'Mooi uitzicht? Letters moet ik hebben!' De Tulpenrallye: afzien voor mens en machine ZATERDAG 25 MEI I.OO comst tweede etappe in Riquewihr, Alsace. Foto's: Jeroen Ruygrok „Het is gewoon een jongensdroom die vijf dagen duurt." Wie met de Tulpenrallye meerijdt, hoort die opmerking op zijn minst één keer per dag. Een verslaggeefster van deze krant reisde mee als navigator, haar echtgenoot als rijder en fotograaf. Met 190 equipes ging het kriskras door Luxemburg, België en Frankrijk. Conclusie: rallyrijden is topsport voor mens én machine. door Annemiek Ruygrok Ik was gewaarschuwd. Peter Taal van het Kennemer Auto Histo risch Genootschap had al op de introductiedag in maart gezegd dat rallyrijden vaak afzien is. En dat het al helemaal geen doen is om met je echtgenoot op pad te gaan. „Dat trekt een gevaarlijke wissel op het huwe lijk." De koude, natte en winderige och tend van de 14de mei, de dag van de start van de 49ste Internationale His torische Tulpenrallye, kom ik hem weer tegen op het parkeerterrein van het Noordwijkse Huis ter Duin waar hij uit zijn Porsche 911 S uit 1966 stapt. „Dus jullie gaan toch. Nou dan wens ik je veel genoegen. Ter voorbereiding op de rally had ik Systemen en systematiek van het spor tieve kaartlezen door wijlen Ben van Delden gelezen. Niet dat het door de Tulpenrallye bedachte 'bolletje-pijl- tje'-systeem nu een open boek werd, maar het was in elk geval geen abaca- dabra meer. Al was het even schrik ken toen Aad Verhoeven van de orga nisatie de route voor de eerste dag overhandigde. Een 'pers'-routeboek, waarin het erop aankomt de met pijl tjes summier aangegeven richting op een zwart-wit kaart te volgen naar de controleplaatsen. Vooral de deelne mers aan de sportklasse zijn niet op hoofdroutes te vinden, omdat ze de kortste weg van punt naar punt afleg gen. Dus: wilden we de rally 'proe ven', dan moesten we ons verplaat sen in de uitzetter van de tocht. Ge volg: soms grote stukken afsnijden om op kleine weggetjes de 'echte' ral lyjongens tegen te komen. Dan was het de kunst om ze niet in de weg te zitten. Want daar staat zo ongeveer de doodstraf op. Een uitputtingsslag voor de bestuurder van ons 185 pk sterke Peugeootje. Toch gaan we welgemoed op pad. Om snel uit de drukte van de Rand stad te komen voert het eerste traject grotendeels over de snelweg naar Chaam, waar een tijdcontrole is. On derweg rijden we op met de gebroe ders Houg uit Goes en Rotterdam met hun Ford Lotus Cortina (in de eindklassering 6de algemeen met 4170 strafpunten). Na de stop in Chaam gaat het richting lunch in Eys- den. De eerste echtelijke ruzie dient zich aan. Er zullen er nog vele volgen. De 'navigator' komt er niet uit. We rij den heen en weer over de Maas, zien in de verste verte geen deelnemer meer en belanden uiteindelijk op de snelweg naar Luik. Dan maar geen lunch, we rijden rechtstreeks naar Echtemach. We willen op tijd bij de aankomst van de eerste equipes zijn om hun ervaringen over deze eerste dag te horen. Het moet afzien zijn voor de open wagen-rijders, zoals de Britten Rood en Smith die op hun Riley uit 1936 geen kap hebben. Af en toe rijden we onder zware wolkbreu ken door en de enige bescherming die zij hebben is een parasol. Maar die is alleen te gebruiken bij stoplich ten of tijdcontroles. Champagnekurk De tijdcontroles zijn, zo leert de eer ste dag, een belangrijk ijkpunt. Wie te hard gereden heeft - het reglement meldt dat de maximum snelheid ner gens mag worden overschreden - komt te vroeg aan en moet dus wach ten alvorens te worden afgeklokt. Vaak staat er een hele rij auto's te wachten tot het tijdstip daar is. Maar andersom, als je in tijdnood