'Het shorttrack is
finaal ingestort'
SPORT
R9
Wim den Eisen; 'Er moet wat gebeuren'
L W lï
HDC 992
zaterdag 10 JANUARI 2004
door Peter van der Hulst
zoeterwoude - Zijn buffer aan vrije dagen ver
dween het afgelopen jaar als sneeuw voor de
zon. Trainer Wim den Eisen ging helemaal op
in het schaatsen, zeker nadat enkele van zijn
gewestelijke rijders zich voor de world cups
langebaan plaatsten. En dan kwam daar ook
nog het shorttrack bij. De Zoeterwoudenaar
helpt, bij gebrek aan een bondscoach, de natio
nale toppers uit de brand. Bij het EK, dat vrij
dag in Zoetermeer begint, is hij tijdelijk eind
verantwoordelijke van de Nederlandse ploeg
Den Eisen loopt met een verscheurd hart
rond. Sportief verdeelt hij zijn aandacht tus
sen zijn twee liefdes; de langebaan en het
shorttrack. De Zoeterwoudenaar was een van
de rijders die in Nederland aan de basis ston
den van de sport op de kleine piste. Latere
generaties profiteerden van het pionierswerk
dat een groep enthousiastelingen verrichtte.
Peter van der Velde, Monique Velseboer, Je
roen Otter, Richard Suyten en Charles Veld
hoven maakten deel uit van een gouden
groep. Daarna ging het alleen maar bergaf
waarts. Door verkeerde beleidskeuzes, stag
natie van het aantal beoefenaars en minder
getalenteerde rijders balanceert de sport in
middels aan de rand van de afgrond.
Den Eisen trok zich enkele jaren geleden het
lot van de shorttrackers aan. Hij gaf leiding
aan de eerste commerciële ploeg. Een groep
die uit nood was geboren, en niet omdat de
sponsors opeens in de rij stonden voor de
snelle sport. Verenigingen en gewesten waren
door de veelheid aan kernploegen uitgehold.
Er schaatsten nog hooguit enkele welwillende
recreanten. Toen de KNSB besloot de natio
nale ploegen in te krimpen, viel een aantal
rijders tussen wal en schip. Zij vormden het
commerciële Peak Skate Team, met Den El-
sen aan het roer.
,,Ik ben daarna bij het shorttrack gebleven en
hoop dat het nog goed komt. Er moet wat ge
beuren anders bloedt de sport in Nederland
dood. We zitten nu feitelijk in dezelfde situa
tie als eind jaren zeventig van de vorige eeuw.
We hadden geen steun van de bond en moes
ten alles zelf doen. Het nieuwe bestuur heeft
er alles voor over. Het belangrijkste is dat er
eenheid komt."
Die eenduidige lijn ontbreekt vooral bij de
mannen. Cees Juffermans en Dave Versteeg -
zij rijden beiden tijdens het EK de individuele
wedstrijd - kozen voor een eigen route. Juf
fermans nam de wijk naar Frankrijk en Ver
steeg bereidde zich op het seizoen voor in
Canada en Duitsland. „Het enthousiasme
was de afgelopen jaren minimaal. Telkens
ging er iemand weg. "Den Eisen heeft er wel
begrip voor, maar blij is hij er niet mee. „In
het langebaanschaatsen worden de prestaties
elk jaar geëvalueerd. De schaatsers mogen
dan kritiek leveren. Ik ben te kort bij het
shorttrack betrokken om te weten wat voor
lijken er allemaal in de kast zitten. Maar ik
vind het voor de langetermijnplanning wel
onverstandig als rijders voor het buitenland
kiezen. Voor de ontwikkeling van de ploeg-
genachtervolging is het niet goed. Dan laten
ze de anderen in de steek. Voor de relay moet
je eenheid binnen de ploeg hebben."
Den Eisen zou aanvankelijk op de achter
grond een adviserende rol vervullen. „Maar
als je een vinger geeft, willen ze al snel je hele
hand hebben. De bedoeling was dat ik de
trainingsschema's voor de rijders zou schrij
ven en tot augustus clinics zou geven aan de
coaches die het werk in de gewesten moesten
uitvoeren. Het ging erom dat er wat van de
grond zou komen, maar ze wilden uiteinde
lijk meer. Mijn werk komt nu meer in de rich
ting van dat van een bondscoach. Ik ben be
gonnen met het schrijven van een beleids
plan. Ik schrijf en instrueer. Wie er als bege
leider mee gaat naar de grote wedstrijden
maakt mij niet uit. Wim den Eisen hoeft daar
niet elke keer te staan. Probleem is alleen dat
niemand in Nederland gediplomeerd is en
dan ben je ook niet verzekerd. Het plan is dus
om zo snel mogelijk bevoegde trainers te krij
gen."
