Een eindeloze ramp 1 Tien jaar geleden: drama in de Bijlmer 28 SEPTEMBER 2002 weekendbijlage van Leidsch Dagblad 1 A/ikkl Reportage HSL-tracé krijgt twee gezichten Verwoesting in de Bijlmer. Vlucht 1862 van El Al heeft zich in de kruising van de flats Kruitberg en Oroeneveen geboord. Deze opname werd een half uur na de inslag gemaakt. In veel woningen brandde toen nog het licht, als een bizar onderdeel van een triest decor. Foto: Frans Roomer n gedachten zet Benno Baksteen, ten tijde i van de ramp president van de Vereniging I van Nederlandse Verkeersvliegers, zich tij dens het interview achter de stuurknuppel van de El Al-Boeing vlucht 1862 van Schiphol naar Tel Aviv. Het is die oktoberavond onbewolkt en droog met vijftien kilometer zicht. Wel staat er een stevige noordoosten wind met uitschie ters tot windkracht zeven. De kist met een to taalgewicht van bijna 340.000 kilo rolt kort na zessen naar de Zwanenburgbaan. Het toestel zit overigens nog twintig ton onder het maxi male ladings gewicht. Toch is een lange aan loop van zestig seconden nodig om het toestel om 18.22 uur de lucht in te krijgen. „Die klimt voor geen meter", verzucht een verkeersleider. Klimgedrag Baksteen ziet echter geen enkel probleem in het klimgedrag van het vliegtuig. „Op Schiphol heb je lange banen. Als het niet heel warm is, zit je al snel op het maximumgewicht van het vliegtuig. Stijg je op met het maximumgewicht, dan klimt-ie niet zo overdreven hard meer. Al les bij elkaar een situatie waarbij dit klimge drag normaal is. Als wij met dergelijke vracht machines naar het Verre Oosten gaan, dan we ten we dat we de hoogtelimieten van de ver keersleiding voor de passage van de Neder landse grens vaak niet halen. We geven dan door welke hoogte we wel denken te bereiken zodat de overgang naar het volgende verkeers gebied geregeld wordt. Zo'n opmerking van een verkeersleider krijgt achteraf natuurlijk een grote lading. Maar het was er zo eentje die vakmensen onder elkaar maken. Als je zonder kennis van zaken naar zo'n gesprek luistert, dan ga je daar natuurlijk heel andere interpretaties aan geven." Enkele minuten na de start vliegt het toestel uiteindelijk op 6.100 voet ter hoogte van het eiland Pampus. De indicatiemeters voor de prestaties van motor drie - de binnenste motor aan de stuurboordvleugel - vallen volledig stil. De piloot weet dan nog niet dat de motor eraf is gevallen, daarbij motor vier aan dezelfde vleugel aantikkend. Beide motoren vallen in het Gooimeer. Baksteen: „Het vliegtuig gierde op dat moment heftig naar rechts omdat daar al het motorver mogen was weggevallen. De eerste taak in zo'n situatie is om het ding vliegend te houden. Daar zijn ze behoorlijk in geslaagd, want ze wisten zelfs op dezelfde hoogte te blijven. Het instrumentenpaneel moet op dat moment al lerlei meldingen hebben gegeven. De proce dure is dat de eerste officier op dat moment gaat vliegen en de gezagvoerder samen met de boordwerktuigkundige de problemen gaat op lossen." Volgende week tien jaar geleden - 4 oktober 1992 - boorde een El Al vrachtvliegtuig van het type Boeing 747 zich in de kruising van de Bijlmerflats Kruitberg en Groeneveen. Er vielen 43 doden. De oorzaak van de crash was al snel helder, maar toch ontwikkelde de Bijlmerramp zich tot een van de grootste mysteries in de luchtvaart die voor velen nog steeds niet is opgelost. Dat was totaal onnodig, stelt piloot Benno Baksteen, voorzitter van het Platform Nederlandse Luchtvaart. „Ik was ontgoocheld toen de zaak zo ontspoorde." door Jacob van der Meulen )nze ezetj wat tU! s in sati n: d de n... ik rijg' 2433 habc SS-:.; .3 Piloot Benno Baksteen bij het Gooimeer in zijn woonplaats Huizen. In dit water kwamen de twee van het El Al-toestel gevallen motoren terecht. Foto: Ton Kastermans En die zijn er legio. Aan de motoren zijn elek trische, pneumatische en hydraulische syste men gekoppeld, die dan ineens wegvallen. De laatste twee zijn essentieel voor de vleugel kleppen en dus voor de besturing. Baksteen: „Met twee motoren minder kun je nog wel vliegen, maar dan moet het gewicht heel snel minder worden en dus direct worden begon nen met het afpompen van de brandstof. Het feit dat de motoren er af zijn gevallen droeg - geluk bij een ongeluk - ook bij aan verminde ring van het gewicht." De piloot geeft zwaar tegenroer om het toestel op koers te houden. Dan ontvangt de verkeers leider op Schiphol