'Er wordt zoveel van
jongeren gevraagd'
Gerard Désar heeft respect voor huidige generatie voetballers
Alles gemist
van het
spektakelstuk
bij Quick Boys.
Komt er van
als je je zoon
van 1 mee
naar het
veld sleept
SPORT
zaterdag 9 november 2002
irvan der Hulst
ir leek onlosmakelijk met UVS verbonden.
:ls 58-jarige Leidenaar speelde beginjaren
in de vorige eeuw betaald voetbal voor RBC.
:t'°iij Roosendaal voor zijn studie had verlaten,
zijn nieuwe liefde. Désar speelde jarenlang in
te, is nog steeds topscorer aller tijden, en werd
(ner van de hoofdmacht. Toch verliet hij UVS en
hij nu van zaterdageersteklasser Voorschoten
irestatief sterke club te maken. Désar, conrec-
let Stedelijk Gymnasium, in negen stellingen
)pe de Haan, leraren, zijn zoon Jeroen en RBC.
H rd Désar sluit zijn trainersloopbaan bij
Toten '97 af.
tiejals voetbaltrainer altijd begrepen dat je dat
weet. Gezien mijn leeftijd ligt het voor de
laar het is slechts twee jaar geleden dat ik een
ling kreeg om hoofd opleidingen te worden
srenveen. Zo gek kan het dus lopen. Waarom
niet op ben ingegaan? Dat heeft te maken met
jiplex van factoren, waaronder mijn werk en
leid waarmee ik moest beslissen. Voor een
pleiding is het goed als je vanuit je werk de
in schoolproblematiek kent, en de voetballerij.
•Hdat Foppe de Haan die combinatie belangrijk
cqken hem van de cursussen die we samen
teijgedaan."
|e reden die ik kan bedenken om te stoppen
er is mijn gezondheid. Voorlopig heb ik het
naar mijn zin bij Voorschoten. Ik ben be-
rots op de selectie en de club. Of ik ooit naar
ig ga? Dat sluit ik nooit uit. Die vereniging zit
lart."
>1 1;
trainer op leeftijd is er sprake van een ge-
inflict met zijn spelers.
Lujjjang met jongeren is mijn beroep. Doordat ik
enjiderwijs zit, wordt het optreden van een ge-
onflict vertraagd. Ik kan niet verhelen dat er
A wat gebieden verschillende inzichten en
en kunnen bestaan. De muziek waarvan de
n ik houden, verschilt duidelijk, maar over
lelangrijkste bestaat geen verschil; hoe het
Delletje moet worden gespeeld. Ik hoop wel
nanier waarop ik training geef dat ik de spe-
rmee kan geven, dat ze zich ook buiten het
er emoties kunnen gedragen. Iemand van
.an dat duidelijk maken, net zo goed als kin-
el netjes kunnen aangeven dat ze iets niet
eerlijk vinden. Maar het is wel zo dat als we uitgaan
met de club de spelers op de dansvloer staan en ik
plezierig zit toe te kijken. Vroeger deed ik ook mee,
sterker nog, dan liep ik voorop."
3. In elke andere regio was Voorschoten '97 allang
hoofdklasser geweest.
„Dat is niet waar. Ik zou het omdraaien: in iedere re
gio zou Voorschoten een club zijn die zich aan het
ontwikkelen is tot, wellicht over een paar jaar, een
hoofdklasser. Voorschoten is daar nu nog niet aan
toe. Het tweede voetbalt inmiddels in de reserve
hoofdklasse. Aan die voorwaarde is voldaan, maar de
jeugdelftallen spelen allemaal nog niet hoog genoeg.
Ook op het gebied van facilitaire ruimten moet het
nodige gebeuren. Neem UVS: die club speelt in de
eerste klasse en heeft een fantastisch kunstveld. De
trainers hoeven de jeugd en senioren bij slechte om
standigheden nooit naar huis te sturen. Ook de Bol
lenstreekclubs hebben goede accommodaties en
schitterende facilitaire ruimten; een hok om kleding
te bewaren, een washok en een medische ruimte.
Voorschoten '97 is pas vijf jaar oud. De zes hoofdklas
sers zijn ouder, wijzer en hebben een zeer behoorlijke
traditie. De budgetten waarmee wordt gewerkt zijn
onvergelijkbaar. Wij willen stapje voor stapje vooruit
en zoveel mogelijk het Voorschotense karakter be
houden. Wij zijn er op uit om een goede, stabiele eer
steklasser te worden, maar als ons dit seizoen per on
geluk de kans wordt geboden om naar de hoofdklasse
te gaan, zullen we 'm niet laten liggen."
4. Désar heeft als trainer meer overeenkomsten met
Foppe de Haan dan met Co Adriaanse.
