KUNST CULTUUR Ingetogen kantoor op 's Gravendijck dat toch opvalt Sjarel Ex directeur Boymans De verboden waai: van Louis Couperf Van den End pakt uit in ja Circustheater 'Agnes' pas f 2005 in thea? Ward Assmann speelt met Holland Symfonia thuiswedstrijd in Leiden /dinsdag 13 JANUARI 2OO4 Dido. Foto: EPA/lan West Nominaties Dido voor Brit Awards londen - Zangeres Dido heeft gisteren drie nominaties in de wacht gesleept voor de belang rijkste Engelse popprijzen, de Brit Awards 2004. Dido werd genomineerd in de categorieën 'beste zangeres''beste album' en 'beste single'. De Ameri kaanse rapper 50 Cent werd twee keer genomineerd. Benefiet festival in O-bus leiden - In Q-bus, aan de Uiter stegracht, wordt op zaterdag 31 januari een benefiet popcon cert gehouden waarvan de op brengst ten goede komt aan de slachtoffers van de aardbeving in Iran. Aan het festival werken mee: Emazia, The Backseat Windows, Breath Takin' Angels, Andrew Spieker's Health Club, Maximum Overdrive, Queen coverband Miracle en dj Dan ny. Kaarten zijn voor 10 euro in de voorverkoop verkrijgbaar bij Plato aan de Vrouwensteeg, bij Just Music aan de Stationsweg en bij Marcella aan de Kore- vaarstraat. Aanvang: 20.15 uur (zaal open 19.30 uur). Kinderconcert voor Amalia alphen aan den rijn -Harmoni Arti geeft vrijdag 16 januari in het Alphense stadhuis een kin derconcert ter ere van de ge boorte van prinses Amalia. Een uur lang wordt muziek ge speeld voor kinderen van 6 tot en met 12 jaar. Op het pro gramma staan onder meer 'The Ketchup Song', 'K3-hitmix' en 'Pipi Langkous'. Het gratis toe gankelijke concert begint om 20.00 uur. Percussieles in Het Muziekhuis leiden - Kobina Adende geeft vanavond in het Muziekhuis een kennismakingsles in Afri kaanse percussie. Met ingang van dinsdag 20 januari geeft de in Nederland wonende Gha- nees een cursus van twaalf les sen. Met percussie worden in West-Afrika tal van rituele dan sen begeleid. Het Muziekhuis is gevestigd aan de Middelste gracht 123 te Leiden en de ken nismakingsles begint om 19.00 uur. rotterdam/gpd - Sjarel Ex wordt vrijwel zeker de nieuwe directeur van het museum Boij- mans Van Beuningen. De 46-ja- rige Ex, nu nog directeur van het Utrechtse Centraal Muse um, is op dit moment de enige serieuze kandidaat, zo heeft Ex desgevraagd bevestigd. Vandaag spreekt hij met de se lectiecommissie van Boijmans. Later volgen gesprekken met het management en de mede zeggenschapsraad. Wanneer deze positief verlopen, zal er een voordracht worden gedaan aan burgemeester en wethou ders. Als er geen kink in de ka bel komt, is de benoeming van Ex binnen twee weken te ver wachten. Sjarel Ex is onder twee voor waarden bereid het stokje van Chris Dercon, die eind mei naar Haus der Kunst in München is vertrokken, over te nemen. Hij wil zekerheid dat hij met een schone lei kan beginnen, dus geen exploitatietekorten uit het verleden hoeft in te lopen, én hij wil hoofddirecteur zijn. Dat zou kunnen betekenen dat hij geen zakelijk directeur naast zich wil hebben. Als Ex daaraan blijft vasthou den en het Boijmans daarin mee gaat, heeft dat gevolgen voor de positie van Hugo Bon- gers, thans zakelijk directeur van het Boijmans. Bongers wil de gisteren geen commentaar geven. Ex is zakelijk ingesteld waarmee hij onder meer heeft bereikt dat het Centraal Muse um twee keer zoveel eigen in komsten heeft als subsidie. De Schot Charles Esche wordt naar alle waarschijnlijkheid de nieuwe directeur van het Stede lijk van Abbemuseum in Eind hoven. Esche (1962) is nu direc teur van het Rooseum, een cen trum voor eigentijdse kunst in het Zweedse Malmö. De forme le benoeming van Esche wordt half februari verwacht. De Schotse curator Esche was van 1992 