Geen gewetenswroeging
De Grote Jattest
VII
Overspel. 'Het zit in m'n natuur, denk ik'
Bietsen, gappen, rausjen, pikken, klauwen, jatmouzen, kapen, snaaien, snezen, snuffelen, organiseren
10. Er is nu al voor de derde keer dit jaar
een fiets van u gepikt. Even later komt u
iemand tegen die een fiets aanbiedt
voor twintig euro. Kopen?
12. Een coDega vertelt u in vertrouwen een
fantastisch idee dat het bedrijf ten goede
kan komen. Hoe gaat U daarmee om?
Kerstbijlage 2002
Huwelijkse trouw is een norm die
geen vat heeft gekregen op Theo. 'De
Tien Geboden ken ik wel hoor, maar
dat geloof...' Hij pleegde zo'n 2$ jaar
overspel, zonder dat zijn vrouw ook
maar iets in de gaten had. Tot ze een
tijdje geleden foto's en een
liefdesbriefje vond. Einde huwelijk.
Theo gaat op de oude voet door.
Twee relaties momenteel. 'Maar ze
weten niet van eikaars bestaan'.
door Ed Blaauw
Zijn jongste verovering.
Een 'heerlijke vrouw met
een goddelijk lichaam',
zegt hij trots. „Ze komt uit Gha
na. En gelovig dat wil je niet we
ten. Veel bidden. En ze bidt ook
voor mij." Pretoogjes en een
schaterlach. „Ik heb er trouwens
nog een relatie bij, een Thaise.
Het liefst heb ik dames van
rondom de evenaar."
Theo, een man van middelbare
leeftijd met het onopvallende ui
terlijk van een doorsnee Neder
landse man. Hij is vertegen
woordiger van beroep. Na een
werkdag moet hij vaak op jacht.
„Ik mag het vrouwen zo graag
naar de zin maken. Dat zit in
me. Ik doe lief en begrijpend te
gen ze. En ik vertel ze over mijn
buitenhuisje - zoals ik mijn ka
mer noem - en mijn waterbed.
Tsjaa, en dan worden ze nieuws
gierig hè."
Talloze relaties heeft hij achter
de rug, zonder dat zijn echtge
note daar van wist, of ook maar
iets vermoedde. „Ze vertrouwde
mij blind, terwijl ik de ene relatie
na de andere had. Een tijdje ge
leden vond ze foto's en een lief
desbriefje. Vergeten m'n koffer
tje op slot te doen; stom. Toen
was het na ruim 25 jaar huwelijk
meteen over en uit. Op het mo
ment dat mijn geheim ontdekt
werd, voelde dat als een bevrij
ding."
Spanning
Hij heeft geen gewetenswroe
ging. Dat begrip is hem vreemd.
„Ik ben en blijf een avonturier.
Ik kan de verleiding niet weer
staan. Waarvoor zou ik een
schuldgevoel moeten hebben? Ik
heb me altijd - al die jaren van
mijn trouwen - de pleuris ge
werkt. Als je dan thuis komt bij
een vrouw die altijd hoofdpijn
heeft.. Nou, dan denk je wel an
ders over trouw en echtbreken.
Onvrede of geiligheid? Ik zou het
niet weten, daar denk ik niet
over na. Het zit in m'n natuur,
denk ik. Als een vrouw aardig te
gen me is, probeer ik verder te
gaan. 't Is een soort spanning."
Als hij terugkijkt op zijn losban
dige levenswandel zegt hij: „En
toch heb ik nooit een lievere
vrouw gehad dan mijn eigen
vrouw. Toen ik trouwde wilde ik
- zoals de meeste mensen - een
eerzaam leven. Huisje, boompje,
beestje. Dat idee. In het begin
gingen we nog samen uit. Later
begon ik alleen te stappen. Want
zij was moe en bleef liever thuis.
Zeven avonden in de week ging
ik de hort op. Mijn vrouw accep
teerde mijn gedrag. En weet je
wat nou het gekke is? Zou mijn
vrouw hetzelfde hebben gedaan
- ik bedoel: buitenechtelijke re
laties er op nahouden - en ik
was erachter gekomen, dan had
ik het niet geaccepteerd. Eigen
lijk raar hè?!"
Geloof
In zijn jeugd was Theo een
'braaf oppassende' jongen. Hij
zat op een katholieke lagere
school. „Kreeg je een klap van
meneer pastoor als je niet luis
terde. Dan voelde ik me zó
bedonderd Ik dacht: dit klopt
niet met de godsdienstles. Zo
heb ik het niet gehoord.
Ik weet een hoop van het geloof
hoor. Ik heb een behoorlijke bij
belkennis. De tien geboden kan
ik zo opdreunen. Maar dat ge
loof kan me gestolen worden.
