REGIO
Integratie mislukt zeker niet altij
Valse bommelding van grappenmaker met een slecht excuus
te dikke moedersfolder uitgebracht om ouders
GERECHT
'Wij hebben het vanaf
het begin af aan fijn gehad'
'Toen mijn kinderen naar
'Ik ben
behoud
geïntegreerd, maar met
van Molukse eigenheid'
school gingen
raakte ik snel ingeburgerd'
DONDERDAG 22 JANUARI 2004
NAVRAAG
Veel peuters bewegen te weinig en eten ongezond. Het aantal dikke
dreumesen neemt fors toe. Ouders zetten hun kind eerder voor de tv
dan dat ze het kind laten lopen. Het Voedingscentrum en het Neder-
'Tk 71 p vnnrnl vppI lands lnstituut voor sport en
IK VUUIUI Vttl Bewegen (NISB) hebben een
van jonge kinderen te wijzen
op de noodzaak van bewegen. USETTE OOMEN uit Leiden, moeder
van baby Maaike en Nick (2) probeert haar peuter zoveel mogelijk te
activeren. „Ben ik aan het schoonmaken, dan geef ik Nick een bezem
en hij doet mee."
Dus uw peuter beweegt wel voldoende?
„Ik probeer elke dag een uitstapje te maken. Dat moet ook wel
omdat we vanwege een verbouwing krap zijn behuisd. Ik realiseer
me ook dat kinderen niet teveel in de buggy of in de auto moeten
zitten. Vooral over de auto maak ik me wel eens zorgen. Ik ben
laatst met de kinderen naar mijn ou
ders gegaan in Breda. Op de heen
weg stonden we vier uur in de file.
Die dag zaten de kinderen vijfenhalf
uur in de auto. Dat probeer ik wel te
compenseren. Maar soms is dat las
tig. Toen we thuiskwamen was het
pikkedonker!"
Hoe verleidelijk is het om uw kind
voor de televisie te zetten?
„Ik vind het niet verkeerd als een
kind af en toe televisie kijkt, 's Ochtends kijkt Nick een kwartiertje
naar een video. Dan kan ik even douchen. Dat kwartier voor me
zelf stel ik erg op prijs. En als ik kook, dan kijkt Nick naar KRO's
Kindertijd. Snoep krijgt hij ook gedoseerd. Niet doorlopend, maar
één keer op een dag."
Foutje van veel ouders: ze geven hun kind extra veel vla of ande
re zuivel omdat hun peuter geen groenten lust. Herkent u dat?
„Ik geef geen extra toetje, want de vitaminen die in zuivelproduc
ten zitten kunnen de groenten toch niet vervangen. Maar als mijn
kind zijn groente niet wil en zijn toetje wel dan mag hij van mij al
leen zijn yoghurt opeten. Ik ga er geen drama van maken. Ik vind
het belangrijk om de sfeer aan tafel leuk te houden. Daarmee ont
staat plezier in eten."
Hoe zit het met Nicks geivicht?
„Hij weegt dertien kilo. Dat is normaal voor een kind van zijn leef
tijd."
Is het u opgevallen dat er zoveel dikke peuters rondlopen?
„Nee. Als ik in het zwembad ben, zie ik vooral veel te dikke moe
ders.
Bent u bang dat uw kind dik wordt?
„Niet bang, maar omdat Nicks ouders aan de zware kant zijn, let ik
wel op. We eten gezond en op vaste tijden. Ik hang heel erg de stel
ling aan dat je normaal moet eten. In een tijd dat ik zelf veel bezig
was met afvallen, werd ik dik. Daar ben ik van af gestapt. Als ik
normaal eet, dan val ik af."
