Vuurdoop
'Er wordt hier te veel talent verkwist'
Wetenschappelijk Nederland heeft een nieuwe baas
en weekenddienst deed je vroeger
nooit alleen. De achterwacht was het ver
lengstuk van de huisarts. In mijn geval altijd
Maureen: sportief, mooi en patiëntvriende
lijk, dankzij haar verpleegsterservaring. Uit
het Twenteland letterlijk voor de Leidse
leeuwen geworpen.
Eén van de eerste weekenddiensten vergeten
we nooit; een drukke dienst op een warme
zaterdag in augustus. Ik moest een visite
maken in het Jacques Urlusplantsoen, een
groot flatblok in Zuidwest. Óndanks de le
lijkheid van het gebouw
woonde men er met veel
plezier, autochtonen en
allochtonen in goede
harmonie.
Helaas, geen lift. In de
drukkende warmte
sjouwde ik de trappen
op naar de vijfde verdie
ping, semafoon in de
rechterhand, behandel-
koffer in de linker, een
hele klim. Ter hoogte
van de derde verdieping
ging lampje drie van de
semafoon branden. Dit
wonder van communi
catie anno 1969 telde
vier lampjes, ieder met
een eigen code. Code
drie was een acuut geval,
terwijl nummer vier voor
de tennismaten was. Ik
belde het thuisfront. Bij
de eerste tik werd opge
nomen. Maureen was in
tranen. Iemand uit de
Mors had gebeld dat ik
direct moest komen an
ders zouden de meest
vreselijk dingen gebeuren.
'Wat is er dan aan de hand?'
Hakkelend vertelde ze dat zij dat ook had ge
vraagd. Het enige antwoord was dat haar
kinderen het ergste zou overkomen, als de
dokter niet direct kwam.
'Ga in godsnaam snel, Har, die vent klonk zo
gemeen.'
'Waar is het?'
'De familie V. in de Egelstraat.'
Ik ging, nieuwsgierig naar zoveel agressie.
Leienaars hebben soms een merkwaardige
manier van communiceren. Een nauwe
straat met aan twee kanten leuke huisjes. Op
mijn herhaald bellen werd na enige tijd
open gedaan. Een echte volksvrouw deed
open, sigaret half uit haar mond bungelend.
'Wat is er?'
'U heeft toch de dokter gebeld?'
Zij draaide zich half om, met een breed ach
terwerk de deur versperrend.
'Piet, hier is de dokter al.'
'Laat maar komen.'
Door een nauwe gang kwam ik in een over
volle kamer, waar Piet zeker moest reside-
Praktijkverhalen van
de Leidse huisarts
Har Meijer (aflevering 14)
ren. Overal flesjes bier en een piramide van
sigarettenpeuken. Waar zat Piet? In de hoek
van de kamer zag ik een dikke, vadsige man
met zijn been op een stoel. Hij stak een hand
op ten teken dat ik mocht komen. Na een
cross-country over de vele uitgestoken be
nen stond ik voor hem.
'Heeft u de dokter gebeld?'
'Ja, ikke.'
Zijn ogen in zijn dikke, vaalgrijze kop keken
mij spiedend aan. Ik besloot mij niet voor te
stellen. Stom, in dit soort situaties. Inwendig
was ik boos: hier was absoluut geen sprake
van iets acuuts. Rustig blijven.
'Wat is er aan de hand?'
'Mijn voet.'
Lomper kon het niet. Ik werd bloedlink.
'Wat voet,' snauwde ik.
Hij wees op zijn smerige broekspijpen waar
een nog vuilere sportschoen onderuit stak.
'Kan ik het zien?'
Mijn held op sokken deed zijn broek uit, ter
wijl de gvd's uit zijn bolle toet rolden. 'De
kous ook graag.'
Een vochtige, smerige voet kwam tevoor
schijn.
'Bent u gestruikeld?'
'Weet ik niet.'
"Wat is er dan gebeurd?'