In zijn beleidsplan gaat Den Eisen uit van een
regionale aanpak. „Eerst moeten de gewesten
sterk worden gemaakt. De rijders jutten el
kaar dan op naar een hoger niveau. We wer
ken dus veel meer in de breedte en daarnaast
zorgen we voor voldoende ijsuren om te kun
nen trainen." Uiteindelijk moet de aanpak
weer leiden tot de instelling van een kern
ploeg. „De basis in de gewesten en het over
leg tussen de trainers is er. Begin september
moet er een selectiewedstrijd worden gehou
den en dan dient te worden bekeken of er
een kernploeg zin heeft."
Van een elitegroep wil Den Eisen niets meer
weten. „In het verleden was de kernploeg zo
beschermd dat nieuwe talenten er niet tussen
kwamen." Zo betrok de Zoeterwoudenaar de
jeugd de afgelopen maanden nadrukkelijk bij
de trainingen en dat wierp zijn vruchten af.
Jorit van Oosten werd derde tijdens de kwali
ficatiewedstrijd voor het EK. Hij zag van deel
name af, omdat hij zichzelf nog te jong vindt
voor zo'n groot toernooi. „Die jongen wordt
door de anderen meegezogen. Zo zijn Van
Velde, Velhoven en Tjerk Terpstra er in het
verleden ook gekomen."
Den Eisen staat niet afwijzend tegenover het
Wim den Eisen: „Van alle dagen die ik in het verleden heb opgespaard, heb ik nog maar twintig uur over." Foto: Mark Lamers
idee om komend jaar zelf als bondscoach aan
de slag te gaan. „Dat hangt van het contract
af', zegt de 55-jarige trainer. De Zoeterwou
denaar voelde er in het verleden weinig voor
om zijn goede baan als bouwkundig opzich
ter bij het ministerie van defensie in te ruilen
voor het onzekere bestaan van schaatscoach.
Maar er wordt steeds vaker aan de succestrai
ner getrokken. Zo benaderde DSB hem in het
verleden en wil Bob de Jong met hem een
commercieel avontuur beginnen. Intussen
raakt het gewest Zuid-Holland hem niet
graag als langebaantrainer kwijt.
Den Eisen voelt alleen iets voor een meeija-
rencontract, want ondanks dat defensie bezig
is met een grote reorganisatie zit er voor de
Zoeterwoudenaar geen pensioen op 57-jarige
leeftijd in. „De regeling dat defensiepersoneel
in het kader van het landsbelang voor de
sport buitengewoon verlof kreeg, bestaat ook
niet meer. Ik mag nog wel twee keer een half
jaar sabbatical opnemen." Den Eisen laat de
mogelijkheden onderzoeken of schaatsteams
hem via defensie kunnen 'inhuren'. Want zo
als het nu loopt kan het niet doorgaan. „Ik
ben een van de weinigen die onafhankelijk
op het ijs staan. Van alle dagen die ik in het
verleden heb opgespaard, heb ik nog maar
twintig uur over. Dit seizoen is behoorlijk be
lastend, maar het shorttrack is dan ook finaal
ingestort. We moesten het weer helemaal op
bouwen: de opleidingen van de trainers,
scheidsrechters, de samenwerking tussen de
gewesten en de financiën."
De schaatscoach beseft dat er in het verleden
op bestuurlijk niveau veel fout is gegaan,
maar de schaatsers gaan bij hem evenmin
vrijuit. „Ze kunnen wel klagen, maar ze heb
ben zelf ook boter op hun hoofd. Als iets fout
gaat, zijn twee partijen daarvoor verantwoor
delijk. De trainers moeten rijders enthousiast
maken, omgekeerd geldt dat ook. Het niveau
was niet optimaal. We hebben vervolgens
voor extra ijsuren gezorgd. Op een bepaald
moment dacht ik dat het vuur erin zat, maar
waren alleen Dave Versteeg, Robbert-Kees
Boer en een meisje aan het trainen. Ik ben
toen boos geworden: 'Jongens dit heeft geen
zin meer, we kunnen beter kappen'. Ik ga
toch geen energie steken in drie mensen. Dat
heeft tot harde woorden in de kleedkamer ge
leid, maar uiteindelijk gingen de ogen wel
open. De meiden hebben een blok gevormd,
nu de mannen nog. Het gesprek vond begin
december plaats. Ik heb toen gezegd dat ik de
jeugd erbij zou betrekken en nu wordt het
wat. De junioren heb ik ook meegenomen
naar het trainingskamp in Friesland. Alleen
moet je dan wel in de gaten houden dat ze
niet teveel doen. Waar de senioren drie keer
achter elkaar een tempotraining doen, mo
gen zij er maar een afwerken."
