'De zee is een prima alternatief voor profvoetbal' SI Bram Meurs: Brabander in Noordwijk Waardeloos publiek is het, de klanten van Oranje SPORT ZATERDAG 22 NOVEMBER 2003 krCertjan van Geen DWUK - Van voetballers die het niet gered heb- in het profmetier komt vaak hetzelfde verhaal. Ze iben geen kans gehad. Bram Meurs kijkt er nuch ter tegenaan. „Ik heb mijn kans gewoon niet ge in." De 2i-jarige Eindhovenaar, die sinds dit sei- voor Noordwijk uitkomt, laat zijn studie psycho- prevaleren. „Maar ik zou graag van een andere Iner een second opinion willen hebben. Als die dan dat ik het niveau niet aan kan, heb ik gewoon ih." jm Meurs is naar eigen zeggen de enige speler van dhoven die ooit gehuurd werd door PSV. Hij te- y ide op zijn zestiende een contract bij de eerstedi- eclub. Niet veel later ging PSV een samenwer- gsverband met zijn kleine broertje aan. „De ta- k ten van PSV werden gestald bij Eindhoven, maar k irvoor eisten ze wel het grootste talent van Eind- Kk ren op proef terug", zegt Meurs. „Ik heb het be- R st gedaan, kwam onder Willy van der Kuijlen in ■Al en wie wil nou niet onder hem trainen. Hij zo veel meegemaakt." ^Bdanks een knieblessure draaide hij een goed sei- ^fen, waarin hij zelfs werd uitgenodigd voor het Ne- lands elftal. Hij bereikte de uiteindelijke selectie t, maar het was wel een teken aan de wand voor rz urs, die inmiddels aanvoerder was van de PSV- 1S gd. Een nieuwe verdraaiing van zijn rechterknie ekende een vroegtijdig einde aan het seizoen. „Ik cht wel blijven en zou in het tweede komen, ar net op dat moment ging de beloftecompetitie sgsai start met een vast team van spelers onder de 23 Zwf- Op mijn positie had PSV ook iemand gehaald buiten de EU. Die moesten ze veel betalen en rom zouden ze mij opstellen als ze in iemand ers zo veel geïnvesteerd hadden. Frank Arnesen le me graag houden, maar PSV wilde mijn con- :t niet overnemen. Eindhoven wilde de optie, die gg| op me had, wél lichten. En mijn zaakwaarnemer Ïlger Linse vond het wel goed voor me om wat er- ing op te doen in de eerste divisie. Voetballen in <(\1 ging me makkelijk af, maar ik miste agressie." verliet PSV, bleef nog wel op maandag onder Erik ets meetrainen, maar tekende voor twee jaar bij 'gD dhoven. Meurs kwam tot 31 duels, waarvan hij de .te vijftien in de basis stond. „Maar we wonnen wedstrijd en stonden stijf onderaan. Ik werd chtofferd en kwam in het tweede terecht. Dat lit op maandagavond waardoor ik ook niet meer 'SV kon meetrainen. Ik heb het niet genoeg laten zien, al ben ik ervan overtuigd dat ik het niveau aan kan. Wat zo cru is aan het hele verhaal, is dat er maar één iemand is, die je beoordeelt. Dan ga je niet tegen een trainer zeggen dat hij er niets van begrijpt, want dan gooi je je eigen glazen in. Maar een tweede kans had ik graag gekregen." Meurs had inmiddels al de studie psychologie opge pakt. „Ik ben natuurlijk niet dom. Ik had mijn vwo gehaald en had al een jaartje economie gedaan. Ik wilde vol voor voetbal gaan, maar het is zo eenzijdig. Voor mij was studeren de ideale afwisseling. Ik vrilde ook onder andere mensen komen. Voetbal is zo an ders dan de normale maatschappij, omdat je in het openbaar moet presteren en mensen moet verma ken. Dat veel spelers hun school laten voor wat het is, is ook de schuld van de clubs. Die gaan op jonge leeftijd al met contracten zwaaien. Jongens die er nog lang niet zijn, zien alleen het geld, maar het is heel moeilijk om na een paar jaar weer de school banken in te gaan. Ik vind dat clubs een verantwoor delijkheid hebben tegenover jeugdspelers. Bij PSV was het ook geen probleem als ik een tentamen had. Dan mocht ik een training overslaan, zonder dat dat gevolgen had voor mijn speeltijd." Het