Eten met je handen of met je bestek REGIO Parkeren in wijken rond het centrum moet je integraal aanpaktó Een langzame student en een snelle scholier scheuren zich een boe Ik moet hoognodig naar de snackbar Mi Cito-training wordt niet alleen Z gegeven door Ofkje Teekens Predikant Meijering bedo ft het heel anders dan hij heL? GERECHT DONDERDAG 20 FEBRUARI NAVRAAG Rotterdam is volgens onderzoekers de vetste stad van Nederland. De stad telt veel zwaarlijvigen en de bevolking is er dol op junkfood. Ook roken Rotterdammers veel en hebben zij weinig par ken om een luchtje te scheppen. Enschede doet het op alle fronten beter en is volgens het magazi ne Muscle Fitness, dat het onderzoek uitvoerde, de magerste stad van het land. Zoeterwoudenaar JAAP VAN DER KOOY, motorcoureur en tevens eigenaar van de snackbarketen Hendo in Leiden, weet veel over vet. Hoe vet is de Leidenaar? „Ik heb geen flauw idee. Sinds ik door een zwaar ongeluk in de Da kar Rally in het ziekenhuis terechtkwam, schrik ik nergens meer van. Wat ik daar allemaal aan narigheid om mij heen zag! En heus niet allemaal dikkerds. Zelfben ik inmiddels 17 kilo afgevallen, omdat ik door alle behandelingen bijna niet meer heb gegeten." Welke vette hap kunt u als sportman de jeugd aanbevelen? ,,Als je vet eet, doe het dan met mate. Dus niet elke dag gaan snac- ken, maar bij- Hoe traint u de pondjes eraf? „Toen ik aan de start stond van de Dakar Rally woog ik 101 kilo. Voor mij is dat een prima ge wicht. Nu moet ik er juist weer wat kilootjes bij krijgen. Eigenlijk moet ik hoognodig naar de snack bar." Hoe veel rook mag er wat u betreft in de Leidse lucht zitten? „Met roken is het net zo als met vet: maak het niet te gek." Hoe zijn uw ervaringen met de ziekenhuismaaltijden? „De maaltijden in het LUMC waren geweldig. Met alles erop en er aan. Alleen een frikadelletje, nee dat zat er niet bij. Maar wel op zijn tijd een lekkere bal gehakt." foto: Taco van der Eb tekst: Tim Brouwer de Koning UIT DE ARCHIEVEN ANNO 1903, Vrijdag 20 Februari LEIDEN - Leiden is beroemd door zijn hoogeschool en bekend om zijn peueraars. Zoals elk goed Leidenaar weet, hebben wij de hooge school te danken aan Willem van Oranje en wat misschien niet allen weten, de bekendheid van zijn peueraar danken wij aan Hildebrand, die voor ruim een halve eeuw zijn 'Camera Obscura' uitgaf, waarin een Leidsch Peueraar werd beschreven met peurstok en schuit. Dat boek is heel beroemd geworden en ook dat stukje is veel gelezen en zo is sedert dien tijd de Leidsche peueraar overal bekend. Schipper Ebe, die uit het Friesche komt, vertelde dat de schoolmeester achter de vraag: 'Wat zijn de voornaamste middelen van bestaan in Leiden?' liet opschrijven: 'Lakenweven en peuren'. Wie echter mocht meenen dat de peueraars nog zijn, zoals Hilde brand ze heeft getekend, heeft het mis. Peur en schuit mogen er nog uitzien zooals in de dagen toen de nu 89-jarige dr. Nicolaas Beets als Leidsch student in den maneschijn langs de Singels wandelde, het oude geslacht, dat alleen leefde en peurde voor vette mooten en je- neverflesch, is haast uitgestorven. De 19de eeuwsche beschaving is ook niet geheel tevergeefs gegaan over de hoofden van deze men- schen. ANNO 1978, maandag 20 februari ZOETERWOUDE - Door het aanhoudende vriesweer was de ijsclub dit weekeinde in de gelegenheid de Zoeterwoudse Schaatskampioen schappen op de Noord Aa te organiseren. Bij de dames ging de eerste plaats naar Marian de Hollander, links op de foto. Zij werd gevolgd door respectievelijk Riet Straathof en Yvonne Laken. Foto: archief Leidsch Dagblad Foto's in deze rubriek kunnen worden nabesteld door binnen veertien dagen na plaatsing 2,50 (voor een exemplaar van 13 bij 18 in zwart wit) over te maken op gironummer 57055 Ln.v. Dagbladuitgeverij Damiate b.v. Postbus 507, 2003 PA Haarlem, onder vermelding van Leidsch Dagblad, ANNO d.d.