u
E
R
KI
EZI
N(
>E!
Ni
MENINGEN
Prentenkabinet zou op zijn plaats zijn in De Lakenh$
Lijsttrekkersdebat was slecht georganiseerd
[...jij komt toch ook?
Hans Jansen brengt waanzin
in stelling tegen Pim Fortuyn
KLANKBORD
Adequate verdeling van werk 'Het is belangrijker dat je stemt, dan wat je steml
huisartsen bittere noodzaak cr
Mn
MMk
'Schootcomputer' is nog half Engels
Stelling neme!
via het internfc
WOENSDAG 6 MAART 2002 j
SPELREGELS
De pagina 'Meningen' staat open voor alle lezers. Bij uw brief
gaarne vermelding van onderwerp en publicatiedatum van het ar
tikel waarop u reageert. De redactie kan brieven bewerken, be
korten of weigeren. Alleen brieven ondertekend met naam en
adres komen voor plaatsing in aanmerking. Bijdragen sturen naar:
Leidsch Dagblad, postbus 54, 2300 AB Leiden, of faxen naar: 071 -
5321921, of e-mailen naar: redactie.ld@damiate.hdc.nl
Als zwevende kiezer bezocht ik
zaterdag het door het Leidsch
Dagblad georganiseerde lijst
trekkersdebat in de Leidse
Waag. Ik hoopte dat de bijeen
komst mijn keuze voor een par
tij zou vergemakkelijken. Ruim
twee uur later stond Uc weer bui
ten en ik was geen spat wijzer
geworden. Dat was de aanwezi
ge politici maar in beperkte ma
te aan te rekenen. Zelden heb ik
zo'n slecht georganiseerd debat
meegemaakt.
Je kunt negen lijsttrekkers niet
allemaal tegelijkertijd met elkaar
laten debatteren, dus de opsplit
sing in drie ploegen van drie kan
ik billijken. Maar zorg ervoor dat
er dan ook daadwerkelijk gede
batteerd wordt. Dat betekent dat
je duidelijke discussiepunten
aandraagt en die van een inlei
ding voorziet, dat je ervoor zorgt
dat de deelnemers aan de dis
cussie in gelijke mate aan bod
komen, dat mensen gelegenheid
krijgen om iets uit te leggen en
dat je voorkomt dat het debat
verzandt in allerlei details die de
gemiddelde toehoorder vol
strekt niets zeggen. Daarvan was
in de Waag geen sprake.
Discussieleider Kees van der
Malen volgde de discussie nau
welijks en deed al helemaal geen
moeite het gesprek te leiden. Hij
kapte iedere uitleg af met de
mededeling "Dat is helder", ook
als dat niet het geval was. De
stellingen waarop de deelne
mers moesten reageren waren
vaag en ze werden niet van een
toelichting voorzien, waardoor
de discussie spoedig alle kanten
opging. Iedereen viel elkaar
voortdurend in de rede. Enige
lijn in het gesprek viel niet te be
speuren.
Ik had gehoopt te horen wat de
lijsttrekkers als belangrijkste
problemen zien en welke oplos
singen ze voor die problemen in
gedachten hebben. Helaas, dat
was kennelijk niet de opzet van
deze middag. Geen inhoudelijk
debat, het moest vooral amu
sant en flitsend zijn. Dus lijst
trekkers op wankele hoge
scheidsrechtersstoeltjes, keihar
de muziek die de discussieron
den na vijf minuten afkapte, ook
als het gesprek net interessant
dreigde te worden, een jury die
een oordeel moest vellen over
de vraag wie het beste debat
teerde en steltloopsters met
glimmende puntborsten die de
beker mochten overhandigen
aan de winnende lijsttrekker.
Journalisten verwijten
vaak dat die slecht luistert
weinig aandacht besteden]
de inhoud van het beleid eq
ze vooral met uiterlijk vei)
bezig zijn. Het Leidsch Daj
heeft zichzelf - door de x
waarop de krant dit debat I
georganiseerd - het recht c
men politici op dat vlakf
maar enig verwijt te makend
w
P. van def's
Li
In zijn column op de pagina
'Geloof en Samenleving' van 12
februari valt Hans Jansen Pim
Fortuyn nogal pittig aan. En niet
alleen Fortuyn. Na een onduide
lijke inleiding stelt Jansen: 'Pim
Fortuyn haalt in zijn boeken
nauwelijks het niveau van de in
gezonden brief.
