Ooit in dezelfde bus, nu in hetzelfde schuitje SPORT zaterdag 1 maart 2003 SI ohnny Heitinga en Marcel Akerboom revalideren van zware blessures oor Gertjan van Geen ihnny Heitinga en Marcel Akerboom genoten beiden jn voetbalopleiding bij Ajax. Een tijd lang reden ze in etzelfde busje naar de trainingen. De twee kennen el- lar goed, maar hebben het contact verloren. De ene be fte bleef in Amsterdam, de ander vertrok ondanks een inbieding voor twee seizoenen naar Fortuna Sittard. un toekomst ligt in het betaalde voetbal, maar op dit loment liggen Alphenaar Heitinga (19 jaar, gescheurde uisband) en Noordwijker Akerboom (21, gescheurde en- ilband) op de behandeltafel. Dat ze dit seizoen niet eer in actie komen, staat vrijwel vast. Ze wanhopen et. Alle zinnen zijn gezet op de komende voetbaljaar- ang. „Het hoofdje is weer schoon, mentaal gezien", zegt eitinga. Hoeveel pech kan een voetballer hebben? Johnny Heitinga was net hersteld van een meniscusbles- ure, die mede door een foute ingreep van de chirurg uim acht maanden herstel had gevergd, toen hij bij ijn rentree eind september weer tegen een forse knie- ilessure aanliep. Een iets te onbesuisde actie had gro- e gevolgen. ,,Ik had zo lang niet gespeeld, dat ik mis- chien iets te graag wilde. Ik ging er met het verkeerde leen in. Had ik het met rechts gedaan, dan was er liets aan de hand geweest", meent Heitinga. )e geboren Ter Aarder accepteert het lot gelaten. „Ik an mezelf gek maken, maar ik weet dat het moet. Al rord ik wel erg zwaar gestraft." De fysiotherapieruim- e van de KNVB in Zeist is zijn tweede thuis. Dagelijkse essies van zes uur moeten hem er weer bovenop hel len. Het is maar beter dat hij niet in Amsterdam recu- lereert. „Dan sta ik de hele dag tegen een spiegel aan e praten. Dat is niks. Hier heb ik te maken met andere foetballers, die hetzelfde doel hebben: terugkomen op iet hoogste niveau." 'ijdens zijn vorige herstelperiode was Heitinga kwaad. :en routineoperatie liep uit op een catastrofe. Niet al- een hij was slachtoffer, ook de knie van ploeggenoot lafael van der Vaart kreeg een verkeerde behandeling. ,In een week verklootte hij twee knieën. Ik wil er wei- lig meer van weten, want ik werd er gek van. Ik kan er liets mee. Misschien was dit me niet overkomen als ik le eerste keer goed geholpen was, maar het antwoord ip die vraag heb ik niet." )m elk toeval uit te sluiten, zocht de Ajacied zijn heil n de Verenigde Staten. Hij consulteerde de befaamde niespecialist Robert Steadman, die eerder Ruud van listeirooy en Giovanni van Bronckhorst behandelde, 'ysiotherapeut Rob Ouderland voltooit in Zeist het ge- ïezingsproces. „Die heeft heel wat voetballers weer op le been geholpen. En niet de minste." Laatst nog, itond hij met de 'grote' Marco vanBasten over te kop pen. Heitinga: „Dat maak je toch maar één keer in je leven mee? Schitterend is dat." Het is nog niet zo dat hij van een droom in een nacht- nerrie terechtkwam. De droom was simpel. Heitinga lebuteerde op zijn zeventiende in het eerste elftal, no- a bene in de Kuip tegen Feyenoord. Ajax won, beter ;on niet. De nachtmerrie is meer een onrustige slaap, let jochie zonder rijbewijs kreeg door de knieproble- nen een versnelde cursus volwassen worden. „Ik weet Johnny Heitinga trapt een balletje in de fysiotherapieruimte in Zeist. Foto: Marnix Schmidt. nu wat het is om tegenslagen te verwerken. En ik weet nu wie mijn echte vrienden zijn en wie alleen maar mooi weer