Niet kopschuw zijn
voor de media
REGIO
'Zonder mijn vrouw was ik nergens geweest'
nuua/u
NAVRAAG
HANNE MEIJERS (41) krijgt maandag een prijs voor haar onderzoek
naar erfelijkheid bij borstkanker, aan de Universiteit van Leiden. Haar
studie toont aan dat preventieve amputatie bij vrouwen, die een be
paald gen dragen dat borstkanker veroorzaakt, zinvol is. De onder
zoekster, momenteel werkzaam in het Erasmus MC in Rotterdam,
ontvangt 5.000 euro en een bronzen beeldje van Henny C. Dirven.
Dirven is de naamgeefster van de prijs en zelf aan borstkanker over
leden.
Bevestigt uw onderzoek dat preventieve borstamputatie van bor
sten, bij erfelijke aanleg tot kanker, een heel verstandig besluit is?
„Nou ja, het voorkomt borstkanker. Dus het redt levens."
Raadt u de betreffende groep vrouwen borstamputatie aan?
„Het is vooral belangrijk dat vrouwen niet worden tegengehouden
als ze het willen. Dat komt nu nog vaak voor. In Nederland zijn we
vrij nuchter over dit soort zaken, maar in andere landen wordt
soms heel anders tegen borstamputatie aangekeken. In Mexico
bijvoorbeeld, waar borstamputatie voor mannen een reden is voor
een scheiding."
„Ik raad vrouwen geen am
putatie aan, maar ik zeg ze
wel dat het een optie is.
Voor sommige vrouwen is
een leven zonder borsten
niet zinvol. Het is een ver
gaande ingreep waarbij al
lerlei emoties een rol spe
len."
Als u die aanleg had om
borstkanker te krijgen, zou
u dan voor preventieve am
putatie kiezen?
„Moeilijke vraag. Het gaat
dan toch om 'als, als", want
ampuatie is een forse in
greep. Als je 55 bent doe je
het niet meer, maar op je
25ste zou ik het wel doen.
Dan heb je nog zoveel te
verliezen."
Bent u bang om borstkanker te krijgen?
„Dat is iets waar iedere vrouw bang voor is. Het is een hele nare
ziekte. Ik ben net 40, maar ga niet extra op controle."
Kende u Henny Dirven?
„Nee, ze is al een jaar of twaalf geleden overleden. Maar ik wist wel
dat die prijs bestond."
Zet u het bronzen beeldje van de naamgeefster op uw werkkamer?
Ja, absoluut. Ik heb haar dan wel niet gekend, maar zo'n prijs is
toch een goede stimulans voor je werk."
tekst: Erna Straatsma archieffoto: Picture Partners Leiden
UIT DE ARCHIEVEN
Anno 1977, woensdag 19 oktober
ALPHEN AAN DEN RIJN - Het nieuwe centrum vrijwillige hulpverle
ning Alphen aan den Rijn barst van de plannen. Naast hulpverlening
als het aanhoren van menselijke problemen denkt men ook aan de
oprichting voor een oppascentrale voor geestelijk gehandicapte kin
deren. Verder is er een plan om 'gastgezinnen' in te schakelen als ie
mand om wat voor reden ook plotseling op straat komt te staan. Daar
bij blijft het niet, want in samenwerking met centra in Leiden en
Haarlem wil men een documentatiecentrum op gaan zetten met
daarin de adressen van alle hulpverlenende instanties in het hele
land. Het centrum vrijwillige hulpverlening is voortgekomen uit een
in Leiden al langer bestaand centrum. Tien vrijwi11igers-in-spé uit Al
phen volgden in Leiden de basistraining. Vervolgens werd ook een
kadertraining gevolgd, waarbij de enthousiaste vrijwilligers niet al
leen werden getraind in de vaardigheden als 'goed luisteren', maar
ook werden bekwaamd in het organiseren. Zodat ze zelf in Alphen
een centrum van de grond zouden kunnen brengen.