Nou zou ik willen dat ik net zo
goed kon schrijven als Fortuyn.
Maar uit de context begrijp ik
dat Jansen dit niet heeft bedoeld
als een compliment. Het is inte
gendeel zowel een belediging
van Fortuyn als van de duizen
den ingezonden-brievenschrij
vers. Ik ben voorstander yan
vrije meningsuiting, maar vind
het op zijn minst onhandig van
Jansen en de redactie om de
trouwste lezers zo te bruskeren.
Daarenboven, als een professio
neel schrijver zo hovaardig is
om amateurs een klap in het ge
zicht te geven, dan moet hij wel
zelf laten zien dat hij het beter
kan. Zelf waardeer ik de inge
zonden-brievenrubriek in hoge
mate, omdat de meeste schrij
vers duidelijk maken waai' ze
het over hebben. Dat bereik je
met het poneren van een pro
bleemstelling, gevolgd door een
redenering die wordt afgesloten
door een conclusie.
Wat maakt Jansen daar nu van?
In de eerste helft van zijn co
lumn stelt Jansen Fortuyn zon
der inleiding gelijk met de aya
tollahs. Na de vergelijkingen
met Mussolini en Hitier kan dit
er best nog bij, maar de pro
bleemstelling blijft onduidelijk.
Vervolgens komt er een aanval
op de boekwerken van Fortuyn
waar niemand iets wijzer van
wordt, en het probleem van Jan
sen zie ik nog steeds niet.
Maar jawel, in het laatste kwart
van zijn column noemt Jansen
eindelijk een probleem. De
moslims vormen een probleem.
En met welke oplossing komt
Jansen dan wel? Natuurlijk niet
op Fortuyn stemmen. Nee, Jan
sen schrijft in het slot van zijn
betoog: 'De doodstraf op uittre
ding uit de islam zou een per
manent punt van discussie
moeten zijn, zowel binnen als
buiten de islam'. Ik heb het wel
tien keer gelezen. Het is nu een
maal een geschrift van een pro
fessioneel schrijver en niet het
geraaskal van een ingezonden
brievenschrijver, en zonder twij
fel door de redactie van de krant
gelezen. Maar, het staat er echt.
Pim Fortuyn mag de islam niet
achterlijk noemen, nee we moe
ten in plaats daarvan een debat
gaan voeren over de vraag of het
juist is dat islamieten die onge
lovig worden daarvoor met de
dood bestraft moeten worden.
We mogen dus niet zeggen dat
het verkeerd was dat de ayatol
lahs de doodstraf tegen Rusdie
uitspraken. Nee, we hadden vol
gens Jansen natuurlijk een bre
de maatschappelijke discussie
moeten organiseren over de
vraag of dat wel juist was.
Ik was al van plan op Pim For
tuyn te gaan stemmen. Als pro
fessionele schrijvers zoals Jan
sen met toestemming van de re
dactie, niets anders dan deze
waanzin tegen hem in stelling
kunnen brengen dan zal ik niet
de enige zijn. Maar, als de re
dactie nu eens wat meer ruimte
geeft aan ingezonden brieven,
en wat minder aan de heer Jan
sen dan loopt dat misschien an
ders.
G. de Jonge,
Leiden.
Graag wil ik reageren op het ar
tikel van Peter Groenendijk,
waarin wethouder Pechtold de
aanstaande verhuizing van het
Prentenkabinet van de Universi
teit, uit zijn huidige behuizing
aan het Rapenburg naar de Uni
versiteitsbibliotheek, een histo
rische fout noemt.
Zo'n dertig jaar heb ik met veel
voldoening op het Prentenkabi
net gewerkt, de laatste jaren als
hoofdconservator en als buiten
gewoon hoogleraar grafische
kunsten. Enig recht van spreken
kan mij dus, geloof ik, niet wor
den ontzegd. Maar dat was ken
nelijk geen reden voor het Colle
ge van Bestuur om mij ooit eens
om een mening te vragen over
de toekomst van het Prentenka
binet.
