'Ik zou soms willen dat ik kon zwijgen' ©- 00 OOG in OOG i i i i De vragen De regels Paul Koek (48) is sinds 1987 als artistiek leider en slag werker verbonden aan ZT Hollandia, het gezelschap dat in Nederland het mu ziektheater op de kaart zette. Voor die tijd speelde hij bij verscheidene ensem bles, gespecialiseerd in he dendaagse en moderne muziek. Sinds 1997 leidt Koek, naast zijn werk voor Hollandia, de Veen- studio, een initia tief om de ontwikke ling van het muziek theater verder te on derzoeken en te stimu leren. Koek woont sa men met zijn vrouw Marie ke, een zoon (22) en drie dochters (20,17 en 14) in Roelofarendsveen. door Rody van der Pols 13. Gelooft u in liefde op het eerste gezicht? „Ja, daar geloof ik wel in. Ik denk dat liefde zich op heel veel manieren kan manifeste ren. Eén daarvan is de liefde op het eerste ge zicht. Maar je hebt ook liefdes van een week of een maand. Die mag je niet ontkennen, maar ze zijn wel veel 'lichter' dan de liefde die ik in mijn eigen huwelijk heb, dat al 22 jaar werkt. Ik kan niet zeggen dat het tussen mij en mijn vrouw liefde op het eerste gezicht was, nee. Dat kon ook eigenlijk niet. Ik kende haar al heel lang, doordat ik bij haar broertjes in de band speelde. Wel is onze liefde niet lang zaam opgebloeid, maar was hij er van het ene op het andere moment. De verliefdheid drong zich plotseling op, was er ineens. Kortstondige verliefdheden heb ik eigenlijk nooit. Wat dat betreft ben ik een mazzeljon gen: ik heb de liefde van mijn leven al ont moet. Overigens overkomt me af en toe nog wel eens dat ik een soort 'herinnering' aan liefde op het eerste gezicht heb. Op zo'n mo ment zijn alle elementen aanwezig waardoor je zegt: jee, dit is ongelofelijk, wat een schoonheid! Een dergelijke sensatie zit wel heel dicht tegen verliefdheid aan. Maar als je eenmaal het geluk hebt gehad om echte lief de te ervaren, dan doen die kleinere liefdes er eigenlijk niet meer toe." 23. Heeft u wel eens een belangrijke vriendschap verbroken? „Ja, eigenlijk wel. Ik heb een belangrijke vriendschap verbroken met een jongen uit het theatervak, met wie ik op dat moment heel intens omging. We gingen veel uit, we waren ook samen aan een stuk bezig. Toen we op een gegeven moment in de kroeg za ten, vroeg hij me of ik even bij hem wilde ko men, apart van het geroezemoes, apart van het lawaai. Op dat moment vertelde hij me dat hij ongeneeslijk ziek was. Ik kreeg met een het gevoel dat er iets niet klopte en vroeg hem om het nog een keer te zeggen. Dat deed hij. Toen zei ik: nu moet je het nog één keer zeggen - drie keer is immers de waar heid - en dan gaan we daama afspraken ma ken over hoe ik je ga begeleiden. Hij zei het een derde maal, maar ik bleef een raar gevoel houden. Dus ik zei: als je niet de waarheid spreekt, hoef ik je niet meer te zien. Dit is te erg om grapjes over te maken. Achteraf bleek hij het inderdaad verzonnen te hebben. Ik heb hem toen niet meer gezien. Een merk waardig verhaal, ja. Ik heb het in zoverre kunnen begrijpen dat ik weet dat deze per soon vaak last heeft van fantasieën, die voor hem op dat moment werkelijkheid zijn." 37. Wat zou u graag beter kunnen? „Een lastige vraag. Je kan hem op meerdere niveaus beantwoorden. Laat ik dit zeggen: tijdens allerlei ontspannende activiteiten, dus bij het koken, schaatsen, hollen, denk ik vaak: als ik dit