33^* HEKHU' Een gekke regel ten tijdelijk dorp aan de Wassenaarseweg Het bele§ van Leiden r IWMD:\ Ajf Hutspot-recept 5 n. 3 I WOc^ocHT, MAcm-2 op 3 ötti?gE(Z ~~j) /jj iSr.OfJ< eazrrjetfwr MAAK By HtT ONTWAR. NifereeM J,4 ^9/^maar LEIDENS ONTZET leiden - Bij voetbalvereniging Docos zijn ze teleurgesteld in de Drie Octoberjury. Want nog voordat de jaarlijkse taptoe van start gaat, weten de leden van Docos al dat zij de prijs niet zul len winnen. Tijdens de taptoe, die altijd wordt gehouden op 2 oktober, waren de jeugdleden van Docos de afgelopen twee jaar de deelnemers met de beste bijdrage aan de optocht. De jeugd van Docos marcheerde keurig in het gelid en droeg mooie, creatieve bouwwerken met zich mee. Terecht werden zij dan ook beloond met de meest felbegeerde verenigingstrofee van Leiden: de Cornelis Jop- penszprijs, een beeldje met een geldprijs van duizend gulden. Maar dit jaar zit dat er dus niet in. De juryreglementen vermel den namelijk dat een club niet drie keer op rij de eerste prijs kan winnen. En daar baalt Docos een beetje van. „Het is toch ei genlijk gek", zo lezen we deze maand in het clubblad van de club. „Voor rechtgeaarde sport mensen - in ieder geval voor voetballers - is het ultieme doel om de beker definitief in het be zit te krijgen. Kijk maar naar de Europacup: een derde keer win nen is legendarisch, en daar hoort het definitieve bezit van de beker bij." Maar nu de beker dus niet gewonnen kan worden, heerst verwarring bij de Mors- club. „Moeten we de Docoskin- deren maar door elkaar heen lak ten marcheren, geen illustratieve bouwwerken produceren? Hoe moet Docos als niet-kanshebber zich gedragen in die zo mooie Drie Oktober taptoe? Wij weten het niet. Gekke regel, hoor." Vrees niet: bij Docos wordt na tuurlijk gewoon weer keihard gewerkt aan een mooie bijdrage. „Ook dit jaar willen we er weer iets heel bijzonders van maken", stelt activiteitencoördinator Ma- rius Ballieux van Docos. „Onze club bestaat dit jaar 65 jaar, dus we gaan er weer iets spectacu lairs van maken. Dit jubileum is voor ons een mijlpaal, dus daar hoort een mooie bijdrage aan de optocht bij." Dat daar geen prijs voor zal wor den gegeven, ook al zou Docos wederom de beste deelnemer blijken, steekt Ballieux een heel klein beetje. „Deelnemen is het belangrijkste. Wij willen ons op een leuke manier aan de stad presenteren. Maar het zou leuk zijn als die inzet ook beloond kan worden met een prijs, net als vorig jaar." Ballieux heeft wel een suggestie voor de jury. „Het is misschien een aardig idee om aan de prijs een grote wisselbe ker te koppelen, waarop dan de namen van alle winnaars zicht baar zijn. Dan staan wij over een eeuw nog steeds op de bokaal." Jan Karstens, lid van de Drie Oc toberjury, begrijpt Docos' reactie wel. „Ik weet eigenlijk niet waar om die regel er is, hij is van voor mijn tijd. Het heeft er waar schijnlijk mee te maken, dat we met die geldprijs clubs willen ondersteunen - en dan is het niet leuk als één club die prijs maar blijft ophalen." Maar de regel is gek, erkent Kar stens. „Er is nog zo'n voorschrift: van de winnaars van de eerste, tweede en derde prijs moet er al tijd één een sportclub zijn, ook al maken die er allemaal een potje van. Zulke regels zijn toch wel een beetje krom, ja." Karstens denkt er, zo geeft hij toe, wel over om de regel aan te Geisha's liepen vorig jaar bij Docos voorop in de taptoe. De Leidse voetbalclub behield in 2000 de Cornelis Jop- pensztrofee. Archieffoto: Henk