'Gekozen burgemeester is van alles net niets' Rik Buddenberg blikt terug op 'burgemeestersverkiezing' in Vlaardingen e stond zomaar voor mij, vale spijker broek, strak truitje en daarboven grote blau we ogen. Wat een uitstraling. Ik stond tussen bekende Leienaren tijdens het jaarlijkse 3 Octobergala in de Pieterskerk, het feest van Menno Smitsloo. De haring gleed soepel door de vele luidruchtige kelen. 'Dag dokter Meijer.' Ik keek verrast. 'Dag...' Ze gaf mij een hand en drukte en passant een volle kus op mijn wang. 'Olga, Olga Wijsman.' Haar ogen onder het in een knotje eindigende haai- keken mij stralend aan. Het Leidse wereldje wierp gretige blikken op de schitterende creatie. Was die Meijer nou zo dom, of deed hij maar alsof? Zo'n vrouw niet kennen! 'Weet u het weer?' Nou, of ik het wist. Drie jaar geleden was zij op haar achttiende naar Amsterdam vertrokken. Los van haar ouders wil de zij op eigen benen staan. Ze vroeg mij naar een huisarts in Amster dam. Of ze in noodge vallen een beroep op mij mocht doen. Met een 'Pas goed op jezelf nam ik afscheid. Meer dan twintig jaar geleden kwam haar moeder meteen ochtend plasje in de praktijk. Hoewel gesteriliseerd, was ze drie weken over tijd. Ze had gespan nen borsten, was misselijk. Ze kon toch niet zwanger zijn? Dat kon toch niet waar zijn? Zesendertig jaar, gesteriliseerd, drie kinderen en dan zwanger. Ze bleef het maar herhalen: 'Dat kan toch niet waar zijn?' De test was on verbiddelijk: zwanger. Het inwendig onder zoek duidde op een graviditeit van zeven tot acht weken. Stil voor zich uit kijkend ging zij naast mijn bureau zitten. 'Dat kan toch niet waar zijn? Ik ben toch ge steriliseerd. Jezus, dokter, dat kan toch niet waar zijn. Mijn man zit veel in het buiten land en ik sta bijna alleen voorde opvoeding van de drie jongens. Dit inag niet doorgaan. Dit kan ik nooit aan. Mijn man mag dit nooit weten. Wat nu? Ik wil een aborti4S. Dit kan toch niet waar zijn?' Waarom mag je man het niet weten?' 'Hij wilde altijd graag een dochter hebben. O nee, dit kan ik niet aan. Nee, nee, dit kan niet.' De paniek nam bezit van haar gezicht. 'Hoe kan dat nou, ze hebben toch die ringe tjes om mijn eierstokken gedaan?' 'Soms lukt dat niet goed,probeerde ik. 'Bel die gynaecoloog maar op. Het is zijn schuld en nu moet hij mij helpen. Ik doe die man wat. 'Zesendertig ben je, je hebt het lichaam van een jonge meid. Zou je...', verder kwam ik niet. 'O, nee, nooit, dat kan ik niet aan. Denk nou eens na, Meijer. De jongste, Frank, is negen, als zij geboren wordt tien. 'Zij', antivoordde ik, 'misschien een meisje?' Praktijkverhalen van de Leidse huisarts Har Meijer (aflevering 16) Haar ogen glansden. Wat zou hij het mooi vinden. U heeft twee meiden, hè.Wat moet ik nou doen?' 'Helemaal niets. Denk er nog eens over na en kom over een week terug. 'Ik moet wel alleen beslissen, want mijn Kees zit voor de zaak in Japan. U houdt van kin deren, hè? Mijn jongens zijn dol op u en de oudste wil ook dokter worden. Wat zou u doen? Wij wilden toch echt geen kinderen meer. Hoe kan dit nou?' 'IK denk dat een ringetje niet vast genoeg heeft gezeten of heeft losgelaten. Eén eicelletje hoeft er maar doorheen te schieten. 'Ben ik niet te oud?' 'De vorige zwangerschappen zijn toch perfect verlopen en de bevallingen waren een feest. Ik had haar nog niet gelukgewenst en stak mijn hand uit. 'Gefeliciteerd!' Tegelijk werd ik mij bewust van het feit dat ik voor haar zat te beslissen. Ging ik niet te ver? Gek op kinderen had ik altijd een enor me moeite met abortus gehad. Niet alleen wegens mijn katholieke achtergrond, maar meer nog vanwege de problematiek na de abortus. Jaren en jaren sleepten vrouwen dit trauma vaak met zich mee. Door de jaren heen was ik daarom zeer kritisch geworden. Praten, praten en nog eens praten. Het aantal abortussen was bijna tot nul gereduceerd. Had ik hier goed aan gedaan? 