primitieve weldaad van de Juno De V Wandelend smullen van smakelijke Frignano Gedachtenloos cruisen op het Götakanaal Erasmusbrug Rotterdam ZATERDAG 10 JANUARI 2004 ER BIJ En een kwestie ook van op het dek leven. Lunchen en dineren doe je, in twee 'ploegen' van ongeveer 25 pas sagiers elk, in het knusse restaurant je. Als het echt slecht weer is kun je even wegduiken in de lounge, ook al van bescheiden omvang. Je terugtrekken in je hut, je cabine, is geen voor de hand liggende optie. Die is klein, niet groter dan een compartimentje in een slaaptrein, waarschuwt de maatschappij van te voren. En dat klopt. Twee bedjes bo ven elkaar tegen de achterwand, een wastafeltje met koud en warm water, geen kasten, want daar is op die 5 vierkante meter geen plaats voor. Toilet en douche delen we met een aantal andere passagiers op hetzelf de dek. Maar wat maakt het uit. Als je een cruise als deze gaat maken weet je waarvoor je kiest. Wat wij aan luxe tekort komen wordt ruimschoots ge compenseerd door de ontspannen sfeer aan boord, de plezierige con tacten met Zweden, Noren, Duitsers, Amerikanen. Bovendien is het eten en drinken op de Juno prima ver zorgd, en is het personeel buitenge woon aardig en voorkomend. Het schip waarop wij zo vertroeteld worden behoort tot Zwedens cultu reel erfgoed. Helaas vaart de uit 1874 daterende Juno, niet meer op stoom. Bij een renovatie in 1956 werd het schip uitgerust met twee praktische dieselmotoren. 'Blikken geval' In de uit 1965 daterende thriller 'De vrouw in het Götakanaal' van het be roemde Zweedse schrijverspaar Maj Sjöwall en Per Wahlöö treft commis saris Martin Beek de Juno in de buurt van Motala, waar het lijk van een vrouw in het kanaal is gevon den. Zijn oordeel is niet zó lovend. „De scheepsromp had weliswaar een strakke vorm, maar de mast was ge kapt en de eigenlijke schoorsteen - die vast en zeker hoog, recht en mooi was geweest - was vervangen door een eigenaardig gestroomlijnd blikken geval." Tja, de Juno wekt inderdaad de in druk uit losse onderdelen in elkaar gezet te zijn, maar dat geeft het schip zijn ook wel karakteristieke charme. En een boot hoeft ook niet per se mooi te zijn om je er thuis te voelen. In het boek van Sjöwall en Wahlöö speelt de Diana trouwens een nog prominentere rol, omdat aan boord van dat schip de Ameri Nee, er is geen tv of radio aan boord. En of je tijdens de vaart ook maar liever je mobieltje uit laat. Dat verstoort de rust en het plezier van de medepassagiers, vindt de kapitein. Een cruise met de Juno is weliswaar basic, maar staat wel garant voor een weldaad aan rust. door Rob de Vries Hé, dat lijkt wel een zusje van de Juno, op dat brede stuk Götakanaal tussen Trolhattan en Göteborg. En ja hoor, het is de Diana, op weg van Göte borg naar Stockholm, terwijl de Juno de reis in omgekeerde richting er bij na op heeft zitten. Er wordt vrolijk aan de stoomfluit op beide schepen getrokken en wij zwaaien uitbundig naar de andere passagiers. Om di rect weer terug te zakken in de ge rieflijke stoelen op het achterdek. Want cruisen op de Juno en ook op de Diana en de Wilhelm Tham, de twee andere cruiseschepen van de Göta Canal Steamship Company, is vooral een kwestie van rust, van re laxen, een paar dagen niet willen weten wat er in de rest van de we reld gebeurt. Juno ontmoet op z'n cruise soms hele nauwe door- arten. De Juno heeft aangelegd aan de pier in Traso. Foto's: GPD/Rob de Vries kaanse Roseanna (de oorspronkelij ke titel van het boek) vermoord en vervolgens in het Götakanaal ge dumpt wordt. Dat kanaal is los van z'n rol in het boek ook om andere redenen bij zonder: het werd al tussen 