Een tycoon van dertig
Duncan Stutterheim doet waar hij zin in heeft
ZATERDAG
3 AUGUSTUS
Duncan Stutterheim. „Ik heb geen eigen kantoor, geen eigen bureau. Ik kom twee keer per week op de zaak om met de mensen te praten. Dat kan ik dan beter aan hun bureau doen." Foto: GPD/Phil Nijhuis
Zijn grootspraak kwam uit: 'Op
mijn 25ste ben ik miljonair.' Nu
is Duncan Stutterheim een ty
coon van dertig met zijn bedrijf
ID&T, dat groot is geworden
met het organiseren van Dance-
festivals. Nuchterder dan ooit
na de dood van zijn broer,
breidt hij het imperium gestaag
uit met evenementen, cd's, ra
dio, tv, internet, bars, restau
rants en een eigen magazine.
Net vader geworden van een
dochter, maar over een tijdje
weer gewoon achter het stuur
van een raceauto. „Mijn motto
is dat van mijn broer: Oeniet el
ke dag."
door Dick Hofland
w inds een paar weken heb
ik een mooie zaak aan het
strand, bij Bloemendaal.
Dat was altijd een soort jongens
droom. Als ik daar sta en over zee
uitkijk, heb ik niet zoiets van: Ik wil
heel Bloemendaal. Mijn strandtent is
niet de zoveelste keet van drie bij
vier meter waar je een broodje kro
ket kunt krijgen. Het is een flinke
zaak met een moderne bar en res
taurant met dance-muziek, met af
en toe een dancefeest op het strand.
Deze zaak past binnen de formule
van mijn bedrijf dat je overal van
dance moet kunnen genieten, bui
ten de deur en thuis. Mijn filosofie is
niet een heel strand opkopen. Dat
slaat nergens op. Het zou bovendien
alleen maar meer van hetzelfde zijn
en als ik iets héét dan is het in her
haling vallen.
Pas nog: Komt er een bekende dj
naar me toe, iemand die zijn strepen
heeft verdiend, die vroeg of hij voor
mij kon werken - 'ik kén het hoor, ik
kén 't echt'. Ja, zeker kan-ie het,
maar sorry, dan heb ik toch liever
zo'n DJ Joop, prachtige naam, een
jonge knul uit Friesland. Een groot
talent en hij wil zijn baan er voor op
geven. Dat vind ik dan toch belang
rijker dan iemand die faam heeft.
Bovendien heb ik al contracten met
andere bekende dj's, zoals DJ Jean.
Ik wil vernieuwen, een beetje pionie
ren. Met dance ben ik ook een van
de eersten geweest die het professio
neel heeft opgepakt. In het begin
heette het house party, nu is het
voor een hele generatie een nieuwe
manier van leven, een 'lifestyle' met
veertien verschillende stromingen.
Het kan een mega-feest zijn, zoals de
witte en zwarte versies van Sensa
tion in de ArenA, maar ook een cd-
'tje thuis of uit eten.
Op de grote feesten sta ik tussen het
publiek en ik ga ook regelmatig uit.
Dan kan ik zien en voelen wat er
leeft en speelt. Ik ben dertig en daar
mee de eerste van mijn generatie.
Die generatie houdt van uitgaan,
feesten, genieten, uit je bol gaan na
een week hard werken of leren. Ik
was veertien toen ik voor het eerst
uitging. Naar de kroeg in het dorp
weliswaar, Landsmeer, en om één
uur thuis, maar ik vond het gewel
dig. Vanaf mijn zestiende ging ik
naar de grote stad, Amsterdam. Ik
was een van de eerste klanten van de
IT.
Mijn broer Miles was toen veertien
en die ging vanaf die leeftijd ook uit.
Meestal met mij. Naarmate we ou
der werden, kwamen daar andere
kicks bij. Wij waren de jongens die
bij het skiën buiten de piste gingen.
Beetje 'living on the edge'. Als je de
risico's opzoekt, weet je dat je leeft.
Je doet dingen die je ouders niet zo
geweldig vinden. Mijn publiek zit
ook in de leeftijd dat het eigen keu
zes in het leven gaat maken, dus ja,
dat herken ik wel.
