'Het komt door de neus van Bush'
GELOOF SAMENLEVING
Waar blijft hij dan?
Stem geboren voor het podium
Psychognomie in De Ruimte: je bent hoe je eruitziet
'ik teken wat ik wil', een klassieker 'Dubbelfocus': Opgravingen in eigen bode
l
Foto's Rijksmuseum van Oudheden vormen zelf een historische schat
maandag 25 FEBRUARI 2C
door Afke van der Tooien
leiden - Op het visitekaartje van
Anette Müller staan veel indruk
wekkende woorden. Niet alleen
Phrenologie, maar ook Nieuw-
Phrenologie, Psychognomie, Psy-
cho-Physiognomie en Patho-Phy-
siognomie. Op het kaartje staan
ook twee schedels met lettertjes
erop. Müller (53) is expert in de
relatie tussen uiterlijk - met na
me dat van het hoofd - en inner
lijk. Vrijdagavond gaf ze een de
monstratie in het Leidse café De
Ruimte.
Dat die relatie er is, staat voor de
Limburgse van Indonesische af
komst vast. En dat haar overtui
ging niet louter theoretisch is,
blijkt uit een anekdote die ze tij
dens haar demonstratie vertelt.
De dag daarvoor heeft ze in de
trein een haveloze zwerver ont
moet. Met nadruk vertelt Müller
hoe ze, onbevooroordeeld, te
genover hem ging zitten. Al snel
zag ze dat hij onder zijn neus
een beetje rood werd. „Ik dacht:
ach, hij mag me best leuk vin
den, toch?" Haar publiek grin
nikt gewillig mee.
Nog wat later zag ze dat ook een
bepaald plekje aan zijn oorrand
rood werd. Toen heeft ze haastig
geïnformeerd wanneer hij eruit
moest. „Over tien minuten, zo
bleek. Maar goed ook, anders
had ik ergens anders moeten
gaan zitten." Dat rode plekje
was voor haar een onmisken
baar teken dat hij haar wilde
'bespringen'.
Geen spoor van twijfel vertoont
de kleine vrouw in spijkerpak
terwijl ze dit verhaal vertelt. Dat
andere mensen niet bij een
zwerver willen zitten noemt ze
een vooroordeel, maar dat zij
zelf snel van hem af wilde is we
tenschap.
Haar publiek drinkt het allemaal
met gulzige teugen in. Er zijn
dertig vrouwen op drie mannen.
Müller bevestigt desgevraagd
dat de mannelijke belangstelling
altijd zo gering is. „En dat is gek,
want dit is van oorsprong een
mannenwetenschap", zegt ze.
Een vrouw springt in met de
verklaring: „Wij vrouwen kijken
beter, hè."
Müllers demonstratie phrenolo
gie (schedelleer) en psychogno
mie (uiterlijke kenmerken van
de geest) vindt plaats in spiritu
eel café De Ruimte, gerund door
Bea. Bea wie? „Bea van De
Ruimte. Niemand kent mijn
achternaam." Zes jaar geleden
liep ze bij toeval langs de te
koop staande voormalige slage
rij, en zo is het gekomen.
In De Ruimte - aan de kapstok
hangt een kaartje met de tekst:
Het gebruik van deze ruimte is
voor eigen risico - kunnen geïn
teresseerden hun hart ophalen
aan een allegaartje van spiritue
le cursussen, esoterische work
shops en paranormale avonden.
Het zaaltje is opgesmukt met
een bonte uitstalling van hebbe
dingetjes, van 'spirituele inzicht-
kaarten' tot een fonteintje 'met
chi-energie' (want 'water bevor
dert welstand'). De spulletjes
zijn koopwaar en aankleding te
gelijk.
Bea, middelbare leeftijd, gehuld
in roze glittertrui, staat in de
pauze als stralend middelpunt
achter de bar. „Nou Bea, je hebt
niks teveel gezegd", komt ie
mand melden. „Nee hè, ik zie
het aan je gezicht", antwoordt
Bea tevreden.
Je ziet het inderdaad aan de ge
zichten: de avond met Anette
Müller is een succes. Het is
deels een vast publiek dat hier
zit. Over een maand drinken de
zelfde mensen wellicht de wijs
heden in van medium Maria
Plop, die werkt met handafdruk
ken in zand. Vandaag kijken ze
met verzaligde gezichten naar
Müller. Er spreekt een onstilbare
dorst naar kennis uit die gezich
ten, naar de betekenis van het
betekenisloze, de verklaring van
het onverklaarbare.