hebben gespeeld. Mijn echte vrienden hel pen me om me erdoorheen te slaan. Het is pijnlijk dat ik me in sommige mensen vergist heb. Ik ben in een jaar heel erg volwassen geworden." „Thuis hadden we het niet breed, reden we altijd in oude auto's. Toen ik net mijn rijbewijs had, kon ik een nieuwe auto uitkiezen. Ik heb aardig wat bekeuringen gekregen. Ik hou van snelheid. Nu denk ik daar meer bij na. Ik ga niet meer met 150 over de snelweg, want als ik een ongeluk krijg, ben ik weer weg. Nee, in Ne derland ben je zogenaamd volwassen op je achttiende, maar op bepaalde punten ben je dat dan nog lang niet." Hij loopt niet tegen muren op, rijdt op maandag zelfs fluitend naar Zeist voor weer een week keihard werken zonder gras te ruiken. Het is twee keer voorgekomen, dat ik er mentaal helemaal doorheen zat. Dan krijg ik een middagje vrij. Het is zwaar. Ik word hier echt afge beuld. Ik lig om negen uur al in bed en slaap non stop tot acht uur. In het weekend ben ik vrij, maar er is zo veel voetbal op televisie, dat ik eigenlijk zo snel moge lijk weer wil revalideren. Moet ik dan elke avond in de bioscoop gaan zitten? Dan heb ik na twee weken alle films wel gezien. En na twee weken restaurants ken ik elke keuken." Praten over eten verlegt de aandacht. Heitinga is wild van de Indische keuken. Opa - zijn grootste fan - en oma komen uit Indonesië, waar ook zijn vader is gebo ren. Als ik moet kiezen tussen rijst en aardappels, dan weet ik het wel." Binnenkort gaat hij op zichzelf wo nen. Hij heeft een huis in Hoofddorp gekocht. „Omdat ik er aan toe ben." Het betekent voor zichzelf zorgen. „Sinds een week of vijf heb ik kookles van mijn oma. Dat is ook pittig, met al die zware pannen. Ze kookt voor tien. Iedereen die langs komt, is welkom om mee te eten." Opa is zijn trots. „Die had het er nog moeilijker mee dan ik toen ik geblesseerd raakte. Ik zag hem in de ca tacomben. Samen hebben we een potje staan janken." Hij vindt zichzelf een familiemens. Wat er ook gebeurt, dat blijft het belangrijkste. Het is altijd al zo geweest. „Vroeger was ik een bange schijterd, een moeders kindje. De enige bij wie ik dorst te slapen waren mijn oma en opa. Ik deed ook liever spelletjes met hun, dan dat we een dagje weg gingen. Mijn ooms stonden in de jeugd altijd langs de lijn. Toen ik in het eerste kwam, hebben ze meteen een seizoenkaart gekocht. 'We zijn er voor je', zeiden ze. Ik had het ook wel voor ze kun nen regelen, maar dit wilden ze zelf." Iedereen mag meedelen in zijn succes, ook financieel. Heitinga nam zijn twee jaar oudere zus mee op vakan tie. „Dan kan ik haar ook laten genieten. Mijn ouders zijn gescheiden toen we pubers waren. Daardoor zijn we erg naar elkaar toe gegroeid." Alleen al voor de familie moet hij terugkomen op het hoogste niveau. De wedstrijd in de Champions League tegen Arsenal sterkte hem in zijn overtuiging dat een zware knieblessure te overwinnen is. „Het gekke is dat ik het meest op de spelers lette, die in het verleden ook hun kruisband hebben gescheurd. Ik keek naar Van Bronckhorst en Pires. Het viel me op dat het met hen honderd procent goed gaat." HET ZIT IN DE FAMILIE jeugd beleefde, vloog Ajax er in de Europa Cup standaard in de eerste ronde uit. Maar de maes tro maakte daar nietzo'n punt van. Volgens Johan de Grote was verliezen goed voor het har dingsproces van schitterende ta lenten als Rijkaard. Vanenburg en Van Basten. Ondertussen leerde hij ze hoe ze wedstrijden konden