'Kom over een week nog eens terug. Met een 'Dat kan toch niet waar zijn?' vertrok ze. De volgende patiënt leidde mijn aandacht af van mevrouw Wijsman. Enkele dagen later kwam ze weer. 'Heb je je man nog gesproken?' 'Ja, hij heeft uit Tokio gebeld. 'En...?' 'Ik heb niets gezegd. Ik weet het nog steeds niet. Olga was niet alleen bloedmooi geworden, ze straalde ook elegantie uit. 'Heeft u mij daarnet gezien?' 'Gezien, waar?' 'Bij de modeshow van Frank Govers.' ■üj?' 'Ja ik, dokter Meijer, ik ben zijn stermanne quin.' 'Jij was het in die schitterende bruidsjapon?' 'En in die mooie pakjes met die prachtige hoeden, ja dat was ik. En in die schitterende jurken.' 'Jij bent de ster van Frank Govers? Jij, Olga Wijsman?' Ik zei het wat te luid. Het 'Leidse clubje' keek verlekkerd. 'Wil je wat drinken?' 'Graag.' Ze bleef het maar weer herhalen: 'Hoe kan dit nou? Dit kan toch niet waar zijn?' Ik voelde mij ongemakkelijk. 'Doet een abortus pijn? Heeft u die gynaeco loog nog gebeld?' 'Ja, hij was met vakantie. 'Hoe moet het nou verder?' Ze was niet in paniek, eerder berustend. 'Zegt u het nooit aan mijn man als ik het laat doen. 'Nee, maar kun je er zelf mee leven?' 'Ik wil het kindje dolgraag, maar...' Ze zweeg. 'Vier kinderen. Wat een weelde', vulde ik aan. Ze glimlachte. Nu moest de kogel door de kerk. ZATERDA 18 MEI 2002 'Zullen we het toch maar proberen?' 'Hoe ben je mannequin geworden?', vroeg ik aan Olga. 'Ik zat met een vriendin in Americain. De he le avond zat er een vent naar mij te kijken. Hij stelde zich voor als de assistent van Frank Govers. Of ik auditie wilde doen. Ik vind het fantastisch. Iedere dag is een feest. Altijd prachtige kleren aan je lijf; heerlijk.' Ze bloosde. Wat was ze mooi. 'Hoe lang ben je alweer weg uit Leiden?' 'Twee jaar.' De zwangerschap liep als een trein en na twee forse weeën lag Olga in bed. Nageboorte volgde direct en gehecht hoefde er niet te wor den, precies als de vorige bevallingen, 'poe pen zonder douwenVader stapelgek en moeder dolgelukkig. De champagne smaakte heerlijk en moeder gaf mij een dikke zoen: 'Bedankt voor alles!' Alleen wij tiveeën begre pen het. De broertjes koesterden haar. Ieder jaar op Olga's verjaardag stond moeder in de prak tijk en plantte ze een zelfgebakken appeltaart op mijn bureau. 'Het is zo'n heerlijk kind. We zijn er zo blij mee. Naast de appeltaart lag altijd een briejje: 'Voor de dokter die zo goed weet wat goed voor mij is. 'Nog een drankje?' 'Graag.' Ik haalde een biertje en een wit wijntje. 'Ik weet alles,' begon ze. 'Na een van mijn eerste shows ben ik 's nachts met mijn moe- Tekening: Bert van der Meij der wezen stappen. Heel Amsterdam gezien. Onwijs gaaf. We hebben de hele nacht ge praat. Ze heeft me alles verteld. Dat ze zo vreselijk blij was dat ik er ben. En hoe het al lemaal gegaan was.' Ze lachte. 'Deed ik het goed? Liep ik mooi?' 'Subliem.' Wat was er uit zo'n spichtig meisje een zelf bewuste jonge vrouw gegroeid. Ze raadde mijn gedachten. 'Ik train iedere dag in de sportschool.' 'Je ziet er fantastisch uit.' Ze keek me ernstig aan: 'Wat er ook gebeurt, ik zal nooit abortus laten doen. Ik wil later veel kinderen. O, ik moet gaan, de bus ver trekt. Nou dokter Meijer, tot ziens.' Ze gaf me een heerlijke zoen. Mijn Leidse vriendjes snapten er niets van. Rik Buddenberg (links) fietst samen met zijn opponent Tjerk Bruinsma door Vlaardingen. Foto: Roel Dijkstra dat hij niet of nauwelijks beschik baar was geweest voor zijn eigenlijke werk, terwijl hij dat van tevoren toch had aangekondigd. Het feit dat hij in de spotlights van de media een nederlaag leed, waar bij bovendien ook bekend werd dat hij in Den Helder, Emmen en Gouda al eerder tweede