u E R KI EZI N( >E! Ni MENINGEN Prentenkabinet zou op zijn plaats zijn in De Lakenh$ Lijsttrekkersdebat was slecht georganiseerd [...jij komt toch ook? Hans Jansen brengt waanzin in stelling tegen Pim Fortuyn KLANKBORD Adequate verdeling van werk 'Het is belangrijker dat je stemt, dan wat je steml huisartsen bittere noodzaak cr Mn MMk 'Schootcomputer' is nog half Engels Stelling neme! via het internfc WOENSDAG 6 MAART 2002 j SPELREGELS De pagina 'Meningen' staat open voor alle lezers. Bij uw brief gaarne vermelding van onderwerp en publicatiedatum van het ar tikel waarop u reageert. De redactie kan brieven bewerken, be korten of weigeren. Alleen brieven ondertekend met naam en adres komen voor plaatsing in aanmerking. Bijdragen sturen naar: Leidsch Dagblad, postbus 54, 2300 AB Leiden, of faxen naar: 071 - 5321921, of e-mailen naar: redactie.ld@damiate.hdc.nl Als zwevende kiezer bezocht ik zaterdag het door het Leidsch Dagblad georganiseerde lijst trekkersdebat in de Leidse Waag. Ik hoopte dat de bijeen komst mijn keuze voor een par tij zou vergemakkelijken. Ruim twee uur later stond Uc weer bui ten en ik was geen spat wijzer geworden. Dat was de aanwezi ge politici maar in beperkte ma te aan te rekenen. Zelden heb ik zo'n slecht georganiseerd debat meegemaakt. Je kunt negen lijsttrekkers niet allemaal tegelijkertijd met elkaar laten debatteren, dus de opsplit sing in drie ploegen van drie kan ik billijken. Maar zorg ervoor dat er dan ook daadwerkelijk gede batteerd wordt. Dat betekent dat je duidelijke discussiepunten aandraagt en die van een inlei ding voorziet, dat je ervoor zorgt dat de deelnemers aan de dis cussie in gelijke mate aan bod komen, dat mensen gelegenheid krijgen om iets uit te leggen en dat je voorkomt dat het debat verzandt in allerlei details die de gemiddelde toehoorder vol strekt niets zeggen. Daarvan was in de Waag geen sprake. Discussieleider Kees van der Malen volgde de discussie nau welijks en deed al helemaal geen moeite het gesprek te leiden. Hij kapte iedere uitleg af met de mededeling "Dat is helder", ook als dat niet het geval was. De stellingen waarop de deelne mers moesten reageren waren vaag en ze werden niet van een toelichting voorzien, waardoor de discussie spoedig alle kanten opging. Iedereen viel elkaar voortdurend in de rede. Enige lijn in het gesprek viel niet te be speuren. Ik had gehoopt te horen wat de lijsttrekkers als belangrijkste problemen zien en welke oplos singen ze voor die problemen in gedachten hebben. Helaas, dat was kennelijk niet de opzet van deze middag. Geen inhoudelijk debat, het moest vooral amu sant en flitsend zijn. Dus lijst trekkers op wankele hoge scheidsrechtersstoeltjes, keihar de muziek die de discussieron den na vijf minuten afkapte, ook als het gesprek net interessant dreigde te worden, een jury die een oordeel moest vellen over de vraag wie het beste debat teerde en steltloopsters met glimmende puntborsten die de beker mochten overhandigen aan de winnende lijsttrekker. Journalisten verwijten vaak dat die slecht luistert weinig aandacht besteden] de inhoud van het beleid eq ze vooral met uiterlijk vei) bezig zijn. Het Leidsch Daj heeft zichzelf - door de x waarop de krant dit debat I georganiseerd - het recht c men politici op dat vlakf maar enig verwijt te makend w P. van def's Li In zijn column op de pagina 'Geloof en Samenleving' van 12 februari valt Hans Jansen Pim Fortuyn nogal pittig