tot 1997 directeur van The Tramway, gallery of con temporary art in Glasgow. Sinds 2001 is hij directeur van het Rooseum in Malmö. In dat zelfde jaar maakte hij ook een tentoonstelling met jonge Britse kunstenaars voor de ARCO in Madrid, op uitnodiging van The Tate in Londen. In 2002 was hij mede-samensteller van de Gwangju Biënnale in Korea. Eerder was hij een van de kan didaten om de Documenta in Kassei samen te stellen. Hij is al enige jaren begeleider op de Rijksacademie in Amsterdam. Charles Esche wordt gezien als een communicatief en enthou siasmerend mens. ïid den haag - Was Louis Coupe- rus homoseksueel? Natuurlijk, want hij liep rond in een roze smoking. Het beeld van de Haagse schrijver als verwijfde dandy is hardnekkig, maar het klopt niet. Couperus had wel een voorkeur voor mannen, maar hij legde het er niet dik' bovenop zoals bijvoorbeeld zijn Engelse tijdgenoot Oscar Wilde. Die befaamde roze smoking liet hij begin 1910 maken in Nice voor het carnavalsfeest. Maar waarom dan roze? Omdat het de voor dat seizoen gekozen feestkleur was in de Zuid-Fran se stad. Roze was destijds trou wens helemaal geen 'homo- kleur'; dat was groen. Zo heer sen er nogal wat misverstanden over de schepper van meester werken als 'Efine Vere' en 'De Boeken der Kleine Zielen'. De roze smoking is te zien op de tentoonstelling 'De weifelen de sekse' in het Louis Couperus Museum in Den Haag. Een ex positie voor fijnproevers. Geen spektakel maar gewoon een paar vitrines met boeken, brie ven en foto's. Samen met een essay van Martijn Ickx heeft de expositie voor de liefhebber veel te bieden. Hoewel Coupe rus' geaardheid wel aan de orde komt is dat niet het hoofdthe ma. Het gaat meer om de alge mene visie op homoseksualiteit en om de sporen die daarvan in het werk van de schrijver zijn terug te vinden. Ickx geeft een goede schets van wat er gaande was sinds circa 1800. Langzaam werd het wetenschappers dui delijk dat de voorkeur voor het eigen geslacht niet een te be straffen vergrijp was, maar een aangeboren geaardheid. De arts Benkert gebruikte er in 1868 als eerste de term 'homoseksuali teit' voor. Uit deze nieuwe inzichten volg den pleidooien voor een milde re houding ten aanzien van ho mo's. In de literatuur ontstond het 'decadentisme' waL figuur van de dandy 41! langrijke rol speelde; el de prototypes was de hot 1 soon uit de roman 'The de of Dorian Gray" van OsJlai de. Couperus toonde Po zijn werk ontvankelijk tfn decadentisme en voorlid moseksualiteit. Martijityi noemt in dit verband iPn ken 'Noodlot' - met he?m nage Bertie dat een 'die e achting (heeft) voor hdsti welijk geslacht' - en 'Dt ei dianten' waarin de 1 'ei Cecilius en Cecilianus iPi het hoofd op hol bretfn dit boek beschrijft Oen het leven van de Rt kindkeizer Heliogabali g mooie en verwijfde jon een 'weifelende sekse' lend is dat de schrijver oordeelt over de decad >d 'de weekheid en weelde ed late keizertijd. n' De vele negatieve reaifcoi het boek maken duididf de publieke opinie in ge land nog lang niet zovei 51 de voorhoede van projj h' artsen en schrijvers. 'Ditfne in de hoogste mate in us] omdat het vloekt tegen ta tuur', schreef de Nieu hemsche Courant. De s raakte Couperus wel, #ea was niet van plan zich de Nederlandse klein^3' aan te trekken. Vanuit hij zijn uitgever wete#l) een brochure wilde s;he 'over hoe een roman mosexualiteit in Holla vangen wordt. Hier in I is het motief een motie I andere, maar bij ons isr tuurlijk verboden wal"I brochure is er overigefhc gekomen. |hi 'De weifelende sekse'ge mei, Louis Couperus JjOe Javastraat 17, Den Hpl t/mzo., 12.00-17.00 uf* den haag/grd - Het Circu ter in Scheveningen heel speciale plek in het hai Joop van dep Ende. Van 