bent, is het stressen om de gewenste ideale tijd genoteerd te krijgen. Dan vallen er soms harde woorden. De 'marshalls' met hun dikke olifan tenhuid malen daar niet om. Die zijn wel wat gewend. „Het zijn allemaal losse flodders. Dat komt door de stress", meldt een van hen bij de aan komst in Echtemach laconiek. De door het slechte weer vertraagde equipes verwacht hij binnen een mi nuut of tien. Als een der eersten komt de rode Bugatti uit 1925 binnen, die de kortere route van de vintage-klasse aflegt. Bestuurder is Pim Albada Jel- gersma, die tevens moet kaartlezen. Vader Frank, zijn mede-rijder, is daar na een herseninfarct helaas niet meer tóe in staat. Het tweetal oogst bewondering, om dat zij deze eerste dag zo goed heb ben doorstaan. „Maar ik heb ook hele stukken afgesneden, want anders zou de tocht te lang duren", vertelt Jel- gersma. De Bugatti, die vanwege zijn ongewone kleur (de Franse racekleur van Bugatti was altijd blauw) 'Rooie Sien' is gedoopt, heeft een aantal bij zondere details. Pim doet de motor kap open en wijst op een.kurk, een champagnekurk uiteraard, die erin is gestopt om een leiding te bescher men. Ettore Bugatti hield kennelijk van champagne, want ook een dop heeft aan de binnenkant een kurk met nog zichtbaar de letters 'cham pagne' erop. Lucas Polman en Joep Verschuur uit Wassenaar doen met hun '67-er Alfa Romeo Giulia S Lusso voor het eerst mee. Ze noemen zichzelf, na de tech nische keuring, waarbij ze werden te ruggestuurd om hun huiswerk nog eens over te doen en vooral remvloei stof te vernieuwen, de 'rookies': on bevangen nieuwelingen die het avon tuur aangaan. „We hebben de beste remvloeistof van iedereen, DOT 5. En verser kan niet." De automobielen hebben het deze dag al zwaar te verduren gehad: dat wordt in sommige gevallen sleutelen. Inmiddels regent het weer pijpenste len. Gelukkig is het chique hotel voorzien van een met baldakijn over dekt entree. Daaronder kan droog worden gewerkt. Alleen is de over kapping niet langer dan de lengte van één auto. In de file dus voor een dro ge sleutelplek. De brandende Porsche van Dick Schiferli en Bertus Raats uit Bilthoven. De tweede dag voert naar de Voge zen, traditiegetrouw de plek waar ook in de beginjaren veel Tulpenrallyes werden verreden. De regen maakt plaats voor zon en op de lunchplek in Maizières-lès-Vic worden de flessen zonnebrandcrème gehanteerd om de hier en daar toch al wat kalende sche dels te beschermen. Van de lunch maken we gebruik om de route die de equipes in de sportingklasse volgen op onze kaarten in te tekenen. Dit heeft tot resultaat dat we de haar speldbochten over de Col du Donon en verder tot Ribeauvillé zo vloeiend, kort en snel mogelijk moeten nemen om de controle op tijd te halen. Soms met, althans zo is mijn ervaring, dui zelingwekkende snelheid. Mijn be stuurder probeert de Porsche van Jo ris Buijs bij te houden en slaagt daar aardig in. Het kost hem overigens wel zijn remblokken. Fontein In het pittoreske Riquewihr, waar we de nacht zullen doorbrengen, is het al vol met toeristen als de historische automobiel-karavaan door de nauwe straatjes trekt. De plaatselijke horeca biedt de deelnemers een glaasje El- zasser wijn aan. De stemming aan het eind van deze tweede dag is uitgela ten. Lindy Margadant uit Heemstede, die met haar 38 jaar oude Alfa Romeo Giulia Sprint GT in het team van het Kennemer Auto Historisch Genoot schap meerijdt, laat zich uitdagen om in de fontein te springen. In haar nat te kleren zit ze schaterend te druppen op een plastic stoeltje. Op het parkeerterrein buiten de poort van het stadje is een biertap gezet. Er wordt driftig gebeld met het thuis