De valse start van een Tour da France Bizarre belevenis voor Leidse organisatoren Bij weekendbijlage van Leidsch Dagblad Achtergrond Achteraf zeggen vrijwel alle be trokkenen dat ze er veel van heb ben opgestoken. „Het was on danks alles een prachtige ervaring", vindt organisator Joop Riethoven. „Als je zoiets eenmaal hebt gedaan, kun je alles aan", roept André de Jong, ex-directeur van de Groenoordhallen, destijds start- en fi- nishplaats van het tijdritje door de stad. „Het is mooi dat we het een keer hebben meegemaakt", zegt oud-sportwethouder DickTesselaar. En: „Leiden is er hoe dan ook mee in de schijnwerpers gezet", vult sponsor Eimert Teekens (destijds van de Weesmeesters) aan. Onderwerp van gesprek: de start van de Tour de France in Leiden. Een proloog, die het hoogtepunt van het Leidse sport jaar 1978 had moeten worden, maar een dramatisch dieptepunt werd. Sportief en financieel. „Het was één groot fiasco", is de herinnering van Wim van Duivenbo- de, mede belast met het uitzetten van het parcours en de beveiliging langs de route. „Niemand verdiende er wat aan, behalve de Fransen. En de toeschouwers voelden zich belazerd omdat de koers niet meetel de voor het klassement. Voor zover ik weet is het in de historie van de Tour de enige keer geweest dat zo'n maatregel vanwege de weersomstandigheden is ge nomen. Eigenlijk hebben we dus toch ge schiedenis geschreven. Maar dat is een wrang grapje, want wat Riethoven over kwam was veel erger." Emoties Het is een kwart eeuw geleden dat de Tour z'n bizarre proloogdag in de Sleutel stad beleefde, maar Joop Riethoven (81 inmiddels) kan er nog van vol schieten. Tijdens zijn terugblik op de lijdensweg van Leiden wordt hij overmand door emoties, vooral als hij terugdenkt aan de avond voor de proloog. Met de andere le den van de Leidse Tourstichting had hij zich twee jaar uit de naad gewerkt om de tijdrit door het centrum van de stad mo gelijk te maken, maar zelf zou hij 'm niet meebeleven. Nog voor er één meter was gefietst werd de intiatiefnemer en mede organisator getroffen door een hersen bloeding. Woensdag 28 juni 1978, gala-avond in de Groenoordhallen met het voorstellen van de ploegen. „Ik had net een zilveren fiets je uitgereikt aan Eddy Merckx, ploegleider van C A, vanwege zijn verdiensten voor de wielersport. Zelf had ik er daarna ook eentje gekregen van burgemeester Vis, omdat ik de Tour naar Leiden had ge haald. Bij het uitspreken van het dank woord kreeg ik een raar gevoel in mijn hoofd en tien minuten later lag ik ge strekt. Chris Delbressine, de omroeper, vond me. Hij heeft mijn leven gered, dacht aan een hartaanval en riep meteen Har Meijer erbij, die als arts aanwezig was. Hij constateerde een hersenbloe ding. Zes dagen heb ik in het ziekenhuis in co ma gelegen en toen ik bijkwam, dacht ik dat ik net binnen was gebracht. Toen ik daarna te horen kreeg wat er allemaal ge beurd was rond de proloog, ontplofte ik bijna weer. Als ik erbij was geweest, zou het nooit zover gekomen zijn." Gezien de dictoriale houding van de toenmalig Tourdirecteur Felix Lévitan valt dat te betwijfelen, maar nu Riethoven er geen getuige van kon zijn, ging er in elk geval van alles mis. De Franse week die rond het vertrek van de Tourkaravaan was georganiseerd, koerste al aan op een stevige flop omdat het publiek massaal wegbleef. De proloogdag zelf stond bol van de incidenten. De Tourdirectie liet met de contracten in de hand achttien Nederlandse reclameborden weghalen bij de finish, wat een grote financiële strop betekende voor de Leidse organisatoren. De koers zelf liep uit op een Tour de Farce omdat de Fransen de wedstrijd niet mee lieten tellen op verzoek van de buiten landse ploegleiders (Peter Post van Ti Ra leigh was tegen). Reden voor die beslissing: de al dagen aanhoudende regen. Aanleiding: de angst dat er renners, en dan vooral de Franse favoriet Thevenet, op de Leidse keien on deruit zouden gaan. Gevolg: twee jaar voorbereidend werk in één klap naar de knoppen, tienduizenden toeschouwers die zich bedrogen konden voelen en een proloogwinnaar, Jan Raas, die de gele trui niet kreeg uitgereikt. De renners waren wel op de hoogte van de neutralisatie, maar Raas was toch vol uit gegaan omdat hij graag in het lei derstricot uit Leiden wilde vertrekken. De woedende Zeeuw vond het parcours ab soluut niet gevaarlijk en brieste dat het 'belachelijk en ongehoord' was dat hij de trui niet kreeg. Raas haalde de volgende dag zijn gram met zijn etappewinst in St. Wiïlebrord, waarmee hij alsnog het geel veroverde. Leiden bleef diep in het rood achter. Tekort Driehonderdzestigduizend gulden was betaald voor de start, waar nog een paar ton aan extra uitgaven bijkwam. Felix Lé vitan kon dan ook met een goed gevulde beurs afreizen naar de volgende etappe plaatsen: de Leidse Tourstichting bleef na de kermiskoers zonder waarde