winnen door simpelweg zo veel mogelijk doelpunten te maken. Tenminste altijd eentje meer dan de tegenstander. Het leuke van Ajax was altijd dat er ook tegen op papier ster kere tegenstanders werd gevoet bald in de geest van Cruijff. Het aanvallen tegen de krachtsver houdingen in kwam de Amster dammers wel eens op een pak rammel te staan, maar vaker bracht het niet voor mogelijk ge houden overwinningen. En in negen van de tien gevallen was het hoe dan ook plezierig om naar Ajax te kijken. Maar Koe man heeft het adagium van zijn leermeester omgebogen naar: als wij er tenminste maar eentje minder tegen krijgen dan zij. Onbegrijpelijk dat hij daarvoor dezegen van Cruijff heeft gekre gen. Bij die zes Europese thuisneder lagen van de laatste jaren viel Ajax van alles te verwijten. Maar niet dat het zich had be zondigd aan een surjalace in en rond de middencirkm Het staat niet in de statuten, maar onge schreven wet nummer één bij Ajax is dat in eigen huis te allen tijde de aanval wordt gezocht. Wordt het dan toch geen vrolij ke boel dan ligt dat aan de te genpartij die zich heeft verlaagd tot een luizig counterspelletje. Meestal knikte ik instemmend als ik ze in Amsterdam na een mislukte thuiswedstrijd hoorde zeggen dat je voor een leuke pot nu eenmaal twee ploegen nodig hebt die er wat van willen ma ken. Deze voetbalwijsheid werd woensdagavond gebruikt door Arsène Wenger, de trainer van Arsenal Als verwijt aan Ajax. Lijkt mij pijnlijker dan een eer volle nederlaag. Jaap Visser Reageren? Sportredactie.ld@damiate.hdc.nl Van de week ook zo genoten van AjaxIk niet. Volgens mij zijn ze daar in De Arena be hoorlijk de weg kwijt. Een beetje de horlepiep dansen na een van de saaiste 0-0's ooit in het voet bal vertoond. Op eigen veld no ta bene. Vroeger hadden ze zich in Amsterdam kapot geschaamd voor zo'n potje angsthazenvoet- bal. Jack van Gelder (Eddy Poel- mann verklapte ooit dat deze slijmjurk zich voor de nacht in een wit ponnetje met een verti cale rode streep hult) vertelde woensdagavond dat 0-0 op het veld van Ajax een zeldzaamheid is. Klopt. Europees gezien deed zo'n 0-0 zich voor het laatst in 1994 voor, tegen Parma. Maar tussen toen en van de week za ten nog wel zes andere thuis wedstrijden waarin de Amster dammers het net niet konden vinden (Panathinaikos 0-1, Grasshoppers 0-1, Croatia Za greb 0-1, Hapoël Haifa 0-1, Real Mallorca 0-1 en FC Kopenhagen 0-1). Een optreden van Ajax voor eigen publiek zonder zelf geproduceerde goals is dus niet zo'n rariteit. Wel uniek was woensdagavond het donderende applaus in plaats van het strie mende fluitconcert. Een vrije trap van Chivu die uit de kruising werd gekopt en een pegel van Zlatan die huizen hoog over ging. Dat was het. Tien man achter de bal en één vleugelspits, leeghoofd Van der Meyde op links, maar die was er nog niet voorbijgekomen als ze een back met twee gipspoten te genover hem hadden gezet. Ajax-Arsenal leek wel zo'n lang- zaamaan-actie van twee elftal len die allebei een punt nodig hebben om degradatie te ontlo pen. Amusementswaarde nul. Nog een geluk dat ik niet in de Arena zat, maar op de bank in mijn werkkamer waar ik me door die lummelende voetbal profs ongestoord in slaap kon laten wiegen. Toen het voorbij was en de tv begon te gloeien van het glunde rende gezicht van alleskunner én -kenner Johan Cruijjf be greep ik er even helemaal niets meer van. Had ik al snurkend een zinderende apotheose ge mist? Had Ajax al zijn krachten