Bestuurders hebben wel vaker
last van koudwatervrees waar
het het raadplegen van het eigen
personeel betreft. En bovendien,
het doet het aan de borreltafel
altijd heel goed om te kunnen
zeggen: je raadpleegt een kal
koen toch ook niet over de sa
menstelling van het kerstmenu.
Maar nu genoeg gelachen. De
toekomst van het Prentenkabi
net gaat mij nog altijd ter harte.
Vandaar dat ik Pechtolds woor
den met aandacht heb gelezen.
Voor het grootste deel kan ik
onderschrijven wat hij zegt. Hij
is vanuit zijn verleden dan ook
enigszins vertrouwd met het
Prentenkabinet, dat door onbe
vooroordeelde prominenten in
de kunstwereld als 'één van de
kroonjuwelen van de Leidse
Universiteit' wordt beschouwd.
Alles wat het Prentenkabinet
kan redden van een blijvende
teraardebestelling in de Univer
siteitsbibliotheek moet worden
aangegrepen.
De argumentatie van de univer
siteit komt er op neer dat de col
lectie allereerst is bedoeld voor
het universitaire onderwijs en
onderzoek; het binnenhalen van
bezoekers is niet het hoofddoel
van het Prentenkabinet. Dat is
geheel juist, en aan die opdracht
heb ik gedurende mijn hele
loopbaan ook trachten te vol
doen. Des te hinderlijker was
het dan ook om niet alleen van
het grote publiek, maar uitgere
kend van universitaire collega's
en bestuurders te moeten horen
'dat men altijd zo weinig van het
Prentenkabinet merkt'. Dat is
min of meer hetzelfde als een
piano op slot doen en je vervol
gens beklagen dat er nooit ie
mand op speelt.
Ik ben er zeker van dat het Pren
tenkabinet als onderdeel van de
Universiteitsbibliotheek -en
zonder directe band met de op
leiding kunstgeschiedenis - een
wisse ondergang tegemoet gaat.
De voordelen zouden volgens
de universiteit zijn 'de context
van andere bijzondere collecties
in een omgeving die klimatolo
gisch beter geschikt is voor de
prenten en foto's'. Die klimato
logische omgeving is ook weer
zo'n bestuurlijke gotspe: alsof
het college zich ooit in de twee
eeuwen oude geschiedenis van
Het Prentenkabinet zou in de Lakenhal toegankelijker zijn dan in de UB.Arehieffoto: Taco van der Eb
het Prentenkabinet daarom
heeft bekommerd! En wat die
context van andere bijzondere
collecties betreft: waar het Pren
tenkabinet behoefte aan heeft, is
aan een context van andere
kunstcollecties van hoog niveau,
professioneel beheerd en goed
toegankelijk voor het publiek.
De toegankelijkheid in de UB is
op zijn zachtst gezegd niet opti
maal. De UB is immers gesloten
in het weekeinde en op feestda
gen. En bovendien, een ten
toonstelling in de UB is, hoe
goed bedoeld ook, toch meestal
een povere vertoning. Een paar
schunnige schotten en vitrines
temidden van onrustig heen en
weer geloop van UB-personeel
en studenten. Amateurisme ten
voeten uit.
Een omgeving waarin de collec
ties van het Prentenkabinet
goed aan hun doel zouden be
antwoorden, en tevens een gro
te toegankelijkheid zouden heb
ben, is bijvoorbeeld het Stedelijk
Museum de Lakenhal. Het Pren
tenkabinet zou in die context
heel goed kunnen gedijen. Er is
een constructie denkbaar waar
in de universiteit eigenaar van
de collecties blijft en er voor on
derwijs en onderzoek de volledi
ge beschikking over behouiï16
Lakenhal krijgt ze in perma|
te bruikleen, zodat een klinjsc
logisch en anderszins veiligF'
huizing in de nieuwbouw!sl
worden gerealiseerd. P
In de afgelopen jaren heef
Lakenhal bewezen een dF
misch en professioneel tent}0
stellingsbeleid en collect)12
heer te kunnen realiseren, j^l
context gesproken: de studefj0
van de opleiding kunstgesfS
denis kunnen onder leiding2
hun eigen docenten in diep
geving nog heel wat meer ofer
ken dan in de huidige omf'j
digheden mogelijk is. Er ki#"
in het museum werkgrop
plaatsvinden, misschien pj
hoort zelfs naast een studir™
een kleine collegezaal tcP£
mogelijkheden.