'Ik zeg toch dat ik het niet weet.'
Onbenul keek dreigend. Ook de anderen in
de kamer keken niet bepaald vriendelijk. Ik
koos eieren voor mijn geld en besloot 'nor
maal' te doen. Goede beslissing. Ik onder
zocht de voet. Vies, zweterig, met en paarse
zwelling aan de laterale malleolus.
Onverwacht klonk het: 'Ben jij dokter Meij
er?'
Ik knikte. Zou ik zijn voet hard naar buiten
draaien of hem netjes onderzoeken? Puur
machtsmisbruik: niet doen. Met links fixeer
de ik het onderbeen, terwijl ik met de rech
terhand de voet voorzichtig probeerde te
kantelen. Hij schreeuwde het uit. De kamer
veerde op door zijn geschreeuw. Wie haalde
het in zijn botte lijf Piet zo aan te pakken?
Nou ja, het was de dokter, maar toch. Ik
knikte geruststellend, waarna zij hun con
versatie voortzetten, gelardeerd met veel bier
en jenever. Ik keek nog eens naar zijn ranzi
ge voet.
'Een pas verstuikte enkel, Piet.'
Hij keek mij blij aan.
'Niets ergs?'
'Nee.'
Uit mijn koffer haalde ik een sporttape. 'De
ze tape, dit verband, ga ik om uw voet doen
en dan mag u voorzichtig proberen te lo
pen'.
'Fijn dokter Meijer, dank u wel.'
Ook de omgeving keek geïnteresseerd toe
hoe de jonge dokter soepel zijn tape aanleg
de. Mijn uiterste best deed ik.
'Heeft-ie meer gedaan', klonk het. 'Kenne
wij patiënt worden?'
In 's hemelsnaam, dit nooit, flitste het door
mij heen.
ZATERDAl
4 MEI
2002
'Jij woont toch op de Gerard Brandtstraat,
lekker dichtbij. En wij zijn absoluut niet las
tig-'
Het telefoongesprek met Maureen ging door
mijn hoofd. 'Waarom heeft U door de tele
foon zo onaardig gedaan tegen mijn vrouw?'
Ja, dat was wel waar.
'Maar toen onze dronken vader vorig jaar
pijn op zijn borst kreeg, wilde die klootzak
van de Singel niet komen. Vader was wel
overleden. Hebben we wel mooi het huis
verbouwd van die nepdokter, begrijp je.'
Nou, of ik het begreep. De stemming was
Tekening: Bert van der Meij
vriendelijk geworden.
'Piet, probeer eens wat te lopen.'
Voorzichtig deed hij enkele stapjes.
'Fijn, zit lekker. Bedankt.'
Hij stak zijn hand uit.
'Piet V.'
'Har Meijer.'
'Ga volgende week maar eens bij je eigen
huisarts langs.'
'Dus je wil me niet als klant?'
'Bel over een paar weken maar eens op,' ant
woordde ik, de kool en de geit sparend. Ik
stond op, pakte mijn spulletjes en vertrok.
Thuis was Maureen druk in de weer met het
organiseren van de dienst. De wachtkamer
zat vol, hartstikke zwaar voor een moeder
met twee kleine kinderen.
'Wat voor mensen waren het?'
Nadat ik het probleem had verteld, werd ze
weer ontspannen. Zij had haar Leidse vuur
doop gehad.
Enkele dagen later kwam een dikke, patseri
ge man het tuinpad opgestrompeld met een
bos bloemen. Hij tikte aan het raam. Maur
een deed de deur open.
'Voor de mevrouw van de dokter.'