HAMBURG/STUTTGART - De harde kern van de Baader-Meinhof
groep heeft zich vanmorgen, na de ontknoping van het Westduitse
gijzelingsdrama vanmorgen, van het leven beroofd. Andreas Baader
en Gudrun Ennslin, die tot levenslange gevangenisstraf waren veroor
deeld, sloegen in de gevangenis van Stuttgart-Stammheim de hand
aan zichzelf.
Anno 1977, woensdag 19 oktober
LEIDEN - Als het werk zonder oponthoud verloopt kunnen vrijdag 28
oktober de nieuwe stoepen van de Breestraat gereed zijn, waarna
aan het wegdek wordt begonnen. Daarna zal de Breestraat geschikt
zijn voor tweezijdig verkeer. Foto: Archief Leidsch Dagblad
Foto's In deze rubriek kunnen worden nabesteld door binnen veertien dagen na
plaatsing 2,50 (voor een exemplaar van 13 bij 18 in zwart wit) over te maken op
gironummer 57055 t.n.v. Dagbladuitgeverij Damiate b.v. Postbus 507, 2003 PA
Haarlem, onder vermelding van Leidsch Dagblad, ANNO d.d. (datum van plaatsing)
of door contante betaling aan de balie van het Leidsch Dagblad, Rooseveltslraat 82
te Leiden. U krijgt de foto binnen drie weken thuisgestuurd.
COLOFON
Leidsch Dagblad
Directie: B.M. Essenberg, C.P. Arnold
W.MJ. Bouterse (adjunct)
E-mail: directie@damiate.hdc nl
Hoofdredactie: Jan Geert Majoor, Kees van
der Malen, Léon Klein Schiphorst (adjunct)
E-mail: redactie.ld@damiate.hdc.nl
HOOFDKANTOOR
Rooseveltstraat 82, Leiden, tel. 071-5 356 356
Postadres: Postbus 54,2300 AB Leiden
Redactie fax 071-5 356 415
Advertentie fax 071-5 323 508
Familieberichten fax 023-515° S&7
ADVERTENTIES
071-5 356300
Sprinters (rubrieksadv.)- 072-519 6868
ABONNEESERVICE
071-5128 030
E-mail: abonneeservice@hdc.nl
ABONNEMENTEN
Bij vooruitbetaling (acceptgiro)
p/m €19,60 (alleen aut. ine.)
p/kw €55,00 p/J €210,60
Abonnees die ons een machtiging verstrekken
tot het automatisch afschrijven van het
abonnementsgeld ontvangen €0,50 korting
per betaling.
VERZENDING PER POST
Voor abonnementen die per post (binnenland)
worden verzonden geldt een toeslag van
0,50 aan portokosten per verschijndag.
GEEN KRANT ONTVANGEN?
Voor nabezorging: 071-5128 030
ma t/m vr: 18-19.30 uur, za: 10-13 uur
AUTEURSRECHTEN
Alle auteursrechten en databankrechten ten
aanzien van (de inhoud van) deze uitgave
worden uitdrukkelijk voorbehouden. Deze
rechten berusten bij HDC Uitgeverij Zuid BV
c.q. de betreffende auteur
HDC Uitgeverij Zuid BV, 2002
De publicatierechten van werken van
beeldende kunstenaars aangesloten bij een
CISAC-organisatie zijn geregeld met Stichting
Beeldrecht te Amstelveen.
HDC Uitgeverij Zuid BV is belast met de
verwerking van gegevens van abonnees van
dit dagblad. Deze gegevens kunnen tevens
worden gebruikt om gerichte informatie over
voordeelaanbiedingen te geven, zowel door
onszelf als door derden. Heeft u hier bezwaar
tegen, dan kunt u dat schriftelijk laten weten
aan HDC Uitgeverij Zuid BV, Afdeling
Lezersservice, postbus 503,2003 PA Haarlem.