(datum van plaatsing) of door contante betaling aan de Dalie van het Leidsch Dagblad, Rooseveltstraat 82 te Leiden. U krijgt de foto binnen drie weken thuisgestuurd. COLOFON Leidsch Dagblad Directie: B_M. Essenberg, G.P Arnold W.MJ. Bouterse (adjunct) E-mail: directie@damiate.hdc.nl Hoofdredactie: Jan Geert Majoor, Kees van der Malen, Léon Klein Schiphorst (adjunct) E-mail: redactie.ld@damiate.hdc.nl HOOFDKANTOOR Rooseveltstraat 82, Leiden, tel. 071-5 356 356 Postadres: Postbus 54,2300 AB Leiden. Redactie fax 071-5 356 415 Advertentie fax 071-5 323 508 Familieberichten fax 023-515° 5&7 ADVERTENTIES 071-5 356300 Sprinters (rubrieksadv.); 072-519 6868 ABONNEESERVICE 071-5128 030 E-mail: abonneeservice@hdcnl ABONNEMENTEN Bij vooruitbetaling (acceptgiro) p/m €19,60 (alleen aut ine) p/kw €55,00 p/j €210,60 Abonnees die ons een machtiging verstrekken tot het automatisch afschrijven van het abonnementsgeld ontvangen €0,50 korting per bet*" ng. VERZENDING PER POST Voor abonnementen die per post (binnenland) worden verzonden geldt een toeslag van €0,50 aan portokosten per verschijndag. GEEN KRANT ONTVANGEN? Voor nabezorging: 071-5128 030 ma t/m vr: 18-19.30 uur, za: 10-13 uur AUTEURSRECHTEN Alle auteursrechten en databankrechten ten aanzien van (de inhoud van) deze uitgave worden uitdrukkelijk voorbehouden. Deze rechten berusten bij HDC Uitgeverij Zuid BV cq. de betreffende auteur. HDC Uitgeverij Zuid BV, 2003 De publicatierechten van werken van beeldende kunstenaars aangesloten bij een CISAC-organisatie zijn geregeld met Stichting Beeldrecht te Amstelveen. HDC Uitgeverij Zuid BV is belast met de verwerking van gegevens van abonnees van dit dagblad. Deze gegevens kunnen tevens worden gebruikt om gerichte informatie over voordeelaanbiedingen te geven, zowel door onszelf als door derden. Heeft u hier bezwaar tegen, dan kunt u dat schriftelijk laten weten aan HDC Uitgeverij Zuid BV, Afdeling Lezersservice, postbus 507,2003 PA Har Archeologe reconstrueert historische eetgewoonten in Midden-Griekenland Archeologe I Vroom: „Ikvf mens ai schaal onder! Met je handen eten is in de westerse wereld te genwoordig uit den boze. Welke moeder wijst haar kind niet regelmatig bestraffend op het bestek dat naast het bord ligt? Hoe anders ging het er duizend jaar geleden aan toe. Volgens ar cheologe en historica Joanita Vroom at in het oostelijke Middellandse Zeegebied vrijwel ie dereen met z'n handen. Zij onderzocht zeven jaar lang potscherven uit het Griekse Boeotië om de eetgewoon ten van gewone mensen te onder zoeken. Met behulp van oude tek sten en geschilderde afbeeldingen ontdekte zij veel meer dan zij ooit had durven hopen. I N ONDER ZOEK De periode die Vroom heeft on derzocht, loopt van de zevende tot de twintigste eeuw na Christus. Als onderzoeksgebied koos zij het oostelijk Middellandse-Zeegebied. „De historische eetgewoonten van de gewone mensen in dit deel van Europa zijn nog weinig onder zocht. Ik vond het een uitdaging om juist daar een studie van te maken", legt zij uit. Vroom maakte gebruik van ge schreven bronnen en afbeeldin gen, maar haar uitgangspunt bleef aardewerk. „Sowieso ben ik erg geïnteresseerd in keramiek. Ik wil de de mens achter de schaal on der de loep nemen." De afbeel dingen en de geschreven bronnen zijn een