Het is een gewillig publiek. Zelfs
de man die volgens Müllers
schedelanalyse 'eerst moet zien
voor hij gelooft', stelt geen kriti
sche vragen. Slechts zijdelings
komt even jLombroso ter sprake.
Deze omstreden Italiaanse psy
chiater uit de negentiende eeuw
legde een verband tussen sche-
delkenmerken en criminele in
slag. Hij wilde asociale eigen
schappen zelfs uitroeien met
Anette Müller levert 'een stuk kennis en gereedschap waar anderen
alleen maar van kunnen dromen'. Foto: Mark Lamers
behulp van eugenetica.
Müller stelt laconiek dat zij er
niks mee te maken heeft 'dat
ooit iemand de phrenologie ver
keerd heeft geïnterpreteerd'.
Anders was Goethe een idioot
en Schiller ook", vervolgt ze tri
omfantelijk, zonder nadere uit
leg. Het publiek lacht deson
danks uitbundig. Dat haar leer
meester Paul Bouts net als Lom-
broso aanhanger was van een
'evolutieleer' waarin lichaams
kenmerken en moraliteit op
griezelige wijze worden ver
mengd (van aap naar mens
naar, uiteindelijk, 'perfectie'),
brengt ze niet ter sprake.
Het doel van Müllers praktijken
lijkt onschuldiger. Met behulp
van psychognomie, zo is te le
zen in haar foldertje, 'krijg je
goede, duidelijke en realiseerba
re adviezen inzake beroeps- en
partnerkeuze', 'kun je nu snel
en duidelijk een gefundeerd
antwoord geven op existentiële
levensvragen', en 'heb je in de
personeelssector een stuk ken
nis en gereedschap waar ande
ren alleen maar van kunnen
dromen'.
Het publiek zelf is Müllers de
monstratiemateriaal. Ze is het
best op dreef bij vrouwen die
zich kennelijk op de een of an
dere manier gefnuikt voelen in
hun 'persoonlijke groei'. Wat dat
betreft blijkt het hier vissen in
een volle vijver.
„Het is voor jou gewoon een pe
riode die vervelend is, dat zie ik
aan je neus." De aangesproken
vrouw knikt geroerd, de zaal uit
bewonderende klanken. Tegen
een ander met kreukeltjes in
haar kin: „Heb je last van je
heupen? Nee? Dan ben je teveel
op je ziel getrapt." Tegen een
vrouw met een vlezig gezicht:
„Je hebt geprobeerd je te pant
seren, maar dat is dus niet ge
lukt, hè." Op iemands achter
hoofd vindt ze een bewijs dat zij
zich als kind te weinig veilig
heeft gevoeld. „Oooh", reageert
de zaal telkenmale verrukt.
Er zijn ook minder emotioneel
geladen momenten. Met een
mollige man voor zich adviseert
Müller het publiek nooit een
lange, magere boekhouder te
nemen, want alleen 'ronde'
mensen zijn accuraat genoeg.
En veel van de huidige toestand
in de wereldpolitiek is volgens
haar terug te voeren op de neus
van George W. Bush. Het vel aan
weerskanten is te strak gespan
nen, en daarom is de Ameri
kaanse president 'zo hard'.
In dit soort generaliserende uit
spraken grossiert Müller, zeker
als ze is van de wetenschappelij
ke status van de psychognomie.
Een claim die in academische
kringen niet wordt gehonoreerd.
„Het lijkt ongelooflijk, maai- tot
op de dag van vandaag zijn er
zelfbenoemde experts aan het
werk, die spreken over en wer
ken met de 'wetenschappelijke'
aspecten van phrenologie, en er
schijnen veel mensen te zijn die
erin geloven of er zelfs geld mee
verdienen", schrijft het tijd
schrift voor neurologie Brain
Mind. Als een van de twee be
kendste voormannen noemt het
de inmiddels overleden leer
meester van Müller.
„Wat haalt ze er veel uit hè",
zegt na afloop van de demon
stratie de ene vrouw tegen de
andere. „Nou", reageert die.
„Ongelooflijk!"
Anette Müller geeft op 29 en 30
maart een tweedaagse work
shop psychognomie in De
Ruimte. Kosten: 130 euro. In
lichtingen: 071-5217782.
preek recensie
ilse keuenhof
Gereformeerde Kerk (vrijgemaakt), Leiden, dominee Peter H. van der Laan
De jonge gemeenschap bezet de ruimte van de
Gereformeerde Kerk (vrijgemaakt) aan de He
rengracht volledig. Het gebouw heeft grote ra
men die het weinige licht dat er op deze druile
rige zondagmiddag is, gretig binnenlaten.
