Eagling weg bij Nationale Ballet
KUNST CULTUUR
'g
Schonkige sporen in steen van Eugene Dodeigne
Met beveiliging van
musea is (n)iets mis
Een kalfje uit de stal
van Paul de Leeuw
'Problemen verdeling
subsidie geen wonder'
R7
lacht betaalt
[amphues
=t»e
rocker Fad
Iget overleden
popconcerten
pdemie-orgel
Kunst in reclame
Unicum in de jazzscene
vrijdag 5 april 2002
Daai
ereikej
ren a
ïeenteyAllen. Foto: AP
et>dy Allen
^pe^t Cannes
wil i. Dg Amerikaanse film-
;ebruilf Woody Allen opent dit
fet festival van Cannes met
jmedy 'Hollywood En-
"let is voor het eerst dat
is
5 nog
icht is
gooi<
hetf
op
Sinji - 'Musici rond het Aca-
uifje-orgel' is de titel van een
ig k van twaalf inloopconcer-
iphafanaf woensdag 10 april in
Roc root Auditorium van de
ersiteit Leiden aan het Ra-
urg 73. Het Flentxop-orgel
t bespeeld door verschil-
muzikanten, onder wie
irsiteitsorganist Jan Ver
ren. De orgelserie, elke
isdag tussen één en half
loopt tot 26 juni.
amsterdam/gpd - Artistiek leider Wayne
Eagling verlaat Het Nationale Ballet. Dat is
gisteren bekendgemaakt door het bestuur.
De relatie tussen Eagling en het gezel
schap is al lange tijd moeizaam.
De eigen choreografieën van Eagling kre
gen zelden lovende kritieken en ook de
omgang met de dansers verliep steeds
minder soepel. Hem werd vooral verwe
ten niet goed te communiceren en een
gebrekkige artistieke visie te hebben. Ook
werd gezegd dat hij op de werkvloer te
veel dronk.
Het bestuur heeft Eagling het voorstel ge
daan om per juni 2003 op te stappen, om
zo het gezelschap de tijd te geven een ge
schikte opvolger te zoeken. Eagling heeft
de dansers laten weten 'in het belang van
alle betrokkenen in principe zijn mede
werking aan een dergelijke regeling te
willen verlenen'. Een woordkeus die erop
duidt dat hij niet uit vrije wil opstapt.
Wayne Eagling, oud-danser van het Roy
al Ballet in Londen, werd in 1990 artistiek
directeur van Het Nationale Ballet als op
volger van Rudi van Dantzig.
Volgens Jaap Mulders, zakelijk directeur
van Het Nationale Ballet, is de knoop
doorgehakt na een nieuw gesprek met
Eagling. „We hebben deze beslissing me
de genomen met het oog op de nieuwe
Kunstenplan-periode, eind 2003. Eerdere
kritische beoordelingen van de Raad van
Cultuur van ons gezelschap hadden de
laatste jaren steeds een scherpe link naar
onze artistieke leider. We willen nieuwe
problemen over de subsidie vermijden
en hebben daarom besloten om de rela
tie met Eagling te beindigen."
Ie Franse badplaats zijn
chting maakt. In Cannes
W] eerder films van Allen
)nd, waaronder 'Manhat-
The Purple Rose of Cairo'
annah and her Sisters',
de filmmaker zelf woonde
órstelling nooit bij. Vorige
1 verscheen Woody Allen
irwacht bij de uitreiking
Oscars, de belangrijkste
endfCaanSe ^mPrïjzen-
Vc
dam - Theaterliefheb-
ien woensdag 10 april
jongiNieuwe de la Mar theater
'iterdam de cabaretvoor-
ze zefg 'Tijd Zat' van Rob
igen, (hues en Coen Jutte voor
ideelft van de prijs bezoeken.
i, wie lacht, moet de an-
voortjielft alsnog bijleggen. De
nu ijetiers voeren deze actie na
bijjegatieve recensie in De
me^rant. De krant meende
zei kwaliteit zo onder de
ras dat de bezoeker is
rmeejlicht". Ook de termen
veeljdopperij" en „ordinaire
VS vrflswaar" vielen. Kamp-
in Jutte reageren daarop
Die jun actie „wel goed, geld
In plaats van vijftien eu-
len de bezoekers voor
feg de helft van de entree-
haa
- De Britse muzikant
Badget is overleden. Over
odsoorzaak is niets be-
[emaakt. Gadget, de ar-
jrint. inaam van Frank Tovey,
nten ds een pionier op het ge-
inics an experimentele elektro-
metie pop- en rockmuziek. Hij
april orig jaar nog op tournee
lepeche Mode. Afgelopen
h iinde woonde hij in Zwe-
e uitreiking bij van prijzen
tgeb ilternatieve muziek. Het is
ïctie idelijk hoe oud Fad Gad-
geworden.
theater recensie
dick van teylingen
Voorstelling Nep door Richard
Groenendijk. Gezien: 4 april, Leidse
Schouwburg. Nog te zien 18 april. De
Alkeburcht, Roelofarendsveen
„Niets is wat het lijkt", zegt Ri
chard Groenendijk vele malen
in zijn cabaretprogramma
'Nep'. Toch is dat niet wat hij
met nep bedoelt: het gaat hem
om de onechtheid van mensen.