Het geloof zorgt alleen maar
voor narigheid in de wereld. Ik
geloof in de goedheid van de
mens zelf. Ik ben er van over
tuigd dat voor jou een stoel in de
hemel staat als jij in je leven
goed doet."
Zijn allereerste meisje ('Op wie
ik heel gek was') heeft hem een
kunstje geflikt, zegt hij. „Die ge
beurtenis heeft me gevormd. Ik
wilde bewijzen dat ik niet zo'n
dooie lui was als de mensen
dachten. Ik begon te stappen en
ben eigenlijk nooit meer opge
houden. Waarom ik zo leef als ik
leef, dat is voer voor psycholo
gen."
Na zijn huwelijksbreuk is hij ver
huisd naar een piepklein kamer
tje. Zijn tweepersoons waterbed
past er maar nauwelijks in. „Ik
probeer er ondanks alles toch
een romantisch plekje van te
maken." Kaarsen op de planken,
foto's van zijn relaties aan de
wanden. „Ze weten niet van el-
kaars bestaan. Ik moet er dus
steeds om denken foto's weg te
halen als er eentje op bezoek
komt. Ja, da s een ingewikkelde
bezigheid..."
Grens
Theo mag dan erg ruimdenkend
zijn, hij heeft z'n grenzen. „Nie
mand moet mij de wet voor
schrijven, want dat pik ik niet.
Als vrouwen de baas over me
willen spelen, maak ik er meteen
een eind aan. Ik begin altijd seri
eus aan een relatie. Die mensen
die eerder zeiden dat ik een
saaie lui was, vragen zich nu af
hoe ik toch aan die jonge vrou
wen kom. Ze zijn altijd jong, al
thans in verhouding tot mijn
leeftijd. Mijn geheim? Een echte
versierder ben ik niet. Wel ie
mand die begrip toont en luis
tert. Dat vinden vrouwen heer
lijk."
Uit zijn huwelijk heeft hij drie
kinderen. Die weten niet wat
pappa zoal uitvoert. „Het kan
zijn dat ze wat vermoeden."
Lange tijd leefde Theo in de ver
onderstelling dat hij bij een van
zijn vroegere relaties een doch
ter had. „Toen dat kind twaalf
was, kwam ik er achter dat haar
moeder gelogen heeft tegen me
en ik niet de vader was. Ja, als je
veilig vrijt heb je dat soort situa
ties niet. Maar ik vrij puur na
tuur. Als er 'wat' gebeurt, het zij
zo. Dan duurt het toch nog tien
jaar voor de ziekte zich open
baart en dan heb ik al lang Alz
heimer. Ben ik alles vergeten."
Vanwege de privacy zijn de
personalia gefingeerd.
Foto: Hans van Weel
Gij zult niet
echtbreken
Bietsen, dieven, gappen, kapen, klauwen, pikken, ratsen, jat
mouzen, rausjen, snaaien, snezen, snuffelen, organiseren,
lange vingers hebben, verdonkeremanen, achteroverdruk-
ken, afstoffen. Aldus een keur van omschrijvingen voor 'ste
len' in het Groot Synoniemen Woordenboek van Van Dale.
Termen voor iets waarvan iedereen weet dat het niet mag.
Terwijl in die woorden iets ontwijkends, dan wel verzach
tends doorklinkt.
Het is natuurlijk ook rekkelijk. Is het voorproeven van een
zuurtje in een snoepwinkel wezenlijk anders dan handel in
aandelen met voorkennis? Hoever gaat u eigenlijk?
Test uw eerlijkheid. Omcirkel uw antwoor
den en overzie uw score. De tabel hier
voor is in deze bijlage te vinden op de
pagina waarop de kerstpuzzel is afge
drukt. Onder het kopje 'Score-tabel
Grote Jattest' een opgave van het aan
tal punten per antwoord en duiding
van een bij de eindscore behorende
categorie.
door Jos Haagmans en Bart Siebelink
1 De toiletjuf van V&D is even weg. Gooit u
toch die 25 eurocent op dat schoteltje?
A: Natuurlijk.
B: Ik vind tien eurocent ook wel mooi.
C: Alleen als er kinderen bij zijn, je moet im
mers het goede voorbeeld geven.
D: Ik geef niks, maar ik pak wat er al op ligt.
Had ze er maar bij moeten blijven.
2» Neemt u kopieerpapier van uw
werk mee naar huis?
A: Af en toe een paar velletjes vind ik kunnen,
maar hele pakken gaat me te ver.
B: Alleen hele pakken, anders valt het te veel
op.
C: Nee, dat hoort niet.
D: Ja hoor, de baas verdient al genoeg aan me.
3. Gaat u 'creatief met uw
belastingaangifte om?
A: Ja, zolang het maar niet te veel opvalt.
B: Natuurlijk. En flink ook! Ik probeer zoveel
mogelijk aftrekposten te verzinnen.