„Uw wil geschiede",
galmen de eerste
woorden via de
luidsprekers door
het gebouw. „Die
vraag kan je niet
stellen zonder je ei
gen wil op te geven
en zonder tegen
spraak gehoorzaam
te zijn. Wil mijn God
dit? Zonder bidden
weten we het niet.
Bidden is geen on
zeker avontuur. Je
gaat met Jezus naar
God." De handen
gaan hoog de lucht
in. „Daar belanden
we in een ruimte
met vijf deuren."
Op de eerste deur
staat 'binnen zon
der kloppen',
schetst Van dei-
Laan. Je dagelijkse
werk is iets datje
gewoon elke dag
moet doen. Daar
voor doet God elke
keer een nieuwe dag
open. Verwacht niet
dat God je vertelt
wanneer je je kind
naar de dokter moet
brengen, maar ga
wel biddend de dag in."
Op de kansel ontplooit de predikant met zijn
zwarte pak en stropdas zich als een uitstekend
verteller. Hij neemt de gemeenschap mee naai
de volgende deur. Een deur waarop je wél moet
kloppen: de klink zit aan de andere kant van de
deur. Met uitgestrekte armen vraagt de predi
kant wat wij van God mogen verwachten. „Wat
voor beloftes heeft God gemaakt voor zijn ko
ninkrijk? WAAR BLIJFT HIJ DAN?", buldert het
door de ruimte. „Bidden kan de vervulling van
je wensen niet bespoedigen. Bid aanhoudend
met geduld en je Vader zal opendoen."
Van der Laan klinkt als Freek de Jonge. Zijn
stem klinkt zacht, dan plotseling buldert hij
PREEKTIJGERS
ik
zonder waarschuwing erop los om even 01
wacht terug te gaan naar die zacht knijpen fl
soms zelf schelle stem. Maar waar Freek di
ge de stilte in zijn verhalen liefheeft, houdt f
predikant van het woord. De preek ontrolt
in een aangenaan D
tempo.
„De derde deurvtQ
op fotocelletjes. Ji
moet er dus op afp
pen. Abraham jwi n"
niets van fotocellf
maar hij had wel
En Abraham verüjW
de op God." Van
Laan vertelt over
ham die zijn zooi H'
moest offeren. „A
ham heeft de doo
zijn zoon overleel
Dat is toch ongeli
lijk, mensen. Wie
zich hierin te herl
nen." En omhooj
de wijsvinger, ter
hij priemend van
ter zijn bril rondk J
„Jij maakt de keu
waardoor je jezel
levert en God ma
het goed,
De preek van Vai
Laan zit gedegen
kaar. De wisselin
zijn intonatie sta:
laas in schril con
tot zijn begeleide
gebaren, die rom
eentonig zijn. De
de deur is de dra:
deur. „Wij kunne
g1
stappen zetten die God niet wil. Wanneer
door het slechte aangeraakt worden. We g
ervan uit dat God ons niet stopt, maar hij
ons terug. Waarom, vraagt hij, ben je hier
aan begonnen?"
Worden we na onze terugdraai niet sterke 'f
kunnen we, aldus Van der Laan, nog een 1
deur proberen. „We denken dat we weten
erachter zit maar we kunnen niet naar de
re kant. We kunnen voor die glazen deur i9"
dromen. God leidt ons door die poort naa eÉ
eeuwigheid. Maar niet vandaag. Vandaag
hij de deur naar morgen open. Straks sam
eten thuis en naar het werk.
KUNST EN CULTUUR
kl
jeugdtheater recensie
Paulien Koopmans
Voorstelling: 'Ik teken wat ik wil',
Speeltheater Holland. Gezien 24/2,
LAKtheater, Leiden
Een dik potlood van een paar
meter lang. Een grote gum
waarin je kan wegzakken als in
een zitzak. En een rechtop
staand reuzenschetsboek met
kindertekeningen van het (ver
plichte) huisje, een rode padde
stoel met witte stippen, de
stoomboot van Sinterklaas en
allerlei andere belangrijke za
ken uit de wereld van vierjari
gen. Tegen dit decor speelt
Speeltheater Holland de ex
pressieve voorstelling 'Ik teken
wat ik wil'.