Giechelende soapsterretjes. Op
geblazen praatjes van collega's
in het amusement ('als ik voor
duizenden guldens een voor
stelling laat schrijven, ga ik die
niet voor tweehonderd mensen
spelen, ook al knijpen veel an
deren hun handen dicht met
tweehonderd man'). Vrouwen
van Shellwerknemers in Afrika
die hun ogen sluiten voor de el
lende om zich heen. Richard
Groenendijk is tegen domheid,
aanstellerij en oogkleppen; een
moralist in de beste Nederland
se cabarettraditie.
Wat voor de pauze holle frasen
lijken te zijn van zelfverzonnen
nepartiesten, blijken na de pau
ze letterlijke citaten te zijn van
vakgenoten als Uesbeth List en
Paul van Vliet ('Youp van 't Hek
en Herman Finkers stonden ja
ren voor lege zalen, maar ik heb
nooit voor weinig publiek ge
speeld'). Hij playbackt de ge
luidsopnamen, die door de op
bouw van het programma wer
ken als vileine quotes.
Eén andere goudmijn voor ca
baretiers is de jeugd. Hij vertelt
over het jongetje dat al vroeg
Liberace wilde zijn, met grote
ringen en uitbundige kleren
(Groenendijk mag dan tegen
nep zijn, hij is geen calvinist).
Over de jongen die te soft is om
te vissen, terwijl het gezin en
het dorp dat wel van hem ver
wachten. Over verjaardagen
van vroeger. Over opa die zijn
knorrige echtgenote verlaat,
aan de boemel gaat met een
Zuid-Amerikaanse schone en
kaalgeplukt maar voldaan in
het bejaardenhuis terecht
komt.
Op grond van zijn vorige show
'Gluur' is Groenendijk geroemd
als een veelbelovend talent.
Misschien was die show echt zo
goed, misschien ligt het aan de
kritiekloosheid waarmee pu
bliek en pers het cabaret van nu
bekijken. Groenendijk kan aar
dig vertellen en spelen, en heeft
een mooie stem waarmee hij
weinig opzienbarende liedjes
zingt. Hij kiest graag voor mak
kelijke oplossingen: eindeloze
herhalingen, een larmoyant
verhaal over zinloos geweld,
een clichénicht als typetje, obli
gate grappen, een lange dron-
kenmansscène en goedkope fi
losofietjes (het leven is een gro
te discotheek: je moet maar
meedansen en niet wachten tot
ze jouw plaatje draaien, wat dat
kon wel eens heel lang duren).
Hij ziet er ook niet tegenop om
een afgelebberde domme-
blondjesmop quasi-biografisch
te recyclen met zijn demente
opa in de hoofdrol.
Het aardigste vond ik Groenen
dijk als improvisator: een los
contactje aan zijn zender en
een mobiele telefoon die afgaat
in het publiek leveren de leuk
ste scènes op. Ook in dat op
zicht lijkt hij een kalfje uit de
stal van Paul de Leeuw: hij is
leuker als improviserende pre
sentator dan als cabaretier.
hoofddorp - Reclame, advertenties of tv-spotjes, zijn soms zo bijzonder dat ze als kunst beschouwd wor
den. Tijdens de tentoonstelling 'Art in Ads' in Galerie De Meerse in Hoofddorp geven video's, websites, pos
ters en billboards een beeld van reclame die door reclamemakers wordt gezien als kunst. De tentoonstel
ling in de galerie, aan het Raadhuisplein 3, duurt tot 20 april en is te zien van woensdag tot en met zater
dag van 12.00 tot 17.00 uur. Publiciteitsfoto
den haag/anp - Staatssecretaris
Van der Ploeg van Cultuur is er
trots op dat de systematiek van
de verdeling van kunst- en cul
tuursubsidies is gaan 'kraken en
piepen'. Dat komt volgens hem
doordat er in zijn ambtsperiode
150 miljoen eüro voor de kun
sten is bijgekomen. Daardoor
heeft de Raad voor Cultuur, die
de bewinsman adviseert, het
veel drukker gekregen. Dat zei
Van der Ploeg gisteren tijdens
een overleg met de Kamer over
een betere werkwijze voor de
beoordeling van kunstinstellin
gen. Na de verschijning van het
laatste Kunstenplan klaagden
afgewezen aanvragers steen en
been over het functioneren van
de Raad. Van der Ploeg vindt het
'geen wonder' dat de Raad extra
belast is geraakt. „Meer geld,
meer werk, ik ben er trots op."