1 is immers zijn triomftocl musicalkoning van Nedi begonnen. In Scheven zijn met 'The Phantom Opera' en 'Miss Saigon' si sen gevierd, die hem inm als producent ook aan i hebben gebracht in An Duitsland en Spanje. Nu dit Circustheater een bestaat (zij het niet in z'n ge moderne vorm) moi ook groots worden gi r vond Van den Ende. Ni t van de zomer, als het eeuwfeest is, maar reeds V avond. Met een groots ga u qua show een Las Vegas e ge allure uitstraalde. Naa tredens van de Israëlisch o cussiegroep Mayuman ig Russische acrobaat Anati n levski en operazangeres da van Kralingen, kreeg S u ningen een voorproef 'The Lion King', die 4 première gaat. Met een u den overgevlogen cast j| teerde Carolina Dijkhui Etiënne Poeder (de Ned^i se hoofdrolspelers) met y derlandse tekst voor bliek in het Circustheat tv-registratie wordt 11 fen I door de eveneens jubiliil Tros (40 jaar) uitgezond!; Nederland 2. amsterdam - De voo»m 'Agnes - een moderne il naar de verhalen van te^iz Peter van Straaten, is vo niet in het theater te zie d gens een medewerkster r theaterbedrijf Winterspel d de voorstelling produce de toneelsoap 'nog nietd „Maar van afstel is zekeee sprake." De bedoeling is>e productie nu volgend ja< ie Nederlandse theaters is tfet 'Agnes - een moderne stie gebaseerd op de verhalt Van Straaten. Tien j; schreef de tekenaar wel het weekblad Vrij Ni over het 'slordige leven' nes, een gescheiden vroik. weinig geld en 'veel aan witte wijn'. De theaterversie in de r< Ruut Weissman en met als Yvonne van den Hi genaar Cees Geel en H; uit Beets zou dit voorj; van theaters te zien première was gepland \j2C februari in de KonL Schouwburg te Den H; BOUWKUNST door Theo de With leiden - Ward Assmann speelt donderdag een thuiswedstrijd. De in Leiden woonachtige hoor nist geeft met Holland Symfonia een concert in de Stadsgehoor zaal. „Een heerlijke zaal om in te spelen", zegt de 34-jarige musi cus. „De akoestiek is geweldig. Zeker voor Ravel." Holland Symfonia is bezig aan haar tweede seizoen. Het orkest ontstond door een fusie van het Nederlands Balletorkest en het Noord-Hollands Philharmo- nisch Orkest. Het begeleidt bal letvoorstellingen in Nederland, maar heeft ook een eigen con certkalender. Er wordt vooral gespeeld in steden in Noord- en Zuid-Holland: Leiden, Gouda, Zoetermeer, Hoofddorp, Haar lem, Zaandam, Alkmaar en na tuurlijk thuisbasis Amsterdam. Ward Assmann is een van de acht hoornisten van het ruim 150 musici tellende Holland Symfonia. „Ja, de hoorn is altijd mijn instrument geweest. Ik ben er op mijn negende mee begonnen op de muziekschool in Nijmegen. Eigenlijk weet ik niet eens waarom. Ik trof daar een docent die mij heel enthou siast wist te maken voor dit in strument. In mijn jeugd heb ik er ontzettend veel tijd aan be steed. De hoorn is een heel moeilijk en zwaar instrument. Je hebt een kleine boring waar je lucht in moet blazen en een grote beker waar het geluid uit komt. Het verloop is groot. Het duurt lang voordat je een leuk kerstliedje voor papa en mama kunt spelen." Zijn bezetenheid van de hoorn zorgde ervoor dat hij alles op alles zette om op het conserva torium te komen. „Ik had na de basisschool het advies gekregen naar de mavo te gaan, maar ik koos toch voor de havo. Die vooropleiding had ik nodig voor het conservatorium. Dan maar een stapje harder lopen." Op het conservatorium in Utrecht ontpopte hij zich tot een van de meest talentvolle leerlingen. Als derdejaars stu dent won hij zelfs het concours Jong Muziektalent van Neder land. Het was ook niet verwon derlijk dat het Brabants Orkest hem kort daarna, in 1989, strik te voor een baan als hoornist .Achteraf bezien was ik mis schien te jong, maar aan de an dere kant