de eerste noodoproep. Mayday, may day, we have an emergency. Ben no Baksteen: „Als je het gesprek met de ver keersleider verder volgt, dan zie je dat ze het toestel onder controle hebben gekregen. Wat ze echter niet wisten, was dat de motoren de vleugel hadden beschadigd." Tijdrovend De bemanning gaf aan terug te willen keren naar Schiphol. Het gereed maken van het vliegtuig voor de landing nam echter tijd. Bak steen: „Een deel van het pneumatische en hy draulische systeem was uitgevallen, functies werden overgenomen door de elektrische backup. Het uitschuiven van de kleppen aan de voor- en de achterkant van de vleugels duurde daardoor wel zo'n zeven minuten lan ger dan normaal." Gezagvoerder Fuchs be sloot daarom een extra rondje boven Amster dam te vliegen voordat de landing zou worden ingezet. Hij wilde naar de Buitenveldertbaan. Baksteen: „Qua windrichting niet het gun stigst, vanwege de wind vanachteren op de staart. Maar de Buitenveldertbaan is wel de langste baan met daarachter nog heel wat vrije ruimte. Er was geen enkele aanleiding om, zo als later werd gesuggereerd, het toestel op het IJsselmeer te laten landen. Dat was een waan- zinverhaal. Het ding was bestuurbaar, er was een vliegveld vlakbij, dus waarom zou je niet daarheen vliegen? Daar heb je alles bij de hand zoals brandweer en hulpdiensten. Je hebt als piloot het vertrouwen dat je het redt. Je gaat er niet vanuit dat je verongelukt." Tijdens de extra bocht werden de vleugelklep pen uitgeschoven om het vliegtuig te vertragen voor de landing. Dat de bemanning niet wist dat de motoren de kleppen in de rechtervleu gel hadden beschadigd werd ze noodlottig, al dus Baksteen. „Er stond door het wegvallen van de motoren al een asymmetrisch vermo gen op het toestel. Dat kun je compenseren. Maar dan komen ook nog eens de vleugelklep pen er asymmetrisch uit. Het vliegtuig bevond zich op dat moment in een bocht naar de do de motoren toe. Dan merk je nog niet dat je niet terug kunt sturen. Dat gebeurt pas als je de koers weer de andere kant op wil verleggen. In feite was de bemanning bezig het vliegtuig onbestuurbaar te maken, zonder dat zelf te weten. Al vrij snel merkte de gezagvoerder dat het uitschuiven van de kleppen averechts werkte en schreeuwde dat ze weer ingetrokken moesten worden. Dat heeft hij briljant geana lyseerd. Dan wreekt zich echter dat het alter natieve systeem trager werkt. Het wordt wel in gang gezet, maar het vliegtuig duikt reddeloos naar beneden. In die laatste ogenblikken moet de bemanning hebben gezien dat ze op de flats zouden neerstorten. Dat moet verschrik kelijk zijn geweest." 'Going down 1862, going down, going down copied going down', zijn de laatste woorden van gezagvoerder Fuchs. Oorzaken Al heel snel bleek uit onderzoek dat de afbre kende motoren, maar vooral de aanvullende schade die ze toebrachten aan de vleugels, de oorzaken van de crash waren. Benno Bak steen: „Deze kennis leidde binnen een paar maanden wereldwijd tot aanpassingen van de trainingsprogramma's in flightsimulators, waardoor nieuwe strategieën konden worden ontwikkeld. Voor een vliegtuig met soortgelijke problemen werden twee opties ontwikkeld. Stijgen naar een hoogte waarop je de tijd kunt nemen om stapsgewijs het vliegtuig klaar te maken voor de landing. Dat kan als je als pi loot hoogte, snelheid en tijd hebt. Heb je dat niet, of blijkt de vleugel beschadigd, dan wordt er geland met een schone vleugel. Dat bete kent: zonder uitgeschoven kleppen. Dat is geen prettig secenario want je weet dat je waarschijnlijk niet binnen de beschikbare baanlengte tot stilstand kunt komen en er van af schuift." Vliegtuigbouwer Boeing richtte zich bij het on derzoek op de borgpennen van de motoren. In een geavanceerde computeranalyse bleken de ze minder zwaar te kunnen worden belast dan oorspronkelijk was berekend. Binnen een jaar investeerde Boeing wereldwijd 2 miljard dollar om het probleem op te heffen. Benno Bak steen: „Daarmee was voor de luchtvaartsector het verhaal klaar. Het was helder wat er was gebeurd. Er was aan gedaan wat er gedaan kon worden om herhaling te voorkomen. En als het toch zou gebeuren, lag er een strategie hoe daar in het vliegtuig mee om te gaan. Je bent dus klaar en wacht op het volgende incident waarvan je hoopt dat het nog heel lang op zich laat wachten." Ontspoord „Vooral voor de mensen in de Bijlmer heb je de plicht om te onderzoeken