Geen man van
de grote visies
Voor Wouter Bos is er meer in het leven dan politiek
t uitzondering
trouwen ben
ik overal snel
in geweest'
'Mijn grootste zorg
is dat wij hier
Antwerpse
toestanden krijgen'
lies was hij snel, maar trouwen doet hij
>P zijn 39e- Voor Wouter Bos is die dag,
ag, belangrijker dan de verkiezingsdag
122 januari, ook al is hij dan lijsttrekker
voor de PvdA. „Ik wil een nieuw soort
ticus zijn, iemand voor wie politiek niet
het leven zelf is."
door Dick Hofland
oen ik mijn vriendin ten
I huwelijk vroeg, wist ik
I niet dat er begin januari
weer verkiezingen zouden zijn, an
ders hadden we wel een andere
trouwdag gepland en zouden we ook
op een ander moment op huwelijks
reis zijn gegaan. Het is allemaal een
beetje raar gelopen, maar nu ik haar
eenmaal ten huwelijk heb gevraagd,
verwacht je toch niet dat ik ga zeg
gen: 'Sorry, ik meende het niet'.
Ik trouw op mijn 39e, dat kun je laat
noemen. Volgens mij trouwen men
sen steeds later... Dit verzin ik ter
plekke... Trouwen hoeft niet, maar
het kan wel, het lijkt me leuker. Ik
was best druk met andere dingen, ik
moest blijkbaar uitrazen, was bezig
een balans in mijn leven te vinden:
hoe kun je tegelijkertijd een carrière
én een partner hebben? Ik ben al die
tijd ook niet die ene tegengekomen,
de ware.
Ik wil er geen geheim van maken dat
ik geniet van het leven, dat ik het er
goed van heb genomen in mijn stu
dententijd en dat ik ook dronken
ben geweest. Om duidelijk te maken
dat ik geen robot ben, geen stand
puntenmachine. Ik ben ook maar
een mens. Maar er zijn wel degelijk
grenzen over wat ik aan de natie
kwijt wil. Van mij hoor je helemaal
niets over kinderen enzo. Of ik ze
wil, hoeveel en wanneer, dat ga ik
echt niet delen met de rest van Ne
derland. Ik vind het soms niet erg
om dingen te vertellen, maar ande
ren misschien wel, mijn vriendin,
mijn broer en zus, mijn ouders. Dus
als ik over kinderen wil praten, dan
doe ik dat met mijn vriendin en niet
met de media.
Toen ik in de politiek ging, heb ik
mij twee dingen voorgenomen: ik
wil fatsoenlijk blijven en ik wil mijn
privéleven overeind houden. Het is
er niet makkelijker op geworden nu
ik lijsttrekker ben, maar ik vind dat ik
het juist in deze functie moet waar
maken. Ik vind dat je niet alles moet
doen om aan de macht te komen of
te blijven en ik wil uitdragen dat de
PvdA en dus ook zijn leider staan
voor arbeid, onthaasting, zorg voor
elkaar en liefhebben. Ik kan daar
moeilijk anderen op aanspreken als
ik dat voor mezelf niet goed regel. Ik
behoor tot een lichting politici die
niet is begonnen met het rondbren
gen van folders en via diverse func
ties in het kader is opgeklommen,
maar die vóór de politiek iets anders
heeft gedaan en na de politiek ook
misschien weer iets anders gaat
doen. Ik zeg niet dat het gebeurt,
maar ik sluit het niet uit. Ik ben geen
beroepspoliticus, geen politicus die
er van küidsaf in is opgegroeid. Ik
wil een nieuw soort politicus zijn, ie
mand voor wie politiek niet het le
ven zelf is.
„Mijn passie ligt vooral bij mensen en dingen die dichtbij zijn."Foto: GPD/Harmen de Jong
vroeg als volksvertegenwoordiger.
Nou Bos, als je het écht meent, dat
van die politiek... Bijna direct nadat
ik had ingestemd, voelde ik een fy
sieke opluchting. Ik merkte dat ik
van mijn zorgen en gedachten ver
lost was. Alsof ik had bewezen dat ik
mijzelf al die jaren niet maar iets had
wijsgemaakt. Ik had een prachtige
baan bij Shell, maar ik heb er nooit
spijt van gehad dat ik daar ben weg
gegaan. Ik heb financieel flink inge
leverd, maar olie heeft bij mij altijd
tussen de oren gezeten en niet hier,
niet bij het hart.