aan. En niet alleen Fortuyn. Na een onduide lijke inleiding stelt Jansen: 'Pim Fortuyn haalt in zijn boeken nauwelijks het niveau van de in gezonden brief. Nou zou ik willen dat ik net zo goed kon schrijven als Fortuyn. Maar uit de context begrijp ik dat Jansen dit niet heeft bedoeld als een compliment. Het is inte gendeel zowel een belediging van Fortuyn als van de duizen den ingezonden-brievenschrij vers. Ik ben voorstander yan vrije meningsuiting, maar vind het op zijn minst onhandig van Jansen en de redactie om de trouwste lezers zo te bruskeren. Daarenboven, als een professio neel schrijver zo hovaardig is om amateurs een klap in het ge zicht te geven, dan moet hij wel zelf laten zien dat hij het beter kan. Zelf waardeer ik de inge zonden-brievenrubriek in hoge mate, omdat de meeste schrij vers duidelijk maken waai' ze het over hebben. Dat bereik je met het poneren van een pro bleemstelling, gevolgd door een redenering die wordt afgesloten door een conclusie. Wat maakt Jansen daar nu van? In de eerste helft van zijn co lumn stelt Jansen Fortuyn zon der inleiding gelijk met de aya tollahs. Na de vergelijkingen met Mussolini en Hitier kan dit er best nog bij, maar de pro bleemstelling blijft onduidelijk. Vervolgens komt er een aanval op de boekwerken van Fortuyn waar niemand iets wijzer van wordt, en het probleem van Jan sen zie ik nog steeds niet. Maar jawel, in het laatste kwart van zijn column noemt Jansen eindelijk een probleem. De moslims vormen een probleem. En met welke oplossing komt Jansen dan wel? Natuurlijk niet op Fortuyn stemmen. Nee, Jan sen schrijft in het slot van zijn betoog: 'De doodstraf op uittre ding uit de islam zou een per manent punt van discussie moeten zijn, zowel binnen als buiten de islam'. Ik heb het wel tien keer gelezen. Het is nu een maal een geschrift van een pro fessioneel schrijver en niet het geraaskal van een ingezonden brievenschrijver, en zonder twij fel door de redactie van de krant gelezen. Maar, het staat er echt. Pim Fortuyn mag de islam niet achterlijk noemen, nee we moe ten in plaats daarvan een debat gaan voeren over de vraag of het juist is dat islamieten die onge lovig worden daarvoor met de dood bestraft moeten worden. We mogen dus niet zeggen dat het verkeerd was dat de ayatol lahs de doodstraf tegen Rusdie uitspraken. Nee, we hadden vol gens Jansen natuurlijk een bre de maatschappelijke discussie moeten organiseren over de vraag of dat wel juist was. Ik was al van plan op Pim For tuyn te gaan stemmen. Als pro fessionele schrijvers zoals Jan sen met toestemming van de re dactie, niets anders dan deze waanzin tegen hem in stelling kunnen brengen dan zal ik niet de enige zijn. Maar, als de re dactie nu eens wat meer ruimte geeft aan ingezonden brieven, en wat minder aan de heer Jan sen dan loopt dat misschien an ders. G. de Jonge, Leiden. Graag wil ik reageren op het ar tikel van Peter Groenendijk, waarin wethouder Pechtold de aanstaande verhuizing van het Prentenkabinet van de Universi teit, uit zijn huidige behuizing aan het Rapenburg naar de Uni versiteitsbibliotheek, een histo rische fout noemt. Zo'n dertig jaar heb ik met veel voldoening op het Prentenkabi net gewerkt, de laatste jaren als hoofdconservator en als buiten gewoon hoogleraar grafische kunsten. Enig recht van spreken kan mij dus, geloof ik, niet wor den ontzegd. Maar dat was ken nelijk geen reden voor het Colle ge van Bestuur om mij ooit eens om een