Bouwman passen. „Mocht Docos dit jaar tijd om een wijziging te overwe- eigenlijk weer de beste zijn, gen. Ik ben niet alleen, de jury maar de prijs vanwege deze regel telt drie mensen, maar we moe dus niet krijgen, dan wordt het ten het er maar eens over heb ben. Het is natuurlijk wel een beetje sneu voor Docos." Peter Groenendijk j- „We zijn hier vrijdag geko- 1 als het goed is gaan we dag weer weg", zegt een me- onder de luifel van haar cara- b ilijn man is al 67, dus ik heb opzichter gevraagd of hij wil- )en met het neerzetten. Maar i het goed." De tweeassige ca- itaat naast de Wassenaarse- let de trekhaak nog net op het ssenaarseweg achter het uni- itsterrein is veranderd in een ce camping voor het personeel kermis. Het 'kermisdorp' van nisexploitanten staat ongeveer dagen in Leiden. Daarna trekt ïn weer weg, naar de volgende pp is veel groter dan het op 1 rste gezicht lijkt. De Wasse- weg staat helemaal vol, vanaf 1 )nde bij het Sylviuslaboratori- pa tot aan de bocht bij de A44. caravans in de zesmeterklasse, )ok kleintjes, vaak met kinder- er tegenaan. Het meeste spul !oud uit, maar er zijn ook gi- fhe glimmende motorhomes ltschuifbare zijkanten, jandagochtend zijn er niet veel jn in het kamp. De mannen teig met het opzetten van de at- js. Veel wagens worden be- idoor een klein schoothondje, jn daar hangt de geur van een jnde wasmachine, ïer Akkerman, op de kermis |zig met een vluchtsimulator, is ijk tevreden over het kampje. „Je ït liefst een groot parkeerter- jhaar dat kan niet altijd." In de itussen het fietspad en de weg 1 de ijzeren rijplaten in lange jn. „De grond is hier erg zacht, je stapt niet meteen in de blub- platen zijn door de gemeente elegd. Overal staan ook drang- n en knalrode vuilnisbakken emeentelogo. De buizen voor ing en schoon water liggen bo unds en de elektriciteit wordt 'ekt met twee grote aanhang- s zoals die ook op de kermis I vinden zijn. De 3 October-Ver- 'ng betaalt ook een deel. Dit jaar lies nog op proef. Het is de be- l dat de woonwagens hier al- imen te staan. 1 zijstraatje van het kamp len grote oranje oplegger van De school is uit en alle kermiskinderen zoeken hun eigen woonwagen weer op. De exploitanten van de 3-oktoberkermis bivakkeren in een tijdelijk kamp aan de Wassenaarseweg. In totaal staan er ongeveer tweehonderd wagens. Zelfs voor een rijdende school is gezorgd. Foto: Henk Bouwman de Stichting Rijdende School. Twee jongens gaan net naar binnen, na af loop van het speelkwartiertje. „Hij zit in groep 2. Ik zit in groep 3, maar we benne allebei zes jaar", zegt de een met een zwaar accent. Kermisklanten komen uit het hele land. De stichting geeft door heel Neder land les aan kermiskinderen en cir cuskinderen. Als er ergens meer dan zeven kinderen zijn, komt er een wa gen te staan. Het schooltje is er voor leerlingen van de basisschool, van kleuter tot veertien jaar. Er zijn ook schoolwagens voor circuskinderen, die het hele seizoen meetrekken met het circus. De groep kermiskinderen is iedere week anders. Lerares A. Broekmolen ziet sommige kinderen regelmatig te rug, andere maar een keer per jaar. Het is de bedoeling dat de kinderen in november weer mee kunnen met hun eigen klas. Dan eindigt namelijk het kermisseizoen en in de winter gaan de kinderen weer vast naar school in hun woonplaats. „Als er in Limburg een drupje regen valt, dan komt er niemand meer, maar hier gaan ze tot twee uur 's nachts door." Een personeelslid van een van de grotere attracties is net te