Mijn broer en ik leefden heel erg vol
gens het idee dat je je leven moet la
ten leiden door je gevoel. Het gevoel
is veel belangrijker dan wat je denkt.
Je moet van elke dag genieten. Dat
deden we. Ook met snelle auto's. Op
1 september twee jaar geleden reed
Miles met zijn Porsche Cabrio tegen
een boom. Derde nekwervel verbrij
zeld. Op mijn verjaardag lag hij op
gebaard. Ik werd 28, hij was dood.
We waren de laatste jaren constant
samen opgetrokken, hadden het he
le bedrijf opgebouwd. Van vroeg tot
laat werken, met pizza's en shoarma.
We waren eikaars beste vrienden ge
worden. De eerste dagen na zijn
dood had ik weinig gevoel meer.
Daama wilde ik weg, ver weg, af
stand nemen van alles en iedereen.
Je wordt gedwongen om na te den
ken over het leven. Ik ben bijna een
jaar gaan reizen, in mijn eentje. Ik
dacht: Als de boel in elkaar ploft,
dan ploft 't maar. Zal mij een zorg
zijn. Ik heb in dat jaartje alles ge
daan, ben overal geweest, maar op
een gegeven moment is dat niet be
langrijk meer. Dan kun je terug.
Niet zo lang voor Miles' dood waren
we samen bij de begrafenis van een
oom in Ierland. Dat was een feest.
Niet de begrafenis en de dienst,
maar daarna. Al die mensen lachen,
praten, eten, drinken, huilen. Het
was geweldig. Miles zei toen: 'Als ik
ooit dood ga, wil ik dat het ook zo'n
feest wordt'. Na zijn dood heb ik
daarom een paginagrote advertentie
geplaatst, posters van hem door heel
Amsterdam opgeplakt en een feest
gegeven. Hij zal nooit vergeten wor
den! We hebben ook een dvd ge
maakt van vijf uur, met foto's en
filmpjes, de begrafenis, zijn hele le
ven. Een document. Mijn ouders
hebben 'm al gezien, ik nog niet. Als
ik kijk, wil ik er van kunnen genie
ten. Het is iets dat erbij hoort. Alleen
ben ik nog niet zo ver.
Ik mis hem nog elke dag, zijn foto
hangt in een medaillon om mijn nek
en dat voelt goed. Het is verschrikke
lijk, het heeft in het begin vreselijk
veel pijn gedaan en ik droom nog
wel eens van hem en als ik dan wak
ker word, denk ik: 'fuck!'. Toch is het
niet meer allesoverheersend. Ik kan
er goed mee leven. Omdat, ja zo is
het toch, die dingen gebeuren. Het is
een onderdeel van het leven. Ik kan
het niet anders zeggen. Op Miles'
grafsteen staat: 'Ik had geen recht op
morgen; geniet elke dag'. Sinds zijn
dood leef ik nog veel meer volgens
dat motto dan ervoor. Ik doe nog
veel meer waar ik zin in heb. Leef
nóg intenser.
Ik sport veel meer, ik ben weer in
een raceauto gestapt. Omdat ik drie
weken geleden vader ben geworden,
van een dochter, doe ik het nu even
niet, maar straks kruip ik weer ach
ter het stuur en ga het circuit op.
Mijn vrouw zegt er niets van, die
kent me. Mijn moeder vindt het niet
leuk en mijn vader ook niet, maar
die probeert me nog wat adviezen te
geven om het in goede banen te lei
den. Hij weet dat ik toch doe waar ik
zin in heb. Ik ben redelijk recalci
trant.
Ik vind dat een kracht, en ik wil dat
mijn dochter die kracht voelt. Dat ze
geen vader heeft die in zijn schulp
kruipt, die niets meer durft, ook al
heeft die veel meegemaakt voor ie
mand van dertig. Mijn vrouw en ik
zijn het afgelopen weekeinde ook
weer gaan stappen. Mensen zeggen:
jeetje, dat kan niet hoor, je dochter is
nog maar drie weken. Juist wel. Dat
vind ik heel belangrijk. Mijn vrouw
en ik zijn op elkaar gevallen om de
individuen die we waren. Dat moet
je in stand houden. Je blijft een indi
vidu, met je eigen kracht. Dat wil ik
aan mijn kind overdragen: Leef je ei
gen leven.