nu eens beter kon. Zo van, moet je je nu eens voorstellen dat ik echt als een speer over die ijsbaan ga. Of dat je voor een aantal mensen kookt en denkt: dit ge recht zal ze heugen, hun leven lang. Op dat niveau zijn er veel dingen die ik graag beter zou kunnen. Maar ik denk dat de vraag ook nog iets an ders behelst. Als het over mijn karakter gaat, zou ik me graag beter willen kunnen beheer sen, geduldiger willen zijn. Ik kijk altijd met een 'dat zou ik ook willen' naar mensen die heel lang kunnen zwijgen. Waarschijnlijk omdat ik daarin zelf het tegendeel ben: ik Paul Koek: „Toen Van Agt premier werd beschouwde ik mezelf als volwasseq. Omdat ik me voor het eerst heel bewust druk maakte over het feit dat ik werd geregeerd door zo'n pastoor." Foto: Hielco Kuipers praat juist veel. Vaak zeg ik tegen mezelf: zachtjes, stil, stil, stil, niks zeggen. Ik heb het idee dat wanneer je wat langer met je uit spraken wacht, je gedachten van de 'vuilig heid' worden gefilterd, je zuiverder uitspra ken doet. Zo voelt het tenminste voor mij. In een repetitie denk ik vaak: achterhouden, achterhouden, laat die acteur uitpraten. In een vergadering kan ik dat ook nog wel. Maar privé heb ik daar geen zin in, dan laat ik gaan wat er komt. Ik denk eigenlijk nooit: ik zou een betere slagwerker willen zijn. Want als ik ergens te vreden over ben, dan is het wel mijn muzika le carrière. Ik heb overal gespeeld. Ik heb al lerlei mensen ontmoet die ik anders nooit was tegengekomen. Deze zomer nog speelde ik in Athene, sta je plotseling in een theater van vierhonderd voor Christus. Op een bepaalde manier is mijn zoon Bo, die ook drumt, zelfs beter dan ik. Maar daar heb ik eigenlijk alleen maar lol van. En niet alleen omdat hij mijn zoon is. Het gaat me tegen woordig om andere dingen. Ik ben nu eerder bezig met een uur lang stilte en dan op het juiste moment een klap, dan met virtuositeit, wat ik vroeger nog wel belangrijk vond." 5. Welk kunstiverk (boek, schilderij, beeld, lied, cd) zou u gemaakt willen hebben? „Mijn eerste reactie is: niet één. Dat is niet mijn manier van denken. Ik heb het gevoel dat ik een ander tekortdoe door me een kunstwerk toe te eigenen. 'De pilaarheilige' van Luis Bunuel is een fantastische film, maar die kan ik eenvoudigweg niet maken. Ik wil het ook niet, want dan was hij anders ge weest. Het voelt alsof ik plagiaat pleeg, wan neer ik bijvoorbeeld zeg: de strijkkwartetten van Bartók, die had ik gemaakt willen heb ben. Nee, die had ik niet gemaakt willen heb ben, ik ben blij dat ik ze kan horen. Iets waar je zo van onder de indruk bent, mag je je nooit zomaar toe-eigenen. Je kan de vraag natuurlijker ook lezen als: wat zijn je favoriete kunstwerken? Waar ik in tens van onder de indruk was, is een docu mentaire over het leven van de Zuid-Ameri kaanse schrijver Jorge Luis Borges. Echt ver bijsterend. Onvoorstelbaar wat die man ver telde. Bijna blind en stokoud, maar met zo'n ontzettende geestelijke veerkracht, onvoor stelbaar echt. Zijn uitspraken, hoe hij daar zat, echt schitterend. Toen ik dat zag, geloof de ik voor het eerst in woorden. Ook het werk van de schilder Francis Picabia vind ik prachtig. Hij was bijvoorbeeld een van de eerste kunstenaars die een hele hand veertjes met zijn doeken meeleverde die erin geprikt moesten worden." 