werd, was verve lend, zegt hij. Een geluk bij een on geluk was dat de sollicitatie in Pijn- acker-Nootdorp direct aansloot op de campagne in Vlaardingen. Daar door was Pijnacker-Nootdorp niet nadrukkelijk een troostprijs. „Maar ik heb me tijdens de procedure in Pijnacker-Nootdorp wel afgevraagd of Vlaardingen in mijn voor- of na deel zou werken. Ik was bang dat het een nadeel zou blijken te zijn. Ik kreeg wel signalen dat er waardering voor was dat ik mijn nek had uitge stoken. Maar toen mijn benoeming reëel werd, werd me ook steeds weer in de mond gelegd dat Pijnacker- Nootdorp maar een tweede keus was. Het effect van een aantal malen tweede worden, heb ik onderschat." De campagne in Vlaardingen heeft hem vooral doordrongen van de spagaat waarin een burgemeesters kandidaat onvermijdelijk komt te staan. Van oudsher is de burgemees ter een bestuurder die boven de par tijen staat en die een bindend ele ment is in de consensusdemocratie in Nederland. Maar in een verkie zingscampagne moeten mensen iets te kiezen hebben. En daarin past dat noodgedwongen bleke politieke pro fiel nu juist niet. Dus wat moet je doen? Buddenberg wilde een inhoudelijke campagne, waarin hij duidelijk wilde maken dat hij de zaken in Vlaardin gen anders wilde gaan aanpakken. Zijn leuze: kies voor verandering. Bruinsma, als wethouder wél een politieke bestuurder met een bijbe horend profiel, koos daarentegen voor een a-politieke campagne. Een luisterend oor en een warm klop pend hart, was het motto waaronder Bruinsma zich etaleerde als, zoals Buddenberg het uitdrukt, 'een tradi tionele burgervader'. Buddenberg, zegt hij, zocht steeds de grenzen op van de afspraken die over de inhoud(elijkheid) van de campagne waren gemaakt. Bewust. Zo kaartte hij het probleem van de allochtonen in buurten als de West- wijk openlijk aan. „Als in een wijk meerdere bevolkingsgroepen van een verschillende cultuur of overtui ging naast elkaar wonen, dan geeft dat fricties. Dat moet je niet ontken nen. De PvdA heeft dat jarenlang wel gedaan en heeft daar ook de prijs voor betaald. Wijken in Rotterdam die traditioneel op de PvdA stemden, stemden in maart massaal op Pim Fortuyn." Of de politiek gekleurde campagne achteraf in zijn voordeel heeft ge werkt, is moeilijk te zeggen. De men sen die op hem stemden, deden dat voor een belangrijk deel vanwege de inhoud van de campagne. Maar te gelijkertijd hebben relatief weinig CDA'ers op 'hun' kandidaat ge stemd. Een deel van CDA-stemmers is traditioneel ingesteld, stelt Bud denberg, en hij kreeg - zeker toen hij zijn ambtsketting in de strijd wierp in een etalagewedstrijd - te horen dat hij in strijd handelde met de 'waardigheid van het ambt'. „Mis schien heb ik daarmee een aantal CDA'ers van me vervreemd. Maar dat blijft natuurlijk giswerk." Hoe moet het verder met de gekozen burgemeester? Buddenberg ziet er weinig in. Kies je voor een a-politie- ke campagne, dan krijg je daar naar zijn inschatting weinig mensen voor op de been. Want waarom zou je naar de stembus gaan als je niet eens weet waar de personen op wie je gaat stemmen eigenlijk voor staan? Maar bij een politieke campagne is de burgemeester daarentegen niet langer onpartijdig, maar wordt hij in feite een soort super-wethouder. Buddenberg zei het al tijdens zijn campagne: de winnaar in Vlaardin gen is de enige rechtstreeks en door een meerderheid gekozen bestuur der in het college. De burgemeester heeft meer democratische legitima tie dan wie van de wethouders dan ook en kan dus aanspraak maken op een stevige portefeuille. Zou hij het worden, dan wilde Buddenberg graag financiën. Bovendien: „Wil het burgemeesters referendum tot volle wasdom ko men met een daarop toegesneden campagne dan zal het moeten gaan over lokale politieke zaken en de toekomst van de gemeente. Het