1810 en 1832 aangelegd en bestaat in wezen uit twee delen. Er is een oostelijk stuk tussen Mem en Motala, met een lengte van ruim 92 kilometer en maar liefst 37 sluizen. Dan komt er een stukje (Vattern)meer, en vervol gens het Götakanaal-deel van Karls- borg tot Sjötorp: 66 kilometer en 21 sluizen. En bij Sjötorp houdt het ka naal eigenlijk even op, want dan kom je op het reusachtige Va- nersmeer terecht, voor je op een laatste stuk kanaal, van Trollhattan naar Göteborg, belandt. Ontroering Wij beginnen onze reis in het swin gende Stockholm en zitten al snel op het eerste meer: Malaren. Dan gaat het richting Baltische Zee met on derweg nog een mooie blik op het fraaie Kasteel Drottningholm, waar de Zweedse koninklijke familie woont. Voor wij op zee zijn is er eerst nog een stop in het buitengewoon char mante havenplaatsje Trosa met z'n ellenlange pier vol met bootjes en z'n gezellige terrasjes in het cen trum. Een toeristische trekpleister van formaat. Trosa is trouwens niet alléén de naam van het plaatsje; het woord betekent ook, zo vertellen Zweedse medepassagiers gniffelend, damesondergoed' Hoe charmant ook, Trosa verliest het toch van de indrukwekkende vaart over het Götakanaal zelf. Op sommige plekken is het kanaal zo smal dat de kapitein al zijn stuur manskunst uit de kast moet halen om ongeschonden door te kunnen varen. Een aparte belevenis vormt ook het schutten'in de sluizen. Bij Berg zijn het er zeven achter elkaar, ze vormen als het ware een trap. Het duurt wel even voor de boot daar doorheen is, dat biedt ons de gele genheid een wandelingetje te ma ken. Zoals ook in Motala, waar een mooi motormuseum is. En dan is er, de avond voor de aan komst in Göteborg, nog de kennis making met het Lacko Kasteel aan het Vanem-meer. Het witgekalkte kasteel werd in 1298 als residentie van de bisschop gebouwd. Rond middernacht varen we er voorbij. Het meer is glad als een spiegel. Dan wordt het kasteel gevangen in het spotlight dat de Juno erop richt. God wat mooi, een sprookje gelijk. Onge wild krijg je een brok in je keel. Dat meer, dat mooie kasteel, dat weer spiegeld wordt in het water, de als gebeeldhouwde wolkenpartijen er boven. Wie heeft er dan nog behoef te aan tv, radio of mobieltje? Götcikanaalcruises van Stockholm naar Göteborg kunnen worden ge maakt van eind mei tot half septem ber. Er zijn cruises van vier en van zes dagen. Een vierdaagse reis kost 885 euro tot 1545 euro. De trip kan in Nederland worden geboekt bij InfoS- kandic in Groningen, tel 050 3143 200, internet: scandina vie. com. XryuHutq pa (Jota TKatutl drains on the (JUfa (Janat De route, die cruisend van Stockholm naar Göteborg (of vice versa) wordt afgelegd. StaHltuianiu: fr_-,LL. Oste ^Stgdholm Goihtnburg Cobwhifèn Wandelen voor fijnproevers wordt de voettocht door de Italiaanse regio Frignano genoemd. Dat genieten slaat zowel op het landschap als op de vaste en vloeibare streekgerechten die 's avonds aan de boerendis worden opgediend. Je moet verdorie nog oppassen dat je niet te zwaar wordt. door Gerard Chel Aan honden geen gebrek. Het lijkt wel of achter elk hek zo'n opgewonden standje schuilt. En die beesten papegaaien el kaar na, echoot zo lekker weg over de heuvels. Gelukkig lopen ze achter een stevige omheining. Volgens de reisgids zijn in deze glooiende regio ten zuiden van Modena de hammen, kazen, wijnen en azijnen wereldberoemd, maar over die honden geen woord. Bij deze dus. Wie met de auto door Emilia-Romagna zoeft, op weg naar die veel populairdere bestemming Toscane, heeft geen notie van de intieme schoonheid van Frigna no. Die proef je wel als je er te voet door