gespaard voor een slotoffensief van heb ik jou daar waardoor het nog snel even 3-0 was ge worden? Welnee, ze'fs hij die vroeger nooit en te nimmer ge noegen nam met de nul, als spe ler niet en als trainer niet, zat doodleuk te verkondigen dat het allemaal dik in orde was. De uitslag én het vertoonde spel. Gij ook Brutus?, stamelde ik toen het tot me was doorgedrongen dat het gewoon 0-0 was geble ven. Hoofdschuddend ben ik opgestaan, want ik moest nu toch echt gaan liggen. Cruijjf als verdediger van het resultaat voetbal. Dat ik dat moet mee maken. Door met z'n allen voor de pot te gaan liggen, komen we verder in Europa, luidt de logica van Koe man. Cruijjf geeft hem gelijk. Ik ook. Maar zolang ze gepaard gaan met afbraakvoetbal kan ik me over die vorderingen van Ajax in de Champions League echt niet verheugen. In het begin van de jaren tachtig, toen de voetballer Cruijjf zijn tiveede |Foto: Taco van der Eb Chantal: Vader Cees is de grote anima tor achter het schaatsen. Hij heeft aan shorttrack en langebaan gedaan en van kleins af aan gingen we met hem mee. Robbert-Kees moest aanvankelijk niets van het schaatsen hebben. Hij ging voet ballen, met zijn moeder. Robbert-Kees: Ik voetbalde hier vlakbij, bij Woubrugge. Pas op mijn elfde wilde ik ook schaatsen. In je korte broek de kou in, dat ging me tegen staan. Bij schaatsen is het ook koud, maar daar kan je je tenminste op kleden. Op mijn vijftiende reed ik mijn eerste World Cup- Wedstrijd. Ik trainde bij de nationale se lecties en met mijn vader. Dus ik stond minimaal drie keer per week op het ijs. woubrugge - Schaatsen is de sport van broer en zus Robbert-Kees en Chantal Boer. De 21-jarige Robbert-Kees werkt parttime als technisch tekenaar bij de gemeente Zoe- termeer en hij is opgenomen in de nationale shorttrackselectie. Chantal (23) maakte daar ook deel van uit, maar stopte vanwege haar studie technische bestuurskunde in Delft. Zij wil zich op de marathon gaan storten. Het ouderlijk huis bevindt zich aan de Tjalk in Woubrugge. Ook onze nichtjes Margot en Esther, die hier verderop in de straat wonen, zijn door mijn vader enthousiast gemaakt. De een zit in de ploeg van Peter Mueller, de ander is Nederlands jeugdkampioen. Chantal: Het is niet verwonderlijk dat er veel goede shorttrackers uit onze regio komen. Op de eerste plaats wordt er in de verschillende dorpen in de buurt so wieso veel geschaatst. Ten tweede is er een 200-meterbaan in Leiden en short trackclub IHCL. Daarom wordt er snel ler voor die sport gekozen dan door schaatsers die uit de regio Den Haag ko men en op De Uithof schaatsen. Robbert-Kees: De IHCL heeft al heel veel toppers afgeleverd. Chantal: Dat Nederland geen topland meer is bij shorttrack is makkelijk te ver klaren. Wij domineerden tót het een olympische sport werd. Toen gingen an dere landen er tijd en geld in steken. Robbert-Kees: Mijn doel is de Spelen van Turijn over drie jaar. Het is niet zo relevant wie van ons twee het meeste ta lent heeft. Ondanks je talent moet je er toch heel hard voor werken. Chantal: Ik ben er een tijdje uitgestapt vanwege mijn studie en wil marathons gaan schaatsen. Van shorttrack naar marathon lijkt een grote stap. Toch heeft het beide met tactiek te maken in tegen stelling tot allround-schaatsen waar het alleen maar tegen de klok gaat. Robbert-Kees: Er zijn meer shorttrac kers naar de marathon overgestapt en die doen het goed, zeker in de bochten. Had ik al snurkend een