Deze kleutervoorstelling dateert
oorspronkelijk uit 1984. Vanwe
ge het 25-jarige bestaan van
Speeltheater Holland werd dit
toen veelbesproken stuk, op
nieuw op de planken gebracht,
met een nieuw groep spelers,
een nieuw decor en een nieuwe
regie. 'Ik teken wat ik wil' gaat
over gewone, alledaagse dingen
die komisch worden uitver
groot.
Ook de tragiek in een kinderle
ven komt aan bod. Het meisje
Josie schrijft in gedachten een
brief aan haar oma: „Lieve
oma, met mij gaat het slecht,
want ik kan niet meer komen
logeren." Haar oma is verhuisd
naar een bejaardenhuis. Josie
besluit om haar oma een appel
te gaan brengen. De tekeningen
uit het reuzenschetsboek wor
den tijdens de voorstelling tot
leven gewekt. Auto's beginnen
als gekken rondjes over een ro
tonde te rijden. Uit het stop
licht steken twee gezichten:
'rood' en 'groen' maken ruzie
over wie er eerst mag. Sommige
tekeningen verlaten zelfs het
schetsboek. De deftige dame
tuft in haar getekende autootje,
genaamd Johan, over het podi
um. Ook Sinterklaas, de rups en
het hondje Spot raken los van
het papier.
De fantasievolle wereld van
Speeltheater Holland, is goed
behapbaar voor kinderen. De
deftige dame is raar en verve
lend, maar nooit te' gemeen.
Het is spannend als het 's
nachts bliksemt, en als de rups
de appel wil opeten, maar nie
mand hoeft het echt in zijn
broek te doen.
Toch wordt de voorstelling niet
kinderachtig dankzij overtui
gend spel van de acteurs. Alleen
de deftige dame is nogal over
dreven aangezet. Haar gekir,
gegil en getrut wordt net iets te
lang uitgemolken. Van ver weg
komen dan associaties met cli
chématige poppenkastvoorstel
lingen. Maar eigenlijk is dit de
enige stoorzender in het stuk.
'Ik teken wat ik wil' is verder
een prachtige voorstelling, te
recht een klassieker van het
jeugdtheater.
muziek recensie
Herman Joustra
Jennifer Terran en Brandon Statom, Q-
bus, 23/02
Binnen de kortste keren heeft
Jennifer Terran de de donkere
concertzaal van Q-bus in haar
greep. En dat is knap. Haar
stem, het is haai" stem, die dat
doet. Die soms glashelder door
de ruimte zweeft. Dan weer met
een rafelig randje, een tikkeltje
rauw. Klaaglijk in het hoog,
warm in het laag. Het is een
stem die is geboren voor het
podium. Vol blues en soul. Alles
wat ze zingt komt uit haar te
nen. En het is haar piano. Haar
piano die soms heel zachtjes
een bodem legt voor haar stem.
Dan weer een stevig funda
ment. En het is de contrabas
van Brendan Statom. Die soms
melancholisch bromt. En dan
weer ritmisch beukt.
Met een van haar eerste num
mers, Mad Magdaline, onder
streept ze nog een keer haai' ei
genzinnige karakter, waar het
haar muziek betreft. Mad Mag
daline schiet een platenbons
voor zijn raap, omdat die niets
van haar muziek moet hebben.
Levert te weinig geld op, zegt
hij. Is dus niet rendabel. Dat
soort lieden maken de echte,
pure muziek dood, vindt Ter
ran. Ze heeft een broertje dood
aan het commerciële popcircus
en ze brengt haar cd's het liefst
uit op haar eigen label Grizelda.
Maar als Terran, die voor de
meesten nog een een grote on
bekende is, op deze manier
doorgaat, kan het bijna niet an
ders of daar komt verandering
in. Ze maakt muziek die raakt,
zonder dat die in een hokje valt
te stoppen. Van jazz tot klas
siek, van alles zit erin.
Terran blijkt ook nog eens een
ontwapenende persoonlijkheid
te zijn. Tussen de nummers
door praat ze tegen het publiek.
Vertelt ze over haar belevenis
sen in Nederland, waar ze voor
het eerst van haar leven is. Af
en toe praat ze wel eens te veel,
te lang. Maar dat is dan ook het
enige minpuntje van deze
avond.
En op de valreep heeft ze nog
een verrassing in petto voor het
publiek, een mededeling: in de
herfst komt ze opnieuw optre
den in Q-bus.
door Coen Polack
leiden - Terwijl in Egypte arche
ologen van het Rijksmuseum
van Oudheden (RMO) graven in
's werelds grootste oudheidkun
dige schatkamer, toont de ten
toonstelling 'Dubbelfocus' in
datzelfde museum de ontnuch
terende praktijk van de opgra
vingen in vaderlandse bodem.
