'Ik heb gewoon
geluk gehad'
ER
BU
Zoetemeik enJaunej
...l» .ainqueu' avail trien
'Karstens, stoppen met die flauwekul'
Tourwinnaar Joop Zoetemelk: zestien keer aan de start
HDC 932
Of de zege in de Tour de France hem
geestelijk, maatschappelijk of finan
cieel het meeste opleverde, luidt de
vraag. Zoetemelk neemt zijn tijd. „Dat gaat sa
men, denk ik", zegt hij schuchter. De 56-jarige
oud-sporter zit er nog 'goed gesoigneerd' bij.
Zoetemelk komt zojuist onder de douche van
daan na een middagje houthakken. Hij zoekt
verkoeling in de serre waar de zon buiten
wordt gehouden door een stalen rolluik op het
glazen dak. Vanuit de uitbouw is te zien hoe
één van Zoetemelks honden zich tegoed doet
aan het water uit de vijver. Aan de achterzijde
van de fantastische villa houdt de tuin na tien
tallen meters pas op bij de plek waar de Marne
zich tussen de wijngaarden door een weg
kronkelt. Dit beeld zegt alles over de geestelij
ke en financiële rijkdom die Zoetemelk zich al
fietsend vergaarde. „Maar het is niet van één
Tour. Ik heb er zestien gereden. Ik heb al die
jaren gewoon geluk gehad. Ik heb er nooit veel
voor hoeven laten. Het ging bij mij bijna auto
matisch. Maar het behalen van een wereldtitel
op 38-jarige leeftijd, daar geloofde ik niet meer
in. Dat had eigenlijk voor de Tour van 1980
moeten gebeuren."
Muzikale reacties
La Grande Bouclé maakt niet alleen veel los bij
de renners en de echte wielerfanaten, maar
ook bij de liedjesschrijvers. 'Jopie Jopie Jee',
luidde de titel van een door Jean Keulen The
Dutch Rhythm Steel Showband gemaakte
single. En in 1976 bezong Het Peloton in
'Z.Z.Z.Zoetemelk' al de zege van de Nederlan
der in de Tour. "t Is Gelukt, 't was verwacht, jij
wint de Tour, de Tour de France', luidde de
weinig verheffende openingszin van het eerste
couplet. De Nederlandse volgers van Jopie
moesten nog enig geduld uitoefenen, maar het
feest was er in 1980 niet minder om. „Ik ver
wachtte niet dat er zoveel supporters naar de
Champs Elysées zouden komen om mij toe te
juichen. Op de fiets bleef ik er rustig onder.
Het enige waaraan je dan denkt is niet vallen.
Toen ik over de meet was, kreeg ik alles pas in
de gaten en had ik kippenvel."
Naast een brede glimlach vertoonde Zoete
melk verder weinig emoties. „Ik beleef zoiets
innerlijk. Ik was gewoon content." Zoetemelk
laat weer één van de vele stiltes vallen en her
innert zich dan opeens wat zich na de huldi
ging op de brede Parijse boulevard afspeelde.
„Ploegleider Peter Post had een hotel bespro
ken tegenover de aankomst. Duizenden men
sen riepen 'Jopie, Jopie'. Ik gooide mijn trui
van een balkon naar beneden, waarop ieder
een over elkaar dook. Het shirt werd in korte
tijd uit elkaar getrokken."
De zege van Zoetemelk was de zege van TI-Ra
leigh, de succesvolste wielerformatie in de Ne
derlandse wielergeschiedenis. Het was zijn
eerste jaar voor de formatie van Post, die al va
ker pogingen ondernam om de bedeesde cou
reur te strücken.
De overstap leek in de eerste Tourweek nog
voor niets te zijn geweest. Zoetemelk kwam
ziek uit de Ronde van Zwitserland. „Ik verloor
op een dag drie minuten, maar een slechte
start betekent niet een slechte Tour. Je moet
het dan nemen zoals het komt en 'moraal'
houden. De ploeg was wel goed want we won
nen dat jaar elf etappes." Raleigh was zes da
gen achter elkaar, waarin zeven etappes wer
den afgewerkt, onverslaanbaar. Zoetemelk
herstelde zich in de laatste twee weken, zoals
ook zijn meesterknecht Johan van der Velde
dat deed. „Hij was tot de Pyreneeën niet goed,
maar in de Alpen was hij de beste van het pe
loton."