Naar ik heb begrepen, is é6
de gemeente in beginsel dj
reidheid om in die richl
denken. Juist nu de uitbrcj
van de Lakenhal gerealiJ*
lijkt te gaan worden, is het
de bestuurders van beide
en een gunstig moment oi
grondig op de toekomst v:
van Leidens unieke
mers, het Prentenkabinet,
zinnen. En de universiteit
de laatste tijd wat meerLtf
vroeger bereid lijkt om
de directe eigen grenzen
tacten te zoeken, kan zijn pi
in de stad Leiden een niei^
zinvolle inhoud geven.
[al
Jaap F
Het aansluiten van de Voor-
schotense huisartsen bij Smash
(Stichting mobiele artsen service
Haaglanden) heeft in Voorscho
ten veel stof doen opwaaien. Er
blijkt behoefte te bestaan aan
meer uitleg, onder andere over
het hoe en waarom van deze be
slissing.
Tot voor kort deden de Voor-
schotense huisartsen, buiten
hun gewone dagtaak, 800 uur
dienst in avond, nacht, en week
einde per jaar. Dat komt neer op
16 werkweken van 50 uur per
huisarts per jaar buiten de ge
wone werktijden. Deze diensten
waren uitsluitend bedoeld voor
medisch noodzakelijke hulp, die
niet tot de volgende dag kan
wachten.
In Nederland is een tekort aan
artsen ontstaan; huisartsen en
specialisten. De bevolking in
Nederland wordt ouder, de in
stroom aan jonge artsen is min
der dan verwacht, meer artsen
willen parttime werken, de leef
tijd van de artsen stijgt. Boven
dien blijkt dat het aantal artsen
met bumout-verschijnselen toe
neemt.
Dagelijks worden huisartsen ge-
coirfronteerd met tekorten in de
thuiszorg, tekorten aan verple
gend personeel, wachtlijsten etc.
Steeds meer thuiswonende ou
deren hebben behoefte aan
complexe zorg, bij gebrek aan
plaatsen in verzorgings- en ver
pleeghuizen. Regelgeving en ad
ministratieve rompslomp vra
gen veel tijd. Voor veel artsen
wordt de werkdruk te groot.
Binnen drie jaar is er voor meer
dan een half miljoen Nederlan
ders geen huisarts meer.
De gemiddelde leeftijd van de
Voorschotense huisarts is 50
jaar. Bij vertrek van een van de
ze huisartsen dreigt ook in
Voorschoten een tekort. Het te
kort aan huisartsen is onont
koombaar. Dit alles heeft er toe
geleid dat huisartsen de nood
klok zijn gaan luiden. Taakver
lichting is van groot belang om
plezier te blijven houden in het
werk en kwalitatief goede zorg te
kunnen verlenen.
Huisartsen proberen enkele as
pecten in het werk beter te rege
len. Een daarvan is de Organisa
tie van grotere dienstenstructu
ren. In heel Nederland worden
centrale huisartsenposten opge
zet voor avond-, nacht-, en
weekenddiensten.
Voorschoten heeft zich evenals
Wassenaar, Leidschendam,
Voorburg en Rijswijk aangeslo
ten bij de al vijftig jaar bestaan
de Haagse doktersdienst. Dit
houdt in dat het aantal avond-,
nacht- en weekenddiensturen is
gereduceerd tot omstreeks 170
per arts per jaar.
Er worden spreekuren gehou
den op drie locaties nabij Haag
se ziekenhuizen. Voor Voor
schoten is dit de huisartsenpost
in het ziekenhuis Antoniushove
te Leidschendam. Het telefoon
nummer tijdens de diensten is:
070 346 96 69. Indien nodig
wordt voor dringende medische
zaken een huisbezoek afgelegd.