Dus aan u is de folder van het Voedingscentrum en het NISB niet
„Toch wel! Ik ga er niet voor de deur uit, maar als ik bij het consul
tatiebureau ben, dan pak ik 'm zeker mee."
tekst: Judy Nihof
foto: Henk Bouwman
UIT DE ARCHIEVEN
ANNO 1904, Vrijdag 22 Januari
EEN VADERLANDSCHE FEESTDAG - Heel Nederland viert dezer da
gen feest. Het brengt hulde aan H.M. de Koningin-Moeder. Zij, die
hooge vrouw, verdient die hulde. Het is nu vijf en twintig jaar geleden,
datZ.M. Koning Willem III met zijn jonge gemalin Emma zijn intocht
deed in onze Hofstad, Zijn Residentie. Toen was op last van Z.M. den
Koning alle huldebetoon geweigerd. Geen wonder, een viertal dagen
na het te Arolsen gesloten huwelijk was 's Konings broeder, onze veel
beminde Prins Hendrik, overleden. Daarop volgden Hr. Ms. Moeder, in
den familiekring van Haar Gemaal onzen Kroonprins Willem van Oran
je en daarna Prins Alexander. Eindelijk stond H.M. zelve bij het sterf
bed van onze Koning, dien zij zoo voorbeeldig en zorgvol tot aan zijn
laatsten oogenblik had verpleegd. Zoo stond Zij, uit den vreemde tot
ons gekomen, daar als Koningin-Weduwe, ja, maar ook als Koningin-
Moeder. Het is uit dat oogpunt, dat het Nederlandsche volk H.M. zo
hoog vereert.
ANNO 1979, maandag 22 januari
LEIDEN - Het was glad dit weekeinde, erg glad. Een niet alledaags
verschijnsel: schaatsen over de bruggen in plaats van er onderdoor.
Foto: archief Leidsch Dagblad
Foto's in deze rubriek kunnen worden nabesteld door binnen veertien dagen na
plaatsing 2,50 (voor een exemplaar van 13 bij 18 in zwart wit) over te maken op
gironummer 57055 Ln.v. Dagbladuitgeverij Damiate b.v. Postbus 507, 2003 PA
Haarlem, onder vermelding van Leidsch Dagblad, ANNO d-d.(datum van
plaatsing) of door contante betaling aan de Dalie van het Leidsch Dagblad,
Rooseveltstraal 82 te Leiden. U krijgt de foto binnen drie weken thuisgestuurd.
COLOFON
Leidsch Dagblad
Directie: BM. Essenberg
E-mail: directiehdcuz@hdc.nl
Hoofdredactie: Jan Geert Majoor, Kees van
der Malen, Léon Klein Schiphorst (adjunct)
E-mail: redactie.ld@hdc.nl
HOOFDKANTOOR
Rooseveltstraat 82, Leiden, tel. 071-5 356 356
Postadres: Postbus 54,2300 AB Leiden.
Redactie fax 071-5 356 415
Advertentie fax 071-5 356 325
Familieberichten fax 023-5 '5° 567
ADVERTENTIEVERKOOP
Advertenties m.b.t.:
Auto's: 072-6813661
Onroerend goed: 023-515° 543
Personeel: 075-6813677
Wonen/in-exterleur: 072-519 6554
Business to business: 072-519 6540
Overige detailhandel: 071-5 356 300
Reclamebureaus kunnen contact opnemen
met: 075-6813636
ABONNEESERVICE
071-5128 030
E-mail: abonneeservice@hdcnl
ABONNEMENTEN
Bij vooruitbetaling (acceptgiro)
p/m €20,20 (alleen aut ine.)
p/kw €56,70 p/j €216,90
Abonnees die ons een machtiging verstrekken
tot het automatisch afschrijven van het
abonnementsgeld ontvangen €0,50 korting
per betaling.
VERZENDING PER POST
Voor abonnementen die per post (binnenland)
worden verzonden geldt een toeslag van €0,50
aan portokosten per verschijndag.
GEEN KRANT ONTVANGEN?