Een groot feest organiseren is geen
gok. Ja, de eerste keer, toen was alles
een puinhoop. Er was niet eens ge
noeg drank. Maar nu hebben we een
draaiboek van meer dan honderd
pagina's. Er kan eigenlijk niets fout
gaan. Er is ook nog nooit iets fout
gegaan. Die jongens van Dance Val
ley, die hebben vorig jaar misschien
een fout gemaakt, maar ze hebben
ook heel erg veel pech gehad door
dat het weer in één keer helemaal
omsloeg. Ik denk dat ze er dit keer
wel rekening mee zullen houden.
Wij doen dat in elk geval wel. Je
móet dit soort dingen inschatten. Als
over twee weken bij Mystery Land
de regen met bakken uit de hemel
komt, dan staat er een tent waar alle
50.000 bezoekers in kunnen. Er
staan ambulances, er is eerste-hulp,
er zijn artsen geïnformeerd. Alle risi
co's zijn afgedekt.
Natuurlijk, drugs. Het gaat altijd
over drugs. Het drugsgebruik tijdens
dancefeesten is al lang niet meer zo
hoog als in het begin, maar niette
min zijn drugs een onderdeel van de
samenleving geworden. Of je dat
nou leuk vindt of niet. Zonder drank
en drugs vindt menigeen het mcrei-
lijk om los te komen. Ik ga niet zeg
gen: Moet je niet doen. Wij doen er
wel alles aan om drugs buiten de
deur te houden, hoewel ik het liefst
zou zien dat drugs gelegaliseerd
worden. Misschien een gekke ge
dachte, maar de manier waarop wij
in Nederland tot nu toe met drugs
zijn omgegaan is heel goed. Wij heb
ben veel minder ellende dan in an
dere landen. Legaliseer alle drugs,
ook xtc.
Ik heb wel eens een pilletje geslikt
om te weten wat het is. Ik vond het
een hele mooie ervaring en ik heb
tot nu toe geen schadelijke gevolgen
van xtc gezien. Alcohol vind ik een
veel groter probleem. Dét is pas een
drug. Ik vind het ongelooflijk dat
drank zo is ingeburgerd. Wij doen
veel aan voorlichting over alcohol en
drugs, juist op feesten, omdat ik
denk dat je met voorlichting meer
bereikt dan met verbieden. Dan
wordt het alleen maar illegaal en heb
je er veel minder grip op.
Ik organiseer alleen feesten die ik
zelf leuk vind. Dat geldt sowieso
voor alles wat ik doe. Natuurlijk, ik
ben zakenman dus ik moet hier en
daar concessies doen. Maar ik zal
nooit dingen doen die ik zelf niet
goed vind. Het is zelf zo sterk dat ik
alleen veel verdien met de dingen
die ik zelf leuk vind. Als ik het eens
anders probeer, verlies ik geld. Wij
gaan straks bieden op de etherfre
quenties, want ik wil ID&T ook als
radiozender. Er is ruimte voor een
dance-zender, dat heb ik laten on
derzoeken. In september kom ik met
een rapport, waaruit onder meer zal
blijken dat 4,6 miljoen mensen inte
resse in zo'n zender hebben. Wij wil
len 24 uur per dag, zeven dagen per
week dancemuziek uitzenden.
Ik wil op mijn eigen zender liever
geen muziek horen die ik niet mooi
vind. Marco Borsato, Britney Spears,
ik vind het niks, dus ik draai het niet.
En zo'n cover van een liedje van Ma
donna vind ik helemaal verschrikke
lijk. Een liedje van een ander nazin
gen in een iets sneller tempo, dat
vind ik raar. Het staat wel binnen de
kortste keren nummer één in de top-
40. Buiten de dance zullen we toch
enige consessies moeten doen. Hits
worden hits omdat er kennelijk heel
veel mensen zijn die het een goed
nummer vinden. Als ik die heleméél
niet wil draaien, had ik mijn bedrijf
beter 'Duncan' kunnen noemen.