Op de flanken van de Pra Poutel sleurde de
jonge Van der Velde als een volleerde klimgeit
op kop. Tot het moment dat hij een zwieper
maakte doordat zijn ketting doorschoot. De
gele-truidrager raakte het achterwiel van zijn
superhelper en ging onderuit. „Op dat mo
ment sta je er niet bij stil. Je springt gelijk op
de fiets want je hebt geen tijd om je te realise
ren wat er gebeurt." De schrik kwam pas echt
op de hotelkamer en een dag later in de etap
pe naar Morzine. „Op de Gafibier verloor ik
Honderd jaar Tour de France is zestien jaar
Joop Zoetemelk. Nederlands succesvolste
renner ooit Heeft internationaal de meeste
Tourstarts op zijn naam staan. Uitgezonderd
de editie van 1974 nam de in Rijpwetering
opgegroeide Zoetemelk van 1970 tot en met
1986 deel. „Al zegt mij dat niets." Het is
Zoetemelk ten voeten uit. Hij is in staat om
zijn eigen prestaties te bagatelliseren, terwijl
hij in La Grande Boude zes keer tweede werd
en in 1980 won. In de jubileumeditie lijkt de
Tourdirectie hem daarvoor te willen eren. De
eerste etappe voert het wielerpeloton naar
Meaux. De stad waarin Zoetemelk tot voor
kort samen met zijn vrouw Francoise een
hotel runde, ligt op een steenworp afstand
van Germigny-l'Evèque, al jarenlang de
woonplaats van het echtpaar. „Dat is wel
toevallig", zegt de oud-wielrenner.
door Peter van der Hulst
Joop Zoetemelk, winnaar van de Tour de France 1980.
Naast hem Hennie Kuiper die tweede werd.
Foto: Archief/ANP
Joop Zoetemelk in 1978 op de rustdag in Alpe d'Huez. Nadat Michel Pollentier was betrapt op fraude bij de dopingcontrole, kwam 'Jopie' in het
geel. Foto: Archief/ANP
minuten. In de afdaling van die berg en de Te-
legraphe heb ik ongelooflijk veel risico geno
men om terug te komen. Daar sta je dan niet
bij stil, dat realiseer je je later pas."
Opmerkelijk moment
Voor een ander opmerkelijk moment zorgde
zijn grootste concurrent voor de eindzege Hi-
nault, in de twee voorgaande jaren de sterkste.
Op het moment dat Zoetemelk in de etappe
naar Pau een minuut op zijn concurrent in
liep, stopte de Franse hoop met een gebles
seerde knie. ,,'s Avonds hoorde ik dat hij niet
meer zou vertrekken. Of er bij onze ploeg spra
ke was van een juichstemming? Nee, zo werkt
dat niet." Het respect voor Hinault was daar
voor te groot.Als Hinault honderd procent
was en ik ook dan kon ik man-tegen-man niet
van hem winnen, ploeg-tegen-ploeg mis
schien nog wel. In de bergen waren we gelijk,
in de tijdrit was hij beter."
Zoetemelk had de pech dat hij excelleerde in
de jaren dat Eddy Merckx en Hinault op hun
top waren. De Belg en de Fransman brachten
het geel vijf keer naar Parijs, tegen Zoetemelk
één keer. Merckx boekte daarnaast 34 ritzeges,
tegen Zoetemelk tien etappeoverwinningen.
Hij deelt daarmee het nationale record met
Knetemann en Raas. Was de Belg daarmee in
zijn ogen ook de grootste van de twee rivalen?
„Er was niet veel verschil. Alleen Merckx wilde
alles winnen. Van februari tot december gaf hij
honderd procent. Merckx was eerzuchtig. Hi
nault was wat makkelijker. Hij vond het in be
paalde wedstrijden wel goed, maar als hij
moest winnen dan stond hij er. Lance Arm
strong rijdt tegenwoordig nog geprogram-
meerder."
Hinault liet zich ooit eens ontvallen dat Zoete
melk vaker de Tour de France had gewonnen
als hij niet in 1974 zwaar ten val was gekomen.
Zijn beste jaren als wielrenner leken in aan
tocht. Het bewijs kwam in het voorseizoen.
Zoetemelk won de Catelaanse week, Parijs-Ni-
ce en de Ronde van Romandië. In de Midi Li
bre knalde hij op een geparkeerde auto. „De
Tour was naar de knoppen en ik ben nooit
meer op het oude niveau teruggekomen",
klinkt het zoveel jaar na het voorval timide. „In
etappekoersen verbeterde ik me constant,
vanaf 1975 niet meer. Over de angst kom je
heen, maar ik was fysiek nooit meer dezelfde
van voorheen. Je moet niet vergeten dat ik her
senvliesontsteking had. De vraag was of ik er
doorheen zou komen. De dokter dacht dat het
wel goed kwam, maar zei dat ik topsport wel
kon vergeten."
Zoetemelk zat driekwart jaar later weer op de
fiets. In de eerste maanden had hij het moei-
Joop Zoetemelk: Nederlands meest succesvolle
renner. Foto: Archief
lijk. „Ik zag ze wegrijden en kon niet mee. In
Parijs-Nice was ik weer goed. Of die overwin
ning mooier was dan een zege in een Tour
etappe? Op dat moment wel. Je boekt dan toch
een overwinning op jezelf."