Tijdens de diensten is er onder
steuning door ervaren dokters
assistenten, die werken onder
supervisie van de aldaar aanwe
zige huisartsen. Zij doen de in
take per telefoon, maken afspra
ken voor consult of visite. Te
vens geven zij aan wat niet in de
avond-, nachtdienst thuishoort
en verwijzen zij zonodig de
hulpvrager naar de eigen huis
arts (overdag).
In de eerste weken van de nieu
we organisatie bleken er nog
knelpunten te zijn. De telefoon-
bezetting was nog niet voldoen
de en veel telefoongesprekken
duurden te lang omdat patiën
ten hun ziekenfonds- of verze-
keringsgegevens niet bij de hand
hadden. Inmiddels is het aantal
telefoonlijnen uitgebreid en
wordt er gewerkt aan uitbrei
ding van het team van dokters
assistenten.
Er zijn geen alternatieven voor
de diensten. Als de huisartsen
zorg wil blijven bestaan, zal het
werk op adequate wijze moeten
worden verdeeld.
Namens de Voorschotense huis
artsen,
C.H.M. Meijer en R.H. de Vries,
Voorschoten.
In 1970 is in Nederland de op
komstplicht afgeschaft. Met een
opkomstpercentage van nog
geen 60 procent tijdens de laat
ste gemeenteraadsverkiezingen
in 1998, rijst echter de vraag of
de vrijheid om te stemmen een
negatief effect heeft op onze be
trokkenheid bij de politiek. Zijn
wij ons nog bewust van de kracht
van onze stem of is de herinvoe
ring van de stemplicht een reële
optie om de Nederlandse bevol
king massaal de stemhokjes in te
krijgen? Moet stemmen weer
verplicht worden?
Anton Dronkers, lijstduwer
van Groen Links in Leiden:
„Ik geloof niet dat stemmen ver
plicht moet worden. Als er een
stemplicht opgelegd zou wor
den, moeten er ook sancties vol
gen als iemand niet naar de
stembus gaat. Dit kan natuurlijk
niet. De keerzijde is dat de afwe
zigheid van stemplicht kan lei
den tot een bepaalde vrijblij
vendheid, maar ik vind dat het
aan de politiek is om het kie
zerspubliek uit te dagen en te
prikkelen om een stem uit te
brengen. Een belangrijke rol is
hierbij weggelegd voor het ver
kiezingsprogramma. Dat zou
dichter bij de mensen moeten
staan. Een concrete aanpak en
een heldere uitleg over het be
lang van hun stem moet men
sen naar het stemlokaal bewe
gen."
David Vervoort, medewerker
van Eurodusnie in Leiden:
„Ik vind de stelling grote onzin.
Iedereen moet de vrijheid heb
ben om wel of niet te kunnen
stemmen. De stemplicht is niet
voor niets afgeschaft en om dat
nou terug te gaan draaien? Bin
nen Eurodusnie is er geen col
lectieve mening over de stem
plicht. De een stemt wel, de an-
Via een reclamecampagne spoort minister De Vries van Binnenlandse Zaken Nederlanders aan naar het
stembureau te gaan. Zou een verplichting niet makkelijker zijn? Foto: ANP/Robin Utrecht
der niet, maar over het alge
meen staat men zeker niet in de
startblokken om 6 maart naar
het stemlokaal te gaan.
Joar van Raalte, docente Maat
schappijleer aan het Rijnlands
Lyceum in Oegstgeest:
„De leerlingen weten vaak niet
waar ze voor staan en vinden
het moeilijk om politieke partij
en bewust tegen elkaar af te we
gen. Vroeger leefde politiek veel
meer onder jongeren. Je was lid
van de plaatselijke vakbond of
van een politieke club. Nu is er
een communicatieprobleem
ontstaan tussen jongeren en de
politiek. Je gaat pas stemmen als
er iets mis dreigt te gaan. Stem
plicht is echter niet de oplos
sing. Op die manier dwing je ze
tot iets waar ze blijkbaar niet toe
genegen zijn. We hebben op
school bij de landelijke verkie
zingen altijd een schaduwver
kiezing om de leerlingen politiek
bewuster te maken."