front over de stand van zaken, maar ook met bevriende autobezitters over technische problemen. Joep Ver schuur loopt met een sip gezicht. Hij heeft een dip 'van hier tot gunder'. Veertig minuten te laat geldokt. Even later staat Lindy, inmiddels van droge kleren voorzien, bezorgd onder haar motorkap te kijken. Iets met de ben zinetoevoer. Hulptroepen schieten toe. Het diner in het tijdelijk tot res taurant omgebouwde 'Hötel de Ville', tevens toegangspoort tot het stadje, is inmiddels in volle gang, maar op de parkeerplaats daarnaast is nog tot ver na middernacht het getinkel van val lend gereedschap te horen. Rallysport is voor een groot deel afzien. Pieter en Jeroen Booij uit Noordwijk in hun Austin-Healey (1955) op de Ballon d'Alsace. Dat wordt de volgende dag meer dan duidelijk. De 'koningsrit' over de 'bal lonnen' van de Elzas levert een groot aantal slachtoffers in het wagenpark op. Ervaren rallyrijder en favoriet Bert Dolk gaat die dag met navigator Ro bert Rorife in hun Volvo 122 S nog hoopvol op weg. Ze staan met slechts twintig strafpunten eerste in het tus- senklassement. Constaterend dat het team op de laatste plaats in de tou- ringklasse op dit moment al ruim 46.000 strafpunten heeft, kun je uit gaan van een riante positie voor het tweetal. Helaas komt een kudde koeien het geluk verstoren. Op het smalle, steile weggetje naar boven kunnen Dolk en Rorife geen kant op; passeren is on mogelijk. Dolk moet op de koppeling blijven hangen en dat heeft tot gevolg dat de koppelingsplaten het begeven. Reparatie blijkt geen optie. De equipe is uit de strijd. Datzelfde geldt voor een fiks aantal lotgenoten die even eens hun koppelingsplaten op de kudde koeien verprutsen. Ook Joris Buijs heeft zijn dag niet. Vloekend meldt hij 300 strafpunten te hebben opgelopen omdat hij een controlebordje heeft gemist. Want zo'n bordje, meestal een willekeurige letter of een stempelpost waar je met behulp van een zelf meegebracht stempelkussen een tulpje op je kaart moet zien te halen, levert 300 straf punten op, als je het mist. Geen won der dat sommige rijders liever terug rijden wanneer ze er een zijn verge ten. Want een minuut te laat binnen kost slechts tien punten. Een van de deelnemers verzucht dan ook als zijn navigator hem op het prachtige uit zicht wijst: „Uitzicht, wat heb ik nou aan uitzicht. Letters moet ik hebben." Navigator Marien Roosenboom ver telt dat hij tijdens een rally niets van de omgeving ziet. „Ik zit de meeste tijd voorovergebogen te zoeken en te meten, ik zie alleen op die kéért dat we in België of Frankrijk zitten." Brand 's Middags gaat het over kronkelweg getjes richting Vittel. Alweer een plaats die het van het bronwater moet hebben. In een eerdere etappe passeerden we Spa. In slaperige dorpjes staat de bevolking vrolijk te wuiven naar de passerende automo bielen, jongetjes wijzen behulpzaam de goede weg. Slechts een enkeling is niet zo blij met het rally-lawaai. Toch voldoen alle auto's aan de maximaal toegestane decibellen. Maar af en toe gaat het hard. Wie wil presteren rijdt zo snel mogelijk door om tijd te win nen voor het geval je een afslag mist of pech krijgt. Het tijdschema is strak, zeer strak. Soms moet een lunch wor den overgeslagen, soms wordt een rustpauze gebruikt om te sleutelen. Dan gaan de overalls weer aan, wordt de motorkap opengezet of de auto opgekrikt. Een kopje koffie op een terrasje is er niet bij. Vóór ons begint de Porsche 356 van Dick Schiferli uit Bilthoven danig te sputteren. 