Hier geen hete woestijn met ver
borgen schatten van oude fara
o's; de foto's tonen op het eerste
gezicht lege kuilen in de Neder
landse klei. De foto's, die date
ren van de eerste helft van de
twintigste eeuw, zijn zelf een
historische schat, zo blijkt.
„Waar het bij archeologie in Ne
derland vaak om gaat, is het
blootleggen van zogeheten
grondsporen", zegt conservator
Leo Verhart van het RMO, die de
expositie samenstelde. „Dat zijn
verkleuringen in de aarde die
vroegere gebouwen hebben
achtergelaten. Het bouwmateri
aal is allang verdwenen. Ro
meinse bouwwerken werden in
de middeleeuwen ontmanteld,
waarna de stenen gebruikt wer
den voor het bouwen van ker
ken. Er worden dus weinig grote
voorwerpen gevonden. Het
klinkt wat saai en misschien
zelfs komisch, maar zo gaat het
er bij Nederlandse opgravingen
nu eenmaal aan toe."
Toch, zo leeg als de grond in
ons land is, zo rijk aan histori
sche informatie zijn de foto's.
Verhart: Vandaar ook de titel
'Dubbelfocus'. Als je beter kijkt,
kom je heel veel te weten over
de tijd waarin de foto's gemaakt
zijn en over de mensen die in
die tijd leefden. Aan de ene kant
tonen de foto's sporen van een
beschaving van 2000 jaar gele
den, maar daarnaast krijg je ook
een goed beeld van Nederland
aan het begin van de vorige
eeuw."
Er is veel veranderd de afgelo
pen honderd jaar. Archeologen
van vroeger stonden strak in het
Een groep arbeiders poseert bij een in scène gezette opgraving bij Nijmegen. De foto is gemaakt in 1934.
Foto: PR
pak en met een sigaar in de
hand aan de rand van de kuil
toe te kijken, terwijl pezige ar
beiders de schop in de modder
duwden. De vrouw van de ar
cheoloog ging vaak mee naai" de
plaats van opgraving om in een
tent naast de kuil te handwer
ken. Verhart: „In de wetenschap
worden veel zaken uitvoerig be
schreven, maai- sommige, op
dat moment wetenschappelijk
onbelangrijke zaken worden
niet geregistreerd. Op foto's zijn
die dingen soms toevallig wel
vastgelegd. Juist voor die dingen
zijn deze foto's bijzonder mate
riaal. Dan zie je aan de rand op
eens iets heel interessants."
Zo zien we in 'Dubbelfocus' dat
de archeoloog in 1917 in een
koetsje rondreed en dat de gra
vende arbeiders in 1909 zo arm
waren dat ze lang doorliepen op
kapotte klompen. Verhart: „In
een veel foto's is ook goed te
zien dat de arbeiders expres
werden gefotografeerd
grootte van bijvoorbe
grafheuvel aan te gev
zegt veel over hoe arche
die tijd bedreven werd.
de dag is het allemaal pi
neler geworden. We zett
arbeiders meer op de
publieke belangstelling
we wel altijd vast, want
de maatschappelijke rta
van een opgraving aan.
Publieke belangstelling
honderd jaar geleden oi
en iedereen staat op
Van straatarme bewoon
een aan de opgraving
woonwagenkamp tot dLe
van de Antropologisc
eeniging die samen na
vrouwen een dagje uit z>e
hun paasbeste kostuui
de fotograaf poseren,
staan ze in de modder.
Koninklijk bezoek was
Verhart: „Koningin Wil
was erg in archeologie)
resseerd, dus vroeg ze
archeoloog Holwerda
opgraving te doen op
haar landgoederen. Toe
ningin op een dag zelf k
ken wilde Holwerda
een foto van. Voor hem
het hoogtepunt uit zijn
Door overbelichting
het portret, waarna de
loog nog heeft geprol 2l
redden wat er te redejj
Het resultaat is bedf
Twee jaar later ging
goed, maar toen wa
prins Hendrik ter plaalye
werda stond op die foto
hoed in zijn hand, terwi ;i
de foto van 1907 nog ge r;
zijn hoofd stond. Dat vt
dat in die twee jaar Hoji,
gevoel voor etiquette be
worden. Je maakt zove e
dat soort kleine details.'
Dubbelfocus. Nederlai
gravingsfoto's uit 19
Rijksmuseum van Our
Rapenburg 28, Leiden
zien tot en met 29 sept