C: Nee, dat mag niet. Het is geld voor de ge
meenschap.
D: Ja, de fiscus pakt mij ook als het maar even
kan.
4 Tijdens uw vakantie is uw oude camera
kapot gegaan. Geeft u hem bij uw verzeke
ringsmaatschappij op als gestolen?
A: Nee. Ik heb pech gehad en koop een nieu
we.
B: Ja. Ik ga een veel duurdere camera claimen
en ik zorg wel dat ik aan een kassabon kom.
C: Ja. Het was een heel dierbaar verjaardags
cadeau.
D: Waarom niet? De verzekering probeert er
toch onderuit te komen, wedden dat die de
premie weer verhoogt?
5. De offerte van de schilder valt te hoog
uit, maar zwart valt er wel wat te ritselen.
Waar kiest u voor?
A: Ik betaal zwart en geef die schilder maar de
helft. Laat hem maar eens proberen mij juri
disch aan te pakken.
B: Niet zwart. Het moet een eerlijke zaak zijn.
C: Ik doe het, laat mij ook eens mooi wonen.
D: Welja. En je bent nog sociaal ook: zonder
zwart circuit stort de economie in.
6. Een caissière van De Bijenkorf geeft per
vergissing 10 euro teveel terug. Wat nu?
A: De loop gewoon door. Deze feestdagen zijn
toch al zo duur.
B: Ik zeg niks. Zo'n concern als De Bijenkorf
kan het makkelijk hebben.
C: Ik attendeer haar erop een geef het geld te
rug.
D: Ik wacht of ze me naroept en als ze dat
doet, reageer ik heel verbaasd.
7Hoe staat u tegenover het zelf
branden van cd-tjes?
A: Ik doe het. Gouden handel!
B: Geen problemen mee. Weet je wat die din
gen tegenwoordig kosten?
C: Ja, want dan heb ik meer muziek om te rui
len en dus meer om van te genieten.
D: Ik doe het alleen maar voor eigen gebruik.
8. U ziet dat iemand twee briefjes van
€50 in de flappentap laat zitten en
wegloopt. Wat doet u?
A: Een briefje verdwijnt als 'vindersloon' in
mijn zak, het andere geef ik terug.
B: De kijk eerst om me heen. Als er verder nie
mand in de buurt is, pik ik dat geld in.
C: Roepen naar de persoon in kwestie en hem
het geld aanreiken.
D: Hoe dan ook inpikken. Wie daar iets van
zegt bluf ik af.
9. Uw energieleverancier heeft per
vergissing geld gestort op uw rekening.
Wat doet u?
A: Ik neem contact met ze op en stort het te
rug. Anders is het onrechtmatig.
B: Ik hou het. Dan moeten ze maar niet zo
blunderen.
C: Ik wacht gewoon af. Alle kans dat ik ermee
weg kom.
D: Ik haal het er meteen van af en koop er iets
moois van. Met dit soort bedrijven heb ik geen
centje medelijden.
A: Nee. Anders zou ik meewerken aan de ver
loedering.
B: Ja, Ik moet toch wat?
C: Nee. Ik jat zelf wel een nieuwe fiets. Dan
kost het me niks en zo sponsor ik de drugs
handel ook niet.
D: Alleen als het een onopvallende, oude fiets
li U overmeestert een zakkenroUer en
pakt uw eigen portemonnee terug. Uit zijn
binnenzak komt nog een stapel losse bank
biljetten tevoorschijn. Pakt u die gelijk mee?
A: Nee, het is toch niet mijn geld?
B: Ja hoor, zo leer ik hem gelijk een lesje.
C: Ja, maar ik kijk eerst goed om me heen of
niemand het ziet.
D: Inpikken en volledig fouilleren die bandiet.
Wie weet wat hij verder nog bij zich heeft.
A: Ik zeg: vertel het niet verder, dan regel ik
het voor je bij de baas.
B: Ik maak er mooie sier mee bij mijn chef;
stom dat die collega die kans laat liggen.
C: Ik adviseer hem met de baas te gaan pra
ten.
D: Ik test zijn idee door allerlei bezwaren aan
te voeren. Als hij interessante antwoorden
geeft zet ik het hele verhaal op papier en loop
ermee naar de directie.
13. U kunt nog net in de trein springen,
maar hebt geen kaartje. Wat doet U?
A: Ik ga meteen op zoek naar de conducteur
om alsnog te kunnen betalen.
B: Ik vind dat openbaar vervoer eigenlijk gratis
moet zijn, dus ik ga rustig zitten.
C: Ik waag het erop en loop door naar de laat
ste coupé omdat ik toch niet ver hoef.
D: Ik ben een notoire zwartrijder. Als ik ge
controleerd word maak ik zoveel stennis dat
hij me niet durft aan te pakken.