steekt hem nog wel dat hij het niet redde in het betaalde voetbal. „Als je vanaf de Cl wordt opgeleid om profvoetballer te worden, blijft het een droom. Ik was de jongste ooit die bij Eindhoven een contract kreeg. Als het dan zo afloopt, is dat jammer. Maar ik staar me er niet meer blind op. Het is niet meer hei lig voor me." Via een meisje uit Noordwijk, met wie hij samen col lege liep, kwam hij in het westen terecht. „Zij kende mijn verhaal en ineens werd ik gebeld door haar va der, die wat bij de club doet. Ik wilde wel weg uit Brabant. Ik kon naar hoofdklassers uit de regio, maar wilde daar niet rondlopen met het stempel dat ik was mislukt in het betaalde voetbal. Ik hoorde van verschillende kanten dat Noordwijk een goede club is. Ik wil me ergens thuis voelen en dit is de meest Brabantse club van de Bollenstreek. Ik kon mooi mijn studie oppakken in Leiden en het ligt aan zee. Vroeger gingen we daar speciaal voor op vakantie en nu hoef ik maar honderd meter te lopen. Ik kan het iedereen in Brabant aanraden." Het niveauverschil valt hem mee, de directere ma nier van benaderen wende snel. „Instelling en ac commodaties zijn wel anders, maar dat is niet raar. Voetbal als werk is wat anders dan voetbal als hob by. Er zijn een stuk of 500 voetballers in Nederland met hetzelfde niveau. Het enige echte verschil is de hoeveelheid trainingsarbeid." Meurs wil zich in een later stadium van zijn studie Bram Meurs: „Ik was de jongste ooit die bij Eindhoven een contract kreeg. Als het dan zo afloopt, is dat jammer. Maar ik staar me er niet meer blind op. Het is niet meer heilig voor me." Foto: Hielco Kuipers gaan bekwamen in de sportpsychologie. „De voor zitter van de vereniging voor sportpsychologie is in Leiden professor. Met hem ga ik eens praten. Het verbaast me hoe veel mensen zich druk maken over voetbal. Uit psychologisch standpunt is dat heel in teressant. Ook hoe voetballers met druk omgaan. Het effect van omstandigheden is moeilijk aan te to nen, maar het is wel interessant om ernaar te kijken. Ik trok me in het begin er wel iets van aan, als ie mand in het publiek riep dat ik er geen hout van kon. Je wilt waardering en zo'n opmerking heeft in vloed op je volgende actie. Stel je dan voor wat voor invloed het heeft als een vol stadion roept dat je moeder een hoer is of oerwoudgeluiden maakt. Ik wil wel bij een profclub op zo'n manier werken. Maar het is nog een beetje taboe. Voetballers zeggen: wat kom jij doen met je abstracte gelul." Bij Noordwijk kan hij als amateur al wat ervaring op doen. De ploeg is bezig aan wisselvallig seizoen en rijgt ruime overwinningen aan onverklaarbare ne derlagen. Thuis won Noordwijk met 7-2 van Kloetin- ge. Vorige week ging het uit met 2-1 de boot in tegen de degradatiekandidaat. Juist toen Noordwijk de aansluiting met de top kon maken. „Maar als je ziet hoe dat veld van Kloetinge erbij ligt. De zijlijn ligt vijf meter van de 'zestien'. Ik kan niet zeggen dat het niets met voetbal heeft te maken - het heeft er alles mee te maken - maar ik vroeg me echt af of zoiets wel mag. Met mooi voetbal red je het daar niet en Noordwijk is geen ploeg die de ander eronder schopt. Ik ben ook geen schaver. Het voetbal van Noordwijk komt mijn spel ten goede. Ik wil alles voetballend oplossen, maar dat is tegelijkertijd mijn manco." Het kan met Noordwijk alle kanten op. De komende serie tegen Rijnsburgse Boys, Quick Boys en FC Lisse kan bepalend zijn. Hij begint iets van het echte der- bygevoel te begrijpen. „Persoonlijk heb ik er niet veel mee, maar ik merk dat zo'n wedstrijd tegen Rijnsburgse Boys leeft. Andries Wendt heeft er als trainer gewerkt en hij heeft in Rijnsburg een kroeg gehad. En ik rij er elke dag met de