De stilzwijgende revolutie van Jan van Eyck
KUNST CULTUUR
lach leent zich prima om je gedachten te ordenen'
,oncerto
Palatino
virtuoos
R9
Spin in het web van de vernieuwing van de schilderkunst
Sfeervolle 'dernière' van Raymann Izaline Calister: getalenteerde jazzvocaliste
Befaamd dankzij
twee films
donderdag 28 MAART 2002
muziek recensie
lidy van der spek
ncert. Concerto Palatino Gehoord
27/3, de Waag, Leiden
ene keer wordt 'het
orntje' aangekondigd als
c n zink (zo genoemd in
litsland), de andere keer
cornetto (Italië). Het gaat
:r niet over dat lekkere
s ntijsje met chocola en
f otjes, maar over het lang-
ekte houten blaasinstru-
0 int met gaten en een lichte
r imming zijwaarts.
cornetto kwam rond 1450
zwang. Spelers op cometti
trombones hielden de
cht op de torens van de
r dsmuren om zo naderen-
gasten muzikaal te be-
leten. Omdat er vroeger
euwelijks muziek geschre-
werd zónder zangstem
citeerden de blazers nogal
ns zangstukken. In 1597
s er voor 't eerst een com-
u nist, Giovanni Gabrieli, die
>r de inmiddels steeds vir-
k izer spelende blazers can-
lies en sonates schreef,
c ncerto Palatino bestaat uit
van die virtuoze blazers,
ice Dickey (cornetto) is de
ivoerder van het kwintet.
genover hem staat zijn
nrling Doron David Sher-
i, in het midden staan drie
a lermuzikale trombonis-
De bas schuift zijn in-
ïment in en uit met een
;ant koperen staafje als
engstuk van zijn arm om
allerlaagste tonen te berei-
i.
samenklank die dit vijftal
duceert is wonderbaarlijk
L oi, heeft veel weg van één
te bazuinklank. Tenmin-
als er op een bepaalde
nier geblazen wordt. In
izzari's 'Anima mea li-
ifacta est' (mijn ziel is ge-
jölten) uit 1607 en in
v, istoph Strauss' 'Eripe me,
nine', beide ingetogen
1 lm-achtige melodieën,
staat die prachtige fluwe-
eenheids'klank.
e andere stukken zoals de
unate waarin ene bekend
ij csliedje schuilt' van Jo-
jn Vierdanek (1641) waai-
i de kleuren uiteen. De
g(netti staan nu bij elkaar
k s, de trombones rechts.
azijn de verschillende klan-
uren helder hoorbaar,
lijk en dynamisch opzwe-
id 'zingt' de 'Canzon Bel-
(1621) van Joh.F.
leidt. Het liedje wordt
ir elke blazer een paar
ten later ingezet. De zin-
jes bolderen over elkaar
n met tal van grappige
iieringen. Het slaapliedje
Fr. Guerreo wiegt in lan-
golvende melodielijnen,
izig gevoileerd. Bruce
key is een meester in het
inceren. Wat dat betreft
zijn pupil (Sherwin) nog
van hem leren.
door Aart van der Kuijl
brugge- De beeltenis van de man
is zo realistisch geschilderd dat
het een modern portret zou kun
nen zijn. Denk er een bril bij en je
krijgt iemand die als twee drup
pels water lijkt op schrijver Ro
nald Giphart. Alleen het hoofd
deksel verraadt in welke periode
het is geschilderd. Het weergalo
ze, piepkleine 'Portret van een
man met blauwe kaproen' is het
beeldmerk van de tentoonstelling
'Jan van Eyck, de Vlaamse Primi
tieven en het Zuiden; Grootmees
ters ontmoeten elkaar (1430-1530)
De expositie is de topattractie
van het cultureel programma in
het kader van 'Brugge 2002, cul
turele hoofdstad van Europa'.