mening te vragen over de toekomst van het Prentenka binet. Bestuurders hebben wel vaker last van koudwatervrees waar het het raadplegen van het eigen personeel betreft. En bovendien, het doet het aan de borreltafel altijd heel goed om te kunnen zeggen: je raadpleegt een kal koen toch ook niet over de sa menstelling van het kerstmenu. Maar nu genoeg gelachen. De toekomst van het Prentenkabi net gaat mij nog altijd ter harte. Vandaar dat ik Pechtolds woor den met aandacht heb gelezen. Voor het grootste deel kan ik onderschrijven wat hij zegt. Hij is vanuit zijn verleden dan ook enigszins vertrouwd met het Prentenkabinet, dat door onbe vooroordeelde prominenten in de kunstwereld als 'één van de kroonjuwelen van de Leidse Universiteit' wordt beschouwd. Alles wat het Prentenkabinet kan redden van een blijvende teraardebestelling in de Univer siteitsbibliotheek moet worden aangegrepen. De argumentatie van de univer siteit komt er op neer dat de col lectie allereerst is bedoeld voor het universitaire onderwijs en onderzoek; het binnenhalen van bezoekers is niet het hoofddoel van het Prentenkabinet. Dat is geheel juist, en aan die opdracht heb ik gedurende mijn hele loopbaan ook trachten te vol doen. Des te hinderlijker was het dan ook om niet alleen van het grote publiek, maar uitgere kend van universitaire collega's en bestuurders te moeten horen 'dat men altijd zo weinig van het Prentenkabinet merkt'. Dat is min of meer hetzelfde als een piano op slot doen en je vervol gens beklagen dat er nooit ie mand op speelt. Ik ben er zeker van dat het Pren tenkabinet als onderdeel van de Universiteitsbibliotheek -en zonder directe band met de op leiding kunstgeschiedenis - een wisse ondergang tegemoet gaat. De voordelen zouden volgens de universiteit zijn 'de context van andere bijzondere collecties in een omgeving die klimatolo gisch beter geschikt is voor de prenten en foto's'. Die klimato logische omgeving is ook weer zo'n bestuurlijke gotspe: alsof het college zich ooit in de twee eeuwen oude geschiedenis van Het Prentenkabinet zou in de Lakenhal toegankelijker zijn dan in de UB.Arehieffoto: Taco van der Eb het Prentenkabinet daarom heeft bekommerd! En wat die context van andere bijzondere collecties betreft: waar het Pren tenkabinet behoefte aan heeft, is aan een context van andere kunstcollecties van hoog niveau, professioneel beheerd en goed toegankelijk voor het publiek. De toegankelijkheid in de UB is op zijn zachtst gezegd niet opti maal. De UB is immers gesloten in het weekeinde en op feestda gen. En bovendien, een ten toonstelling in de UB is, hoe goed bedoeld ook, toch meestal een povere vertoning. Een paar schunnige schotten en vitrines temidden van onrustig heen en weer geloop van UB-personeel en studenten. Amateurisme ten voeten uit. Een omgeving waarin de collec ties van het Prentenkabinet goed aan hun doel zouden be antwoorden, en tevens een gro te toegankelijkheid zouden heb ben, is bijvoorbeeld het Stedelijk Museum de Lakenhal. Het Pren tenkabinet zou in die context heel goed kunnen gedijen. Er is een constructie denkbaar waar in de universiteit eigenaar van de collecties blijft en er voor on derwijs en onderzoek de volledi ge beschikking over behouiï16 Lakenhal krijgt ze in perma| te bruikleen, zodat een klinjsc logisch en anderszins veiligF' huizing in de nieuwbouw!sl worden gerealiseerd. P In de afgelopen jaren heef Lakenhal bewezen een dF misch en