zinderende apotheose gemist? RANDJE BUITENSPEL Het gebeurde op de trai ning, bij een doodnorma le actie. Marcel Akerboom wil de een tegenstander uitkap pen en scheurde zijn enkel band volledig af. „Ik hoorde het knappen", zegt de Noord wijker. „En er zat meteen een flinke 'tennisbal' op." Aker boom werd binnen een paar dagen geopereerd, waarna het revalideren kon beginnen. Normaal staat er drie maan den voor een dergelijke bles sure, maar Akerboom leeft nog steeds in onzekerheid. „In het begin was ik erg gemoti veerd. Maar na een tijdje ging ik niet meer vooruit. De enkel bleef vastzitten. Hardlopen werd een probleem, ik moest weer op de fiets. Dat maakte het moeilijker." Hij kon het strakke revalida- tieschema van soms zes dagen in de week weer oppakken. De orthopeed in Sittard stond voor een raadsel. Hij ver moedde dat het kapsel stijf was, maar een injectie om dat eventuele euvel te verhelpen, werkte niet. Volgende week gaat Akerboom voor een se cond opinion naar een zieken huis in Amsterdam. Het zonnige karakter van Akerboom betrekt er enigszins door, maar nooit te lang. „Ik ben wat sneller geïrriteerd dan anders. In het verkeer zit ik bijvoorbeeld soms een potje te schelden, terwijl ik dat an ders niet heb. Maar op zich valt het wel mee. De mensen in mijn omgeving merken het niet echt." Akerboom was aanvoerder van de Al van Ajax en het Ne derlands elftal onder 18 jaar. De centrale verdediger was voorbestemd om te slagen in het profmetier. De overstap naar Sittard was niet onlogisch. Bij Ajax zou hij in het tweede terecht komen en Fortuna Sittard had net een goed seizoen achter de rug onder Bert van Marwijk. Wist hij veel dat het allemaal heel anders zou lo pen dan hij voor ogen had? Alles was anders vergeleken met de jeugd. Ik was gewend om al leen maar plezier te maken. Ik maakte een degra datie mee, de supporters waren niet blij en er was paniek in het bestuur. Er werden twee trai ners ontslagen. De leuke kant van het profvoet bal heb ik nog niet kunnen beleven. Ik heb nog niet echt kunnen genieten. We staan nu laatste in de eerste divisie." De verhuizing van het westen naar het zuiden was zwaar gevallen. Van de gezelligheid van de familie in Noordwijk naar alleen thuis komen in Limburg. Het ging ten koste van zijn spel. Zeker toen hij zijn basisplaats kwijtraakte na een trai nerswissel. „Ik voelde me gelijkwaardig, maar de Marcel Akerboom: „Ik ben wat sneller geïrriteerd dan anders." Foto: Hielco Kuipers trainer koos voor ervaring." Akerboom kijkt niet achterom. Velen zullen den ken dat hij indertijd de verkeerde beslissing heeft genomen door naar Sittard te gaan. Ook bij hem is het wel eens door zijn hoofd geschoten, dat het allemaal anders had kunnen lopen. Maar het heeft geen zin. Vooruit kijken moet hij, op twee fronten. „De club overleeft gewoon. Ik probeer er alles uit te halen om hogerop te komen. Ik kan in de eredivisie voetballen. Ik ben transfervrij en dat biedt mogelijkheden. Ik ben nog jong." Gezien zijn leeftijd hoeft Akerboom ook niet te wanho pen als het gaat om zijn herstel. „Ik geloof in hard werken. Ik stel doelen om me scherp te houden." Hij volgt de wedstrijden van zijn club een beetje als een kritische supporter. Als hij op zaterdag bij zijn oude club Noordwijk langs de lijn staat, is dat anders. „Dan sta ik alleen maar te ouwehoe ren met bekenden en mis ik nog wel eens een doelpuntje."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2003 | | pagina 23