20. Wat is uw slechtste eigenschap? „Een gebrek aan geduld, maar daar hebben we het al over gehad. Een andere slechte ei genschap - en ik durf het te zeggen omdat we er allemaal tot op zekere hoogte last van hebben - is jaloezie. Die openbaart zich vooral wanneer ik ergens denk bij te horen en dat vervolgens niet zo blijkt te zijn. In mijn werk zit dat ook wel. Bijvoorbeeld: je maakt met een hele groep een stuk, vervol gens kom je als slagwerker op het podium te recht en 'dan blijkt het in de eerste plaats om de acteurs te draaien. En als dat accent heel groot is, kan ik daar heel jaloers op worden. Echt dat ik denk: jee, nu zit ik hier zulke mooie muziek te maken, maar niemand heeft het erover, niemand zegt er iets van. Meestal is dat ook niet waar, wordt er wel de gelijk iets over gezegd, maar op zo'n moment voel ik dat gewoon zo. Die jaloezie zet zich vaak om in een soort verdriet. Op zo'n mo ment voel ik me heel klein. Het is heel irra tioneel, want ik weet best dat de mensen die van het stuk genieten niet zo denken. Maar eigenlijk zou ik graag zelf in de spotlight staan, ja. Daarom zit je ook op het podium, daarom wil je ook het theater in. Dat doe je echt niet vanuit een ideologie of vanuit filo sofische bespiegelingen. In mijn geval is dat gewoon omdat ik me ontzettend goed voel achter mijn drumstelletje op het podium. In de liefde zou ik ook heel goed jaloers kun nen zijn. Maar daar is weinig reden voor. We zijn geen hippies meer. Dat hebben we lang geleden afgesloten." 39. U mag vier mensen - onder wie ook overleden personen - uitnodigen voor een dinertje. Wie kiest u? „Ik zou uitnodigen: Karin van Holst Pellek- aan, Simon van Leeuwen, mijn vrouw Marie ke en als vierde persoon voor het gemak dan maar mezelf - dit is een vast clubje, daar hoort niet nog iemand bij. Karin en Simon, beide poppenspelers, ken ik al heel lang, sinds mijn achttiende. Heel intens ook. We hebben heel veel met elkaar meegemaakt. De oudste zoon van Karin en Siem is bijvoor beeld bij ons thuis geboren. Ik heb nooit meer lol dan in dit gezelschap. Het is een combinatie van twee schorpioe nen en twee kreeften, waarvan de twee schorpioenen - Marieke en Siem - ook nog op dezelfde dag zijn geboren. Die vinden el kaar blindelings, vooral in de humor. Wat ik prettig vind, is dat het bij ons vieren nooit over het vak gaat en nooit over de serieuze kant van het leven, maar altijd over fantasie en lol. De avond loopt ook altijd uit de hand: het wordt steevast zes uur 's morgens. Het klinkt nu misschien alsof we dit vaak doen, maar dat is niet zo. Eens in de vijfjaar, niet vaker, want we hebben gewoon geen tijd. Ik kan je nu een nieuwjaarskaart laten zien waarop staat: 'En nu moet het toch maar weer eens gebeuren'. Zo'n avond is voor mij echt een feest." 50. Wanneer beschouwde u zichzelf als volwassen? „Ik was 18 of 21, dat weet ik niet precies meer, toen Van Agt premier werd. Op dat moment beschouwde ik mezelf als volwas sen, omdat ik me voor het eerst heel bewust druk maakte over het feit dat ik werd gere geerd door zo'n pastoor. Een intense afknap per op Nederland. Ik kon het niet begrijpen. En ik dacht daar niet puberaal over na, maar op een volwassen manier. Ik vond het echt een slechte zaak. En nog steeds trouwens. Dat politiek bewustzijn heeft zich bij mij niet door een langzame aanloop en interesse in een partijpolitiek gevormd, maar was een plotselinge