professioneel tent}0 stellingsbeleid en collect)12 heer te kunnen realiseren, j^l context gesproken: de studefj0 van de opleiding kunstgesfS denis kunnen onder leiding2 hun eigen docenten in diep geving nog heel wat meer ofer ken dan in de huidige omf'j digheden mogelijk is. Er ki#" in het museum werkgrop plaatsvinden, misschien pj hoort zelfs naast een studir™ een kleine collegezaal tcP£ mogelijkheden. Naar ik heb begrepen, is é6 de gemeente in beginsel dj reidheid om in die richl denken. Juist nu de uitbrcj van de Lakenhal gerealiJ* lijkt te gaan worden, is het de bestuurders van beide en een gunstig moment oi grondig op de toekomst v: van Leidens unieke mers, het Prentenkabinet, zinnen. En de universiteit de laatste tijd wat meerLtf vroeger bereid lijkt om de directe eigen grenzen tacten te zoeken, kan zijn pi in de stad Leiden een niei^ zinvolle inhoud geven. [al Jaap F Het aansluiten van de Voor- schotense huisartsen bij Smash (Stichting mobiele artsen service Haaglanden) heeft in Voorscho ten veel stof doen opwaaien. Er blijkt behoefte te bestaan aan meer uitleg, onder andere over het hoe en waarom van deze be slissing. Tot voor kort deden de Voor- schotense huisartsen, buiten hun gewone dagtaak, 800 uur dienst in avond, nacht, en week einde per jaar. Dat komt neer op 16 werkweken van 50 uur per huisarts per jaar buiten de ge wone werktijden. Deze diensten waren uitsluitend bedoeld voor medisch noodzakelijke hulp, die niet tot de volgende dag kan wachten. In Nederland is een tekort aan artsen ontstaan; huisartsen en specialisten. De bevolking in Nederland wordt ouder, de in stroom aan jonge artsen is min der dan verwacht, meer artsen willen parttime werken, de leef tijd van de artsen stijgt. Boven dien blijkt dat het aantal artsen met bumout-verschijnselen toe neemt. Dagelijks worden huisartsen ge- coirfronteerd met tekorten in de thuiszorg, tekorten aan verple gend personeel, wachtlijsten etc. Steeds meer thuiswonende ou deren hebben behoefte aan complexe zorg, bij gebrek aan plaatsen in verzorgings- en ver pleeghuizen. Regelgeving en ad ministratieve rompslomp vra gen veel tijd. Voor veel artsen wordt de werkdruk te groot. Binnen drie jaar is er voor meer dan een half miljoen Nederlan ders geen huisarts meer. De gemiddelde leeftijd van de Voorschotense huisarts is 50 jaar. Bij vertrek van een van de ze huisartsen dreigt ook in Voorschoten een tekort. Het te kort aan huisartsen is onont koombaar. Dit alles heeft er toe geleid dat huisartsen de nood klok zijn gaan luiden. Taakver lichting is van groot belang om plezier te blijven houden in het werk en kwalitatief goede zorg te kunnen verlenen. Huisartsen proberen enkele as pecten in het werk beter te rege len. Een daarvan is de Organisa tie van grotere dienstenstructu ren. In heel Nederland worden centrale huisartsenposten opge zet voor avond-, nacht-, en weekenddiensten. Voorschoten heeft zich evenals Wassenaar, Leidschendam, Voorburg en Rijswijk aangeslo ten bij de al vijftig jaar bestaan de Haagse doktersdienst. Dit houdt in dat het aantal avond-, nacht- en weekenddiensturen is gereduceerd tot omstreeks 170 per arts per jaar. Er worden spreekuren gehou den op drie locaties nabij Haag se ziekenhuizen. Voor Voor schoten is dit de huisartsenpost in het ziekenhuis Antoniushove te Leidschendam. Het telefoon nummer tijdens de diensten is: 070 346 96 69. Indien nodig wordt voor dringende medische zaken een huisbezoek