1
r
De turbulente jaren van
Nieuw deel in geschiedschrijving hoogheemraadschap
0
ZATERDAG
11 MEI
Jen van de polder Rietveld bij Hazerswoude geeft een beeld van hoe de waterhuishouding in vroeger
werd geregeld. Het polderwater wordt vanuit het brede water onder de molen door weggemalen. De
naast de molen vormt een verbinding voor de scheepvaart met het water van de Ambachtspolder, dat
n hoger niveau wordt gehouden.
Hoogheemraad mr. Aarnoud Hendrik van Wic-
kevoort Crommelin uit Heemstede, was een kleur
rijk man. In zijn werkkamer had hij bijvoorbeeld al
vast zijn doodskist klaar staan, waarin in afwach
ting van het bestemde gebruik appeltjes werden
bewaard.
De Uitwatering bij Katwijk in 1924.
34 verscheen het grote standaardwerk over de geschiedenis van het Hoogheemraad-
j van Rijnland, een van de oudste bestuurlijke instellingen van het land. Dit boek
van Fockema Andreae - 'Hoogheemraadschap van Rijnland, zijn recht en zijn bestuur
de vroegstentijd tot 1857' - moest 68 jaar wachten op een opvolger. Met 'Hollands
er' heeft Ludy Giebels, archivaris bij Rijnland, de geschiedschrijving tot ver in de
tigste eeuw gebracht. Giebels behandelt de historie van het hoogheemraadschap
in 1857 en 1970. Die beide data zijn niet toevallig gekozen. In 1857 kreeg Rijnland een
w reglement, waardoor het eeuwenoude instituut op een modernere leest werd ge-
eid. En in 1970 kwam de Wet Verontreiniging Oppervlaktewateren, die het werk van
and opnieuw radicaal op zijn kop zette. In die tussenliggende 123 jaar maakte Rijn-
echter ook ingrijpende, soms tumultueus verlopende veranderingen door. Dat de
stvan de nieuwe tijden niet helemaal pijnloos verliep, blijkt overduidelijk uit het rijk
jlstreerde boek van Giebels.
door Wim Wegman
e tweede helft van de negentiende
eeuw moet een verwarrende, zo niet trau
matische tijd zijn geweest voor het Hoog
heemraadschap van Rijnland. De wereld
veranderde snel, terwijl Rijnland nog wor
stelde met de ballast van eeuwenoude over
eenkomsten en voorschriften. De Haarlem
mermeer werd in die periode drooggelegd
en het Noordzeekanaal gegraven, grote pro
jecten die beide het werk van het hoog
heemraadschap volkomen op zijn kop zet
ten. De stoommachine deed massaal haar
intrede - met grote voordelen, maar ook met
enorme nadelen. En tegelijkertijd ontwikkel
de de landbouw zich op een revolutionaire
manier, wat er wel toe leidde dat boeren en
tuinders veel meer eisen gingen stellen aan
de waterhuishouding in hun polders.
De lotgevallen van Rijnland in die periode,
beslaan het grootste deel van het nieuwe ge
schiedkundige werk over het schap: 'Hol
lands Water'. Auteur Ludy Giebels beschrijft
in haar rijk geïllustreerde boek uitgebreid de
worsteling van Rijnland met de nieuwe tij
den. Vooral de droogmaking van de Haar
lemmermeer hakt er diep in bij het hoog
heemraadschap. Het berooft Rijnland name
lijk in een klap van een groot deel van zijn
boezemwater - waar het schap in tijden van
nood zijn overtollig water kan lozen - terwijl
tegelijkertijd de waterhuishouding danig
wordt ontregeld.
Als enkele decennia later ook het IJmeer
wordt drooggemalen tijdens de aanleg van
het Noordzeekanaal, nemen de zorgen nog
verder toe. Als schadeclaim eist Rijnland dat
de maatschappij die het Noordzeekanaal
graaft, de kosten betaalt voor een nieuw,
groot gemaal in Katwijk. Hoewel - opmerke
lijk genoeg - de toenmalige dijkgraaf van
Rijnland directeur is bij deze maatschappij,
geeft de kanaalgraver niet thuis. En in arren
moede bouwt Rijnland het gemaal zelf maar.
De stoommachine, die in deze tijd een snelle
opkomst maakt, helpt Rijnland het overtolli
ge water te lozen. Het is echter diezelfde
stoommachine die voor grote problemen
zorgt. Met stoom kunnen schepen veel snel
ler varen. Het leidt tot schade aan de oevers,
die de poldereigenaren weigeren te betalen.
Het Noordzeekanaai, getekend met enige artistieke vrijheid. Litho's als deze werden tijdens de
opening van het kanaal in een grote oplage verkocht.
Zij hebben immers geen baat bij al dat
scheepsverkeer.
Alle stoomboten verbieden in zijn gebied -
zoals buur-hoogheemraadschap Delfland
heeft gedaan - daar voelt het bestuur niet
voor. Rijnland gooit het over een andere
boeg. Het bestuur stelt voor om booteigena
ren te verplichten hun schepen ter keuring
aan dijkgr aaf en hoogheemraden voor te leg
gen. Die konden dan bepalen of het schip de
oevers niet te veel schade toebrengt. Crea
tief, maar niet erg praktisch. Het voorstel
haalt het niet, en het einde van het liedje is -
alweer - dat Rijnland zelf maar het onder
houd van de oevers betaalt.