De Zoeterwoudenaar eist van zijn schaatsers
meer eigen initiatief. „Eigenlijk kun je het
hen niet kwalijk nemen dat het niet helemaal
soepel liep. Ze zijn zo in het verleden opge
voed. Er werd wel gewerkt, maar niets stond
echt vast."
Op het EK mag daarom nog niet veel van de
Nederlanders worden verwacht. „De vrou
wen hebben kans om derde op de relay te
worden. In het individuele toernooi verwacht
ik geen schaatsers op het podium. Ik hoop op
een plaatsje bij de laatste acht." En dat is niet
onbelangrijk. Het interim-bestuur shorttrack
stelt een plek in de halve finale als minimale
eis om afgevaardigd te kunnen worden naar
de wereldbekerwedstrijden later in het sei
zoen. Voor Den Eisen is dat een belangrijke
graadmeter voor de toekomst.Als het short
track maar weer in de lift zit."
RANDJE BUITENSPEL
Staand v.l.n.r: Franklin Kruyt (reservedoelman), Arie Herreur (leider), Sjaak van Steenbergen, Leo Compeer, Rien van Huis (grensrechter), Sjaak van der
Reijden, Ronald Guldemeester, Ton Schreuder, Hans Schreuder, Hans van Eijgen, André van Bemmel, Bert van Wetten (verzorger). Gehurkt v.l.n.r: Peter
Boot, Danny Minnema, Rob Groenendijk, Jan van der Berg, Ton Verbraken, Paul de Vos. Trainer Mat Keereweer ontbreekt. Foto: archief De Sleutels.
„We werden rond de paasdagen
kampioen van de voormalige af
deling Leiden door van concur
rent Oegstgeest te winnen. Daarna
mochten we meedoen aan de dis
trictskampioenschappen die in
Mijdrecht werden gehouden en
ook die wonnen we. Vervolgens
moesten we het in Zeist opnemen
tegen nog drie ploegen, in wed
strijdjes van twee keer een half
uur. Dat was dus een behoorlijke
aanslag op de conditie, zo aan het
einde van het seizoen. Maar we
trainden toen al drie keer in de
week. De harde aanpak van trai
ner Keereweer die ons tijdens
duintrainingen afmatte en de gou
den handjes van verzorger Van
Het eerste elftal van De Sleutels werd in het voorjaar van 1984 op het
complex van de KNVB in Zeist Nederlands afdelingskampioen. Naar
huidige maatstaven gerekend betekende die titel dat de voetbalclub
de beste vijfdeklasser van het land was. De 46-jarige Peter Boot, in
middels een aantal seizoenen elftalbegeleider, maakte deel uit van
dat kampioensteam.
Wetten, hielden ons blessurevrij."
„Door twee overwinningen en een
gelijkspel pakten we de titel. Fees
tend de bus in natuurlijk en we
hadden door de eerdere kampi
oenschappen al heel wat feestjes
achter de rug. Toen we op ons ei
gen complex terugkwamen was de
kantine versierd en werden we als
helden ontvangen. Ik voelde me
een échte topsporter. Dat klinkt
misschien vreemd want 'de afde
ling' was natuurlijk van een be
scheiden niveau, maar het blijft
onvergetelijk."
„Een jaar later kwamen we één
punt tekort om opnieuw te pro
moveren. In de seizoenen daarna
is het team langzaam uit elkaar
gevallen. De een vertrok naar een
andere club, de ander ging op een
lager niveau voetballen. Op het
moment dat ik stopte met selec
tievoetbal heb ik eivoor gezorgd
dat het elftal weer bij elkaar kwam,
als 'het vierde' van De Sleutels.
'Slijtage' maakte na verloop van
tijd ook aan die ploeg een einde.
Vorig jaar is er een reüniewed-
strijd gespeeld met muziek en een
hapje na. Toen was het weer even
top."
On
H
«O
3
00
Q
Toch weer kippenvel van
Cruijff gekregen. Vorig na
jaar stuurde zijne heiligheid
van het vaderlandse voetbal een
legertje advocaten naar de
rechtszaal om de uitgave te ver
ijdelen van het fotoboek dat ik
over hem had samengesteld.
Toen was ik helemaal klaar met
mijn vroegere idool. Vooral om
dat die raadslieden tegen de
rechter stonden te jeremiëren
over de schade die mijn boek de
nooddruftige kindertjes berok
kende. Cruijff zelf jankte daar
nog even overheen in zijn co
lumn in De Telegraaf. Mijn
boek zou zijn voornemen om
zelf een fotoalbum op de markt
te brengen hebben gefrustreerd
hetgeen zijn Welfare Founda
tion inkomsten zou schelen. Om
onpasselijk van te worden. Die
krentenkakker strijkt vele ton
nen (in euro's) op meteen beetje
gewauwel op televisie en in de
grootste krant van Nederland en
begint dan te zeuren over een
paar rotcenten voor zijn goede
doel. Verhoog je eigen contribu
tie dan een fractie, redeneerde ik
en de rechter kennelijk ook,
want die trok zich van Cruijffs
verongelijktheid niets aan.