bus langs." De kleine krachtsverschillen in de hoofdklasse A no pen tot waakzaamheid voor Noordwijk. „Het is een rare competitie. Ik heb zo'n stand nog nooit meege maakt. De nummer een heeft al vijftien verliespun- ten en wij staan er maar vijf achter. We hebben het in eigen hand, zowel in positieve als negatieve zin. Juist tegen de hooggeplaatste ploegen hebben we la ten zien dat we erbij horen. En we moeten er ook wel bijblijven. De ambitie is er altijd om kampioen te worden, alleen is het besef er niet. Maar we moeten net zo goed uitkijken dat we niet degraderen. Noord wijk en Quick Boys zijn de enige clubs die altijd op het hoogste niveau hebben gespeeld. Ik wil niet later horen dat ik tot de lichting behoorde, die met Noordwijk is gedegradeerd." V.L.N.R, RANDJE BUITENSPEL 100 v.l.n.r: Bart Zoet, Jan Zoons, Gerben Karstens en Joop Zoetemelk. Foto: archief Wim van Duivenbode. IRt is alweer een flink tijdje ^Pig. De kampioenswedstrij- waren toen een enorme ivenis en een spannende lode, maar doordat er zoveel overheen is gegaan, zijn de inneringen niet helemaal ^"^rer meer. Het kampioen- ip werd als volgt beslist: de beste coureurs van de ver- d [ing reden één ploegentijd- •ver een parcours van onge- kiooien 70 kilometer, meestal in inten. De winnaar mocht De Leidse wielerclub Swift beleefde eindjaren zestig haar hoogtepunt. Tussen 1966 en 1969 werd de vereniging vier keer op rij kampioen van Nederland. Die prestatie werd alleen in 1976 nog een keer herhaald. De 57-jarige Leidenaar Jan Zoons maakte deel uit van de kampioensploeg van 1968. zich voor een jaar nationaal kampioen noemen. Bij Swift stonden de namen van drie deelnemers vast. Dat waren Joop Zoetemelk, Gerben Kar stens en de inmiddels overle den Bart Zoet. Voor de vierde plek in de ploeg kwamen door gaans een man of drie in aan merking. Daar was ik er een van. Een selectiecommissie van Swift die bestond uit Joop Riet hoven, Wim van Duivenbode en Dolf Wallet stelde de ploeg samen. Ik ben in mijn carrière ongeveer vierhonderd keer bij de eerste tien in een klassement geëindigd, maar een écht hoog tepunt heb ik niet beleefd." „Mijn vader zat 'in de fietsen' en daar ben ik mee doorge gaan. Ik heb een groothandel in racefietsen, Jaropa, gevestigd aan de Morsweg. Als je de fiet sen van toen op de foto ziet, dan mag je spreken van prehis torische modellen. De frames, de spaken, de banden; het is al lemaal veel lichter geworden. Ijzer werd vervangen door alu minium en later door carbon. Ik heb hier een frame aan de muur hangen dat nog geen an derhalve kilo weegt. En het ein de van de ontwikkelingen op fietsgebied is nog lang niet in zicht." ,,Als het weer niet te slecht is, ben ik nog elke zondag bij Swift aanwezig om mee te doen aan een toertocht. Een keer per jaar op 3 oktober zien de oude ploeggenoten elkaar bij de Ra penburg-koers. De afgelopen keer was Joop Zoetemelk er weer. Het is altijd een leuk weerzien." Tien wedstrijden schorsing voor een voetballer van GHC wegens het bij de strot grijpen van en het uitdelen van een knietje aan een tegenstander. De krant vond het een opvallend zware schorsing en de dader zelf zei dat hem onrecht was aange daan. Waarom? Omdat hij nog nooit rechtstreeks rood had ge kregen. 'Maar edelachtbare, het is toch niet eerlijk dat ik een boete krijg? Dit was pas de eer ste dat ik ben gepakt voor het rijden door rood. De krant vroeg de GHC'er wat er in de bewuste wedstrijd, tegen Alphia, nou eigenlijk was ge beurd. Dit was het antwoord. 