De Nijmeegse hoogleraar prof. dr. Willem Le-
velt is per i mei president van de Koninklijke
Nederlandse Academie van Wetenschappen
(KNAW), de hoogste baas dus van weten
schappelijk Nederland. Een gesprek met me
neer de president. Over reorganisatie en ver
spilling van talent.
door Hélène van Beek
Natuurlijk had het 'helemaal niet ge
hoeven'. En natuurlijk is hij 'ge
vraagd'. Maar natuurlijk heeft prof.
dr. Willem Levelt, directeur van het
Max Planck Instituut voor psycho
linguïstiek in Nijmegen, toch ja ge
zegd toen ze hem vroegen om presi
dent te worden van de Koninklijke
Nederlandse Academie van Weten
schappen (KNAW). Waarom? „Een
goeie vraag", vindt-ie zelf. „Ik heb
me in het verleden zo ver mogelijk
van bestuursfuncties gehouden. Met
opzet. Ik wil mijn leven lang onder
zoeker blijven. Dat staat bij mij hele
maal bovenaan. Maar bij nader in
zien komt er ook een moment in
mijn leven dat ik een keer anders
moet reageren. Dus heb ik nu maar
ja gezegd."
Of er thans nog plek zal zijn voor on
derzoek in het leven van Levelt, is
dus maar de vraag. Druk zal Levelt
het krijgen, heel erg druk. Hij blijft
directeur van zijn Nijmeegse club en
wordt daarnaast de hoogste baas
van de KNAW, een organisatie waar
toe maar liefst veertien wetenschap
pelijke instituten behoren.
Niet de minste, ook nog. Hij is bij
voorbeeld baas van het Meertensin-
stituut, beter bekend als Het Bureau
in de romancyclus van Voskuil. En
baas van prof. Ronald Plasterk, die
weer directeur is van het bekende
Hubrechtlaboratorium (voor ont
wikkelingsbiologie). Ook het NIOD,
het Nederlands Instituut voor Oor
logsdocumentatie, behoort tot de
KNAW.
Wanneer Levelt wordt gevraagd wat
de gewone mens in de straat van de
KNAW merkt, wijst hij juist op het
NIOD, en zijn spraakmakende rap
port over de val van Srebrenica. „Het
Een 'Klankbordgroep vwo' is al in
het leven geroepen. Verhogen van
de kwalliteit van het vwo en de let
terlijke, betere voorbereiding van
vwo-leerlingen op studeren aan een
wetenschappelijke universiteit, zijn
van deze klankbordgroep het voor
naamste doel. Levelt: „De Ameri
kaanse KNAW, The National Acade
my of Science (NAS), brengt zo'n
beetje elke werkdag een advies uit.
Zo zullen wij het niet doen. Maar het
is wel een belangrijke taak voor de
KNAW."
'Meer geld voor de wetenschap' is
natuurlijk nog een zaak waarvoor
president Levelt zich intensief zal in
spannen. En daarvoor moet de poli
tiek worden bewerkt. Het mag niet
zo gaan als bij de vorming van het
eerste paarse kabinet in 1994, stelt
hij: „Bij Paars I is het budget voor
wetenschap gewoon vergeten, het is
helemaal niet genoemd. Daarna zijn
allerlei instituten gekort. En dat bud
get is nooit teruggekomen, ook niet
bij de KNAW en NWO."
Verkwisting van talent is een ander
thema dat Levelt zeer bezighoudt.
„De verkwisting begint al op de mid
delbare school, als jong talent niet
voldoende wordt aangesproken en
daardoor wordt verspild." Hetzelfde
geldt voor vrouwen in de weten
schap: „We laten vrouwen vallen
rond hun promotie. Tegen die tijd
start de gezinsvorming, maar dan is
het met de vrouwen afgelopen, vlie
gen ze eruit. Omdat er geen midde
len zijn om het verlof op een goede
manier op te vangen. Bij de Max
Planck Gesellschaft ging dit ook
slecht, maar ze hebben nu een initi
atief genomen om op dit punt iets te
veranderen. Een vrouw die kinderen
krijgt, behoudt haar contract maar
mag er gerust drie jaar uitstappen.