Hij vindt dat de kunstwereld zijn
zegeningen moet tellen. „Er
komt misschien nog weieens
een tijd dat we met weemoed
terugdenken aan de periode
waarin we zoveel nieuwe instel
lingen een kans konden geven."
Dat dit onder zijn bewind is ge
lukt stemt hem zeer tevreden.
„Ik ben geslaagd."
Uit het Haarlemse Frans Hals
museum werden vorige week
vijf 17de eeuwse schilderijen
geroofd. Daags erop vertelden
woordvoerders van Leidse mu
sea dat hun museum goed be
veiligd is en ze geen reden zien
voor extra maatregelen. En de
hoofdsuppoost van het Frans
Halsmuseum verklaarde zon
der blikken of blozen in het
acht uur-journaal dat er ook
niets mis is met de beveiliging
van het Haarlemse museum.
Ik heb daarover zo mijn twij
fels. Een jaar of zes geleden
werden ook al twee kunstwer
ken uit het Frans Halsmuseum
gestolen en toen verklaarde
een beveilingsbeambte net zo
vrolijk 'ervan overtuigd te zijn
herhaling van de diefstal te
kunnen voorkomen'.
Twee jaar geleden wandelde
een overvaller, gewapend met
enkel een busje pepperspray,
het Leidse Rijksmuseum voor
Oudheden uit met de laatst
overgebleven VOC-goudstaaf.
En ook toen zei de toenmalige
directeur, Marjan Scharloo,
van het penningkabinet 'dat
het museum goed is beveiligd'.
Vanwaar toch steeds die opti
mistische reacties? Ik begrijp
wel dat niet elk schilderij in de
gaten kan worden gehouden
door een camera of een sup
poost. Maar de Nederlandse
musea worden wel erg vaak
getroffen door vernieling of
diefstal. En dat is echt niet te
danken aan de goede veilig
heidsmaatregelen.
Een beveilingsdeskundige, ge
specialiseerd in musea, zei vo
rige week in deze krant dat het
Frans Halsmuseum niet door
een goede veiligheidsanalyse
zou komen. Voor hoeveel an
dere musea zou dat ook gel
den? Ik kan mij geen museum-
kraak uit de afgelopen jaren
herinneren waarbij de beveili
ging wel afdoende heeft ge
werkt en de inbreker terstond
in de kraag is gevat. Eigenlijk is
het zo dat wie eenmaal binnen
is er ook weer met een paar
schilderijtjes onder de arm uit
komt.
In Leiden weet de politie niet
eens waar het stedelijk muse
um ligt Ik herinner me een
voorval van een paar jaar terug
toen Leidse kunstenaars het
Stedelijk Museum De Lakenhal
bezet hielden. Na een paar uur
was het geduld van directeur
Bolten op en belde zij de poli
tie met de mededeling: „Ik
krijg ze er niet uit. Wilt u zo
snel mogelijk komen?
Bolten had zich voorge
steld als 'directeur van
De Lakenhal', waarop aan de
andere kant van de lijn (ver
moedelijk door het snuggere
zusje van Myma Goossen)
werd gevraagd wat dat voor
een hal is. Een afdeling van de
Kwantumhallen misschien?
„Dit is een museum", hoorde
ik Bolten zeggen. Maar kenne
lijk ging er nog steeds geen
theelichtje branden, want na
een kwartiertje belde de muse
umdirecteur nog maar eens:
„U moet nu echt haast ma
ken."
Enfin: om een lang verhaal
kort te maken, na veertig mi
nuten stonden er eindelijk
twee veldwachters voor de
deur die wel eens naar 'Eigen
Huis en Tuin' keken en de
boodschap dus hadden begre
pen. Welbeschouwd waren ze
vorige week in Haarlem dus
heel snel (5 minuten) ter plek
ke.
De groep bezetters van De La
kenhal had overigens niets
kwaads in de zin, maar dat kon
de politie niet weten. Er hoefde
maar een halve gare met een
aardappelschilmesje tussen de
zitten en het had heel erg ver
keerd kunnen aflopen met
'Het Laatste Oordeel' van Lu
cas van Leyden.