„Dat is juist. Ik zie de rustige en relativerende manier
waarmee Foppe door het voetballeven gaat veel meer
zitten dan de wijze waarop Co dat doet. Ik heb het
idee dat Co een strengere zwart-wit-figuur is. Bij Fop
pe is iets meer of minder grijs. Door mijn pedagogi
sche en didactische achtergrond wil ik kunnen bear
gumenteren waarom iets zou moeten. Ik peins er niet
over - zoals Co dat deed - om bijvoorbeeld na een
nederlaag tegen JAC tegen mijn jongens te zeggen 'ga
maar lopend naar huis'. Co wordt gelukkig ook ouder
en wijzer en hij is natuurlijk een geweldige vakman.
Volgens mij heeft Co alleen al van zijn vorige periode
bij Ajax veel geleerd."
5. Désar raadt het iedereen aan: een zoon als assis
tent-trainer.
„Ek ken één heel goed werkend voorbeeld: Jeroen en
ik. We hebben vaak aan een half woord genoeg. Heel
soms gaan we met elkaar in 'gebed', maar het ver
trouwen is er dat we er altijd uitkomen. Wanneer dat
gebeurt? Als zich nieuwe situaties voordoen. Een keer
per jaar spreken we ook heel lang met elkaar over de
samenstelling van de volgende selectie. We praten
dan over het karakter van de groep; wil je jongeren la
ten doorsttomen of juist ervaring hebben. Dat is niet
alleen een gesprek tussen vader en zoon. Piet Miere-
met zit daar ook bij. Een geweldige man. Soms is hij
cement en soms vult hij aan. Jeroen en ik hebben al
tijd samengewerkt. Als je iedere week met je zoon zou
botsen, dan raad ik het niet aan. Wij proberen elkaar
te overtuigen."
6. In de tijd dat Désar nog speelde hadden voetbal
lers meer over voor hun sport
„Er viel vroeger veel minder te kiezen, dus was het lo
gisch dat wij meer met voetbal bezig waren. De pres
tatie van de huidige voetbalgeneratie respecteer ik
daarom veel meer. Ze hebben te kiezen uit een groot
aanbod en moeten in de mindere tijd die ze aan voet
bal besteden beter voetballen dan vroeger. Wij willen
toch dat de jongeren niet alles opzij zetten voor de
sport. Wij willen toch dat ze veelzijdig worden opge
leid. Daarom zeggen we 'doe je studie, doe aan mu
ziek en kijk om je heen wat er in de wereld gebeurt'.
En dat kost allemaal tijd. Studie, werk en gezin zijn
belangrijker dan voetbal. De amateurspelers om me
heen hebben er niet minder voor over, ze besteden er
minder tijd aan. Er wordt zoveel van jongeren ge
vraagd dat het des te bewonderenswaardig is wat ze
in him sport presteren."
7. Leraren zijn betere trainers.
„Het is te hopen dat leraren door hun beroep een
aantal eigenschappen hebben waardoor ze betere
trainers zijn. Een leraar weet wat hij wil bereiken, kan
analyseren wat de startkwaliteiten van iemand zijn en
moet, daarvan uitgaande, proberen spelers beter te
maken. Een leraar is ook gewend om met groepen
om te gaan. Toch zijn er genoeg niet-leraren die een
beter effect op een spelersgroep hebben, omdat ze
dingen fantastisch voor kunnen doen en goed kun
nen uitleggen. Ik kan me voorstellen dat de bouwvak
ker Willem van Hanegem een veel betere trainer is
dan de leraar Gerard Désar. Het is een complex van
eigenschappen wat jou een betere trainer maakt, of
juist niet."
8. Désar stond te juichen toen RBC via de nacompe-
titie naar de eredivisie promoveerde.
„Juichen niet, maar ik vind het fantastisch dat Roo
sendaal en Heerenveen een eredivisieploeg hebben.
Dat is een geweldige prestatie. Als je dat toch verge-
HET ZIT IN DE FAMILIE
Gerard Désar: „Wij willen toch dat de jongeren niet alles opzij zetten voor de sport. Wij willen toch dat ze veel
zijdig worden opgeleid." Foto: Dick Hogewoning
lijkt met Den Haag dan moet je toch tussen haakjes
zeggen 'schaam je'. Het zijn dus niet alleen de finan
ciën en de grootte van een stad die bepalend zijn. Ik
heb RBC met meer dan normale belangstelling ge
volgd Van 1962 tot 1965 speelde ik met RBC drie sei
zoenen in de eerste divisie. Een wedstrijd van de top
drie tegen RBC is voor mij daarom speciaal."
9. Désar is als trainer te weinig kampioen gewor
den.
