Ne derlander trots als ik voor zo'n schil derij sta. Dat hoeft toch niet per se al lemaal in het Rijksmuseum te han gen." 'Scholars, Travellers and Trade - Ruurd Halbertsma. Uitgeverij Rout- ledge, Londen and New York. ISBN 0-415-27630-6. Prijs: 82 euro. Caspar Reuvens, Verzamelen voor het Vaderland - Lezing van Dr. Ruurd Halbertsma. Woensdag 18 fe bruari, 18.45-20.15 uur, zaal 011, Cleveringaplaats 1, Leiden. DE ZEVENDE HEMEL gels Welke film zou iedereen ge zien moeten hebben? Wat is het mooiste boek ooit ge schreven? Welke muziek weet telkens weer te ont roeren? Wat is het mooiste kunstwerk aller tijden? Kortom: waarmee is de Leidse restaurateur en kunstschilder Peter Willem- se in de zevende hemel? Beste cd? „Dat hangt voor mij echt van het moment af. Ik ben niet iemand die blijft hangen bij een bepaalde artiest of groep, zoals mensen die nog steeds zweren bij The Beatles. Op dit moment draai ik vaak Underworld, de cd 'A Hundred Days Off, als ik schilder. Dat is lekkere muziek, er komt veel energie van af. Soms kies ik muziek die nog heftiger en don kerder is, zoals Sven Vath. Bij restau raties kan dat niet, dan kies ik voor rust en zet ik de radio aan. Achter grondmuziek. Of praatprogram- Beste boek? „Ik hou van de combinatie roman en geschiedenis. Toen ik vorig jaar naar Bali ging heb ik 'De ondergang van de Batavia' gelezen, van Mike Dash. Over de muiterij op dat pronkschip van de VOC dat strandde voor de kust van Australië. Het is heel gede tailleerd, met alle namen, alle ge boortedata. Heel exact. Het geeft een goed inzicht in die periode van de Nederlandse geschiedenis. Het boek maakt weer eens duidelijk dat de welvaart in Nederland gewoon bij el kaar is geroofd." Beste film? „Ik ben een enorme filmfreak, ik zie er heel veel. Ik ga één, twee keer per week naar de bioscoop en op zater dag huur ik twee, drie dvd's. Ik ben vooral liefhebber van de Europese films, niet de Amerikaanse. Die heb ben een ander ritme, Amerikaanse films zijn veel meer op snelheid ge richt. Er zijn heel veel goede films, maar eentje die mij zeker is bijgeble ven is van Ettore Scola: 'Bruti, Spor- chi e Cattivi'. Over een familie die op een vuilnisbelt woont. De vader heeft geld losgepeuterd van de verzekerin gen en de hele familie probeert hem dat afhandig te maken. Absurdistisch en humoristisch." Beste kunstwerk? „Dat zijn er honderden. Anders Zorn is wel een van mijn favoriete schil ders. Het is een Zweed. Ik heb zijn werk vooral leren kennen omdat mijn broer twintig jaar in Zweden heeft gewoond. Ik kwam er vaak en dan bezochten we bijvoorbeeld het Nationaal Museum in Stockholm. Ik kende Zorn al van plaatjes, maar in het museum zag ik pas hoe geweldig hij was. Zijn techniek is fabelachtig. Het doek gaat er in één keer op, in een dag is het klaar. 'Badande kullor i bastun' uit 1906 vind ik een schitte rend werk. Twee badende vrouwen bij een haardvuur. De gloed van dat vuur dat over die lichamen ligt. Dat maakt het heel erotisch. Ik hou wel van dat verhulde, die onderliggende erotiek." Tekst: Herman Joustra Foto: Hielco Kuipers theater recensie Susanne Lammers Voorstelling: Laten wij aanbidden door Theater Bonheur Regie: Lidwien Roothaan. Spel: Carola Arons, Marieke van Dijk, Daphne de Winkel, Dik Boutkan. Gezien: 13/2, LAKtheater, Leiden. Ik heb het boek van Ann-Marie MacDonald niet gelezen. Had ik dat wel gedaan, dan had ik 'Laten wij aanbidden' van The ater Bonheur misschien beter begrepen. Nu ben ik de hele voorstelling lang bezig geweest met bepalen wat er waarheid, verzinsel of droom is, en dat leidt nogal af van het prachtige spel van Carola Arons, Daphne de Winkel en Marieke van Dijk. Zij spelen, in