Voor nabezorging- 071-5128 030
ma t/m vr: 18-19.30 uur. za: 10-13 uur
AUTEURSRECHTEN
Alle auteursrechten en databankrechten ten
aanzien van (de inhoud van) deze uitgave
worden uitdrukkelijk voorbehouden. Deze
rechten berusten bij HDC Uitgeverij Media BV
cq. de betreffende auteur.
HDC Media BV, 2004
De publicatierechten van werken van
beeldende kunstenaars aangesloten bij een
CISAC-organisatie zijn geregeld met Stichting
Beeldrecht te Amstelveen
HDC Media BV is belast met de verwerking van
gegevens van abonnees van dit dagblad. Deze
gegevens kunnen tevens worden gebruikt om
gerichte informatie over
voordeelaanbiedingen te geven, zowel door
onszelf als door derden. Heeft u hier bezwaar
tegen, dan kunt u dat schriftelijk laten weten
aan HDC Media BV, Afdeling Lezersservice,
postbus 507,2003 PA Haarlem.
Van iemands uiterlijk valt niet
af te lezen wat ze op hun kerf
stok hebben. Het publiek in
de rechtszaal probeert bij bin
nenkomst van een verdachte
een goede inschatting te ma
ken, maar negen van de tien
keer zitten ze ernaast. De
meest iele mannetjes blijken,
geheel tegen de verwachting
in, thuis de boel kort en klein
te slaan, terwijl hun corpulen
te vrouwen soms moeten
voorkomen wegens diefstal.
Enfin, uiterlijke kenmerken
geven geen aanwijzing en dat
is misschien maar beter ook.
Zo zou niemand achter de zo
juist binnengelopen breedge
schouderde Leidenaar een
bommelder vermoeden.
De man maakt op het eerste
gezicht een kalme en vriende
lijke indruk. Hij lijkt een aar
dige buurman, die altijd be
reid is de helpende hand toe
te steken. En waarschijnlijk
voldoet de man de overige
364 dagen van het jaar ook
wel aan die omschrijving,
maar net die ene dag in okto
ber niet en daarvoor staat hij
nu terecht.
Die dag zat hij er goed door
heen en deed hij iets wat hij
zelf niet voor mogelijk had ge
houden. Hij belde alarmnum
mer 112 en dreigde het poli
tiehoofdkantoor aan de Leid-
se Langegracht op te blazen.
Twee seconden later hing hij
weer aan de lijn, ditmaal om
zijn dreigementen kracht bij
te zetten. Niet alleen het poli
tiebureau maar de hele stad
zou door hem van de aardbo
dem worden weggevaagd.
Vandaag is weinig over van de
bravoure en zelfverzekerdheid
van de Leidenaar. Nu hij aan
de rechter moet uitleggen wat
de aanleiding is geweest voor
de valse bommeldingen staat
hij er wat beteuterd bij.
Een goed excuus voor zijn ge
drag kan hij simpelweg niet
bedenken. „Ik was gefrus
treerd", zo herinnert hij zich.
„Ik had die week drie bekeu
ringen gekregen voor te hard
rijden en toen ik 's avonds
met de fiets naar de kroeg
ging, werd ik aangehouden
omdat ik zonder licht reed. Ik
kreeg weer een bon en ging
gewoon over de rooie." Met
flink wat biertjes op besloot
de man diezelfde avond nog
wraak te nemen.
Achterafgezien heeft het hem
erg verbaasd dat de politie de
bommelding serieus heeft ge
nomen. „Ik zag er heel teut
uit", verklaart hij. „Dat is toch
moeilijk te zien via de tele
foon, hooguit te horen", rea
geert de rechter gevat.
De politie kan gewoon geen
risico's nemen, legt ze vervol
gens uit. „Voor hetzelfde geld
had u met uw dronken kop
die bommen wel geplaatst."
De twee agenten, die die
nacht gesurveilleerd hebben,
eisen op de zitting een scha
devergoeding. Volgens de offi
cier van justitie moet het daar
qua straf niet bij blijv
gedrag van de Leiden
'onaanvaardbaar en
zo oordeelt hij.