'Een tegenstander greep mij vast en ik reageerde door hem bij zijn keel weg te duwen. Dat was rood. Wat er daarna gebeurde - in een waas- is niet goed te pra ten. Later, bij het schrijven van een verweerschrift wist ik het me niet eens meer goed te herinne ren. We hebben hier dus te maken met een voetballer die zo over de rooie is geraakt, dat hij niet eens meer wist wat hij deed. Buiten zinnen vanwege een rode kaart en dan in blitide woede nog even een knietje verkopen. De krant vond het een opvallend zware straf. Ik een verbijsterend lichte. Ik heb me van de week bij het lezen van de krant meer geër gerd. Aan al dat gelul in de ruimte over het Nederlands elf tal met name. Zelfs de voorpagi na was er van vergeven. Over de sportjournalistiek wordt nogal eens neerbuigend gedaan. Als je in de journalistiek nergens voor wil deugen, luidt een bekend grapje onder collega's die het met zichzelf getroffen hebben, kun je altijd nog voetbal- of wielewerslaggever worden. Hoef je niets voor te kunnen. Maar wat gebeurt er als er in de sport iets aan de hand is waar het he le land van ondersteboven raakt? Dan gaan de niet-sport- journalisten zich met onze za ken bemoeien en door hun on zinnige verhalen lijkt het opeens alsof wij, domme sportjourna listen, hele knappe koppen zijn. Het ergst van alles vond ik de krant van woensdag. Een paar uur voor de wedstrijd werd er uitgepakt met een kop over bij na de hele breedte van de voor pagina. Het betrof de terecht stelling van Patrick Kluivert. Af- geserveerd door de lezers. Die waren door de krant in de gele genheid gesteld om rotte eieren op de publieke figuren van het voetbal af te vuren. Ik hou niet van volksraadplegingen in de trant van: wie zou u het liefst aan de schandpaal nagelen. Het is stemmingmakerij. Zonde ook van die dure ruimte in de krant. Die ga je toch niet weggeven aan bespottelijk uitgedoste zwakzin nigen die heel hard op hun vin gers fluiten als Patrick Kluivert het toch nog waagt om het veld van de Arena te betreden? Ik ben het lang niet altijd eens met Dick Advocaat, maar wel woensdagavond, toen hij schan de sprak van de fluitconcerten waarmee de topscorer aller tij den van het Nederlands was ge geseld. Waardeloos publiek is het, de klanten van Oranje. Za terdag zaten er vijfduizend in het Hampden Park oorverdo vend te zwijgen. Twee keer drie kwartier. Ik zat er honderd me ter vandaan en ik heb ze niet één keer gehoord. De aanhan gers van het Nederlands elftal zingen alleen als er gewonnen wordt. En wat zingen ze dan? Daar in dat kleine café aan de haven. Lachen hoor. Een stelletje van die namaak- supporters zat na de wedstrijd bij ons in het vliegtuig. Om de kosten te drukken worden wij van de pers aan boord bij Oran je gedoogd. De resterende vlieg- tuigstoelen zijn voor de sponsors en hun relaties. Dat zijn mensen die over hun goeie goed een oversized oranje T-shirt met het logo van ING of een andere geldschieter aantrekken. Som mige van die olijkerds verven zelfs de nationale driekleur op hun konen zodat ze in het stadi on niet al te zeer afsteken bij die andere supporterssoort, de boe rengehuchtbewoner die voorde gelegenheid zijn klompen oran je heeft gemaakt. Het is kouwe kak en warme mest bij elkaartip ze hebben één ding gemeen. Dat ze niet voor het voetbal naar het stadion gaan. maar om zich ei>en onge remd van hun infantiele kant te laten zien. En wat doen deze humorloze types in oranje clownsverpakking als de in sportieve nood verkerende Klui vert de ontketende Van Nistel- rooij mag aflossen? Dans teken ze de spits die bij Barcelona én Oranje op een zijspoor is gezet geen hart onder de riem, nee, ze geven hem een paar geniepige trappen na.jAangemoedigd door wat ze vlak voor het van huis gaan op de voorpagina van de krant hebben zien staan. Het zal je publiek maar wezen. Jaap Visser Reageren? SportredacÜe.ld@d amiate.hdc.nl

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2003 | | pagina 21