heen sjokt. Om alleen te worden inge haald door de wind, die slechts stilte met zich draagt. En wat is heerlijker dan met uitgeschakeld verstand in stevige tred daar doorheen te wandelen? Om 's avonds rond het open vuur bij Or- nello en zijn vrouw Claudia zelf gebak ken crescentina's te eten. Een plat soort broodje dat met een sausje van reuzel, knoflook, rozemarijn en noten wordt ge geten. Thuis gebakken zijn ze het lek kerst, maar het is een heel gedoe en Or- nello en Claudia doen het daarom alleen als er gasten zijn. Het luistert nogal nauw. Omello stookt het vuur flink op en als heet genoeg is legt hij ronde stenen in de as. Wanneer deze roodgloeiend zijn gekleurd, werkt Claudia zich rode konen om het deeg tussen de stenen te klemmen. Kastanje bladeren rond het deeg moeten extra smaak geven. Het schijnt allemaal in grote haast te moeten geschieden, want de stenen mogen niet te snel afkoelen. Je De reis weed gemaakt op basis van een 8-daags arrangement dat Sindbad Wandelva kanties aanbiedt, waarbij meestal op agrlturismo-adressen wordt overnacht, waar overigens niet veel agrarische activiteiten meer plaatsvinden. Te lopen van mei tot ok tober. Prijzen vanaf 550 euro p.p. (op basis van eigen vervoer), Inclusief bagagevervoer naar het volgende logeeradres. Categorie: licht tot middelzwaar. Info: 020 5218 450, e- mail info@sindbad.nl, www.sindbad.nl. frignano ligt in Emilia-Romagna, waar ook de Po-vlakte en de Adriatische kuststreek met Rlmini, Cervia, San Mauro en Cattollca deel van uitmaken. Hoofdstad is Bologna, j dat per trein of vliegtuig is te bereiken. Andere interessante steden zijn onder meer |PJ Modena, Parma, Ferrara en Maranello (Ferrari). Info: www.provincia.modena.it;www.emiliaromagnaturismo.it, Italiaans Verkeersbu reau, tel. 008 0000 482542, e-mail: enitams@wirehub.nl, www.enlt.it. De intieme schoonheid van Frignano proefje alleen als je er te voet doorheen sjokt. Fo to: GPD/Gerard Chel moet er niet te veel van eten, want de Italianen zien de crescentina als voorge recht. Daarna komt nog veel meer. Lambrusco Wandelen en eten, gaat dat samen? Ja, dat gaat samen. Wandelen en drinken trouwens ook, want de regio kent voor treffelijke rode en witte wijnen. Zoals de Lambrusco. Wij houden niet van bub bels in onze wijn, dus roepen we om de non-frizzante. De funghi (paddestoelen), stracatto (stoofschotel) en tortellini's die ons elke avond worden voorgezet, laten zich er uitstekend mee wegspoelen. Es presso en nocino (notenlikeur) sluiten de maaltijd in stijl af. Eten drinken doen we 's avonds. Vanaf een uur of negen. Totdat we moe wor den. Wandelen doen we overdag, ook vanaf een uur of negen. Niet tot de uit- puttingsgrens, maar tot een uur of vier, wanneer wij na een kleine 20 kilometer onze bestemming hebben bereikt. Een drankje en een korte siësta slaan een brug tussen het eerste en het tweede. Zo komen wij de dag wel door. Minstens zo smaakvol als de Lambrus- co's en crescentina's is het landschap van Frignano waarin we deze week onze voetstappen zetten. Dat begint al bij Nirano, waar wel heel bijzondere gasbel len, salse, aan de aardoppervlakte ko men. Methaangassen borrelen vanuit de diepte der aarde op en omhoog nemen ze water, zout en modder mee, dat uit vulva-achtige openingen in een grijze brei langzaam weg golft. Een merkwaar dig natuurverschijnsel, dat naar verluidt verder alleen in Rusland valt waar te ne men. In het nabijgelegen keramiekmuseum van Spezzano wordt aanschouwelijk ge maakt welke andere aardse producten deze regio voortbrengt. De klei leent zich bij uitstek voor het bakken van stenen, pannen, schalen en schotels. In