een gigantische puinhoop op een beklemmend klein stukje van de grote toneel vloer, drie jonge meisjes uit een familie. Het moeten zusjes zijn, maar alles wordt in twijfel ge trokken, niets biedt houvast. De waarheid is duidelijk te gruwe lijk om te vertellen. Het begint met dagboekfrag menten van Kathleen, de oud ste zuster die naar New York ging om een beroemde zange res te worden. Ze kwam terug, stierf, en voor haar in de plaats kwam Lily, de jongste. Haar tweelingbroertje is overleden, net als de moeder. De vader drinkt en Lily klampt zich vast aan de zusjes Francis en Merce des. Echte herinneringen wor den onderuit gehaald met dro men en verzonnen heldenda den, maar de suggestie van in cest, moord en infanticide hangt als een giftig waas over de voorstelling. Die bewuste raadselachtigheid werkt aan vankelijk goed, maar niet de he le voorstelling lang. Het spel vergoedt echter veel. Wat voor een actrice Carola Arons is, blijkt uit haar Lily, die ze als een lief aanhankelijk kind volkomen geloofwaardig maakt, maar ook uit de manier waarop ze Kathleen speelt, met vloeien de, sensuele gebaren, en over verhit ambitieus. Daphne de Winkel als de door schuldge voel verteerde Francis bepaalt het ritme van de voorstelling. Haar fabuleren en treiteren zorgt voor de meeste raadsels, maar "haar verscheurdheid is ook het interessantst. Daarte genover speelt Marieke van Dijk een hulpeloze, degelijke zuster, die voor de ellende vlucht in kwezelachtigheid. Het balance ren, suggereren, verhullen en niet waar willen hebben van deze drie raakt diep. Dat spel is de kracht van deze voc^telling. muziek recensie Hans Keijzers Concert: Nits. Gezien:13/2, Stadsgehoorzaal, Leiden. Welke popgroep maakt de der tig jaar vol? Golfden Earring na tuurlijk met als goede tweede: Nits. Helemaal eerlijk is dat na tuurlijk niet. Henk Hofstede en Rob Kloet als aartsvaders waren er van het begin af aan bij en verdwaalde zoon Robert Jan Stips keerde na een goede acht jaar terug op het oude honk. Toepasselijk zingt Stips daarom bij The Swimmer: 'I spend so me time alone'. De band vind je al lang niet meer in de hitlijsten terug, daarom komt het werk tegen woordig uit op het kleine Play it again Samlabel. Live trekt Nits nog altijd volle zalen en lijkt er geen vuiltje aan de lucht. Nits kiest een setlist met een grote nadruk op de eerste vijftien jaar van zijn bestaan. Ieder nummer uit die periode is gewoon kei hard raak en zeker niet alleen de hitjes 'Nescio' of 'Sketches of Spain'. Het stuwende vroeg in de set gespeelde 'Bike in Head' met fietsbelondersteuning van Hofstede ïijsten we door het stuwende drumwerk van Kloet maar meteen in en 'Dream' en 'The Bauhaus Chair' laat de band meer van zijn rustige, me lancholische kant zien. Het Nitswerk van de laatste vijf tien jaar blijft sterk onderbe licht en het nieuwe werk van het album 1974 is niet altijd even sterk. Achter de band wor den op een twintigtal witte vlakken projecties getoond. Het lijken net kleine beweegbare schilderijtjes. Eigenlijk maakt Hofstede zijn eigen kleine werkjes, die soms wat toegan kelijker zijn en soms wat meer tijd kosten om te rijpen en ja er zit ook wel eens een rotte appel tussen. 'Welcome Back' met zang van Stips is behoorlijk doorbijten en 'With used furni ture we make a tree' is vooral door de slordige zang van Hof stede een pijnlijk gedrocht. Robert Jan Stips heeft de nodi ge grappige extra samplegrap jes maar neigt zeker bij 'Train' naar overkill. Maar Nits houdt goed de vaart in het optreden en met het 'J.O.S days' en 'In the Dutch Mountains' wordt slim uptempo afgesloten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2004 | | pagina 27