heb ik veel ervaring opgedaan in het orkest. Ik lag mijlenver voor op studiegeno ten." Zijn toenmalige vriendin en huidige echtgenote, die op het conservatorium hoorn studeer de bij dezelfde docent, had er weieens de pest in. Ze werd voortdurend met hem vergele ken. Daarom koos ze bewust voor een andere carrière. Ze is nu verbonden aan de muziek school in Leiden en heeft een eigen grafisch ontwerpbureau. Na ruim zes jaar bij het Bra bants Orkest te hebben ge speeld, zette Ward Assmann zijn loopbaan voort bij het Noord-Hollands Philharmo- nisch Orkest (NPO) in Haarlem. „Ik wilde mezelf verder ontwik kelen. Bij het NPO trof ik een open en eerlijke sfeer en een geweldige kopersectie." Assmann werd echter ook al snel met de schaduwzijde ge confronteerd. ,Als provincie orkest in de randstad had het NPO het veel moeilijker dan het Brabants Orkest, dat in Noord- Brabant het enige orkest is. Het valt niet mee om je te onder scheiden van alle andere orkes ten in de randstad. Het NPO had voortdurend met bezuini gingen te kampen. De strijkers bezetting werd daardoor te klein en er was te weinig geld voor dirigenten. Ik wilde graag werk van Mahler of Brückner spelen, maar de bezetting was daarvoor onvoldoende. Dat be gon ik op een gegeven moment wel te missen." De van hogerhand opgelegde fusie met het Nederlands Bal letorkest was wat dat betreft een uitkomst. Door de samen smelting ontstond een groot or kest met dito mogelijkheden. „Natuurlijk waren het twee cul turen. Het balletorkest deed ontzettend veel aan begelei ding. Het draaide de hand niet om voor achttien keer 'Het Zwanenmeer' of elk jaar 'De Notenkraker'. Die musici ken nen dat gewoon uit hun hoofd. Wij waren juist gewend in korte tijd een muziekstuk, vaak onbe kende werken, in te studeren. Een heel andere manier van concentratie." De Leidse hoornist is trots op het orkest dat er nu staat. „We kunnen op velerlei manieren werken. We kunnen een mooi symfonisch programma bren gen, maar ook ballet en opera begeleiden. Soms lopen er drie producties door elkaar heen. Dat maakt het werk erg afwisse lend. Wat ik zelf mooi vind? Het romantische repertoire ligt mij wel, omdat de hoorn daar vaak een belangrijke rol in heeft. En Bach natuurlijk. Bach is zo groots." Holland Symfonia begeleidt donderdag in de Stadsgehoor zaal pianiste Kléra Würtz. Op het programma staan onder meer het Pianoconcert in G van Ravel en Symfonie nr. 8 van Ward Assmann: „Het romantische repertoire ligt mij wel, omdat de hoorn daar vaak een belangrijke rol in heeft. En Bach natuurlijk. Bach is zo groots." Foto: Hielco Kuipers Dvorék. Assmann: „Dat piano concert van Ravel heeft een prachtige orkestratie. Het sa menspel tussen piano en orkest is fenomenaal. Natuurlijk moet het orkest zich richten naar de solist. BQéra Würtz is de ster van de avond en dus moeten wij ons aan haar aanpassen. Er zit echter ook een prachtige solo voor de hoorn in." Holland Symfonia o.Lv. Theodore Kuchar met als solist Kléra Würtz (piano), donderdag 15 januari, 20.ff> uur, Stadsgehoorzaal, Leiden. Op het bedrijventerrein 's Gravendijck in Noordwijk wordt een nieuw bedrijven complex gerealiseerd naar een ontwerp van Splinter Architec ten in opdracht van Van der Wiel Bouw. Het complex be staat uit 4 losse kantoorpavil joens en een grote, gemeen schappelijke bedrijfsloods die bij oplevering een terrein van circa 1,3 ha zullen innemen. Het achterste en grootste pavil joen en een kwart van de loods (met een tijdelijke gevel) zijn in middels opgeleverd en in ge bruik genomen. De overige pa viljoens en het resterende deel van de loods worden pas ge bouwd als ze daadwerkelijk ver huurd zijn. De reeks getekende, rechthoe kige kantoorvolumes van 