aanvulling op de studie van de scherven. „Het gaf me een enorme kick om erachter te komen dat er een relatie bestaat tussen het keramiek, de geschreven bronnen en de afbeeldingen." In 1996 begon Vroom met haar onderzoek. Ze werkte als onderzoekster aan de universiteit van het Noord-Engelse Durham. Toen haar promotor John Bintliff hoogleraar klassieke ar cheologie in Leiden werd, reisde ze hem ach terna om hier haar studie voort te zetten. Vroom was voornamelijk in de zomermaan den in Midden-Griekenland te vinden. In de winter schreef ze haar proefschrift. In de kelder van het museum van het Griekse Thespiae bestudeerde de onderzoekster maandenlang scherf na scherf. „Dit was nog een hele klus. Het ging om 12.000 scherven." Ze puft nog bij de herinnering aan die tijd. „Ze Nieuwsgierigheid is de belangrijkste drijfveer voor de wetenschap. De rubriek In Onderzoek doet een greep uit de vele onderwerpen waar Leidse onderzoekers zich in hebben verdiept. Vandaag: Joanita Vroom. zijn allemaal tijdens verkennend archeolo gisch onderzoek gevonden. Een 'klein' gedeel te, 2.800 stuks, heb ik nader bestudeerd en be schreven." Aan het doorspitten van de kisten bewaart Joa nita Vroom geen prettige herinneringen. „Het was echt ploeteren. Soms leek er geen eind aan te komen. Het bibliotheek- en het veld werk vond ik een stuk leuker om te doen. Ter plekke de landschappelijke situatie bestuderen en de internationale samenwer king met deskundigen waren echt een uitdaging." Vroom heeft de samenwer king met andere deskundi gen uitsluitend als prettig ervaren. „Ik kreeg vaak nut tige tips en ik kon de hulp goed gebruiken. Ik spreek veel talen maar ik beheers niet het Osmaanse kalli grafieschrift. Een bevriende specialist heeft enkele belang rijke Osmaan se teksten voor me vertaald. Daarnaast heb ik veel boeien de gesprekken gehad met his torici, kunst historici en an dere keramiek- specialisten." Joanita Vroom had niet verwacht dat er zoveel te vinden zou zijn. „Mijn ideeën zijn zeker tot hun recht gekomen. Het meest opvallende vind ik de ontwikkelingen op de lange termijn. In de Byzantijnse tijd, vanaf de zevende eeuw, eet men met vele tafelgenoten met de handen uit een grote, gemeenschappelijke schaal. Bestek wordt nauwelijks gebruikt. In de kruisvaarder- stijd (grofweg de dertiende eeuw) verschijnen steeds meer westerse eetvormen op tafel zoals kommetjes en drinkglazen. Ook het gebruik van mes en vork komt in deze periode meer voor." „Gedurende de Turkse tijd (1453-1831) maakt het gemeenschappelijk eten uit een kom weer zijn rentree. De gemeenschappelijke schaal komt weer terug op tafel en vork en mes wor den niet meer gebruikt. Wat wel opvalt, is het gebruik van de lepel om de soep mee naar bin nen te werken." De eetvormen zoals we die nu kennen, date ren pas uit de negentiende eeuw. „Omstreeks 1845 begint de Turkse elite de westerse tafelge woonten van individueel eten over te nemen. Een bord met bestek en een glas voor iedereen afzonderlijk sieren vanaf deze periode de ta fel", vertelt zij enthousiast. Eind januari promoveerde Vroom op haar proefschrift After Antiquity'. Hiermee komt haar onderzoek echter niet tot een einde. „Ik ga de sociaal-economische en culturele aspec- ten van de middeleeuwse archeologie nië en Turkije bestuderen. Ook hierbij gebruik van keramiek." Maar voorlopig wil ze eerst even bijkt haar promotieonderzoek, al krijgt ze I veel tijd voor. De University of East Ai Norwich heeft de archeologe namelijl te onderzoeksbaan aangeboden. „Ikg wr geland aan de slag als research fellow. houdt in dat ik me