Tegelijk met de nieuwe tijd moet Rijnland
ook het hoofd bieden aan het verleden. Be
woners van de polders rond Nieuwkoop -
opstandig volk, naar het schijnt - weigeren
in 1861 een heffing te betalen die Rijnland
hen in dat jaar voor het eerst oplegt. Volgens
een overeenkomst van 1364 zouden ze daar
van zijn vrijgesteld. Iets wat door niemand
minder dan Karei V later nog eens is beves
tigd. En de Nieuwkopers krijgen nog gelijk
ook van de Hoge Raad. Pas in 1935, als Rijn
land de kwestie opnieuw heeft aangekaart,
wordt er definitief een streep gehaald door
het verdrag van 1364.
Rijnland komt er niet altijd best af in Hol
lands Water. Het hoogheemraadschap blijkt
geregeld een erg zuinige, om niet te zeggen
krenterige, instelling. Dat leidt zeker in de
negentiende eeuw tot schrijnende voorbeel
den. In die jaren werd personeel nergens
goed betaald, maar bij Rijnland was het nog
net een tikje minder. In het boek haalt Gie
bels een arts aan die verzucht dat een betere
betaling heilzamer zou zijn dan al zijn medi
cijnen bij elkaar. Hij heeft het dan onder
meer over stokers die door koortsen worden
geveld, omdat ze ondervoed en slecht ge
kleed heen en weer moeten lopen tussen de
gloeiendhete stookruimte en de soms ijs
koude kolenopslagplaats buiten.
De werktijden zijn tot ver in de twintigste
eeuw ook niet om over naar huis te schrij
ven. De sluiswachter in Spaarndam moest
bijvoorbeeld elke dag dienst doen van zes
uur 's ochtends tot negen uur 's avonds. Zijn
twee sluisknechten werkten om de andere
nacht. Daarnaast was er nog een hulpsluis-
knecht die elke nacht paraat moest zijn. Dit
hulpje zag het bestuur als een teken van so
ciaal beleid. De andere knechten konden
dan immers om de nacht van hun nachtrust
genieten.
Een enkele keer snijdt het bestuur van het
schap zich door zijn krenterigheid lelijk in de
vingers. De Hollandsch IJzeren Spoorweg
maatschappij (de voorloper van de NS) wil
de in 1916 de spoorweg in Halfweg verleg
gen naar het sluiscomplex van Rijnland.
Rijnland maakte van de gelegenheid gebruik
om de pacht aanzienlijk te verhogen, vooral
ook omdat de HIJSM de vrijkaartjes op de
trein voor enkele uitverkoren Rijnlanders
wilde afschaffen. Het bestuur maakte daar
een groot punt van, wat er uiteindelijk toe
leidde dat het rijk het sluiscomplex ontei
gende. Op die manier zouden de spoorwe
gen geen last meer hebben van de beperkin
gen van Rijnland. De Spaarndam, de baker
mat van het hoogheemraadschap, ging zo
voor een schijntje over in handen van de
spooiwegen.
In het boek Hollands Water is veel ruimte in
geruimd voor de bestuurders en hoge amb
tenaren van het schap. En hoewel die por
tretten niet allemaal even interessant zijn,
passeren er heel wat opmerkelijke figuren de
revu. Zoals hoogheemraad Aarnoud van
Wickevoort Crommelin uit Heemstede, een
excentieke bestuurder die in zijn werkkamer
alvast zijn doodskist had staan - en waar in
afwachting van zijn overlijden appeltjes in
werden bewaard. Kennelijk toch een goede
remedie tegen een vroege dood, want Van
Wickevoort Crommelin zou 101 worden.
De twintigse eeuw komt in het boek van Gie
bels minder aan de orde dan de negentien
de. Ten eerste stopt het verhaal in 1970, als
Rijnland met de komst van de Wet Veront
reiniging Oppervlaktewateren een nieuwe
periode ingaat. In de twintigste eeuw blijkt
de grote worsteling met de technologische
en bestuurlijke vernieuwingen wel achter de
rug.
Toch gaat het boek soms wel erg snel door
cieze eeuw. Aan de Tweede Wereldoorlog be
steedt de schrijfster negen pagina's. Daarin
beschrijft ze weliswaar de strijd tegen de
schaarste, maar de vraag hoe de gemalen
konden blijven werken met slechts een tien
de van de benodigde brandstof wordt wel
erg summier beantwoord. Toch bevat ook
dit gedeelte aardige anekdotes.
In 1943 besloten de Duitsers dat het jaarver
slag van Rijnland vertrouwelijke informatie
bevatte. Men kon er bijvoorbeeld uit afleiden
welke sluizen er moesten worden opengezet,
en hoe ver, om Holland onder water te laten
lopen. De Sicherheitsdienst viel daarom het
gemeenlandshuis aan de Leidse Breestraat
binnen om de jaarverslagen in beslag te ne
men. Net te laat, want alle 150 exemplaren
waren net naar de bestuurleden en relaties
gestuurd. Rijnland kreeg daarom de op
dracht de exemplaren terug te vorderen. Wat
niet meeviel. Tal van jaarverslagen waren
wegens de papierschaarste al voor andere
doeleinden gebruikt. Waarschijnlijk op de
wc, vermoedt de schrijfster.
Hollands Water kost 29,95 euro tot 1 okto
ber 2002. Na die datum kost het boek 34,95
Een stoker in zijn zondagse pak, ter gelegenheid van zijn 40-jarige
jubileum in 1907, bij de vuurketels van het gemaal in Halfweg.
De viering van het 40-jarig bestaan van de Nederlandse padvinderij in de Zandvóortse duinen in 1951. Rond die tijd was het idee opgekomen om het planten van helm
aan scouts over te laten, maar dat ging dijkgraaf en hoogheemraden veel te ver. Foto's: Hollands Water