is dan niet logisch om met kandidaten van buiten, die de gemeente op dat moment slechts oppervlakkig ken nen, de strijd aan te gaan maar met de lokale voormannen en -vrouwen. In dat geval verandert de positie van de burgemeester fundamenteel in ons gemeentelijk bestel. Hij of zij wordt dan een verlengstuk van de lokale politiek en verliest daarmee zijn onpartijdigheid en onafhanke lijkheid", constateert Buddenberg in zijn analyse voor Bestuursforum. En dat, zegt hij in zijn werkkamer in Sassenheim, bergt weer het gevaar van cliëntelisme in zich. De VS kennen wel een gekozen bur gemeester en een gekozen president, zaken waar D66 zich zo sterk voor maakt. Maar dat systeem is in elk ge val consistent, zegt Buddenberg: de gekozen bestuurder heeft een duide lijk politiek profiel en benoemt bij voorbeeld zijn eigen ambtenaren. Het huidige Nederlandse systeem is ook innerlijk consistent, maar dat verdwijnt als de burgemeester wordt gekozen in plaats van benoemd. In feite zou je moeten kiezen voor het een of voor het ander. „Maar het punt is", zegt Buddenberg, „dat wij van oudsher een land van minder heden zijn en dat we het hier moe ten hebben van een consensusde mocratie: compromissen sluiten. Het Amerikaanse systeem past heel goed in de Amerikaanse cultuur, maar ik denk dat wij niet voor niets een ander systeem hebben." Wat hem betreft blijft de burgemees ter daarom een benoemde bestuur der. Al moet dat dan wel gebeuren door de gemeenteraad en niet langer door de minister van binnenlandse zaken. In kleinere gemeenten is dat in de praktijk al een feit, maar in de grote gemeenten houdt 'Den Haag' een vinger in de pap. Dat hoort niet, vindt Buddenberg. Blijft de benoe ming van de burgemeester een zaak voor de minister, dan moet in elk ge val de vorig jaar ingevoerde regel van tafel dat op de voordracht de num mers een én twee komen te staan. Dat is in veel gevallen onnodig be schadigend voor die nummer twee die het tóch niet wordt, vindt hij. Voor hem was in elk geval één ding duidelijk: als hij in Pijnacker-Noot dorp als tweede op de voordracht zou komen, zou hij zich terugtrek ken. „Ik had het gevoel dat ik het me niet kon permitteren om nog een keer in het openbaar als tweede te eindigen." Voor Rik Buddenberg hoeft de gekozen bur gemeester niet. Niet omdat hij in Vlaardin gen met minder dan lege handen achter bleef, maar omdat het in de Nederlandse si tuatie gewoon niet werkt. Voor het CDA- blad 'Bestuursforum' stelde de Sassenheimse burgemeester zijn bevindingen tijdens een weekje vakantie op schrift. „Het burgemees tersreferendum in de huidige constellatie is van alles net niets." door Sjaak Smakman De politieke schade is hem tegenge vallen, zegt Rik Buddenberg twee maanden na het verlies in Vlaardin gen en een maand voor zijn aantre den in Pijnacker-Nootdorp. Toen eind januari bekend werd dat hij met de Groningse PvdA-wethouder Tjerk Bruinsma ging strijden om het burgemeesterschap van Vlaardin gen, sprak hij nog de verwachting uit dat hij bij een verlies niet meteen aangeschoten wild zou worden. „De vertrouwenscommissie heeft mij be noembaar genoemd voor een ge meente van 74.000 inwoners. En als je in zo'n procedure dan uiteindelijk tweede wordt, ben je dan afgebrand? Ik vind dat we daar in Nederland veel te krampachtig mee omgaan", zei hij toen. Maar de praktijk was anders. Ten eerste was er de persoonlijke teleur stelling. „Je bent zes weken heel in tensief in de weer. Het slokt je hele maal op en het resultaat is uiteinde lijk helemaal nul, je blijft met lege handen achter." Maar daarnaast vie len ook de reacties in zijn eigen ge meente Sassenheim hem tegen. Hij noemt het 'niet chique' dat er ach teraf werd geklaagd over de vele tijd

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2002 | | pagina 46