voornamelijk meti zoek bezighoud. In de toekomst ga ik leges geven." Judith Kloppenburg SCHRIJVENDE LEZERS w ceia uej !em G iteit l G !ko' sif Laatst berichtte het Leidsch Dagblad over een bijeenkomst in Tuinstad- Staalwijk over de parkeeroverlast Dat was een beetje een badinerend stuk je, en het gemeentelijk parkeerbeleid werd eigenlijk nogal kritiekloos be schreven. Ik was op deze wijkvergadering. Ik woon in Tuinstad-Staalwijk, in het zogenaamde 'grensgebied'. Ik kan dus de parkeersituatie 'hier' en 'daar' vergelijken. Want sinds de aanpalen de wijk, Vreewijk, met een krappe meerderheid het betaald parkeren heeft laten invoeren, zijn de straten daar leeg. Erg leeg. En bij ons zijn de straten volgelopen. Erg vol. Want mensen willen nu eenmaal niet beta len voor het parkeren. Zodat bezoe kers, bijvoorbeeld studenten en me dewerkers van de Juridische Facul teit, maar ook de bewoners van Vree wijk zelf met hun tweede en derde auto, hier gratis komen parkeren. Het kon destijds ook anders worden geregeld. Betaald parkeren in de bin nenstad, daar ontkom je niet aan te genwoordig. Maar het parkeren in de woonwijken rond het centrum, van zelf overloopgebied, had je integraal moeten aanpakken. Maar dan niet zoals de gemeente voorstelde: overal betaald parkeren. Zo is het ook niet geregeld, uiteindelijk. Het gemeentebeleid nu is: laat elke wijk zélf beslissen of ze betaald par keren wil. En zo geschiedde. Vreewijk stemde vóór, en de parkeeroverlast gaat zich nu als een olievlek uitbrei den. Want moet je betaald parkeren in wijk A, dan ga je naar wijk B, enzo voort Een te voorspellen domino-ef fect. Tuinstad-Staalwijk probeert nu de gemeente te overtuigen van een par keerbeleid voor alle wijken rond het centrum. En dan zijn er bovendien nog meer systemen denkbaar dan een duur recht op een eigen parkeer plaats. Bijvoorbeeld een blauwe-zo- negebied, een variant op de vroegere parkeerschijf. Met een schappelijk ta rief voor bewoners. En laten we hopen dat in de komst die exclusieve parkeei in Vreewijk weer wordt teruf draaid. Een regeling volgens cipe van de rijkeluisdemocn je eigen straat lekker leeg en tweede auto bij de buren! Ei zoekers moeten zelf maar Tot mijn verbazing las ik in het Leidsch Dagblad van maandag 3 februari in het stukje over de Ci- to-toets van groep 8 dat me vrouw Ofkje Teekens stelt dat zij de enige in het land is die een speciale Cito-training geeft aan kinderen van groep 8. Ik moet haar teleurstellen. Lau rens Janz. Koster en Gutenberg dachten alle twee als eerste de boekdrukkunst te hebben uitge vonden. Er waren er meer. Zo ook met deze cursus: er zijn meerdere cursussen in Neder land en ik ben een van de do centen die er een geven. Helen von Weiier, Wassenaar. Groep 8 buigt zich over de Cito-toets. Foto: De Boer "gin üi tthi der telle apri nd j p al Als predikant ben ik er op zich zelf wel aan gewend dat woor den anders overkomen dan ze bedoeld waren of dat men zelfs iets anders heeft gehoord dan ik heb gezegd. Wat uw correspondente in uw uitgave van 10 februari citeert (Rubriek Preektijgers op pagina Regio 2), is inderdaad gezegd. Maar het betrof daar denkbeel dige tegenwerpingen tegen het eAJ verhaal van de verzoek Dm woestijn die ik heb trac 'or< weerleggen. Ter gerust: van alle christelijke lezt 11(3 uw blad stel ik er prijs '8 S1 zekeren dat ik niet beü Jezus geen kortstondig! !mf voor de duivel heeft wi let' ken. Bn1 npa toi pir E.P. 0 jVe Een man uit Noordwij- kerhout wil leren autorij den en begint met lessen. Achter het stuur voelt hij zich al snel als een vis in het water. Na