Kees van Velzen, fractievoorzit
ter SGP/ChristenUnie in Rijn-
woude:
„Nee, stemmen moet zeker niet
verplicht worden. Mensen zijn
hier zelf verantwoordelijk voor.
Wat me echter wel opvalt, is dat
in Rijnwoude de verschillen met
name tussen de grote partijen
als de WD, CDA en PvdA moei
lijk te zien zijn. Tegelijkertijd
slaagt de landelijke politiek er
wel in een duidelijke identiteit te
creëren en de kiezer te mobilise
ren. Dat is het bewijs dat het wel
mogelijk is om iets te forceren.
Prof. Dr. R.B. Andeweg, hoog
leraar politicologie, Universi
teit Leiden:
„Ik zie het probleem niet dat
opgelost wordt met herinvoe
ring van de opkomstplicht. In
vergelijking met andere Europe
se landen is er in Nederland een
redelijke opkomst die boven
dien gelijk verdeeld is over de
diverse bevolkingsgroepen. Wat
dat betreft is een opkomstplicht
een zwaar middel. Voorts geloof
ik niet zo in alle peilingen. Ik
denk dat de opkomst deze keer
lager uit zal vallen dan ver
wacht."
Nathalie Lukkenaer, leerling 6
vwo aan het Rijnlands Lyceum
in Oegstgeest, mag dit jaar
voor het eerst stemmen:
„Ik denk dat je beter iedereen
vrij kunt laten om wel of niet te
gaan stemmen. Als de opkomst
nou heel erg daalt, zien we wel
weer verder. Stemplicht dwingt
je misschien wel om na te den
ken over de politiek,, maar je kan
ook op andere manieren men
sen bereiken. Thuis heb ik het
veel met mijn ouders over de
verkiezingen gehad, ook heb ik
op internet wat verkiezingspro
gramma's gelezen. Dit jaar mag
ik voor het eerst stemmen en
dat ga ik doen ook, want ik vind
het best belangrijk wie er rege
ren. Ik ga SP stemmen. Ik ben
het misschien niet met alle pun
ten eens, maar het is in ieder ge
val geen slap gedoe en wel een
goede tegenstem."
M. de Bleeker, in Katwijk wo
nende Belg, werkzaam bij Es-
tec:
„Ik ben in België opgegroeid
met de stemplicht. Stemmen
hoorde er dus bij, maar ik vind
de stemplicht zeker niet ideaal.
Ik denk wel dat het op regionaal
niveau een goede impact kan
hebben op de betrokkenheid bij
de gemeente. Als inwoner van
de gemeente Katwijk ga ik dit
jaar ook zeker mijn stem uit
brengen. De gemeenteraadsver
kiezingen spreken je directer
aan dan de landelijke verkiezin
gen. Ik stem ook eerder op een
persoon dan op een partij. Er
zouden echter geen boetes op
een eventuele regionale stem
plicht mogen staan. Op landelijk
niveau moet stemmen zekei
niet verplicht zijn. Bepaaldwl
partijen zouden op deze mi.
meer stemmen kunnen wiir*
puur en alleen door menset^
vanwege de stemplicht ma|((
wat gaan stemmen.L
Gert Wim ter Haar, woordjL
der B-Involved Jongeren ei
Politiek in Katwijk: rQ(
„Stemplicht vind ik geen goL
zaak. Het uitgangspunt omk
daarmee mensen naar het ijt
lokaal te krijgen kan ik begijj(
pen, maar stemmen moet ttje
een kwestie van vrije wil blijn.
De doelstelling van B-InvoH
is om jongeren dichter bij d
politiek te brengen en ze dii
ook enthousiast te maken a
hun stem uit te brengen. Dit
doen wij door 3 h 4 keer pef
grote bijeenkomsten te orgf
seren waar jongeren direct 1
de politiek in aanraking kon
Zo hebben wij vorige weekt
het gemeentehuis van Kart
jongeren en politici met elk
laten discussiëren. Zelf vin<|
het het belangrijkst dat je g
stemmen, daarna komt pas
je gaat stemmen."