Met de opsporing van gestolen
kunstwerken gaat het al niet
veel beter, als we het Tweede
Kamerlid Boris Dittrich (D66)
mogen geloven. Dittrich had
na de vorige inbraak in het
Frans Halsmuseum al vragen
gesteld aan de staatssecretaris
van cultuur, Van der Ploeg, en
twee betrokken ministers. In
antwoorden van de bewinds
lieden werd hij destijds in ma-
nagement-taal 'afgepoeierd'.
Het kamerlid grijpt de roof van
weer vijf schilderijen aan om
de kwestie opnieuw aan de
kaak te stellen. Andere Europe
se landen, zegt Dittrich, zijn
bezig hun afdelingen voor op
sporing van geroofde kunst
werken te versterken omdat
internationale kunstroof een
steeds groter probleem wordt.
In Nederland dreigt het re
cherche-onderdeel Kunst en
Antiek te worden opgeheven
en moet de opsporing van ge
roofde kunst worden onderge
bracht bij de afdeling die ook
woninginbraken voor z'n reke
ning neemt Die agenten mis
sen onder de blauwe pet na
tuurlijk de specialistische ken
nis die nodig is kunstschatten
op te sporen. Zo wordt het
voor de criminele kunstwereld
wel erg aanlokkelijk om Ne
derland als werktterrein te
kiezen.
icert: Rein de Graaff Trio met
linand Povel en Pete Christlieb.
1 iezien: 4/4, de Burcht, Leiden.
recensie muziek
ken vos
ist Rein de Graaff (1942) is
I unicum in de Nederlandse
en cene. Enerzijds is de enige
Nederlandse hardbop-
duidelijk schatplichtig
0 de Amerikaanse oorsprong
de jazz, maar hij zorgt er
3 voor dat met de regelmaat
de klok belangrijke bopbla-
in eigen land vaak niet op
de geschat en zelden te
in in Europa, hun creatieve
ne8ten na kunnen laten in een
idwongen context.
vergeten grootheid is Pete
stlieb (1945, Los Angeles),
zijn bekendheid vooral te
een heeft aan zijn bijdragen
nel platen van Quincy Jones,
1 Waits en Doctor John. Bij
liefhebbers wordt de tenor-
ifonist voornamelijk ge-
rdeerd om zijn samenspel
Warne Marsh.
mdere blazer bij het trio is
i l even door de wol geverfde
linand Povel (1947), gister-
nd eveneens actief als te-
axofonist. Povel wordt als
neest invloedrijke Coltrane-
oon in Nederland be-
ouwd, en vormt een interes-
Ie tegenpool met Christlieb
meer op lijkt te hebben met
ter Young, Eddie Lockjaw
rïs en Sonny Rollins.
L 'de eerste set liet Povel zich in
-
de standards makkelijk aftroe
ven door de flegmatieke Christ
lieb. Die leek zich weinig aan te
trekken van de akoestische on
gemakken van de halfslachtige
versterking tijdens de eerste set,
vvaaronder de hele groep leed.
Contrabassist Marius Beets' on
gedwongen swing werd ont
sierd door een ongenuanceerd
geluid, terwijl de overigens op
dreef zijnde Eric Ineke de rest
van de band overstemde met
zijn harde slagwerk. En dat ter
wijl juist deze avond het pu
bliek voornamelijk uit serieuze
luisteraars bestond.
Pas in de tweede set van De
Graaff was goed te horen hoe
efficiënt hij soleerde. Ineke en
Beets vielen misschien niet op,
maar op hun begeleiding viel
weinig af te dingen. Povel kon
dan pas met zijn fijngevoelig
geïntoneerde notenwatervallen
weerwerk geven tegen de ro
buuste uitwijdingen van Christ
lieb. Deze saxofonist put tege
lijk uit de mannetjesputters-tra
ditie van Eddie Lockjaw Davis
en de asymmetrische sprongen
van Lester Young en Sonny Rol
lins, een zeldzame combinatie
die keer op keer verrast. Christ
lieb is een vat van tegenstellin
gen, met een aangenaam stevig
laag en een agressief, scherp
hoog dat hem in staat stelt ook
in de meest ongunstige omge
vingen op te vallen. Nieuwe in
zichten in de hardbop werden
misschien niet geboden, maar
De Graaffs initiatief bewijst dat
deze muziekstijl met de juiste
creatieve impulsen nog een
lang leven beschoren is.