Mediatrainer Bob in 't Hout legt kennis in boek vast
Hij kent de 'spelregels' goed. „Neem
je een fotograaf mee?" Leidenaar Bob
in 't Hout weet hoe 'de media' wer
ken. Als ervaren mediatrainer kent hij
zijn pappenheimers. Hij schreef er een
boek over dat sinds gisteren in de
boekhandel ligt: 'De mediamethode,
professioneel optreden in de publici
teit'. „Zeg, ik zou het heel leuk vinden
als het verhaal zaterdag in de krant
komt te staan."
door Erna Straatsma
Hij begon bij een Rotterdams bu
reau als copywiter voor onder ande
ren Abraham van Leeuwen. „De la
tere Prince de Lignac." Werd daarna
respectievelijk hoofd pr/voorlichting
bij De Volkskrant en perschef bij de
Vara. „Vooral mijn werk bij de Vara
is belangrijk geweest voor wat ik nu
doe. Iedereen had daar ruzie met el
kaar en dat moest ik dan weer over
zichtelijk maken voor de buitenwe
reld. En de journalisten vertellen of
het allemaal waar was wat ze toege
fluisterd was. Ik zat daarover niet te
draaien en loog nooit tegen ze. En
dan kun je een goede verstandhou
ding met de pers opbouwen."
In 1985 vertrok hij bij de Vara, om
als freelancer verder te gaan met het
organiseren van mediatrainingen,
waarbij hij onder meer de hulp in
roept van oud-joumalisten Marijn
de Koning en Jack Kroes („We oefe
nen op publicitaire rampjes.") Zijn
'intensieve praktijkervaring' vormt
de basis van een bijna 300 pagina's
tellend handboek, dat veel prakti
sche presentatietips en een uitge
breide publiciteitsstrategie omvat.
„Mediatraining was nooit een vak,
maar ik hoop daar nu wel een basis
voor gelegd te hebben."
Is iedereen die vaak met de pers om
gaat, gebaat bij een mediatraining?
„Nee, er zijn natuurtalenten die mij
niet nodig hebben. Veel dingen weet
je zelf ook wel, maar het is vaak toch
handig om iemand daar tijdens een
cursus nog eens op te attenderen.
Dan treden ze in het openbaar wat
zekerder op. Vaak zie je toch dat
mensen kopschuw zijn voor de me
dia, iets onmiddellijk gaan down-
spelen, terwijl dat helemaal niet no
dig is. Je moet leren met de media
om te gaan, dat wel. En dan leer ik
mensen vooral om een interessant,
authentiek verhaal te vertellen."
Hoe komt het toch dat veel politici,
voetballers en andere bekende Neder
landers na een cursus mediatraining
alleen nog maar in grijstinten pra
ten?
„Omdat sommige van mijn collega's
je trucjes aanleren, andere mensen
van hun klanten proberen te maken.
Ze willen ze omvormen tot gladde
woordvoerders. Dat moet je juist
niet doen. Dat heb ik ook zo tegen
op mijn collega's.
Je ziet dat vooral bij mediatrainers
die zelf uit de journalistiek afkomstig
zijn. Ze hebben als journalist zelf
trucs gebruikt om mensen te laten
praten en leren hun klanten als me
diatrainer om zich deze tegen trucjes
teweer te stellen. Neem bijvoorbeeld
zo'n Ton Plancken, die doet dat. Hij
zat na de verkiezingen nota bene vol
trots zat te vertellen dat hij de LPF
had getraind.
Trouwens ook het stomste wat je als
mediatrainer kunt doen: praten over
je klanten. Mensen willen meestal
niet weten dat ze een mediatraining
hebben gehad.