afgelegd. Tijdens de diensten is er onder steuning door ervaren dokters assistenten, die werken onder supervisie van de aldaar aanwe zige huisartsen. Zij doen de in take per telefoon, maken afspra ken voor consult of visite. Te vens geven zij aan wat niet in de avond-, nachtdienst thuishoort en verwijzen zij zonodig de hulpvrager naar de eigen huis arts (overdag). In de eerste weken van de nieu we organisatie bleken er nog knelpunten te zijn. De telefoon- bezetting was nog niet voldoen de en veel telefoongesprekken duurden te lang omdat patiën ten hun ziekenfonds- of verze- keringsgegevens niet bij de hand hadden. Inmiddels is het aantal telefoonlijnen uitgebreid en wordt er gewerkt aan uitbrei ding van het team van dokters assistenten. Er zijn geen alternatieven voor de diensten. Als de huisartsen zorg wil blijven bestaan, zal het werk op adequate wijze moeten worden verdeeld. Namens de Voorschotense huis artsen, C.H.M. Meijer en R.H. de Vries, Voorschoten. In 1970 is in Nederland de op komstplicht afgeschaft. Met een opkomstpercentage van nog geen 60 procent tijdens de laat ste gemeenteraadsverkiezingen in 1998, rijst echter de vraag of de vrijheid om te stemmen een negatief effect heeft op onze be trokkenheid bij de politiek. Zijn wij ons nog bewust van de kracht van onze stem of is de herinvoe ring van de stemplicht een reële optie om de Nederlandse bevol king massaal de stemhokjes in te krijgen? Moet stemmen weer verplicht worden? Anton Dronkers, lijstduwer van Groen Links in Leiden: „Ik geloof niet dat stemmen ver plicht moet worden. Als er een stemplicht opgelegd zou wor den, moeten er ook sancties vol gen als iemand niet naar de stembus gaat. Dit kan natuurlijk niet. De keerzijde is dat de afwe zigheid van stemplicht kan lei den tot een bepaalde vrijblij vendheid, maar ik vind dat het aan de politiek is om het kie zerspubliek uit te dagen en te prikkelen om een stem uit te brengen. Een belangrijke rol is hierbij weggelegd voor het ver kiezingsprogramma. Dat zou dichter bij de mensen moeten staan. Een concrete aanpak en een heldere uitleg over het be lang van hun stem moet men sen naar het stemlokaal bewe gen." David Vervoort, medewerker van Eurodusnie in Leiden: „Ik vind de stelling grote onzin. Iedereen moet de vrijheid heb ben om wel of niet te kunnen stemmen. De stemplicht is niet voor niets afgeschaft en om dat nou terug te gaan draaien? Bin nen Eurodusnie is er geen col lectieve mening over de stem plicht. De een stemt wel, de an- Via een reclamecampagne spoort minister De Vries van Binnenlandse Zaken Nederlanders aan naar het stembureau te gaan. Zou een verplichting niet makkelijker zijn? Foto: ANP/Robin Utrecht der niet, maar over het alge meen staat men zeker niet in de startblokken om 6 maart naar het stemlokaal te gaan. Joar van Raalte, docente Maat schappijleer aan het Rijnlands Lyceum in Oegstgeest: „De leerlingen weten vaak niet waar ze voor staan en vinden het moeilijk om politieke partij en bewust tegen elkaar af te we gen. Vroeger leefde politiek veel meer onder jongeren. Je was lid van de plaatselijke vakbond of van een politieke club. Nu is er een communicatieprobleem ontstaan tussen jongeren en de politiek. Je gaat pas stemmen als er iets mis dreigt te gaan. Stem plicht is echter niet de oplos sing. Op die manier dwing je ze tot iets waar ze blijkbaar niet toe genegen zijn. We hebben op school bij de landelijke verkie zingen altijd