Werk van Franse beeldhouwer in Schevenings museum Beelden aan Zee
door Cees van der Geer
scheveningen - Wat meteen op
valt bij binnenkomst van het
Scheveningse museum Beelden
aan Zee is een groot projectie
doek van vier bij vier meter,
waarop een groep manshoge ste
nen beelden staat afgebeeld. Ze
staan in een kring op een grote
open plek in een bos.
De beelden zijn gemaakt door
de Franse beeldhouwer Eugene
Dodeigne (1923). Het lijkt wat
vreemd zo n foto, terwijl rond
om de werkelijke beelden staan
opgesteld. Wat al die beelden in
de museale omgeving van Beel
den aan Zee echter niet duide
lijk maken - en die ene grote fo
to nou juist wel - dat is hoe
dicht Dodeigne met zijn stenen
beelden bij de natuur blijft.
Dodeignes behandeling van de
steensoort waarmee hij werkt,
de Pierre de Soignies, een Belgi
sche hardsteen waarvan ook
stoepranden worden gemaakt,
laat de steen volledig in zijn
waarde. Dodeigne betoont de
steen zijn respect. Het enige wat
hij doet, zo lijkt het, is het kap
pen van de sporen in de steen,
zoals een boer met zijn ploeg
zichtbaar sporen trekt in een ak
Beeldhouwer Eugene Dodeigne (1923) betoont de steen zijn respect. Foto: WFA/Frank van Rossum
ker. Met dit verschil, dat die
sporen het beeld in beweging
brengen en er expressie aan ver
lenen.
Dan ook blijkt ineens de ver
wantschap met beroemde beel
den uit de geschiedenis van de
beeldhouwkunst. Met de 'Bur
gers van Calais' van Rodin, met
de 'pleurants' van Claus Sluter,
de Hollandse beeldhouwer die
omstreeks 1410 treurende figu
ren rond het praalgraf van Phi
lippe de Stoute in Dyon neerzet
te. Dat is, wat die foto in een
oogopslag duidelijk maakt: die
ongebroken traditie die de wer
ken van grote kunstenaars over
de eeuwen heen met elkaar ver
bindt.
Foto's echter zijn plat en beel
den niet. Van dichtbij kan men
de sporen en paden volgen die
de beitel aan de hand van de
beeldhouwer in de steen getrok
ken heeft. De steen krijgt er een
ruwe buitenkant van, schonkig,
bultig, onbehouwen zou je bijna
zeggen. Soms zijn de stenen
enigszins gefatsoeneerd.
Dodeigne heeft dan met de boor
witte lijnen in de donkere steen
geschreven; ze ogen als regels
op een'schoolbord.
Als hij die lineatuur achterwege
laat en van de steen of het mar
mer net zo lang schilfers weg
hakt tot de vorm gevonden is,
legt hij het accent veel meer op
de 'huid' van het beeld. Op de
halfronde binnenplaats van het
museum staat een prachtig
voorbeeld van die werkwijze.
Het is het witmarmeren beeld
Tension'. Ga er vooral even met
de neus bovenop staan, vooral
als de zon schijnt. Zie hoe dan
de kristallen in de steen gaan
schitteren en hoe ze het marmer
doen leven. Dat aspect, zo ken
merkend voor Dodeignes stenen
beelden, ontbreekt uiteraard in
zijn bronssculpturen. Hun huid
is gladder ondanks het reliëf dat
de bewerking van de was in het
gietsel achterliet
Brons vangt ook wel licht en re
flecteert dat-, brons glimt op een
zachte en vriendelijke manier,
maar het heeft niet. zoals die
hardsteen uit Soignies, de gehei
men die in de materie verbor
gen liggen. Uitgerekend in dit
materiaal, in brons, maakte
Dodeigne een portretbuste van
zijn makker. Bousbecques, met
wie hij zijn uit hardsteen opge
trokken huis bouiüe; een reus
van 140 kilo die een was met de
natuur en het geluid van steen
hoorde en herkende.
Frappant is, hoe Dodeigne in
zijn tekeningen met zwart krijt
dezelfde oerkracht weet op te
roepen als in zijn hardstenen
beelden. Wat dat betreft is hij
een echte beeldhouwer - die
kunnen tekenen, want niet altijd
is er steen voorhanden en dan
zoekt de verbeelding met andere
middelen een uitweg. 'De teke
ningen', zo schreef Oxenaar
eens, 'vormen het arsenaal.
Daar schuilt de rijkdom van mo
tieven en opvattingen waaruit
gekozen wordt voor de beelden'.
Eugene Dodeigne - 'Emotie in
steen gevangen'. Te zien: t/m
23 Juni, di. t/m zo. van 11 tot
17 uur. Beelden aan Zee, Hart-
eveltstraat 1, Scheveningen.