zitten met een nadelig saldo. Hoe groot het tekort exact was, weet niemand meer. Het dos sier van de in 1980 ontbonden Stichting Tour de France Leiden dat in het archief ligt van de Kamer van Koophandel, geeft wat dat betreft geen uitsluitsel en geen van de bestuursleden herinnert zich of er ooit een officiële eindafrekening is gepre senteerd. „Ik weet het echt niet meer, ik leefde in een waas en was een hele tijd uit de rou latie", zegt Riethoven, die eventuele ba ten had willen gebruiken voor het bou wen van een blokhut voor geestelijk ge handicapte kinderen op Duinrell. „Daar is natuurlijk niets van terecht gekomen, want het heeft iedereen geld gekost. Vooral Teekens, ja." Teekens zelf, die met de in de Vleesmees ters verzamelde slagerijen het startgeld had opgehoest, doet er uiterst laconiek over. „Ik zal er wel een tonnetje bij inge schoten zijn, maar ach, ik heb in mijn le ven wel meer verloren. Als je maar zorgt dat je meer wint dan verliest", meldt hij vanaf zijn landgoed in Vogelenzang. DickTesselaar, van 1974 tot 1990 sport wethouder in Leiden en nu P O-func- tionaris bij een watersportbedrijf, weet nog wel dat het heel veel moeite kostte de gemeentegarantie van 150.000 gulden over de streep te krijgen in de raad. „Dat was nogal omstreden, want 'links' vond het maar onzin." Ook hij herinnert zich niets van een eindafrekening. „Die ander halve ton om de eigen gemeentediensten te betalen - de huur van de Groenoord- hal, de hekafzettingen, de reinigingsdien sten - dat soort zaken - zou best wel eens 'zomaar' verdwenen kunnen zijn." Zelfs Gerrit Kom kan er niet meer opko men hoe het ten slotte precies met de fi nanciën is gegaan. „Het is zo lang gele den", verzucht de man die als onderdi recteur van een bank de penningmeester van de stichting was. Kom wil er ook lie ver niet verder op ingaan, „want ik heb krassen op mijn ziel overgehouden aan die hele gang van zaken rond de proloog. Het verdriet me al zeer dat u me heeft ge vonden." Na enig aandringen graaft hij toch wat dieper in zijn geheugen. „Op een gegeven moment is de Stichting uitgeschreven bij de Kamer van Koophandel. Dan zal er voor die tijd toch overlegd moeten zijn en zal er een afrekening bij het dossier zijn gevoegd. Die is er niet? Oh. eh. ja. Dan denk ik dat ik de stukken heb opgestuurd naar de Vleesmeesters en dat zij en de ge meente hun verlies genomen hebben. Naar mijn mening is de zaak in elk geval goed afgewerkt. Verder wil ik er niet over praten." André de Jong, 60 en net vertrokken bij de Groenoordhallen, wil dat maar al te graag. Hij blijft het leuk vinden om terug te kijken op de Leidse Tourperiode. „Want het was ondanks alles een beleve nis. Een ervaring die maar heel weinig mensen meemaken. De Jong is de enige die stellig zegt te we ten dat de kosten en baten naderhand of ficieel nooit tegenover elkaar zijn gezet. Hij was echter geen lid van het Stichtings bestuur, hij was in gemeentedienst belast met de veelomvattende organisatie in de Groenoordhallen, start- en finishplaats van de proloog, perscentrum, renners kwartier, medisch keuringscentrum en Tourkantoor. Alom geprezen vanwege zijn werk, praat hij ook nu nog met veel enthousiasme over de tijd die 'zoveel po sitieve' gevolgen had voor de Groenoord hallen. „Het is een enorme reclame geweest en ik heb er heel goede contacten in de tv-we- reld aan overgehouden", zegt hij. „Dat kwam waarschijnlijk ook omdat er zoveel mis ging. Gaat alles goed en geruisloos dan weet niemand het na een poosje meer; als alles fout loopt, herinnert ieder een het zich jaren later nog. Zeker als het gaat zoals het bij ons ging. We hadden al les keurig voor elkaar en we werden ver schrikkelijk genaaid." Vervolg elders in deze bijlage. door Paul de Tombe De start van de Tour de France in Leiden. In de tijdrit door de binnenstad passeert Jean Luc Vandenbroucke de Blauwpoortsbrug. Foto's: Archief/Jan Holvast de Haagse Jack the Ripper die Blonde Dolly vermoordde? 'Lekker afzien' is het motto van Tineke Netelenbos Bergers van Smit staan voor nieuwe krachttoer Nog voor er één meter was gefietst werd intiatiefnemer Joop Riethoven getroffen door een hersenbloeding. De Tourdirectie liet de reclameborden verwijderen bij de finish en omdat het regende telde de proloog niet mee voor het klassement. De Tour de France bestaat 100 jaar. Eén keer in die eeuw beleefde 's werelds zwaarste wielerronde zijn proloog in Leiden. De tijdrit door de binnenstad, op donderdag 29 juni 1978, liep uit op een bizarre belevenis voor de organisatoren. „We werden verschrikkelijk geflikt", roepen ze 25 jaar na dato in koor. Terugblik op een valse start. Wie was Joop Riethoven, de man die het initatief nam om de Tour naar Leiden te halen, poseerde in de aanloop naar de start bij de Groenoordhallen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2003 | | pagina 33