Ik ben opgegroeid in een christelijk
maar links gezin met vier kinderen,
waarin zeer veel over politiek werd
gediscussieerd. Mijn vader was di
recteur van een ontwikkelingsorga
nisatie en is later nog ambassadeur
in Ethiopië en Soedan geweest. Hij
was lid van de PvdA. Ik zat op een
conservatieve school en weet je wat
zo leuk is: dat ik nu brieven en e-
mails krijg van oud-leraren die zeg
gen dat ze ook PvdA stemmen. Ik
weet nog goed dat ik geschiedenisles
kreeg van meneer Ten Cate, die ver
telde dat apartheid van God gegeven
was en dat we niets aan die zwartjes
moesten overlaten, want dan kwam
er niets van terecht. Dat vertelde ik
thuis en dan ontstak mijn vader in
grote woede. De volgende dag stak ik
bij de les van meneer Ten Cate als
enige mijn vinger op en ging ik tegen
zijn verhalen in.
Zoals bij iedere jonge tiener wordt je
denken enorm bepaald door wat je
thuis te horen krijgt, je vader heeft
altijd gelijk. Uiteindelijk neem je ook
afstand van je ouders, in mijn geval
is dat vooral ten opzichte van het ge
loof geweest. Dat zegt me niet veel
meer. Al merk ik wel dat ik sterk be-
invloed ben door het calvinistische
credo dat de mens moet woekeren
met zijn talenten.
Mijn moeder was verpleegkundige,
maar heeft haar baan opgezegd om
mijn oudste broer te verzorgen, die
was geboren met een open rug. Hij
overleed op zijn veertiende, ik was
toen elf. Hij was mijn oudste broer,
ik trok veel met hem op. Ik ben niet
zo terugkijkerig en ik ben ook niet
iemand die zijn verleden analyseert,
maar ik denk te kunnen zeggen dat
ik door zijn dood niet wezenlijk een
ander mens ben geworden. Ik ben er
door veranderd zoals iedereen ver
andert die wordt geconfronteerd
met de dood van dierbaren. Mijn
ouders zijn gescheiden toen ik al bij
na tien jaar uit huis was. Zo'n schei
ding maakt minder indruk, als ik het
zo kan zeggen, dan wanneer je als
kind nog thuis woont. Dan raakt het
je vermoedelijk veel harder. Maar
die scheiding heeft wel het beeld
over mijn jeugd veranderd. Mijn
herinnering is een harmonieus,
warm gezin en dat blijkt het dus in
werkelijkheid niet altijd te zijn ge
weest. Het is... nee, ik houd er over
op. Mijn ouders leven nog en alles
wat ik hier over zeg, raakt hen. En ik
wil ook niet dat anderen mijn ouders
aanspreken doordat ik er in het
openbaar over praat. Wat ik nog wel
kan zeggen: ik heb het gevoel dat
ook die scheiding niet van wezenlij
ke invloed is geweest op mijn ma
nier van leven en denken. Nou ja,
zoals velen denk ik ook wel eens dat
het volgens de psychologie van de
koude grond misschien wel een re
den is geweest dat ik mij niet snel
aan een vrouw heb kunnen of dur
ven binden. Dat zou best wel eens
kunnen. Datje bang bent dat het
toch weer uit gaat, net als bij je ou-y
ders.
ZATERDAG
21 DECEMBER
2002
ER
BU
Voor een politicus heb ik een atypi
sche carrière, en daardoor is het
misschien allemaal net iets losser
dan bij een geboren politicus. Ik
kom niet uit een lobbygroep, ik ben
niet de vertegenwoordiger van de
vakbond, ik heb geen vaste achter
ban. Daardoor kan ik me vrijer be
wegen. Dat is niet de traditionele
opvatting van politiek, het is niet de
betrokkenheid van dertig jaar gele
den. Ik kan politiek echt meer relati
veren dan iemand als Den Uyl, ook
meer dan Kok,
denk ik. Dat zeg
ik nu, maar ik
weet nog goed
dat ik in het be
gin in het ge
bouw van de
Tweede Kamer
Wim Kok tegen
kwam en me
toen een klein
jochie voelde. Wim Kók! In het écht!
En toen ik staatssecreatris van finan
ciën werd en in de Trêveszaal het
woord van hem kreeg en iedereen
nog naar me luisterde ook, toen
dacht ik: Jeetje, Woutertje, dat jij
daar bij hoort. Dat gevoel is nu wel
over hoor.