Ik heb Willibrord Frequin ook eens
bezig gezien in een zaal met vijftig
personen. Zegt hij tegen het publiek
dat je voor de camera 'twee hoof
den' hebt en dat je altijd met je goe
de kant naar de camera moet gaan
staan. Maar dat is onzin, want je
wordt 'neergezet' zoals de media zelf
willen. Dat vind ik dan charlatanerie
om dat voor een paar duizend gul
den als tip mee te krijgen."
Zijn sommige trucjes niet juist heel
handig voor politici die in een lastig
parket verkeren? Je kunt het toch niet
maken om tegenover een journalist
meteen mond vol tanden te staan?
„Nou, als je iets niet weet kun je best
zeggen dat je er 'nog nooit over na
gedacht hebt'. Je hoeft echt niet on
feilbaar te zijn. Het is heel mense
lijk om af en toe iets niet te we
ten."
Er zijn toch weinig getrainde
sprekers die dat aandurven.
„Je hebt onder mediatrai-
ners ook een aantal op
vattingen die flink uit el
kaar liggen. Zo gaat Ton
Plancken er vanuit dat
de inhoud van je ver
haal het belangrijkste
is, dat je zo handig
opereert dat je de
journalist te slim af
bent. Nou, dat vind
iïc flauwekul. Men
sen onthouden een
lang en uitvoerig
beargumenteerd
verhaal toch niet.
Een kort en ge
loofwaardig sta
tement is geloof
waardiger en blijft
beter hangen als
een 'goed ver
haal'."
Na Pim Fortuyn
heeft de media-ad
viseur een minder
goed imago. Het
hoort thuis in het
rijtje Melkert,
Dijkstal en Oude
Politiek.
„Pim Fortuyn was
inderdaad een
hele goeie. En
welke gek heeft
Melkert geadvi
seerd om zo iemand te negeren? Ik
weet dat dat gebeurd is, ik weet al
leen niet wie het heeft gedaan.
Het succes van Fortuyn heeft in ie
der geval aangetoond dat je het nut
van al die voorgekookte verhalen
moet relativeren."
Had Melkert het wel gered met ande
re, betere presentatietips?
„Nee, ik denk dat zo'n man verkeerd
gecast is. Als je hem op een verkie
zingsposter zonder slagzin zag staan
Bob in 't Hout:
„Mediatraining
was nooit een v
maar ik hoop di
nu wel een basis
voor gelegd te
hebben." Foto:
Hielco Kuipers
met half dichtgeknepen ogen en dat
moet het dan doen... Nee. Zo ie
mand is het waarschijnlijk ook niet
te leren om goed over te komen."
Leven we in een mediacratie?
„Nou, je zag na het overlijden van
prins Claus wel dat als je bij een hek
een camera zet, er meteen bloemen
en teddyberen worden neergelegd.
Er is soms een overkill aan publici
teit over een bepaald onderwerp,
maar je hebt toch meer invloed op
de media dan menigeen bij voo
denkt. Controle kun je altijd ho:
Je moet wel weten wat je doet
huiswerk goed doen. De mense
zouden daar eens een goed bof
over moeten lezen. En gelukkig jer
dat er nu."
e; isTGi
hui
'fienisl
'De media-methode; professio i,
optreden in de publiciteit', do<
Bob in 't Hout, 288 blz., uitg<
Spectrum, Utrecht.
Prijs: 17,95 euro.
ZATERDAG 19 OKTOBER
Het grote succes en het grote verdriet van Cor Streng van het 'Friese bakkertje'
Van bakkersleerling schopte hij het tot succesvol zelfstandig ondernemer. De
ham-, kaas- en poestabroodjes die Cor Streng van bakkerij Fryslan op de hoek
van de Groenhazengracht en de Doelensteeg eindjaren zestig introduceerde,
waren niet aan te slepen. Het grootste deel van het succes dankte hij naar
eigen zeggen aan zijn vrouw Riekie, die zowel de winkel als het gezin draaiend
hield. Toen zij in 1986 overleed bij een verkeersongeval stortte Strengs wereld
in. Twee jaar later keeg de ondernemer maagkanker. In 1990 verkocht hij de
winkel. Zijn oude dag had de nu 76-jarige Streng zich heel anders voorgesteld.