„Ik was en ben honkvast. Ik heb tien jaar bij UVS ge
zeten en zit nu bij Voorschoten. Dat we met UVS zes
jaar in de hoofdklasse bleven toen ik aan mijn trai
nersloopbaan begon, zou wel eens een grotere pres
tatie kunnen zijn dan met club A kampioen worden.
In 1994 gingen we met een jong elftal naar de hoofd
klasse. Dat vond ik een geweldige prestatie, zoals ook
het kampioenschap van Voorschoten - anderhalf jaar
geleden, met 57 punten - mooi was. Dat het maar
twee titels zijn, heeft ook te maken met het feit dat ik
weinig naar andere clubs ben gegaan. Ik heb wel ge
sprekken met hoofdklassers gevoerd, maar het heeft
niet tot een samenwerking geleid."
RANDJE BUITENSPEL
:o van der Eb
„Mijn vader was mijn eerste
iCimmo heeft veel meer kansen
om zichzelf te ontwikkelen,
(t zowel door de instelling thuis
zwemclub. Ik heb ook nooit le-
nmen en ben meteen gaan po-
jn jongens zijn eerst gaan
ïn, dan komt het talent beter tot
eker als je, zoals Kimmo, ook
t talent hebt dan ik. Ik heb het
ser van mijn fysieke aanwezig
eten hebben, hij is handig en
„Ik verschil erg van mijn vader,
tinder streberig. Dat komt ook
hij al op zijn zeventiende voor
en zijn familie heeft moeten
pen zijn vader overleed."
3ij had me een halfjaar daar-
school gehaald. Ik verkocht
ste auto toen ik zelf nog geen
alphen aan den rijn - Vader Geert en zoon Kimmo Thomas zijn onlosmakelijk
verbonden met AZC. Geert (62) speelde jaren in het eerste team en bekleedde vele
bestuursfuncties, waaronder die van voorzitter bij de Alphense zwem- en
waterpolovereniging. Oud-international Kimmo (26) is aanvoerder van het
vlaggenschip dat vandaag in Zagreb zijn derde en laatste wedstrijd speelt in de tweede
ronde van het Europa-Cuptoernooi voor landskampioenen. Geert neemt eind dit jaar
na 45 jaar afscheid als directeur van autobedrijf Thomas, Kimmo is accountant bij
PriceWaterhouseCoopers. Hij heeft een tweelingbroer Bart nog twen oudere broers,
Jurjen en Geert-Jan.
rijbewijs had."
Kimmo: Hij moest wel serieus zijn, zo
vlak na de oorlog. Mij is het aan komen
waaien, ik heb nooit tegenslagen ge
had."
Geert: „Terwijl jij voor de sport veel over
hebt."
Kimmo: „Ik zat ook altijd bij de hoogste
teams."
Geert: „Als idealistische vader heb ik
aan vier wiegjes gestaan met het idee: er
zal er toch wel eentje zijn die het auto
bedrijf wil overnemen? Maar het spreekt
ze allevier niet aan. Ze willen wat anders
dan pa."
Kimmo: „Mijn oudste broer lijkt meer
op mijn vader. Dat bestuurlijke heeft hij
ook."
Geert: „Kimmo leefde meer onder de in
vloed van zijn tweelingbroer."
Kimmo: „We waren twee handen op
een buik."
Geert: „Daar kan ik van genieten."
Kimmo: „Bart is eerder gestopt met het
eerste. Hij zag in dat hij het talent niet
had."
Geert: „Dat is wijs om dat van jezelf vast
te stellen. Kimmo drijft op zijn talent en
niet op zijn doorzettingsvermogen. Er zit
een engeltje op zijn schouder. Hij is ook
makkelijk aan zijn baan gekomen.
Kimmo: „Ik had de tijd mee. Ze stonden
in de rij. Wie ben ik dan om dat af te wij
zen?"
Geert: „Om voor iets beters te gaan?"
Kimmo: „Hij is veel preciezer. Als ik ga
verven en er is een druipertje, laat ik het
gaan. Hij zegt er wat van.
Geert: „Daarom wordt de foto ook bij
ons genomen."
Kimmo: „Dat was het verzoek.
Geert: „Maar het kwam je niet slecht uit,
vriend."
T k ga nog eens halverwege een
1 voetbalwedstrijd naar huis.
Was dat even balen zaterdag.
Quick Boys moet koploper Hoek
in de hoofdklasse A na rust
compleet op een hoopje hebben
gespeeld, 4-1. Wereldgoals, naar
het schijnt. Ik heb er niks van
gezien, alles gemist. Komt er van
als je je zoon van 1 mee naar het
veld sleept.
Het was stralend weer zaterdag
en kleine Lev zag een beetje
bleekjes. Ik zei thuis dat wat
zeelucht de jongeman goed zou
doen en vertrok richting de kust.