Mevrouw Hoheman - vanl
Meij uit Sassenheim, 83 jai
„Vroeger ging ik altijd stem
ja. Dat hoorde erbij, het v
plicht. Maar nu ben ik moei
ter been en het is zo'n gedol
Als ik thuis kon stemmen? L j
zou ik het ook niet doen. WP'
u, ik ben gewoon te oud vo|
dat soort dingen. De politiek
teresseert mij nu niet meer|UI
Vroeger moest je wel, maaiL
moet iedereen het zelf maaf
ten."
Aranka de Kleyn
De 'laptop' gaat vanaf vandaag
door het leven als 'schootcom
puter', zo lees ik in het Leidsch
Dagblad van 14 februari, in een
reportage - in de rubriek De
Blauwe Steen - over onnodig
Engels in de Nederlandse taal.
Een slechter voorbeeld zou ik
niet kunnen verzinnen, want dit
is een samentrekking van Ne
derlands en Engels. Het woord
'computer' is immers net zo
min een Nederlands woord.
Johan W. Elzenga,
Koudekerk aan den Rijn.
Stemmen moet weer
verplicht worden
'Stemmen moet weer verplicht
worden'. De lezers van krant en
website verschillen van mening
over de stelling. Maar alleen de
tegenstanders onderbouwden
hun mening met argumenten.
Een selectie uit de reacties die
binnenkwamen per post of via
www.leidschdagblad.nl
C. de Waard, Leiden: „Stem
men is een recht, geen plicht.
Wel moet er echt iets gebeuren
aan de afstand tussen kiezers
en gekozenen. Met name via in
ternet zouden politici veel meer
moeten doen om rechtstreeks
met de inwoners te communi
ceren. Tegenwoordig zijn er zo
veel laagdrempelige mogelijk
heden (chat/forum) om met
mensen van gedachten te wis
selen, dat het onbegrijpelijk is
dat daar geen gebruik van
wordt gemaakt."
F. Kromhout, Leiden: „Niet
stemmen is ook een keuze. Als
mensen niet stemmen, hebben
ze daar een reden voor. Wat
zou overigens de sanctie zijn als
men de plicht heeft te stem
men, maar het niet doet?"
J. Renaud, Leiden: „Politiek
heeft als taak zo zichtbaar te
zijn, dat men wil stemmen. Het
is uiterst betreurenswaardig dat
de politici er niet in slagen de
onderlinge verschillen duidelijk
te maken. Helaas wordt politiek
gedomineerd door incidenten
en sensatie. Dat maakt de poli
tiek er niet geloofwaardiger op.
In Leiden lijken we daar ook
sterren in te zijn, helaas.
A. de Kok, Oegstgeest: „De po
litiek moet weer boeiend wor
den en ergens over gaan."
G. van Gaal, Leiden: „Het is
een recht en geen plicht om te
stemmen. Stemmen is een
recht waar velen lang voor heb
ben moeten strijden.
W. van Altena, Den Haag: „Het
zou beter zijn om het vak
staatsinrichting verplicht te
stellen, of het lezen van een
krant. Het gaat er niet zozeer
om dót mensen stemmen, maar
dat ze dat bewust doen, en we
ten wat democratie inhoudt."
K. van der Niet, Noordwijk:
„Omdat het grootste deel van
de gevestigde politiek niet naar
de kiezer wil luisteren en maar
aanrotzooit, zou de kiezer ver
plicht worden te stemmen? Op
het moment dat er werkelijk ge
luisterd wordt en men ingaat
op wat de kiezer wil, dan keert
ook de interesse terug om naar
het stembureau te gaan. Ik heb
altijd gestemd, maar wordt het
mij verplicht, dan weiger ik
mijn stem uit te brengen."
Lezers kunnen zich via de
website van de krant
(www.leidschdagblad.nl) ij
spreken over actuele kwes
Wekelijks wordt een opini
peiling gehouden waarvan^
uitslag elke woensdag in dj,
rubriek Klankbord wordt gl
publiceerd. Om lezers zond
internet niet uit te sluiten,Bfl
ook schriftelijk (postbus 54jk_
2300 AB Leiden) worden gʩ
reageerd. m)
De stelling van deze week k
waarop u - tot en met mai^
dag - kunt reageren luidt: L
Voetbalscheidsrechters m\
ten gebruik kunnen makt
van televisiebeelden