De man mag daarom
wat dieper in zijn bu
ten. „Want wat als va
dit soort grappen de
diensten niet op tijd
één van uw ouders z
lijden?", vraagt hij x
De man weet hier ge
woord op te geven e
verder het zwijgen to
rechter krijgt hij, na:
schadevergoeding,
van 250 euro opgelej
Beschaamd vertrekt
melder weer richtingl
Floor Ligtvoet
„Je moetje aanpassen, en als je dat niet doet, dan pest je jezelf." De woorden
van Petra Schmidt, een Duitse die meer dan 35 jaar geleden naar Nederland
verhuisde, spreken heldere taal. Integreren is een noodzaak voor wie het in zijn
nieuwe land naar zijn zin wil hebben, vindt Schmidt. Integreren is niet alleen
van het hoogste belang voor de 'nieuwe' Nederlander, het is ook grotendeels
zijn verdienste en die van de buren. Dat is een van de conclusies van de
commissie-Blok. Blok en de zijnen presenteerden deze week het rapport
Bruggen Bouwen, dat een overzicht geeft van het integratiebeleid van de
overheid in de afgelopen dertig jaar. Volgens de commissie-Blok droeg het
overheidsbeleid zelf weinig bij aan een succesvolle integratie. Schmidt heeft
het overigens helemaal gevonden in ons land, met name in haar woonplaats:
„Ik ben verknocht aan Leiden, ik ben een echte Leidenaar geworden en ik wil
hier nooit meer weg." Op deze pagina staan haar ervaringen en die van de
Italiaanse Patricia Garofalo en de van oorsprong Molukse Johan Litaay.
„Integratie moet voorop staan. En als het even kan met behoud van de eigen
identiteit."
Patricia Garofalo (41) en haar man
Gianni (46) wonen in Lisse. Begin
jaren negentig verhuisden ze van
Siracuse, Italië, naar Nederland.
Gianni, die bij Estec in Noordwijk
werkt, kwam een jaar eerder dan
zijn vrouw in ons land aan. Hij had
dus al zijn draai en een woning ge
vonden. Patricia was aanvankelijk
huismoeder voor de drie kinderen
die allemaal in Nederland werden
geboren. Sinds een jaar werkt ze als
lerares klassieke talen op het Fio-
retti College in Lisse.
„Wat wist ik van Nederland toen ik
hier kwam wonen? Heel weinig. Na
tuurlijk kende ik de Nederlandse
schilderkunst maar daar hield het
wel op. Ik sprak ook helemaal geen
Nederlands toen ik hier aankwam.
Het was toen op Sicilië, waar we
vandaan komen, onmogelijk om een
leraar te vinden, of zelfs boeken. Uit
eindelijk vond ik een oud grammati
caboek, maar daar heb ik niet zo veel
aan gehad. Nederlands heb ik ge
leerd in Lisse, op de Aletta Jacobs-
school, met andere buitenlandse
mensen.
Omdat ik in korte tijd twee keer ben
bevallen herinner ik me van de eer
ste jaren vooral het consultatiebu
reau waar ze altijd heel erg vriende
lijk tegen mij waren. Ik vond en vind
dat Nederlandse systeem van zorg
erg goed. Voor mij - als jonge moe
der in een vreemd land - was dat erg
fijn aan Nederland.
We hebben het vanaf het begin fijn
gehad in Nederland, maar dat komt
ook omdat wij makkelijk zijn in het
leggen van contacten. Het is ons op
gevallen dat de mensen hier best een
beetje verlegen zijn. Het contact gaat
in de meeste gevallen tot een be
paald niveau. Toch hebben we best
wel wat Nederlandse vrienden en
kennissen, die hebben we leren ken
nen doordat wij Engels praten. Want
bijna elke Nederlander spreekt En-
gels.