2 bouwlagen liggen naast elkaar. Ze zijn qua opbouw en materi aalgebruik min of meer gelijk vormig. Telkens markeert een hoger, bakstenen bouwdeel met verticale ramen de entree terwijl een langgerekt lager bouwdeel met glazen gevels aan het water ligt dat het com plex van de hoofdweg en van het tegenoverliggende bedrij venpark scheidt. Entreehal en trappenhuis doorsnijden de drie lagen. Het reeds gebouwde kantoor paviljoen biedt onderdak aan het kantoor van Van der Wiel Bouw en wordt gedeeltelijk ver huurd. Het paviljoen markeert niet de entree van het terrein, zoals het nabijgelegen accoun tantsbureau (eveneens van Splinter) dat op voorbeeldige wijze doet, maar ligt enigszins afgezonderd op de nog braak liggende grond. Het pand ziet er door de afwe zigheid van een bedrijfsnaam en door de ambachtelijke uit straling van baksteen, heel in getogen uit, en verschilt enorm Het kantoorpaviljoen op het bedrijventerrein 's Gravendijck in Noordwijk verschilt enorm van de tegenwoordige, snel opgetrokken snelweg architectuur. Publiciteitsfoto van de tegenwoordig snel opge trokken gladde, glimmende kantoordozen, met felgekleurde logo's, langs de snelwegen. De verborgen hoofdentree in de achterste zijgevel versterkt het vervreemdende effect. Het pand doet eerder denken aan woningbouw of aan een biblio theek dan aan een bedrijfscom- plex. En daarmee valt het in de ze industriële omgeving toch weer op. De bedoeling van architect Jan Splinter was om een modem en strak ogend kantoor te realise ren met klassieke kenmerken. Het strenge ritme van de verti cale ramen en de tussenliggen de pendanten doen inderdaad denken aan klassieke zuilen reeksen terwijl de gevelelemen ten op de begane grond en de verjongende verdieping een tra ditionele opbouw van plint- middendeel-afsluiting tonen. En zo zijn er ook moderne ei genschappen te vinden als een plat dak, diepe overstekken a la Wright die de verschillende ver diepingsvloeren markeren of de afwezigheid van een facade met een hoofdentree. Met een der gelijk ideaal kun je eigenlijk alle kanten op en een prima ge bouw neerzetten. Bijzonder is het streven om een zorgvuldig gedetailleerd ge bouw te realiseren met stuk voor stuk speciaal vervaardigde of geselecteerde materialen. Met ambachtelijke toewijding is, in en rondom het gebouw, absoluut een prettig, chique ambiance gecreëerd. Zo is voor een brede en platte baksteen gekozen die de horizontaliteit van het gebouw benadrukt en begeleidt een natuurstenen trottoir de entree. Het interieur is opvallend door het fraaie gebruik van houten meubels en lambriseringen in combinatie met glazen wanden en granieten vloertegels. Alle ta fels, deuren en panelen zijn met Amerikaans eiken gefi neerd en eveneens ontworpen door Splinter en gemaakt door Van der Wiel. De hoge tafels waarop al staande grote teke ningen kunnen worden beke ken zijn efficiënt. De brede ta felpoten bieden archiefruimte. Hoewel het pand in opvallend, mooie en duurzame materialen is uitgevoerd is de ruimtelijke indeling heel gewoon. De kan- toorvertrekken liggen aan weerszijden van een centrale gang waarin ook de toiletblok- ken en een pantry zijn opgeno men. Dankzij de toepassing van glas biedt de lichte gang wel tel kens zicht naar buiten wat de eenheid van het gebouw ten goede komt. In de hoek van het gebouw zijn fraaie houten trap pen geplaatst maar de nauwe overloop en de onhandige bocht op de bovenste verdie ping doen je afvragen waarom hier niet wat langer is gestu deerd op een betere platte grond. Als er kosten nog moeite zijn gespaard in het materiaal- gebniik wil het ruimtelijk oog ook wel wat. Joosje van Geest

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2004 | | pagina 18