Hoe tegenstrijdig met de medische verklaring
ook, zijn beste jaren in de Ronde van Frankrijk
moesten nog komen. Na tweede plaatsen in
1970 - Zoetemelks debuutjaar - en 1971 bezet
te hij in 1976,1978,1979 en 1982 dezelfde po
sitie op het podium. Hij hield er het stempel
Eeuwige Tweede aan over. Het is zelfs zo erg
dat mensen nu nog zijn naam gebruiken als zij
de hoogste onderscheiding misgrijpen. „Dat
betekent dat ze je niet zijn vergeten. Zesmaal
tweede worden maakt toch indruk. Ik vind dat
niet hinderlijk De mensen herinneren mij ook
wel van mijn zeges", aldus de wielrenner die
voor het Leidse Swift zijn eerste overwinnin
gen als amateurrenner boekte.
In opspraak
Zoetemelk wordt bij de Tourvolgers ook geas
socieerd met dopingaffaires. In 1977 werd hij
na een positieve plas als winnaar van de klim-
tijdrit naar Avoriaz geschrapt. Twee jaar later
kreeg hij tien strafminuten. Een symbolische
daad want zijn tweede plek kwam daardoor
niet in gevaar en in 1983 werd Zoetemelk na
de ploegentijdrit betrapt. Van de laatste twee
dopinggevallen werd hij later vrijgesproken.
JOOP ZOETEMELK
Aantal deelnames: zestien.
Podiumplaatsen: zes. Winnaar in 1980.
Tweede in 1970,1971,1976,1978,1979
en 1982.
Gele trui: Zoetemelk reed in de edities
van 1971,1973,1978,1979 en 1980 in to
taal 22 dagen in de leiderstrui.
Etappezeges: tien.
1973: Scheveningen - Scheveningen
(proloog), Reims - Nancy.
1975: Pau - Saint-Lary-Soulan.
1976: Divonne-les-Bains - L'Alpe
d'Huez, Bourg d'Oisans - Montgenèvre,
Tulle - Puy-de-Dóme.
1978: Besse-en-Chandesse - Puy-de-Dö-
me,
1979: L'Alpe d'Huez - L'Alpe d'Huez.
1980: Damazan - Laplume, Saint-Etien-
ne - Saint Etienne.
„Wat ze in 1983 vonden kon gewoon niet. La
ter is alles weer bijgelegd, maar mijn Tour was
wel naar de knoppen." Het humeur van Zoete
melk betrekt als de incidenten van toen naar
voren komen.Als je met verboden producten
op rijdt dan houd je het niet zolang aan de top
vol. Dan win je geen wereldtitel meer en op je
veertigste de Amstel Gold Race. Voor mij zijn
dat de beste bewijzen", luidt zijn verweer.
Boos wordt hij er niet meer om, zoals hij dat in
1980 nog wel werd. Zoetemelk weigerde de
dag voor zijn glorieuze intocht in Parijs Tour
directeur Jacques Goddet de hand omdat die
herinnerde aan het eerdere dopinggebruik.
„Op dat moment was dat niet leuk, maar het
bracht geen smet op de feestvreugde."
Liever hoort Zoetemelk de verhalen dat hij met
zijn ritzege op L'Alpe d'Huez een traditie in
gang zette. De Nederlandse pastoor Jaap Reu
ten luidde in 1976 voor de eerste keer de klok
voor een Nederlandse etappewinnaar. Een ta
fereel dat zich op de 'Hollandse berg' nog een
aantal keren herhaalde. „De Tour leeft bij mij
nog net als vroeger. Ik vind het prachtig om
naar te kijken, omdat ik weet wat je er als ren
ner voor moet doen. Het liefste volg ik het van
achter de televisie. In de Tour zelf kom je bijna
nergens meer bij. Het is zo'n heksenketel. In
mijn tijd kwam het publiek nog bij de renners.
Nu is alles afgezet en heb je als oud-deelnemer
zelfs een badge nodig. Op dat punt is de Tour
zijn charme kwijtgeraakt." Zondag 6 juli laat
hij zijn bezwaren voor even varen. Nederlands
beste renner ooit is dan in Meaux te gast bij de
Tourdirectie.