Wij woonden voor onze Nederland
se tijd twee jaar in de Verenigde Sta
ten. Het viel met op dat Nederland
en Italië meer op elkaar lijken dan
Italië en Amerika. Dat geldt bijvoor
beeld voor de normen op het gebied
van preutsheid maar ook het brood
is beter. Dat lijkt tenminste op Itali
aans brood. Hetzelfde is het geval
voor koffie - ook al is die wateriger
dan de Italiaanse koffie.
Op het gebied van eten is Nederland
enorm vooruitgegaan. Nu kan ik al
les krijgen wat ik zoek, veertien jaar
geleden was dat heel anders. Het
Nederlandse eten kan ik eten, maar
heel lekker vind ik het niet. Ik heb
nog nooit boerenkool of zuurkool
gemaakt. Met uitzondering van Chi
nees - dat was voor ons een echte
ontdekking - blijft het eten bij ons
Italiaans. Wij praten hier thuis ook
alleen maar Italiaans. De kinderen
spreken beide talen en krijgen privé-
les Italiaans. We worden boos als ze
hier in huis Nederlands praten.
Over kinderen gesproken, de kinde
ren op school zijn altijd druk maar
ook lief. Ik bedoel dat ze precies het
zelfde zijn als alle kinderen op de
wereld. Ik vind het les geven dan ook
heel leuk."
tekst: Gerard Baas
Petra Schmidt uit Leiden, werd ge
boren in Neustadt am der Wein-
strasse in Rheinland-Pfalz. Ont
moette in het toenmalige West-
Duitsland haar huidige ex-man,
met wie zij in 1967 naar Leiden
kwam.
„Het was vreemd, want ik sprak
geen woord Nederlands en niemand
sprak hier een woord Duits. Dat was
echt een ramp. Ze zeggen wel dat die
twee talen op elkaar lijken, maar ze
zijn echt heel verschillend. Als ik
boodschappen ging doen bij de sla
ger dan oefende ik thuis: een ons
boterhamworst. De slager liet het me
vijf keer zeggen, iedereen lag in een
deuk om mijn uitspraak, maar ik
voelde me verschrikkelijk opgelaten.
Daarna schreef ik het maar op.
Heel snel ben ik Nederlands gaan le
ren, na een halfjaar sprak ik het
goed. Ik heb vooral veel geleerd van
naar de televisie kijken, met onderti
teling, door veel te lezen en door
goed op de uitspraak te letten.
Ik weet nog heel goed dat ik de eer
ste keer bij mijn schoonmoeder
kwam. We kregen koffie en ze had
een doosje met koekjes, waaruit ik er
een paar tegelijk pakte. Nou, die ge
zichten! Wat me ook heel erg ver
baasde was dat iedereen je feliciteert
op de verjaardag van iemand anders.
Ik vond dat erg komisch en zei
steeds: Maar fk ben niet jarig.
In het begin had ik heel erg veel
Petra Schmidt: „Mijn ervaring is dat Nederlanders open staan voor buitenlanders."
heimwee. Tranen met tuiten heb ik
gehuild. Ik kwam uit een klein dorp
je in de bergen, hier was alles vlak,
mijn man was musicus en vaak weg,
ik kon me niet verstaanbaar maken.
Het ging beter toen mijn kinderen
naar school gingen, toen leerde ik
andere moeders kennen en voelde ik
me vrij snel ingeburgerd. Wat ook
hielp was dat ik verkoopleidster
werd bij Avon, een cosmeticabedrijf.
Ik begeleidde 150,200 dames die de
producten verkochten via
houseparty's.
Ik heb nooit contact gezocl
dere Duitsers. Ik keek gew<
de mensen zelf, of ze leuk
Nederland ben ik steeds me(
mijn thuis gaan beschouwei
de vraag of ik me Nederland
Duitse voel kan ik niet beant
den. Wat is Nederland, wat i
Er zijn aardige en minder aa
mensen. Maar ik weet één d
het Duitse elftal speelt, dan
voor Duitsland.