en te vertellen hoe de crash heeft kunnen plaatsvinden. De kennis over wat er is gebeurd, helpt het trau ma te verwerken. Iedereen beseft dat niets on feilbaar is, maar nogmaals: je moet wel vertel len wat er precies is gebeurd en wat je ervan hebt geleerd. Op het punt van de communica tie is de Bijlmerramp echter volledig ont spoord. Binnen 24 uur na de crash gaf de rege ring een persconferentie waarin maximale openheid werd gegeven. Dat is prima, maar op zo'n moment weet je nog niet zoveel omdat het onderzoek nog in volle gang is. Complice rende factor was ook dat zes of zeven voorlich ters informatie gaven en tussen die lezingen van het voorval zat wel wat licht. Toen de ver halen door nieuwe informatie moesten wor den aangepast, besloot men vervolgens hele maal niets meer te zeggen. Journalisten wer den afgescheept met de opmerking dat ze niet moesten zeuren. Daardoor ontstond de indruk dat zaken werden verdoezeld en kwamen de complottheorieën. De zogenaamde geheime lading waarmee het vliegtuig niet op het IJssel meer kon landen. En: de mysterieuze mannen met de witte pakken die de lading op de plek van de ramp moesten bergen. In totaal ont wikkelden zich zo'n negentig verschillende complottheorieën. En dus besloot de Tweede Kamer om in 1999 een parlementaire enquête naar de ramp te houden. Ik dacht nog: wat een onzin, want alles is toch al bekend. Maar tege lijkertijd vond ik het ook goed dat de verhalen nog eens serieus werden bekeken om te bepa len wat zin en onzin was. Door al het geharre war hadden de mensen uit de Bijlmer immers nog geen kans gehad hun trauma te verwer ken. Het kostte een hoop geld, maar de fouten waren gemaakt door de overheid en dat zijn we uiteindelijk met z'n allen. Ik heb de verhoren thuis live gevolgd. Ook die van de verkeersleiders. Ik dacht: wat is de commissie in godsnaam aan het doen?! Zo'n openbaar verhoor is in feite natuurlijk een to neelstukje. In het vooronderzoek had de com missie al een samenhangend beeld gekregen. Die outlines werden vervolgens tijdens de ver horen publiekelijk ingekleurd. Echt nieuwe dingen kwamen voor de commissie niet meer naar voren. In de tweede week van de verho ren kwam het bandje op tafel waarop de ver keersleiders spraken over de gevaarlijke stoffen in de vracht. Daarop zeiden ze deze informatie onder de pet te hebben gehouden. Ik dacht nog: dit is volstrekt oninteressant, want die verkeersleiders hebben geen verstand van ge vaarlijke stoffen en hebben daar verder bij een crash ook niets mee te maken. Alle informatie over de lading was op de avond van de crash binnen een kwartier bij de brandweer beschik baar en daaruit bleek dat er geen sprake was van een verhoogd risico. Ik heb verbijsterd aangezien hoe het verhaal van het onder de pet houden een eigen leven is gaan leiden. De commissie wist op dat moment dat het bandje van de verkeersleiders onbelangrijk was, maar heeft twee weken de tijd genomen om dat uit te spreken. Volgens mij is dit gebeurd omdat de commissie al vooraf onder vuur lag. De zin van de enquête stond al direct ter discussie. Ik denk dat ze het bandje van de verkeersleiders willens en wetens hebben gebruikt om te laten zien: kijk er komt hier ook nog wel wat nieuws boven water. Daarmee hebben zij de enquête voor een politiek doel laten ontsporen op pre cies dat ene terrein waarvoor het b^peld was. Namelijk het verschaffen van duidOTjkheid en het ontzenuwen van alle wilde verhalen die waren ontstaan. Er was vanaf dat moment geen redden meer aan. Ik zat in mijn stoel en dacht: shit. Ik was totaal ontgoocheld. "Bak steen is niet de enige die de enquêtecommis sie incompetentie verwijt. Deze week kreeg hij op dit punt geheel onverwacht oud-Volks krantjournalist Pierre Heijboer aan zijn zijde. De commissie heeft knoeiwerk afgeleverd, zo schrijft hij in het boek Doemvlucht. „De en quête was de beste doofpot die de overheid zich maar had kunnen wensen", aldus Heij boer. En dus somt hij in 'Doemvlucht' nog maar weer eens alle complottheorieën op. In clusief de mannen in de witte pakken, mysteri euze helicopters boven de rampplek en een paragnoste die de ramp een dag van tevoren al zag aankomen. Niet voor niets heeft het boek een pakkende ondertitel meegekregen: De ver zwegen geheimen van de Bijlmerramp. Elders in deze bijlage: Bijlmerramp kan opnieuw gebeuren.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2002 | | pagina 37