speldenprik die ik voelde toen Van Agt het van Den Uyl won. Ik was echt verontwaardigd en teleurgesteld in mijn ei gen land. Ik voelde toen: o ja, zo is het leven ook, nu ken ik het leven. Het leven is niet al leen de wind in je rug en overal aan mee doen, maar ook de wind tegen hebben en dan toch rechtop blijven staan. Niet dat ik een puber was die een beetje free wheelde of zo. Wel genoot ik op mijn manier van het puber zijn. Ik vind de puberale leef tijd erg interessant. Volgens mij is dat een van de eerlijkste periodes in je leven. Er zit niets tussen dat wat je voelt, denkt en jezelf. Het is altijd: pats, en dat is het dan ook Daar houd ik wel van, ja. Op het moment dat ik volwassen werd, gaf dat een verruiming van mijn blikveld: je hebt dus ook een wereld die je moet accepteren, ook al vind je hem echt belabberd. Je ziet de grote lijnen. En daarmee verlies je iets. Maar dat is het ouder worden nu eenmaal: het ver liezen van het hier en nu. Maar een deceptie, nee dat was het niet. Ik houd van het leven, ook van het volwassen leven. Ik vind het ook niet erg dat er tegenslagen zijn. Dat hoort er bij. Je hebt een min en een plus, weet je. Dat hoort erbij, je kan niet zonder. Ik zit eerder in over het feit dat ik ooit doodga, dan dat ik depressief in het leven sta." 18. Wat vindt u opwindend? „Opwinding zit voor mij in de eerste plaats in muziek. Le Sacre du Printemps van Igor Strawinsky heb ik als zeer opwindend erva ren. Maar wat ik misschien nog wel span nender vind, is improviseren op het podium. Als ik met toetsenist Ton van der. Meer en cellist Francis-Marie Uitti speel, dan zijn er momenten waarop ik niet meer bewust op het podium zit. Waarop ik werkelijk word meegenomen door dat wat ik zit te improvi seren. En die muziek laat je ook weer dalen. Boem, dan zit je weer op de grond en moet je weer timen naar de acteurs. En dan komt er weer zo'n langere frase waarbij je kan gaan improviseren. Op het moment dat zoiets lukt, ja dat geeft echt een krankzinnig gevoel, ik kan het niet anders omschrijven. En dat had ik vroeger al, zelfs toen ik samen met een organist op bruiloften speelde om geld te verdienen. Daar zaten in die kleine drumso- lootjes al momenten waarbij ik zo ver in de muziek verdween, dat er ogenblikken waren waarop ik niet meer bewust bestond. Je vliegt dan echt weg met de muziek." 21. Heeft u een euthanasie verklaring getekend? „Nee. Nooit over nagedacht. En daar wil ik ook niet over nadenken. Bij alles wat met de dood te maken heeft, wil ik niet stilstaan." 34. Wanneer was u voor het laatst verliefd? „De voorstelling 'Iets op Bach' van Alain Pla tei, daaruit kwam ik wel verliefd naar buiten. Dat zat hem vooral in de juiste combinatie van zang, tekst en muziek. Ik had dat ook met 'Brassed Off, een film over een blazers orkest in een grauw, Engels mijnwerkers dorpje. Aan het slot zit een speech tegen Margaret Thatcher, ongelofelijk, diepe ont roering, echt tranen met tuiten. Dat voelde als een soort verliefdheid. Niet zozeer op de tragiek, maar vooral op de vorm waarin het gegoten is. Huilen hoort daarbij. Tranen zijn de muziek van het lichaam. Je incasseert eerst je emotie - en verliefdheid is een hele diepe emotie - die zich vervolgens heel muzikaal door tra nen uit. Het schiet van het geestelijke naar het lichamelijke. Ik heb op zo'n moment geen gêne om te