Geregeld kom ik nog in Duitje
ik moet eerlijk zeggen dat ik
allemaal minder conservatie
minder stijf vind. Daar won(
sen twintig jaar naast elkaar
zeggen ze u tegen elkaar. Da
best moeite mee.
Mijn ervaring is dat NederlaT^
open staan voor buitenland!
dat buitenlanders vaak niet
staan voor Nederlanders en
woontes. En dat is verschrik
jammer. Je moet je aanpassi ev]
je dat niet doet, dan pest je j
Dan heb je geen leven.
Nederlanders zijn een vrese
vriendelijk volk en Nederlar )a]
prettig land om te wonen. la.
verknocht aan Leiden, ik be me
echte Leidenaar geworden lve
hier nooit meer weg."
tekst: Janneke Dijke
foto: Henk Bouwman
Johan Litaay: „Familiebanden staan hoog op de agenda in de Molukse cultuur."
Johan Litaay werd 45 jaar geleden
geboren in Nederland. Hij is Mo-
lukker, alhoewel hij zijn hele leven
nog nooit op het eiland geweest is,
en woont in de Molukse wijk in Al
phen aan den Rijn. Litaay verdient
de kost als commercieel medewer
ker en is voorzitter van de Molukse
stichting Kaju Putih.
„Ik ben geïntegreerd in de Neder
landse samenleving, maar wel met
behoud van de Molukse eigenheid.
We willen het gevoel van gemeen
schap behouden. We wonen hier
met negentig Molukse huishoudens
in de wijk. Mijn ouders, mijn broer
en mijn zus hebben hier ook een
woning. Dat kon gemakkelijk, want
er is een oude afspraak dat de wo
ningen in deze wijkalleen aan Mo-
lukkers worden toegewezen.
Volgens mij is er in het algemeen
een soort stagnatie ontstaan in de
integratie doordat bevolkingsgroe
pen koste wat kost hun eigenheid
willen behouden. Dat is fout. Inte
gratie moet voorop staan. En als het
even kan met behoud van de eigen
identiteit. Kijk, veel Molukkers van
de eerste generatie - die hier al vijftig
jaar wonen - spreken nog altijd nau
welijks Nederlands. Dat hebben ze
nooit willen leren uit angst om daar
mee hun Molukse identiteit te verlie
zen. Dat is onzin, maar probeer ze
dat maar eens te vertellen.
Ik spreek nog wel Maleis. Vooral hier
in de kerk wordt nog veel Maleis ge
sproken. Maar ook mijn zoon van
zeventien heeft op school Maleis ge
leerd in het onderwijs in eigen taal
en cultuur. Daarvoor loopt de subsi
die overigens na dit schooljaar af.
Dat is heel vervelend, want dat on
derwijs kan een belangrijke bijdrage
leveren aan de eigen identiteit en
daarmee aan het zelfvertrouwen van
jongeren.
We hebben hier ons eigen cultureel
centrum waarvoor we op dit mo
ment druk bezig zijn met plannen
voor nieuwbouw. Maar we werken
ook samen met allerlei Nederlandse
instellingen. Er zitten hier in Alphen
Molukse ouderen in een gewoon be
jaardenhuis. Maar dan wel
groepje Molukkers bij
ze met elkaar kunnen
specifiek Molukse
dïties.
Een belangrijk verschil met
derlanders is dat wij onze
na dagelijks zien.
staan hoog op de agenda in
lukse cultuur. Het is heel
lijk dat kinderen later voor
ders zorgen. Ik hoop ook
zoon - wanneer hij de deur
hier in de wijk blijft wonen,
hem regelmatig kunnen
later voor ons zou willen
het problemen kunnen
neer hij met een
trouwd zou zijn. Wat doe
zij dat niet wil? Op basis
ik er de voorkeur aan geven
met een Molukse trouwt,
lig heeft hij op dit moment
relatie met een Molukse,
pen maar dat het wat
tekst: Ruud Sep
foto: Henk Bouwman