een schaduwver kiezing om de leerlingen politiek bewuster te maken." Kees van Velzen, fractievoorzit ter SGP/ChristenUnie in Rijn- woude: „Nee, stemmen moet zeker niet verplicht worden. Mensen zijn hier zelf verantwoordelijk voor. Wat me echter wel opvalt, is dat in Rijnwoude de verschillen met name tussen de grote partijen als de WD, CDA en PvdA moei lijk te zien zijn. Tegelijkertijd slaagt de landelijke politiek er wel in een duidelijke identiteit te creëren en de kiezer te mobilise ren. Dat is het bewijs dat het wel mogelijk is om iets te forceren. Prof. Dr. R.B. Andeweg, hoog leraar politicologie, Universi teit Leiden: „Ik zie het probleem niet dat opgelost wordt met herinvoe ring van de opkomstplicht. In vergelijking met andere Europe se landen is er in Nederland een redelijke opkomst die boven dien gelijk verdeeld is over de diverse bevolkingsgroepen. Wat dat betreft is een opkomstplicht een zwaar middel. Voorts geloof ik niet zo in alle peilingen. Ik denk dat de opkomst deze keer lager uit zal vallen dan ver wacht." Nathalie Lukkenaer, leerling 6 vwo aan het Rijnlands Lyceum in Oegstgeest, mag dit jaar voor het eerst stemmen: „Ik denk dat je beter iedereen vrij kunt laten om wel of niet te gaan stemmen. Als de opkomst nou heel erg daalt, zien we wel weer verder. Stemplicht dwingt je misschien wel om na te den ken over de politiek,, maar je kan ook op andere manieren men sen bereiken. Thuis heb ik het veel met mijn ouders over de verkiezingen gehad, ook heb ik op internet wat verkiezingspro gramma's gelezen. Dit jaar mag ik voor het eerst stemmen en dat ga ik doen ook, want ik vind het best belangrijk wie er rege ren. Ik ga SP stemmen. Ik ben het misschien niet met alle pun ten eens, maar het is in ieder ge val geen slap gedoe en wel een goede tegenstem." M. de Bleeker, in Katwijk wo nende Belg, werkzaam bij Es- tec: „Ik ben in België opgegroeid met de stemplicht. Stemmen hoorde er dus bij, maar ik vind de stemplicht zeker niet ideaal. Ik denk wel dat het op regionaal niveau een goede impact kan hebben op de betrokkenheid bij de gemeente. Als inwoner van de gemeente Katwijk ga ik dit jaar ook zeker mijn stem uit brengen. De gemeenteraadsver kiezingen spreken je directer aan dan de landelijke verkiezin gen. Ik stem ook eerder op een persoon dan op een partij. Er zouden echter geen boetes op een eventuele regionale stem plicht mogen staan. Op landelijk niveau moet stemmen zekei niet verplicht zijn. Bepaaldwl partijen zouden op deze mi. meer stemmen kunnen wiir* puur en alleen door menset^ vanwege de stemplicht ma|(( wat gaan stemmen.L Gert Wim ter Haar, woordjL der B-Involved Jongeren ei Politiek in Katwijk: rQ( „Stemplicht vind ik geen goL zaak. Het uitgangspunt omk daarmee mensen naar het ijt lokaal te krijgen kan ik begijj( pen, maar stemmen moet ttje een kwestie van vrije wil blijn. De doelstelling van B-InvoH is om jongeren dichter bij d politiek te brengen en ze dii ook enthousiast te maken a hun stem uit te brengen. Dit doen wij door 3 h 4 keer pef grote bijeenkomsten te orgf seren waar jongeren direct 1 de politiek in aanraking kon Zo hebben wij vorige weekt het gemeentehuis van Kart jongeren en politici met elk laten discussiëren. Zelf vin<| het het belangrijkst dat je g stemmen, daarna komt pas je gaat stemmen." Mevrouw Hoheman - vanl Meij uit Sassenheim, 83 jai „Vroeger ging ik altijd stem ja. Dat hoorde erbij, het v plicht. Maar nu ben ik moei ter