'Iets met de ontsteking' vermoedt mijn bestuurder. Het ge sputter wordt frequenter en opeens zien we kleine vlammetjes van onder de motorkap naar buiten komen. We geven lichtsignalen. Tevergeefs. In mum van tijd staat de motor van de Porsche in lichterlaaie. Schiferli en zijn navigator Bertus Raats springen uit de wagen en proberen met brand blussers het vuur te doven. Maar de vlammenzee is onbedwingbaar. On verschrokken halen ze hun spullen uit de auto, politie en brandweer zijn inmiddels gebeld, alsmede de wed strijdleiding. Het duurt zeker een kwartier voor de brandweer arriveert. De motor van de Porsche blijft bran den als een fakkel. We zijn bang dat door de hitte de grote brandstoftank voorin vlam zal vatten en manen het tweetal toch enige afstand te bewa ren. De brandweer heeft tien minuten no dig om het vuur te doven. De motor is uitgebrand en de achterkant van de auto geblakerd, wat de laconieke Schiferli,doet opmerken dat je die 'le lijke deuk op het achterspatbord nu tenminste niet meer ziet'. Een dikke plak gesmolten metaal onder de auto herinnert nog aan wat eens een paar carburateurs moet zijn geweest. Het interieur en de kuipstoelen staan vol water, de kostbare Halda Twinmaster kan nog net worden gered. De technische ploeg van de organisa tie sleept het wrak van de weg, de ANWB zorgt voor een garagebedrijf dat de auto ophaalt. Het onfortuinlij ke tweetal kan met één van de inmid dels gealarmeerde marshalls meerij den naar Vittel. Daar komen we laat op de avond aan. Nog net op tijd voor het diner in een zaal van het art deco- achtige casino. Bij rally-rijden horen nu eenmaal pech en stress. Volgen De volgende dag gaat het richting Wavre. De berijder en navigator van de kanariegele Jaguar Mark II hebben een controle-letter weten te vinden, die vermoedelijk niemand nog heeft. Wij delen in hun triomfantelijke vreugde. Helaas komt een aantal equipes erachter dat dit team het uit stekend doet en ze volgen de wagen dan ook braaf. Tot groot ongenoegen van de bestuurder en zijn kei van een - vrouwelijke - navigator. In de Belgi sche Ardennen proberen ze de boel te misleiden. Dat lukt nog ook. Ineens zijn ze verdwenen en hebben de an deren het nakijken. De plek van de nachtstop in Wavre bij Brussel lijkt wel een slagveld. On der of boven elke auto hangt wel een sleutelaar. De oude beestjes hebben het zwaar te verduren gehad. Ook de '57-er Mercedes-Benz 300 SL van Wassenaarder Jan Ebus en zijn navi gator Jan Berkhof is niet tegen de strijd opgewassen. Deze dag is hij net binnen een half uur na zijn ideale eindtijd door een bevriende rallyrij der over de finish gesleept. De ver snellingsbak blijft in zijn vier hangen en is niet meer aan de praat te krij gen. Het team staat op de derde plaats, maar als de bak niet wordt vervangen kunnen ze het wel verge ten. Tot diep in de nacht bellen ze stad en land af voor een versnellings bak. Uiteindelijk vinden ze iemand, 600 kilometer verderop in Sachsen- Braunschweig, die bereid is er een te brengen. De bak arriveert 's ochtends vroeg en met man en macht werkt het Ebrex- team, waartoe het duo behoort, om de auto weer aan de praat te krijgen. Dat lukt en de equipe gaat op weg naar de finish in Noordwijk. Daar blijken ze als eersten te eindigen in de sportingklasse. De champagne vloeit, het feest in Huis ter Duin kan begin nen. Voor de 'equipe van deze krant' zit het erop. Die 'jongensdroom' van vijf dagen is uit. Uit onze vermoeidheid valt te concluderen dat deelnemen aan een rally topsport is. Voor mens en machine. Wij moeten uitrusten; de auto krijgt nieuwe remblokken. een paar nieuwe banden en een koppe lingscontrole. Maar écht afzien? Nee. We voelen dat de Tulpenrallye-versla ving ons in haar greep probeert te krijgen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2002 | | pagina 41