De vormgevers van het affiche
maakten dankbaar gebruik van
de onverstelbaar fijne detaille
ring van het portretje. Ze kon
den de beeltenis met gemak op
blazen tot billboardformaat. Als
of je door een reusachtige loep
kijkt, zie je op de poster uitver
groot hoe minutieus Jan van
Eyck (1390-1441) elk baard-,
wimper- en wenkbrauwhaartje
van de man heeft weergegeven.
'Portret van een man met blau
we kaproen' is het vroegst be
kende schilderij van de hand
van de Brugse schilder dat be
waard is gebleven.
Dit paneel schilderde Van Eyck
in de periode dat hij hofschilder
was aan het Bourgondische hof
van hertog Filips de Goede. In
die tijd had hij in Brugge zijn
atelier. Het maken van zulke
portretten hoorde tot het taken
pakket van Van Eyck. Zo por
tretteerde hij in 1428/29 de (niet
nader geïdentificeerde) man
met de blauwe kaproen tijdens
een diplomatieke missie van
Bourgondië in Portugal. Maar
Van Eyck moest tijdens deze reis
een nog veel belangrijker portret
maken. Filips de Goede had zijn
begerig oog laten vallen op de
Portugese prinses Isabella. Maar
hoe zag ze er uit? De hofschilder
vereeuwigde de beoogde bruid
in olieverf. De diplomatieke reis
en de inspanningen van Van
Eyck hadden het gewenste ef
fect: Isabella werd de derde
vrouw van Filips.
Het schilderij van de man met
blauwe kaproen mat origineel
19 bij 13 centimeter. In de ze
ventiende eeuw werd het ver
groot tot 22,5 bij 17 centimeter.
De handen van het voorname
heerschap op het paneel lijken
een eigen leven te leiden. Van
Eyck kwam waarschijnlijk niet
uit met het formaat van het pa
neel waardoor hij de handen
noodgedwongen te hoog af
beeldde. Dat kan haast niet an
ders als je ziet hoe verbluffend
goed deze lichaamsdelen op
zich zijn getroffen. De rechter-
Madonna en kind met serafijnen en cherubijnen, van Jan van Eyck. Publiciteitsfoto
hand die een gouden ring vast
houdt, de linkerhand die op de
lijst - die oorspronkelijk om het
paneel heen zat - leek te rusten.
Met name dit trompe l'oeil-ef-
fect (gezichtsbedrog) was een
staaltje kunnen, waarmee Van
Eyck liet zien hoe bedrieglijk
echt hij kon schilderen.
Je zou verwachten dat de expo
sitie opent met dit juweeltje,
maar 'De man met blauwe kap
roen' komt pas aan bod in de
een na laatste zaal. Die kreeg de
toepasselijke titel 'De ontdek
king van het individu' omdat
hierin het ontstaan van het por
tret als genre aan bod komt. De
tentoonstelling is dan ook the
matisch en niet chronologisch
ingedeeld. De Van Eyck-schilde-
rijen spelen door de hele exposi
tie de hoofdrol. In deelexposities
in twaalf zalen wordt uitgelegd
hoe de verworvenheden van zijn
schilderkunst geleidelijk aan
over heel Europa verspreid raak
ten.
De expositie is een tour de force
geweest, waaraan jaren voorbe
reiding en wetenschappelijk on
derzoek zijn besteed. Het is een
wetenschappelijk bouwwerk dat
laat zien hoe ver we zijn gevor
derd in onze kennis over Van
Eyck vanaf de vorige grote Van
Eyck-tentoonstelling. Die werd
precies honderd jaar geleden
gehouden, ook in Brugge. Wat
we inmiddels te weten zijn ge
komen over Van Eyck, zijn ate
lier, navolgers en tijdgenoten.
Maar vooral ook: hoeveel kennis
nog ontbreekt. We weten bij
voorbeeld nog steeds niet wie
rijn assistenten waren.
Meer dan 125 panelen uit mu
sea in de hele wereld rijn in
bruikleen gegeven. Dat deze
topstukken mochten reizen is
op zich al uniek. Er rijn tien van
de in totaal zeventien erkende
werken van Jan van Eyck te zien.