ZATERDAG
28 juni
2003
De wielrenner Gerben Karstens
staat synoniem voor 'Clown
van de Tour'. De begenadigd
coureur - de Leidse
notariszoon won in La Grande
Boude zes ritten - hield van
een grap en een grol. Met het
commerciëler worden van de
Ronde van Frankrijk zijn
volgens de oud-Raleigh-rijder
de stunts voorbij. „Gerrie
Knetemann zei het jaren
geleden al: sinds Karstens is
gestopt is er geen humor meer
in de Tour."
door Peter van der Hulst
Gerben Karstens, die als solozeiler in
de Griekse wateren verblijft en over
enkele jaren de oversteek naar
Nieuw-Zeeland wil maken, zet vijf
mooie verhalen op een rij:
1. „In Parijs-Nice had ik al eens op
de schouders van Eddie Peelman ge
zeten. Dat was midden in de rimboe.
Niemand had het in de gaten. Peel
man en ik zouden het daarom in de
Tour opnieuw doen. René Dillen
pakte mijn fiets en ik klom op de
schouders van Eddie. Er kwam met
een een wedstrijdcommissaris die
mijn fiets wilde hebben. „Houd die
fiets vast", brulde ik, want als ik 'm
kwijt was zou ik uit de Tour worden
gezet. We reden zo meer dan een
halfuur in het peloton. Uiteindelijk
riep Tourbaas Felix Levitan: „Kar
stens, stoppen met die flauwekul."
Ik was niet alleen een clown, maar
ook een acrobaat. Ik plaatste mijn
handen op het stuur en al rijdend
ging ik op mijn kop staan. Net zo
snel als ik op de schouders van Peel
man klom, schoof ik weer van zijn
fiets af. Het tafereel leverde de beste
Europese sportfoto van dat jaar op."
2. „Je moet weten dat demarreren
mijn sterkste punt als wielrenner
was. Ik reed altijd alleen weg, er ging
nooit iemand mee. Dus in één van
de etappes ging ik naar voren en
pakte meteen tweehonderd meter.
Ik had er die dag de pest in dat de
één na de ander weg probeerde te
komen. Wat was dat voor flauwekul
in het begin van een etappe? Ik zou
ze wat laten zien. Toen ik het gaatje
had geslagen, stapte ik af en maakte
me breed. Het peloton stopte. „Heb
je nou je zin. Jullie kunnen helemaal
niet demarreren", riep ik. Daarna is
het de hele dag rustig geweest. Pas
in de finale werd er weer gekoerst."
3. „In de bergen liet ik me nooit te
ver afzakken anders zou ik te laat
binnenkomen. Op een bepaald mo
ment werd er geroepen „Karstens:
organiseren". Ik moest 'de bus' rege
len, maar Karstens organiseerde
niets. Ik demarreerde. Ik had dat van
André Darrigade afgekeken. Op de
Mont Ventoux riep hij: „lei Darriga
de. Poussez moi." Nou dat had ik
snel geleerd. Ik kwam altijd op tijd
binnen. Alleen in mijn laatste Tour
GERBEN KARSTENS
Aantal deelnames: elf.
Podiumplaatsen: geen. Hoog
ste klassering in 1967, dertigste.
Gele trui: Karstens droeg in de
Tour van 1974 twee dagen de
leiderstrui
Etappezeges: zes.
1965: Auxerre - Versailles.
1966: Doornik - Duinkerken.
1966: Bordeaux - Bayonne.
1971: Bazel - Freiburg.
1976: Lacanau-Ocean - Bor
deaux, Parijs - Parijs.
in 1978 werd ik door de Tourdirectie
bestraft. Ik moest drie dagen voor
Parijs naar huis."
4. „Behoudens snel demarreren, kon
ik iedereen in slaap sussen. Ik trok
allerlei gekke bekken, alsof ik moe
was, en voor geen meter reed. In de
Ronde van Lombardije ging Gimon-
di, die ooit de Tour won, me zelfs
duwen. Ik werd vervolgens wel eer
ste in die ronde. „Gerben, bandiet",
reageerde hij. Ik kon ze altijd flikken.
Ik heb dat ook ooit gedaan in de
Ronde van Noord-Holland. We ble
ven met drie man over: Coen Nies
ten, Hennie Peters en ik. Ik had toen
zo'n toetertje op mijn fiets gezet. Ik
hing op enkele meters achter die
twee van wie Niesten leek te gaan
winnen. Vlak voor de streep passeer
de ik ze en drukte op dat peppertje.
Coen loopt nou nog te schelden."
5. „In de afdaling van de Puy-de-Dö-
me gingen Rini Wagtmans en ik er
vandoor. In het peloton begonnen
ze van voren hard te rijden. Wagt
mans verschool zich en sloot achter
aan en ik ging voorin bij Eddy
Merckx en zijn knechten zitten.
„Waar is Wagtmans? We hadden
hem allang tegen moeten komen."
En ik maar zeggen tegen Merckx:
„Waar maak je je druk om." Ik heb
die truc van Wagtmans later ver
schillende keren herhaald."
Gerben Karstens: begenadigd coureur en groot entertainer. Foto: f