Je hoopt datje samen een leuke tijd zult hebben. Ik wil niet zeggen dat ik het
slecht heb. De dagen vliegen om. Ik pruts wat in de tuin, ik ga fietsen of ik ga
langs bij familie. Maar toch heb je elke dag dat gemis."
DE DINGEN DIE
VOORBIJ GAAN
„Mijn vrouw overleed op 53-jarige
leeftijd, een dag voordat we samen
op vakantie zouden gaan naar Ma
rokko. Na een drukke dag in de bak
kerij was ik alvast naar huis gegaan,
mijn vrouw zou later komen omdat
ze nog even een kennis gedag wilde
zeggen. Maar ze kwam helemaal niet
meer thuis. Vlakbij ons huis reed een
bromfietser haar omver en ze be
zweek aan haar verwondingen. Dat
heeft een enorme weerslag op me
gehad. De bakkerij interesseerde me
lange tijd geen ene mallemoer meer.
Het succes van de bakkerij had ik
voor het grootste deel aan mijn
vrouw te danken. Zonder haar was ik
nergens geweest en toen zij er niet
meer was, was het verband eruit.
Al heel jong wist ik dat ik bakker wil
de worden. Het leven op onze boer
derij in Nieuwerkerk aan de IJssel
trok me niet. Mijn zus en mijn twee
broers wel, die zijn ook in het boe
renbedrijf gebleven. Als ik 's mid
dags van school naar huis liep kwam
ik langs de bakker en daar rook het
altijd zo lekker. 'Ik wil bakker wor
den', riep ik dan ook al vanaf de
achtste klas van de lagere school. En
toen ik veertien was, solliciteerde ik
als leerling bij bakker Rook in Moor
drecht en ik werd er aangenomen.
Beviel me prima, daar in de bak
kerij, maar toen de oorlog een
paar jaar aan de gang was,
moest ik de arbeidsdienst in.
Daar kreeg ik een militaire
opleiding. Vreselijk, ik kan
niet tegen dat militaire ge
doe en dat gesnauw. Als ik
op televisie wel eens zie
hoe Amerikaanse militai
ren gedrild worden -
en nog vrijwillig
ook - dan denk ik:
hoe kun je jezelf
zo laten afpeige
ren? Ik heb de nei
ging om te zeggen:
krijg nou het heen
en weer: doe het
lekker zelf.
Maar ik kwam er
doorheen en na de
oorlog pakte ik
mijn werk bij de
balcker weer op.
Tot ik met het leger
naar Indonesië
moest. Tweeënhalf
jaar later was ik te- Cor Streng poseert voor de bakkerij aan de Groenhazengracht, die hij in 1990 van de hand deed. Foto: Dick Hogewoning
rug. Rijker qua levenservaring en
zelfstandiger, maar qua carrière wa
ren het natuurlijk verloren jaren.
Vervolgens heb ik me ingeschreven
bij de bakkersvakschool in Wagenin-
gen, waar ik mijn diploma gehaald
heb. Daarna ben ik
achtereenvolgens
bij een bakker in
Waddinxveen en bij
bakker Looijen-
stein terecht ge
komen,
senaar. Daar heb ik mijn vrouw ont
moet. Op Koninginnedag, bij de op
tocht. Daar liep ze tussen een groep
kleuters. Ik dacht meteen: potverdo
rie, dat is een leuk kinderjuffrouwtje.
En toen de stoet stilstond om ver
keer door te laten, heb ik mijn kans
gegrepen en haar aangesproken.
Een paar dagen later liep ik
haar toevallig weer tegen
het lijf en hebben we
een afspraakje
gemaakt.
We
trouwden in 1957 en kregen twee zo
nen en een dochter.