Verder zijn er nog zeven schil
derijen afkomstig uit rijn atelier
(van medewerkers) en drie ko
pieën. Grote afwezigen rijn het
vermoedelijke zelfportret (Man
met rode tulband, 1433) en het
portret van Giovanni Amolfini
Het 'Portret van een man met blauwe kaproen', beeldmerk van de
tentoonstelling over Jan van Eyck. Publiciteitsfoto
en rijn vrouw uit 1434, beide
onder geen voorwaarde uitleen
baar in de collectie van National
Gallery te Londen. En natuurlijk
het altaarstuk 'De aanbidding
van het Lam Gods' uit de St.-
Baafs kathedraal te Gent.
Schilders van het statuur van
Van Eyck schilderden op paneel
met olieverf. Mindere goden
schilderden op doek. Ooit werd
verondersteld dat deze gewelde
naar ook de uitvinder van het
olieverfprocédé was. Maar dat is
een fabeltje. Van Eyck heeft wel
een sneldrogende olieverf ont
dekt. Zijn revolutionaire vondst
bestond uit de toepassing van
een witte verflaag direct op de
grondverf. Dit wit veroorzaakte
in combinatie met de toepas
sing van een geringer aantal
olieverflagen dat fraaie reflecte
rende effect Het geeft rijn schil
derijen die ongekend heldere
kleurstelling, dat tintelende ko
loriet.
Jan van Eyck, De Vlaamse Pri
mitieven en het Zuiden. Groot
meesters ontmoeten elkaar
(1430-1530). Tot en met 30 juni
2002, Groeninge Museum,
Brugge. Open: ma-vr 10.00-
18.00 uur, za-zo 9.00-18.00
uur.
derdorper Hans van Hartevelt publiceert derde roman
theater recensie
wijnand zeilstra
Voorstelling: 'Even slikken' door Jörgen
Raymann Gezien 27/3, schouwburg
Leiden
Door alle politieke trammelant
rond de bolletjesslikkers lijkt de
show van Jörgen Raymann ac
tueler dan ooit. Met de titel
'Even slikken' wordt het verhaal
verteld van een Surinamer die
hier in Nederland een nieuw
bestaan probeert op te bouwen,
in problemen komt en terug
keert naar Suriname. Een twee
de kans om naar Nederland te
gaan, krijgt hij in ruil voor het
slikken van de beruchte bolle
tjes. Dat loopt slecht af. Eigen
lijk geen happy end dus voor
een overwegend luchtige en
vrolijke show.
Het vertrek vanuit Paramaribo
en de diverse controles op
vliegveld Zanderij zijn uiterst
vermakelijk. Het verhaal biedt
Raymann volop de mogelijk
heid om tal van typetjes neer te
zetten. Die verscheidenheid is
een sterke troef. Bovendien
maakt hij daarbij dankbaar ge
bruik van vooroordelen die
over en weer nog altijd onmis
kenbaar bestaan. Dat is trou
wens kenmerkend voor de ge
neratie allochtonen die zich de
laatste jaren steeds meer profi
leert in het Nederlandse caba
ret. Zij stellen wederzijdse ge
voeligheden op een relativeren
de of soms ook wel confronte
rende manier aan de orde. Het
is heilzaam voor het cabaret dat
in vele gevallen tot puur simpel
vermaak dreigt af te zakken.
Mede door rijn televisiebe
kendheid is de Leidse schouw
burg volledig bezet. Daarbij
komt nog dat het hier tevens
gaat om de laatste voorstelling
van 'Even slikken' die eind 2000
in première ging. De sfeer is
juist ook daardoor uitermate
ontspannen. Een goed ontvan
gen programma beleeft zijn
dernière in een uitverkocht huis
- zo'n avond kan dus gewoon
niet meer stuk. De grappen zelf
zijn niet êens zo bijzonder,
soms zelfs een beetje gemakke
lijk. Maar ze worden smakelijk
opgedist en zijn ingebed in een
verhaalstructuur die verrassend
in elkaar blijkt te zitten. Ray
mann is vooral een echte ver
halenverteller die alert inspeelt
op zijn publiek dat zich graag
laat horen.
recensie muziek
ken vos
Concert. Izaline Calister. Gezien: 27/3,
Stadsgehoorzaal, Leiden.