een klein aantal lessen is de Noord- wijkerhouter er stellig van overtuigd dat het voertuig geen geheimen meer voor hem kent. Het is slechts een kwestie van het theo rie-examen halen en dan afrijden, meent hij. Maar die laatste hobbel blijkt moeilijker te nemen dan verwacht. Wie nu waar voorrang heeft, hoe hard een automobilist mag op de autoweg, en waar de auto niet gepar keerd mag worden - het zijn feitjes die hij maar moeilijk kan onthouden. Keer op keer zakt de man voor het theorie-examen en zijn frustratie groeit. Wanneer hij op een dag de beschikking krijgt over een auto, kan hij de ver leiding niet weerstaan om stiekem een ritje te ma ken. Het gaat meteen mis, want de politie houdt hem staande. Voor het rijden zonder rijbewijs én in een onverzekerde auto moet hij vervolgens voor de rechtbank verschijnen. Daar geeft de verdachte zijn fouten direct toe. „Ik heb veel moeite met de theorie", legt hij uit. „Uit gemakzucht ben ik ermee gestopt. Het klopt dus dat ik zonder rijbewijs heb gereden. Maar dat de au to niet verzekerd was, dat wist ik niet. Ik reed in de veronderstelling dat dat in orde was. Waarschijn lijk had ik niet genoeg sal do op mijn rekening staan en ben ik daarom uit de verzekering ge haald." Die verklaring klinkt de rechter plausibel in de oren. „Bij de verzekering zijn ze onverbiddelijk", weet hij. „Sta je rood dan ben je niet langer meer verzekerd. Maar u zou beter moeten weten, het is immers niet de eerste keer." De verdachte knikt beschaamd. Het zal hem in de toekomst niet weer overkomen, belooft hij plechtig. „Ik heb namelijk geen auto meer." „En hoe zit het met uw rijbewijs?", wil de rechter weten. „Dat heb ik nog niet. Ik ben bezig met lessen", luidt het antwoord. De officier van justitie vindt dat de man voor beide strafbare feiten een boete verdient. „Als u niet kunt rijden, moet u dat ook vooral niet doen", waarschuwt ze. „Het is le vensgevaarlijk maar dat hoof ik hier verder niet uitleggen, lijkt me." De rechter is het met haar eens. De eerste eis - een boete van 330 euro voor het rijden met een onver zekerde auto - neemt hij over. .Alleen voor het rij den zonder rijbewijs leg ik u liever een ontzegging van de rijbevoegheid op voor vier maanden." De man slikt. „Kan ik dan ook niet afrijden", vraagt hij beduusd. „Bespreek dat maar met uw rij-in structeur", klinkt het koeltjes. „Dég meneer." Snelheidsduivel Een jeugdige Oegstgees- tenaar sleutelt graag aan zijn brommer. Zijn doel is om het voertuig zo op te voeren dat hij zoveel mo gelijk andere weggebrui kers kan inhalen. Dat lukt. Na wat aanpassin gen, onder andere de ver vanging van de uitlaat, haalt zijn brommer in eens met gemak de 100 kilometer per uur in plaats van de toegestane 40 kilometer. Trots als een pauw scheurt hij door zijn woonplaats. Dat valt niet alleen zijn vrien den op maar ook de poli tie. Die houdt hem na de zoveelste snelheidsover treding aan. Voor de rechter toont de jongen weinig berouw. Enthousiast vertelt hij hoe hij de brommer pre cies heeft opgevoerd. De tijd waarin hij zo hard door Oegstgeest kon jak keren, ligt echter inmid dels achter hem,. 'yjlaar niet omdat de jo inkeer is gekomf al snel. „Mijn bi overleden. Hij d niet meer. Ik rij gedwongen op 1 Wel zo'n veilig i( de officier van ji mag blij zijn dat nog kan staan. I men van de broi g namelijk helem; berekend op zo' snelheid." Deji niet van onder Dus moet een boete het hem ren zijn broi voeren, vindt Met een boete euro op zak m; gen weer naar de fiets. Floor Ligtvoet

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2003 | | pagina 14