huilen, nee. Dat is juist het mooie, dat zo'n medium in staat is dat met je te doen. Het trekt die tranen echt uitje. Ik ben me er wel bewust van dat wij een volk zijn dat dat niet graag laat zien. Als je in Suri name speelt, of in Brazilië of Argentinië zie je echt huilen, huilen om het huilen bijna. In Griekenland heb ik in een workshop zelfs met drie huil vrouwen gewerkt. Hun beroep is huilen op de lokale begrafenissen. Lang zaam nemen ze met hun gejammer echt de hele menigte mee. En echt zo intens dat nie mand het droog houdt." ZATERDAG 11 JANUARI 2003 ER BIJ finish Wanneer bent u voor het laatst enorm boos geweest? Op welke plek buiten Nederland zou u een jaar willen wonen? Als u nu een ander beroep zou mogen kiezen, wat zou u dan worden? Wat zult u nooit weggooien? Welk kunstwerk (boek, schilderij, beeld, lied, cd) zou u gemaakt willen hebben? Waarover heeft u in uw leven het meeste verdriet gehad? Gaat u liever om met mannen of met vrouwen? Wordt u met het ouder worden optimistischer of pessimistischer? Van welk bedrijf of welke instelling zou u directeur willen zijn? Wanneer was u voor het laatst zenuwachtig? Als u vandaag ineens alles zou durven, wat zou u dan als eerste doen? Wat zou u willen veranderen aan uw jeugd? Gelooft u in liefde op het eerste gezicht? Wat kan u in mensen vreselijk ergeren? Wanneer heeft u voor het laatst te veel gedronken? Welke rol in welke film had u willen spelen? Van wie zou u een toegestoken hand weigeren? Wat vindt u opwindend? Vindt u zichzelf aantrekkelijk? Wat is uw slechtste eigenschap? Heeft u een euthanasieverklaring getekend? Waar geeft u het meeste geld aan uit? (Woning en auto buiten beschouwing gelaten) Heeft u wel eens een belangrijke vriendschap verbroken? Op welke terreinen heeft volgens u de andere sekse het gemakkelijker? Zijn er onderwerpen waarover tegen u geen grappen gemaakt mogen worden? Is seksualiteit belangrijk in het leven? Welk tv-programma moet meteen van het scherm worden gehaald? Mogen partners geheimen voor elkaar hebben? Van welke beroemdheid greep de dood u het meest aan? Wat was de gelukkigste fase van uw leven? Welke dag zou u willen overdoen? Wat is de karaktertrek waarvan u wilt dat mensen zich u erom herinneren? In welke andere periode had u graag geleefd? Wanneer was u voor het laatst verliefd? Bent u trouw? Bent u gelovig? Wat zou u graag beter kunnen? Wat mist u in het buitenland het meest aan Nederland? U mag vier mensen - onder wie ook overleden personen - uitnodigen voor een dinertje. Wie kiest u? Welke kus zou u willen overdoen? Waar krijgt u kippenvel van? Wie bewondert u? Gaat u wel eens alleen uit? Wat was uw slechtste beslissing? Wat is in uw werk uw grootste frustratie? Wat was uw angstigste moment? Wanneer hebt u voor het laatst een leugen (tje) gebruikt? Wat is de grootste wetsovertreding die u heeft begaan? Denkt u te weten wat uw partner in u ziet? Wanneer beschouwde u zichzelf als volwassen? t De geïnterviewde gooit telkens een dobbelsteen met twintig vlakken, om te bepalen welke vraag hij (of zij) krijgt voorgelegd. Voor de eerste vraag wordt gerekend vanaf nul. Bij de volgende negen worpen wordt er doorgeteld, waarbij na vraag 50 weer vraag 1 volgt. Komt iemand op een vraag die hij al heeft beantwoord, dan moet die worp over.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2003 | | pagina 39