Voor mij is de samenleving niet
maakbaar vanuit Den Haag. Het
Binnenhof bepaalt niet meer hoe wij
met elkaar leven, maar slechts voor
een deel. Ik sta ook wat anders in het
leven doordat ik in tien jaar bij Shell
veel heb gewerkt in wat ik moeilijke
landen noem. Roemenië, China, dat
soort landen. Waar niet meteen ge
beurt wat je wilt. Het is wachten en
praten, de dingen gaan moeizamer.
Het is een totaal andere manier van
leven en denken dan wij gewend
zijn: je moet het leven nemen zoals
het komt. Misschien is dat ook een
reden-dat ik geen politicus ben van
de grote beschouwingen, de grote
visies. Verwacht van mij niet dat ik
hier ga zitten vertellen hoe Neder
land en de wereld er uit gaan zien als
Wouter Bos het voor het zeggen
krijgt.
Natuurlijk ben ik voor spreiding van
kennis, macht en inkomen, natuur
lijk gaat mijn beeld van wat er in de
wereld moet gebeuren veel verder
dan beperking van de hypotheekaf
trek, maar voor mij is politiek toch
vooral heel praktisch. Ik maak het
liever klein. De agent die zijn wijk
veiliger maakt, een ziekenhuis dat er
in slaagt zijn wachtlijst weg te wer
ken, een ondernemer die een procé
dé bedenkt waardoor hij veiliger kan
produceren: dat soort dingen moti
veren me veel meer. Omdat ze daad
werkelijk dingen veranderen. De po
litiek mag best praktischer.
Je zegt het, ik kom over als een kli
nisch politicus. Ik verwijt mezelf ook
wel eens dat ik te analytisch ben, dat
ik praat alsof ik een essay schrijf. Dat
is een hoofdstuk apart: hoe kom je
over? Ik hoor niet zelden dat ik tot
lijsttrekker ben gekozen omdat ik,
zoals ze dan zeggen good looking
ben, maar ik schat de leden van de
PvdA die mij hebben gekozen toch
hoger in dan dat het alleen om de
uiterlijke kant gaat. Ik denk datje
een slecht product niet verkoopt
door er leuk bij te lachen, omdat de
inhoudelijke oriëntatie belangrijker
is. Niettemin schijn ik veel te lachen.
Er is eens tegen mij gezegd: wanneer
haal je die kinderlokkersglimlach
eens van je gezicht?
Ik ben nog niet zo bekend, ik heb op
dat punt een achterstand. Maar als
mensen je nog niet kennen, veron
derstellen ze ook veel over je. Zo
wordt mij vaak verweten dat ik geen
passie heb. Dat beeld bestaat voor
een deel omdat ik op financiën heb
gezeten, waar het over cijfertjes gaat,
over schijf IA, dat soort dingen. Dat
is geen omgeving die zich erg leent
voor passie, niet te vergelijken met
bijvoorbeeld volksgezondheid, waar
het gaat over leven, ziekte en dood.
Mijn passie ligt vooral bij mensen en
dingen die dichtbij zijn, die er toe
doen, heel direct, waar ik blij over
kan worden of heel kwaad.
Laat ik een voorbeeld geven over wat
voor mij passie in de politiek moet
zijn. De Engelse premier Tony Blair
wilde in het begin van zijn regeerpe
riode het Noord-Ierse conflict oplos
sen en had daarvoor een vrouwelijke
minister aangesteld, Mo Mowlan, die
tijdens het gesprek met de protes
tantse en katholieke woordvoerder
de twee bij de kraag pakte en ze let
terlijk over de tafel trok. Die vrouw
had kanker, was kaal geworden door
de chemokuur en droeg een pruik.
Op een gegeven moment trok ze die
pruik van haar hoofd en sméét dat
ding op tafel: En nou is het verdom
me afgelopen! Dót is passie in de po
litiek. Toe ik dat zag, dacht ik: zo
moet het. En ze kreeg het ook nog
voor elkaar. Hier was een politicus
die liet zien dat je persoonlijk iets
voor elkaar kunt krijgen: een betere
wereld.
Ik kan wel kwaad worden over Bush,
maar dat is ver weg. Ik word veel eer
der kwaad, echt kwaad, over voor
malig minister van volksgezondheid
Bomhoff, die durfde te zeggen dat er
recht op zorg is. Dat was heel oneer
lijk, omdat het niet waar was. Hij
heeft de sfeer gewekt dat als je op
een wachtlijst staat je snel geholpen
kan worden, dat het allemaal beter
zou worden. Dan verkoop je de
kwetsbaren knollen voor citroenen.