De kans om zelf een bakkerij te be
ginnen, kreeg ik toen de oorspronke
lijk uit Friesland afkomstige bakker
Zwerver aan de Leidse Groenhazen
gracht ermee stopte. Die zaak vol
deed aan al mijn eisen, want ik wilde
een winkel zonder bezorging. Ik had
een hekel aan bezorging. Al dat ge
doe, door weer en wind. Nee, het
moest een zaak zijn met een behoor
lijke winkelverkoop.
Ik ben er een kijkje gaan nemen, met
mijn eerste baas, bakker Rook uit
Moordrecht, maar ik schrok me echt
kapot. Wat een ouwe klerezooi was
het daar! Er was een oude oven die
je nog met vetkolen moest stoken en
er was maar één deegmachine. Maar
Rook zag er wel wat in, die dacht dat
die oven nog wel een paar jaar mee
zou gaan en vond dat er genoeg toe
komst in de zaak zat. Hij adviseerde
me de winkel over te nemen en dat
bleek een uitstekend advies, want de
omzet groeide langzaam maar ge
staag. En nadat we de zaak medio ja
ren zestig helemaal hadden opge
knapt, liep de winkel als een tiere
lier. In de topjaren stonden we met
zijn zevenen in de bakkerij.
Heel veel scholieren en studenten
uit de buurt kwamen maar wat graag
bij 'het Friese bakkertje'. Ik zag re
gelmatig meisjes van de huishoud
school aan de overkant hun
pakketje brood van thuis
aan de eendjes
voeren. En
dan kwa
men
Was
vervolgens bij ons broodjes kop
De hambroodjes, de kaasbrood
en de poestabroodjes, dat ware
ze succesnummers in die jaren
waren we in Leiden de eerste ni
Maar eén van de grootste succe
was wel de Friese pof: een broo r Ni
met een vulling van boter, suiki
kaneel. Als ie-warm was, smolt|rmc
vulling een beetje... Heerlijk.
Mijn vrouw Riekie stond achtei id,
toonbank en daar was ze gekni] ïeei
voor. Ze had een hele goede balk is
met de klanten, had altijd oorv der,
hun verhalen. Sommigen vertel e
haar alles.
De klandizie liep terug in het b<
van de jaren tachtig toen de ge- m
meente de kademuren van dep stal
ten ging vernieuwen. De straat
bijna drie jaar lang vol heimacl
en tot overmaat van ramp dreij
het pand ook nog in te storten,
dat te voorkomen werd de winliM
rondom in de stutten gezet, mt
dat maakte de zaak nog onaant
keiijker. Dat pikte ik dus niet, n
mijn eis tot schadevergoeding!
uit op een jarenlange juridische
strijd met de gemeente. Pas in
kreeg ik een bedrag uitgekeerd
Mijn vrouw heeft dat niet meer
gemaakt. Zij was toen al overle*
en na haar dood kwam ik maai
langzaam weer op gang. Werke
me niet alleen psychisch, maai
lichamelijk zwaar. Mijn benen 1
den steeds vaker zo'n pijn, dati
sloot me te laten onderzoeken,
ik maagkanker te hebben, mijn
maag moest eruit. Toen stortte
wereld wéér in. Na de operatie
te ik nog af en toe een paar uui
maar dat ging met hangen en
gen. En toen mijn zoon René e
nader inzien vanaf zag de zaak
te nemen, dacht ik nog maar a
één ding: ik moest en zou de v
verkopen. Ik wilde van het hec
bestaan af. Het was ook een he
luchting voor me dat de bakke
werd overgenomen door Chris
de Wit. Dat was in 1990. Ik hac
zorgen meer. Ik was blij dat ik
was en dat had ik nooit kunnei
ken in de tijd dat ik er samen n
mijn vrouw werkte. Ons werkz
leven in de bakkerij had niet le
kunnen zijn. Maar na haar doe
de glans ervan af."
Judy Nihof