Ik wil niet te lang hetzelfde doen. Op
het gymnasium had ik het op een
gegeven moment ook gezien, het
boeide me niet meer. Toen ben ik
een koeriersbedrijf begonnen. Ik
vond werken én autorijden heel
leuk. Ik verdiende er niet veel mee,
maar ik was eigen baas. Toen al wist
ik: dat is één van de fijnste gevoelens
die er bestaan. Nu ik een groot be
drijf heb, is dat gevoel hetzelfde. Al
ben ik wel een baas op mijn manier,
een moderne manier, denk ik. Als
het een dag bloedheet is, gaat de
zaak 's middags dicht, kan iedereen
lekker naar het strand. Ik heb geen
eigen kantoor, geen eigen bureau. Ik
kom twee keer per week op de zaak
om met wat mensen te praten. Dat
kan ik dan beter aan hun bureau
doen. Bij elk nieuw project praten
we de boel door, stellen een budget
op en dan moeten zij het verder
maar regelen.
Ik ben natuurlijk wel de baas, ik
houd het overzicht en de verant
woordelijkheid, maar ik voel er niets
voor om constant bij mensen over
de schouder mee te kijken. Ik geef
mensen veel vrijheid en zelfstandig
heid. Of je nu om negen uur of om
elf uur komt, op een boot zit, of wat
dan ook, als je je werk maar goed
doet. De rest interesseert me niet.
Ik heb ook andere interesses, waar
van ik nu nog niet weet wat ik er
mee ga doen. Politiek vind ik boei
end. Dat is hard werken met veel
verantwoordelijkheid, en dat voor
een aardig maar zeker geen geweldig
salaris. Ik sluit niet uit dat ik ooit de
politiek inga. Al realiseer ik me dat ik
dan wel compromissen zal moeten
sluiten en dat ben ik niet zo gewend,
ik ben gewend te doen wat ik wil. Ik
hoef met niet zo gek veel rekening te
houden. Ja, maandag is voortaan
oppasdag. Vroeger was het 'bijkom-
dag van het weekeinde, nu is het de
dag om mijn dochter te verzorgen.
Maar het meeste kan ik zelf bepalen.
Ik ben niet zo bekend, al word ik de
laatste tijd wel wat vaker herkend en
dat vind ik wel eens vervelend. Ik sta
niet zo graag in het middelpunt van
de belangstelling. Mij zul je niet snel
op filmpremières tegenkomen.
Ik kan natuurlijk veel doen, omdat ik
rijk ben. Op school zei ik wel eens
om stoer te doen: Op mijn 25ste ben
ik miljonair. Dat zeggen meer jon
gens. Ik wés het op mijn 25ste, dat
verandert je leven heel even, maar
daarna niet meer. Zo ben ik ook op
gevoed. Ik kom uit een gezin dat het
goed had, niet steenrijk, maar welva
rend. Ik heb me nooit zorgen hoeven
maken. Mijn vader, oprichter van
CMG, leende mij het bedrag waar
mee ik mijn zaak kon beginnen. Niet
om multimiljonair te worden, maar
om dingen te kunnen doen die ik
leuk vind. Hoe meer ik het naar mijn
zin heb en hoe vrolijker ik ben, des
te meer ik aan anderen terug kan ge
ven.
Geld is geen doel, het komt op de
laatste plaats. Ik leef niet volgens de
wet dat geld alles is. Het geeft wel
vrijheid en onafhankelijkheid. Ik ga
vier keer per jaar op vakantie, en dan
gaat de mobiel echt uit, want dan wil
ik helemaal los komen van mijn
werk. Ik ga voor het land, de cultuur
en de mensen. Ik ben in India ge
weest, en in het Amazonegebied en
dat zijn onvergetelijke ervaringen.
Momenteel wordt ons huis ver
bouwd en ik hoef geen tweede hypo-
theek te nemen om dat te kunnen 1
betalen en ik kan rustig voor een
paar maanden iets anders huren. Ik
heb het goed, ID&T gaat geweldig,
de cirkel - overal van dance kunnen
genieten - is bijna rond. Daar geniet
ik van, zonder enige terughoudend
heid. Ik leef niet met het idee: Had
Miles dit maar kunnen meemaken.
Zo ben ik niet. Nou ja, ik heb de stie
keme hoop dat-ie het toch allemaal
wel meemaakt."