Vorig jaar maakte zangeres Iza
line Calister (klemtoon op de
tweede lettergreep) met haar
debuut-cd 'Sono di un Muhé'
een bijzondere doorbraak. Niet
alleen werd het album alom ge
prezen, ook commercieel was
het een succes. Het meeste ma
teriaal van deze tournee komt
dan ook van dit album. De An
tilliaanse zangeres schrijft veel
van haar eigen materiaal, inclu
sief de teksten in het Papia
mento. Het was dan ook geen
verrassing dat een groot deel
van het publiek uit Antillianen
bestond die ook iets wilden
herkennen uit de Cura^aose
traditie die een van haar inspi
ratiebronnen is.
Toch is de muziek van Calister
minstens zo interessant om
haar universele kwaliteiten als
om de ethnische achtergrond.
Natuurlijk wordt er uitgebreid
geput uit de tumba of andere
Afro-Caraïbische vormen, maar
de meeste indruk maakt Calis
ter toch als jazzzangeres. Ze is
toonvast, heeft een aangenaam,
lichtelijk hees timbre en gaat
jazzy versieringen niet uit de
weg. Het sterkst is de vocaliste
in de up-tempo stukken, die
het moeten hebben van strak
gespeelde syncopen. De slag
werkers, drummer Roël Calister
en percussionist Pemell Sa-
turnino, zouden in geen enkel
latin-jazzorkest misstaan. Ook
solistisch konden ze de zaal
even overtuigen van hun kwali
teiten.
Het programma van de beide
sets was op gelijksoortige wijze
opgebouwd; eerst enkele wat
rustige stukken, waaronder
nostalgische ballads. Vervol
gens wordt de temperatuur
langzaam verhoogd met pittige,
tot dansen uitnodigende stuk
ken. Vooral de tweede set was
wat spanningsopbouw betreft
voorbeeldig in elkaar gezet. Dat
pianist Randal Corsen en basgi-
tarist Eric Calmes van de in
strumentalisten de meeste in
druk maakten, was geen verras
sing. Al sinds jaar en dag voeren
rij met hun eigen formaties zo
ongeveer de alleenheerschappij
in het cross-overgebied tussen
de Antilliaanse muziek en de
jazz. Het sterkst was het soepele
solowerk van Calmes die met
zijn melodische en genuanceer
de spel andere basgitaristen het
nakijken zou geven.
Het concert eindigde energiek
en feestelijk met een tegen de
Cubaanse stijl aanleunend stuk,
gevolgd door de welverdiende
toegift. Met Calister heeft de
Nederlandse jazzscene er een
bijzonder getalenteerde vocalis
te bij. Het is te hopen dat ze
haar identiteit nog meer inte
ressante wendingen weet te ge
ven.
IN MEMORIAM
Rody van der Pols
kdorp - Klussende buren,
erend verkeer, een stam-
housebeat. Wie irriteert
liet af en toe een beetje aan
van een ander? Anders ligt
>or Johan de Keyzer, hoofd-
on in de roman 'In passie
onken' van Leiderdorper
van Hartevelt. Bij hem
t irritatie plaats voor een re-
:hte obsessie. Op zoek als hij
ir de 'absolute stilte' ontwik-
ij een 'lawaaineurose' die
teeds fatalere greep op zijn
krijgt.
heeft een druk en hec-
bestaan. Naast zijn studies
is en kunstgeschiedenis
hij ook nog een baan als
ider in Midden-Amerika.