been en het is zo'n gedol Als ik thuis kon stemmen? L j zou ik het ook niet doen. WP' u, ik ben gewoon te oud vo| dat soort dingen. De politiek teresseert mij nu niet meer|UI Vroeger moest je wel, maaiL moet iedereen het zelf maaf ten." Aranka de Kleyn De 'laptop' gaat vanaf vandaag door het leven als 'schootcom puter', zo lees ik in het Leidsch Dagblad van 14 februari, in een reportage - in de rubriek De Blauwe Steen - over onnodig Engels in de Nederlandse taal. Een slechter voorbeeld zou ik niet kunnen verzinnen, want dit is een samentrekking van Ne derlands en Engels. Het woord 'computer' is immers net zo min een Nederlands woord. Johan W. Elzenga, Koudekerk aan den Rijn. Stemmen moet weer verplicht worden 'Stemmen moet weer verplicht worden'. De lezers van krant en website verschillen van mening over de stelling. Maar alleen de tegenstanders onderbouwden hun mening met argumenten. Een selectie uit de reacties die binnenkwamen per post of via www.leidschdagblad.nl C. de Waard, Leiden: „Stem men is een recht, geen plicht. Wel moet er echt iets gebeuren aan de afstand tussen kiezers en gekozenen. Met name via in ternet zouden politici veel meer moeten doen om rechtstreeks met de inwoners te communi ceren. Tegenwoordig zijn er zo veel laagdrempelige mogelijk heden (chat/forum) om met mensen van gedachten te wis selen, dat het onbegrijpelijk is dat daar geen gebruik van wordt gemaakt." F. Kromhout, Leiden: „Niet stemmen is ook een keuze. Als mensen niet stemmen, hebben ze daar een reden voor. Wat zou overigens de sanctie zijn als men de plicht heeft te stem men, maar het niet doet?" J. Renaud, Leiden: „Politiek heeft als taak zo zichtbaar te zijn, dat men wil stemmen. Het is uiterst betreurenswaardig dat de politici er niet in slagen de onderlinge verschillen duidelijk te maken. Helaas wordt politiek gedomineerd door incidenten en sensatie. Dat maakt de poli tiek er niet geloofwaardiger op. In Leiden lijken we daar ook sterren in te zijn, helaas. A. de Kok, Oegstgeest: „De po litiek moet weer boeiend wor den en ergens over gaan." G. van Gaal, Leiden: „Het is een recht en geen plicht om te stemmen. Stemmen is een recht waar velen lang voor heb ben moeten strijden. W. van Altena, Den Haag: „Het zou beter zijn om het vak staatsinrichting verplicht te stellen, of het lezen van een krant. Het gaat er niet zozeer om dót mensen stemmen, maar dat ze dat bewust doen, en we ten wat democratie inhoudt." K. van der Niet, Noordwijk: „Omdat het grootste deel van de gevestigde politiek niet naar de kiezer wil luisteren en maar aanrotzooit, zou de kiezer ver plicht worden te stemmen? Op het moment dat er werkelijk ge luisterd wordt en men ingaat op wat de kiezer wil, dan keert ook de interesse terug om naar het stembureau te gaan. Ik heb altijd gestemd, maar wordt het mij verplicht, dan weiger ik mijn stem uit te brengen." Lezers kunnen zich via de website van de krant (www.leidschdagblad.nl) ij spreken over actuele kwes Wekelijks wordt een opini peiling gehouden waarvan^ uitslag elke woensdag in dj, rubriek Klankbord wordt gl publiceerd. Om lezers zond internet niet uit te sluiten,Bfl ook schriftelijk (postbus 54jk_ 2300 AB Leiden) worden gÊ© reageerd. m) De stelling van deze week k waarop u - tot en met mai^ dag - kunt reageren luidt: L Voetbalscheidsrechters m\ ten gebruik kunnen makt van televisiebeelden

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2002 | | pagina 20