Voordat ik er erg in hadliep ik
met de kinderwagen sportpark
Nieuw-Zuid op. De duinpan zat
gezellig vol. Quick Boys leeft
weer, en kleine Leffie had reuze
schik om al die opgewonden
Katwijkers. Maar na drie kwar
tier had hij het wel gezien.
Doosje krentjes leeggepulkt, Liga
op en de laatste versnapering,
een soepstengel, slingerde hij
over de omheining. Hoogste tijd
om op te breken.
Dat deed ik niet van harte, want
Quick Boys-Hoek was een mee
slepende wedstrijd die nog maar
een klein zetje nodig had om uit
te monden in een spektakelstuk.
Dat voelde ik aan mijn water.
Maargoed, om nou een kind
van 1 een potje voetbal op te
dringen waar hij helemaal geen
zin in heeft, is pure mishande
ling. Wegwezen derhalve. Roei
end tegen de stroom van kanti-
neverlaters in, liepen we Arie
Guyt, de vriendelijke oud-voor
zitter van Quick Boys, tegen het
lijf. Een paar jaar terug moest
Guyt in Katwijk het veld ruimen
omdat hij het aan de stok kreeg
met Marcel Hengst, die schurk
in toga, dePopiJopie-advocaat
die de halve Duin- en Bollen
streek op het verkeerde been
heeft gezet. Guyt was bij Quick
Boys de enige die in de smiezen
had welke kant het met Hengst
op ging. De verkeerde.
Maar omdat hij de grootste
praatjesmaker van de business
club was, kreeg Hengst bij Quick
Boys zo veel te vertellen, dat hij
over het lot van bestuursleden
en trainers kon beslissen. „De
groeten", zei keurige Arie, „ik
laat me door deze charlatan
niet manipuleren.En weg was
de voorzitter. Hengst ging vro
lijk verder met chaos scheppen,
bij Quick Boys. in zijn eigen ad
vocatenpraktijk en als organisa-
tor van het voetbalgala van Kat
wijk en wijde omgeving. Maar
de boef is ontmaskerd en sinds
hij op last van zijn schuldeisers
in hechtenis is genomen, is er
niets meer van hem vernomen.
Lekker puh, moet Guyt hebben
gedacht toen zich de ontluiste
ring van zijn kwelgeest voltrok.
Maar Arie is er de man niet
naar om zoiets hardop te zeg
gen. Hij roffelt zichzelf ook niet
op de borst, zo van: ik heb het
allemaal zien aankomen. Guyt
geniet in stilte van de smadelij
ke nederlaag van meester
Hengsten verheugt zich in de
wederopstanding van Quick
Boys. Die kreeg zaterdag gestalte
met een klinkende zege op het
Zeeuwsvlaamse profclubje
Hoek. Als we de verhalen mogen
geloven, wordt daar grof be
taald. In elk geval wemelt het in
Hoek van de Belgische brood-
voetballers.
Komt Arie terug in het bestuur
van Quick Boys? Geen denken
aan. Hij heeft het veel te druk
met zijn nieuwe bestuursfunc
tie. Guyt zit tegenwoordig bij het
Bijbels Museum in Amsterdam.
Dat is even wat anders dan lei
ding geven aan een heidense
bende ab een voetbalvereniging.
Ik heb van de week een kijkje
genomen op de website van
Arie's nieuwe club en in het co
mité van aanbeveling trof ik na
men aan ab Til Gardeniers (de
ex-minister van WVC), Herman
Wijffeb (lid van de SER en vroe
ger baas van de Rabobank), do
minee Nico ter Linden en Kardi
naal Simonb. Geen misselijke
club dus.
Na ons praatje spoedde Guyt
zich naar zijn plek op de eretri
bune. Ook hij voon'oelde dat
het feest weldra zou losbranden.
En hoe. Ik startte de auto. deed
de radio aan en hoorde dat het
1 -1 stond. We waren nog niet in
Leiden of Quick Boys was uitge
lopen naar 3-i. Tegen mijn
zoon zei ik dat we beter de twee
de helft hadden kunnen gaan.
Maar Lev reageerde niet. Hij
wilde nu wel een soepstengel.
Een paar uur later ging het rege
nen. Ik begon hem te knijpen.
Lekker weertje niet Wisser?",
had een bekende op Nieuw-
Zuid mij toegeroepen. „Jij voet
balt tegenwoordig op zondag
hè? God straft onmiddellijk. Let
maar op. Vanavond begint het
te regenen en het houdt nooit
meer op.De hele tribune la
chen natuurlijk Zondagoch
tend was het droog. Wat een op
luchting, maar gezien de plas
sen op straat vertrouwde ik het
niet. Bellen met de club en ja
hoor. afgelast.
Jaap Visser
Reageren?
sporlredaclie.ldMainla(e.hdc.nl