het landschap is de erosie te zien, die de eeuwenlange ontginning veroorzaakte. De meerdaagse route leidt ons over zandpaden, zo maar over landerijen, bosweggetjes, 'n keienpad, geasfalteerde straten. Met op regelmatige momenten een stevige klim, die je flink in de kuiten gaat zitten. Onderweg kun je, als je dat wilt, een kijkje nemen bij een ham- of kaasmakerij. We stoppen natuurlijk even in Montag- nana, waar Giorgio ons zijn eigenge maakte wijnazijn balsamico laat zien en vooral proeven. Niet echt lekker, althans vinden wij. In vaatjes op zolder ligt de lekkernij twaalf tot 25 jaar te rijpen. Tien tallen euro's worden voor sommige fles jes neergeteld. Trots toont hij ons de cer tificaten die aangeven dat zijn wijnazijn alle predikaten mag dragen. Tradizionale Oh ja, waar moeten wij op letten wan neer wij thuis in Nederland ook zo'n flesje willen kopen? „Tradizionale móet op het etiket staan, de rest is rotzooi", legt Giorgio geduldig uit. We geloven hem op z'n woord. Minstens zo bewonderenswaardig zijn de talrijke kerkjes, torens en kastelen die wij in Frignano aantreffen. Ooit be woond door adellijke heren of kerkelijke hoogwaardigheidsbekleders, zijn de meeste in verval, al wordt ook druk ge restaureerd. De torens, zo wordt ons verteld, hadden een soort SOS-functie. Met vlaggen of vuurtjes werden andere torens, in Frign ano staan er zo'n veertig, gewaarschuwd bij naderend onheil. In Montebonello slaan wij het kleine kerkje uit 1030 niet over. Van buiten niks bijzonders, maar binnen zien we bijzon dere fresco's, nog niet zo gek lang gele den bij toeval ontdekt onder zeven lagen kalk. Voor zover mogelijk zijn ze geres taureerd. Seccatoi De natuur toont ook in dit deel van Emi lia-Romagna haar vele verrassende ge zichten. Dichte bossen met eikenbomen en veel tamme kastanjebomen - ooit aangeplant om de armen van koolhy draatrijk voedsel te voorzien. De 'secca toi', de kleine schuurtjes die werden ge bruikt om de kastanjes te drogen, getui gen daar nog van. Het gebied is redelijk bevolkt, vrijwel overal zie je verspreid over de heuvels grote boerderijen of hui zengroepjes. Op de soms steile hellingen liggen glooi ende akkers, die op het moment dat wij er wandelen, door grote machines wor den omgeploegd. Forse klonten droog en hard land achterlatend. We zien wijngaarden en fruitbomen, vooral de kersenboom is populair. Veel uitgestrekte graslanden ook, geelbruin door de aanhoudende droogte, maar weinig vee. We ontwaren lieflijke meer tjes én vieze vennetjes. We blijven schrikken van plots opvliegende fazan ten en kwartels. En we plukken frambo zen en bramen. Tijdens de dagenlange routes hebben we steevast één vast oriëntatiepunt. In de verte - hoewel steeds dichterbij - blijven we alle dagen zicht houden op de Apen- nijnse berg Monte Cimone. Met 2.165 meter de hoogste van de streek - en 's winters een populair skioord. Bijna elke dag hangen als een aureool wolkenflarden rond de top. Behalve op die ene dag, toen de zon de hemel wol kenloos liet zijn. Maar toen was het bijna te warm om te Wandelen. Grote schrik toen de Erasmusbrug kort na de opening in 1996 al onder de eerste beste Hollandse storm dreigde te bezwijken. Maar met enige aanpassingen werd het nieuwste visitekaartje van Rotterdam gered. De brug van architect Ben van Berkel verbindt de Kop van Zuid met het stadscentrum. Het meest opvallend is de 139 meter hoge, achterover hellende 'geknikte' pyloon van staal. De brug is 800 meter lang en ruim 30 meter breed. Een aanzienlijk kleiner exemplaar staat in Madu- rodam. Foto: GPD/PR

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2004 | | pagina 5