Ue stress het hoofd te kun-
lieden, vlucht Johan in rijn
uren in de muziek van
zijn grote passie. Ook
hoort hij de 'stilte', die hij
rd nodig heeft om niet vol-
door te slaan. „Die muziek
zich heel goed om je ge
en te ordenen", beaamt
Hartevelt, zelf een groot
liefhebber. „Het is ontzet-
gestructureerde, transpa-
muziek."
lover de hemelse muziek
lach staat in de roman de
Hans van Hartevelt: „Aan inspiratie heb ik nooit gebrek. Het borrelt altijd in mijn hoofd."
Foto: Hielco Kuipers
kakofonie van het dagelijkse le
ven die Johan hoe langer hoe
meer opbreekt. Hij zondert zich
af op een woonboot in het plas-
sengebied bij Rijpwetering,
maar ook hier vindt hij niet de
stilte die hij zoekt. „De neurose
van Johan neemt natuurlijk gro
teske vormen aan", zegt de
schrijver. „Maar de mensen die
het boek hebben gelezen, zeg
gen vaak: ik herken me daar wel
in. Geluidsovërlast is een steeds
vaker voorkomende klacht. Een
nieuwe riekte als je het mij
vraagt."
Het idee voor de roman ont
stond op Van Hartevelts werk
plek, het Koninklijk Instituut
voor de Tropen in Amsterdam.
„Dat is gevestigd op een ver
schrikkelijk drukke locatie. „Er
rijn twee ziekenhuizen en een
brandweerkazerne in de buurt.
Je hoort dus voortdurend sire
nes. Dan wordt ook de weg nog
continu opengebroken. Dat al
les geeft een hoop kabaal. Het
viel mij op een gegeven moment
op hoeveel mensen daar over
klaagden. En dan kom je thuis
en blijken de buren met zo'n la
waaiige bladblazer in hun tuin
bezig te zijn. Dat soort irritaties
vormden een beetje het uit
gangspunt voor mijn hoofdper
soon."
In de eerste versie van het ver
haal stond uitsluitend de 'ge
luidsneurose' van Johan cen
traal. „Maar toen ik het teruglas,
vond ik dat daar iets positiefs te
genover moest staan. Dat werd
dus Bach." Die deed Van Harte
velt overigens nog voor een 'ver
rassing' staan. Terwijl hij in de
auto zat, klonk uit de speakers
een cantate van Bach. „Die be
gint met de regel 'Wer weiss, wie
nahe mir mein Ende'. Plotseling
realiseerde ik me dat de tekst
precies op Johan slaat. In dat
lied ontvouwt rich zijn comple
te drama. Dat was wel een heel
bijzonder moment. Alles viel op
zijn plek."
Vlak voor de deadline voegde
Van Hartevelt de tekst in rijn
manuscript in de vorm van een
concert waarnaar Johan luistert.
Bovendien laat hij rijn hoofd
persoon in dezelfde scène ont
dekken dat Brahms voor zijn re
quiem stukken van Bach heeft
geplagieerd. „Geparodieerd
noemde ze dat in die tijd", ver
telt Van Hartevelt. „Dit geval,
wat ik Johan dus laat ontdekken,
was nog niet eerder opgemerkt.
Ik heb het musicologen ge
vraagd en de handboeken erop
nageslagen."
Van Hartevelts volgende roman
is alweer in de maak. .Aan in
spiratie heb ik nooit gebrek. Het
borrelt altijd in mijn. hoofd."
Veel van rijn verhalen ontstaan
tijdens de verre reizen die de
schrijver voor rijn werk maakt.
„Vooral in hotels kan ik heel
goed werken. Je koffie wordt ge
bracht, je wordt verzorgd, je
hoeft in feite nergens aan te
denken." En ook voor de decors
van rijn boeken put Van Harte
velt graag uit rijn buitenlander
varing. Waren dat in rijn voor
gaande romans China en Indo
nesië, ditmaal staat Midden-
Amerika centraal. En passent
maakt de lezer zo kennis met de
jungle van Costa Rica en de ru
ines van Tikal in Guatemala.