Maar van de week heb ik Ko
ning Voetbal opnieuw in mijn
hart gesloten. Kon niet anders
bij het zien van de film En Un
Momento Dado. Wat een
magnifieke voetballer, wat een
geweldige trainer en wat een fe
nomenale ouwehoer. De nieuwe
Cruijff-film gaat eind deze
maand in première op het Rot
terdamse filmfestival en wie de
kans heeft om te gaan kijken,
mag die niet laten lopen. We
reldfilm.
En Un Momento Dodo is Cruijf-
fiaans Spaans. Hij was nog
maar amper trainer van Barce
lona of Cruijff verbijsterde zijn
gehoor op een persconferentie
met de letterlijke vertaling van
een Hollands begrip: Op Een
Gegeven Moment. Die uitdruk
king hadden ze in Spanje nog
nooit gehoord, maar inmiddels
is En Un Momento Dado vooral
in Catalonië behoorlijk in
zwang.
De film van Ramon Gieling
speelt zich af in Barcelona en
omgeving waar Cruijff door my
thevorming zo onderhand Van
Verlosser tot het Opperwezen
zeifis gepromoveerd. Acht Cata
lanen, nvee journalisten, een
Laten we in de
voetbalkantine
gewoon de
grootheid van
Cruijff bejubelen
schrijver, een restauranthouder,
een kok, een voetbalbestuurder,
een gitarist en Johans cardio
loog (de man die het hart van El
Salvador heeft aangeraakt) ver
tellen over de ontroerende mo
menten die Cruijff hen heeft ge
schonken. Kostelijke verhalen
die worden afgewisseld met
prachtige beelden uit de Cata
laanse tijd van de voetballer en
de trainer die het spel ongeken
de schoonheid gaf.
Bij de voorbezichtiging van En
Un Momento Dado zat ik naast
televisiemaker Matthijs van
Nieuwkerk. Ook hij vond het
een machtig mooie film. Totdat
de Cruijff van nu ten tonele ver
scheen. Aan het eind van de do
cumentaire wordt Cruijff geïn
terviewd en dat had Gieling vol
gens Van Nieuwkerk niet moe
ten doen. Omdat het sprookjes
achtige er door verdwijnt. Ik
was het met hem eens, maar
ook weer niet, want Cruijffs ver
haal, in het Spaans, is wel het
mooiste wat ik hem ooit voor
een camera heb horen vertellen.
Goed, voorlopig ben ik dus weer
genezen van mijn Cruijff-aver-
sie. Dankzij Ramon Gieling. En
mijn hoogtepunten van het
voetbaljaar 2004 zitten er al
weer op. Dat zijn de Spaanse so
lo's van Cruijff die ik van de
week heb gezien en zijn goal te
gen Atletico Madrid. Bij de
tweede paal met buitenkant
rechts, zwevend door het lucht
ruim boven het strafschopge
bied. Een juweel van het kaliber
dat Cruijff in 1974 op het WK
tegen Brazilië produceerde. Ik
kan me niet voorstellen dat ik
dit jaar, ondanks het EK in Por
tugal, nog iets mooiers te zien
krijg.
Deze week ook nog een prachti
ge foto van een piepjonge Cruijff
cadeau gekregen. Ik was in Zee
land op bezoek bij Matty Ver
kamman, columnist van Trouw
en geschiedschrijver van het Ne
derlands elftal. Tussen de oesters
en de mosselen door schoof hij
me een foto van Cruijff na zijn
interlanddebuut in 1966 toe.
Met geloken ogen, alsof hij in
hoger sferen verkeert, verlaat
magere Jopie het veld. Verkam
mans favoriete plaatje van
Cruijff. Een ontroerend tafereel,
Un Momento Dado als het wa
re.
Ik dacht dat het wel zo'n beetje
over was, maar Matty begon er
weer over, de frappatUe gelijke
nis tussen Bert Kamerman en
mij. Het schijnt dat ik nog steeds
aan de godvruchtige voorstop
per doe denken. Stap ik van
daag of morgen een voetbalkan
tine binnen dan zou het dus
kunnen zijn dat men denkt dat
ik het Woord kom verkondigen.
Doet Konterman namelijk ook.
In kantines van zijn geloof ge
tuigen. Ik vind dat Bert dat niet
moet doen. Ik bedoel, hij mag
best discipel zijn, maar daar
hoeft hij toch niet z'n voetbal
schoenen bij aan te trekken? La
ten we de boel nou een beetje ge
scheiden houden en in de voet
balkantine gewoon de grootheid
va n Cru ij ff bej u beien.
Jaap Visser
Reageren?
Sportredactie.ld@hdc.nl