Haar baan blijft bestaan. En wat zie
je? Bij zo'n regeling blijven vrouwen
tijdens het verlof toch nog actief in
de wetenschap, al is het een dag in
de week. Daarna komen ze weer he
lemaal terug."
Tot slot betreft de verkwisting vol
gens Levelt ook oudere top weten
schappers. „Daar springen we bui
tengewoon slordig mee om. We za
delen ze op met bestuursfuncties of
met decaanfuncties. De Academie is
nu gelukkig op weg om daar iets
mee te doen. We gaan een regeling
voor toppers instellen. De allerbeste
wetenschappers worden helemaal
vrijgesteld. Ze mogen helemaal doen
wat ze zelf willen."
Prof. dr. Willem Levelt: „Bij Paars I is het budget voor wetenschap gewoon vergeten, het is helemaal niet genoemd. Daarna zijn allerlei instituten gekort. En dat
budget is nooit teruggekomen." Foto: GPD/Theo van der Zwam
was dagenlang in het nieuws en het
leidde tot de val van het kabinet.
Vertel me dus niet dat de gewone
mens in de straat weinig merkt van
de KNAW."
Behalve natuurlijk de eer, en het ver
antwoordelijkheidsgevoel, was er
voor Levelt nóg een reden om op het
aanbod van het presidentschap van
de KNAW in te gaan. „Ik denk dat ik
de ervaring die ik heb opgedaan bij
de Max Planck Gesellschaft ten goe
de kan laten komen aan het Neder
landse wetenschapsbedrijf." De Max
Planck Gesellschaft, de Duitse even
knie van de KNAW, heeft tachtig we
tenschappelijke instellingen onder
zich. „Maar de KNAW is heel veel
kleiner als onderzoeksorganisatie",
aldus Levelt. „En het budget van
Max Planck is dik een miljard euro,
dat van de KNAW bedraagt zo'n vijf
tig miljoen euro. Wij zijn dus een
heel klein Max Planckje, maar daar
om ook veel hanteerbaarder."
Anders is ook het feit dat de harde
natuurwetenschappen niet bij de
KNAW zijn ondergeschoven. De
KNAW kent twee clusters; de levens
wetenschappen (biologisch/me
disch) en de geesteswetenschappen.
Levelt: „De natuurwetenschappen
zijn toebedeeld aan NWO (Neder
landse Organisatie voor Weten
schappelijk Onderzoek)."
Hoewel het handig zou zijn als alle
disciplines bij de KNAW zouden
worden ondergebracht, is Willem
Levelt toch niet van zins om dit on
middellijk te gaan veranderen, zou
hij al bij machte zijn. „Er wordt al 25
jaar over gepraat om alle drie de
clusters onder één koepel te bren
gen. Als 'Max Plancker' ken ik de
voordelen, maar ook de nadelen. Re
organiseren is niet altijd even posi
tief. Als een organisatie goed draait,
moet je die niet op de schop ne
men."
„Ons eerste doel is: topwetenschap
bedrijven. Ik wil de onderzoekers
dus zoveel mogelijk hun werk laten
doen. Er is al druk genoeg op ze;
neem alleen al de internationale
competitie waarmee ze te maken
hebben."
Wat gaat Levelt wel doen? De presi
dent gaat er in ieder geval voor zor
gen dat de KNAW regelmatig advie
zen geeft. In vaktaal ook wel 'weten
schapsverkenningen' genoemd. Le
velt: „Bijvoorbeeld: wat doen we met
het genoomonderzoek in Neder
land? En onlangs was er het advies
over mond- en klauwzeer (mkz). Een
goed initiatief. Om economische re
denen werden varkens in ons land
niet tegen mkz gevaccineerd. De
KNAW meent dat de politiek meer
gebruik moet maken van weten
schappelijke kennis op dit gebied en
moet luisteren naar dierdeskundi-
gen die adviseren om wel preventief
te vaccineren."
Een ander - ongevraagd - advies
over het vwo-onderwijs komt eraan.