Maar ook Nederland speelt een
grote rol in het boek. „Ik vond
het Zuid-Hollandse plassenge-
bied, waar Johan een woonboot
koopt, wel een mooi contrast
met Zuid-Amerika. Het gekke is
dat ik nooit zoveel ophad met
de Nederlandse natuur. Maar
toen ik voor dit boek - bij wijze
van research - een dagje op zo'n
woonboot doorbracht, begon ik
er eigenlijk wel wat voor te voe
len."
Het eerste exemplaar van 'In
passie verdronken' wordt mor
gen in Boekhandel De Kier,
B reestraat 161 in Leiden, aan
schrijver en Bach-kenner
Maarten 't Hart gepresenteerd,
tussen 13.30 en 14.15 uur, pre
cies in de pauze van de Mat-
thaus Passion in de Pieters
kerk. Zaterdag signeert Hans
van Hartevelt van 14.00 tot
15.00 uur bij Boekhandel De
Kier, Winkelhof 87 in Leider
dorp.
Dudley Moore 1935 - 2002
De Britse komiek Dudley Moore
(66) vergaarde wereldwijde faam
dankzij welgeteld twee films -
'10' en Arthur'. Laatstgenoemde
film leverde hem een Oscar-no
minatie op.
De in Dagenham, Essex, gebo
ren Moore vergaarde rijn eerste
bekendheid in de jaren zestig als
bondgenoot van Peter Cook, Jo
nathan Miller en Alan Bennett
in het satirische tv-programma
'Beyond The Frinch'. Dat wordt
algemeen beschouwd als de
voorloper van Monty Python's
Flying Circus. Tegelijkertijd
maakte hij als jazzpianist furore
in de betere nachtclubs en kreeg
een eigen show bij de BBC.
Zijn kans in Hollywood, resulte
rend in emigratie naar de VS,
viel hem ten deel met de hoofd
rol in '10', als vervanger overi
gens van George Segal die op
het laatst de voorkeur had gege
ven aan andere projecten.
In Arthur' uit 1981 speelde hij
een verwende en veelvuldige
boemelende miljonair (met Sir
John Gielgud als butler) die ver
liefd werd op de doodarme
maar uiterst gezellige Liza Min-
elli. De rol in 'Arthur' leverde
hem een Oscar-nominatie op.
Het is de enige film geweest die
de belofte inloste van '10', de
door Blake Edwards geregisseer
de zedensatire waarin Dudley
Moore - in midlife crisis -
schijnbaar hopeloos verliefd
werd op Bo Derek. De uit 1979
daterende film gaf nieuwe po
pulariteit en een geheel andere
dimensie aan'de Boléro van
Maurice Ravel.
Andere films van belang heeft
Dudley Moore eigenlijk nooit
gemaakt. Pogingen om het suc
ces te herhalen met een Arthur
2: On The Rocks' (in 1988) lie-
pen net zo jammerlijk schip
breuk als de aan 10' vooraf
gaande pogingen tot iets ge
denkwaardigs te komen op film.
Weinigen zullen zich ten minste
Dudley Moore herinneren uit
'The Bed Sitting Room' (in 1969)
of The Hound Of The Baskervil-
les' (uit 1977) hoewel in die laat
ste film de komiek zowel Dr.
Watson speelde als de moeder
van Sherlock Holmes. De Britse
acteur had geen goede neus
voor goede scenario's of be
trouwbare regisseurs.
De meest betrouwbare bijdra
gen aan de filmindustrie ver
leende Dudley Moore wellicht
nog als componist voor films als
Bedazzled' (1967), 'Inadmissi
ble Evidence' (1968), 'Staircase'
(1969) en Six Weeks' (1982).
Moore heeft vorig jaar juni nog
mogen beleven dat de Britse
kroonprins hem in de adelstand
verhief.
Pieter van Uerop