Zó misleidend! Walgelijk.
Op dit moment is veruit mijn groot
ste zorg dat wij hier ook Antwerpse
toestanden krijgen. Dat is niet on
denkbaar. De jonge allochtonen in
Antwerpen zijn net zoveel Belg als de
Belgen zelf, ze spreken nét zo goed
Vlaams als de Vlamingen en hebben
vrijwel allemaal een baan. Ze lijken
goed geïntegreerd en tóch gaat het
helemaal mis. Omdat men elkaar
niet verstaat, niet wil verstaan. Wij
kunnen wel een Europese Arabische
Liga gaan verbieden, maar dat is niet
meer dan symptoombestrijding. Je
moet ze het gevoel geven dat ze hier
thuis zijn, dat ze er bij horen. Daar
voor moet er wel iets veranderen op
de arbeidsmarkt, op de woning
markt, met het deurbeleid bij disco's,
dat soort zaken. Doe je dat niet, dan
staan vooral de jongeren open voor
radicalisering.
Dit vind ik nou een sprekend voor
beeld van hoe je met politieke beslis
singen mensen een beter leven kunt
geven. Ik heb dat gevoel altijd heel
sterk gehad. Vanaf mijn studenten
tijd had ik al iets van: ik wil politicus
worden. Heel onbestendig, maar la
ter is het bewuster geworden. Ik had
toen nog wel een enorme pretentie,
want ik dacht te weten hoe de wereld
in elkaar zat. Maar ik vond het, toen
ik wat ouder was, nodig om eerst
eens in de echte wereld rond te lo
pen, en daarom koos ik voor het be
drijfsleven. Ik had ook kritische kant
tekeningen bij ondernemen en zeker
bij Shell, maar ik heb toch bewust
gekozen om daar te gaan werken
toen de kans zich voordeed. Ik heb er
tien jaar gewerkt, maar altijd tegen
mezelf gezegd: ooit ga ik de politiek
in.
Dat dreigde een zoethoudertje voor
me te worden, zoiets van: Zie je wel,
je bent best wel een goeie vent hoor.
Na die tien jaar moest ik voor mezelf
kleur bekennen toen de PvdA mij
Met uitzondering van trouwen ben
ik eigenlijk overal snel in geweest. Ik
kon goed leren, heb op de basis
school een klas overgeslagen, had op
mijn zestiende al het diploma gym
nasium op zak. Mijn ouders hebben
toen gezegd: nu even een jaartje iets
anders. Tot mijn zeventiende heb ik
in Engeland op een YMCA-campus
voor jongeren gewoond en vrijwilli
gerswerk gedaan. Het eerste half jaar
reed ik op een tractor, schilde aard
appels, leeg-
Wouter Bos met Klaas de Vries en Jeltje van Nieuwenho-
ven, de twee andere kandidaat-lijsttrekkers van de PvdA,
tijdens een partij-bijeenkomst in hotel Krasnapolsky.
Archieffoto: ANP/Robbert Slagman
Wouter Bos en Femke Halsema lopen mee met een pro
testmars in Rotterdam, gericht tegen bezuinigingen op de
gesubsidieerde arbeid.
Foto: GPD/Koen Suyk
de vuilnis
bakken. Ik
moest alle
maal rot
klusjes doen
en ik kwam
elke dag
stinkend
thuis. Dat is
heel goed
voor je nederigheid. Het tweede half
jaar was ik sportleraar en gaf ik voor
namelijk les in kanovaren en bergbe
klimmen. Na'dat jaar is het allemaal
wat normaler geworden, al was ik
toch weer de jongste in het kabinet
toen ik staatssecretaris van financiën
werd.
Ik heb een goede persoonlijke ver
standhouding met Gerrit Zalm, we
mogen elkaar graag, maar het kost
mij geen enkele moeite om met hem
een keihard politiek debat te voeren.
Dan doe ik mezelf totaal geen ge
weld aan. Ik zie wel dat in de publi
citeit, in de beeldvorming, dat on
derscheid veel minder helder is.
Daar zijn politicus en persoon vrij
wel altijd één en dezelfde. Ik merk
dat ik daarover een slag anders ben
gaan denken sinds ik lijsttrekker
ben. Ik was best benauwd waar mijn
vrienden me mee naartoe zouden
nemen op mijn laatste vrijgezellen-
avond, want ik kan het niet maken
om dronken uit een dubieuze tent te
komen. Dat zijn de beperkingen van
mijn functie en die accepteer ik."