rug uit de stad. De zwarte strepen smeerolie zitten nog op zijn gezicht. Hij komt ieder jaar graag terug naar Leiden. Een echte kermisman. „Je moet er tegen kunnen, anders doe je het ook niet. Ik hou van de vrijheid. Bart Garvelink Drie oktober. Voor de echte Leidenaar een dag om naar uit te kijken. De dag waarop Leiden in het jaar 1574 verlost werd van de Spaanse belegeraars. De dag ook, waarop de geuzen de uitge hongerde stad op platbodems binnen voeren om haring en wittebrood uit te delen. Een bijzondere dag voor Leiden, een bijzondere dag uit de Tachtigjari ge Oorlog. In zeven afleveringen ver tellen we aan de hand van diverse Ne derlandse steden meer over die oor log. Aflevering 5: Het beleg van Leiden Oktober 1573. De Spanjaarden heb ben het beleg van Alkmaar opgege ven, de watergeuzen hebben een be langrijke overwinning geboekt op de Spaanse vloot op de Zuiderzee en Al- va is door Filips teruggefloten. Don Luis de Requensens is aangesteld als zijn opvolger. Hij moet de opstandi ge Hollandse steden op de knieën zien te krijgen. Met de moeizame verovering van Haarlem en het Spaanse debacle van Alkmaar nog vers in het geheugen, stuurt Requen sens zijn generaal Valdez naar Leiden om een nieuwe tactiek uit te probe ren: hermetisch omsingelen en uit hongeren. Eind oktober slaan de Spanjaarden hun tenten op rond Leiden. De com plete stad wordt door de Spanjaar den afgesloten van de buitenwereld. Maar Leiden is goed voorbereid. De stad heeft enorm veel voedsel inge slagen. Terwijl de Spaanse troepen Leiden belegeren, bestrijden de wa tergeuzen de vijand in Zeeland. En met succes. Op 27 januari 1574 ver slaan de watergeuzen de Spaanse Koninklijke vloot op de Oosterschel- de. En als gevolg van die overwin ning geeft Middelburg, tot dat mo ment Spaans gezind, zich over aan Willem van Oranje. De Zeeuwse successen ten spijt, ver andert de situatie rond Leiden niet. De Spanjaarden belegeren, de Leide- naren houden vol. Begin april besluit Lodewijk van Nassau, de broer van Willem van Oranje, om deze impasse te doorbreken. In een uiterste poging om de sleutelstad te bevrijden wil hij met een leger vanuit Duitsland naar Leiden optrekken. De Spanjaarden krijgen in maart lucht van deze on derneming en heffen hun beleg op. Ze trekken Lodewijks leger tegemoet om de strijd aan te gaan. Die slag vindt op 14 april 1574 plaats op de Mokerhei. Maar net als in de slag bij Jemmingen in 1568 worden de legers van Lodewijk vernietigd. Dit keer loopt het ook met Lodewijk zelf slecht af. Zowel hij als zijn jongere broer Hendrik van Nassau sneuvelt. Ondertussen heeft Leiden feest ge vierd. De stad heeft, net als Alkmaar, het beleg van de Spanjaarden weten te doorstaan. En daarmee maakt Lei den een misrekening. Want Valdez keert na de slag op de Mokerhei on verwijld terug naar Leiden om het karwei af te maken. En Leiden heeft in alle euforie verzuimd om de voed sel- en munitievoorraden aan te vul len. Als Valdez eind mei opnieuw voor de poorten verschijnt, is Leiden in last. Maar onvoorbereid of niet, Leiden weigert zich over te geven aan de zesduizend Spaanse soldaten. De drijvende krachten achter het Leidse verzet zijn stadsbestuurder, edelman en schrijver Jan van der Does, de burgemeesters Dirck Bronckhorst en Pieter van der Werff en stadssecreta ris Jan van Hout De Leidenaren hebben het zwaar te verduren. De honger is ernstig, maar het moreel blijft hoog onder de be volking. Als de Spanjaarden begin ju ni vlakbij de stad de schans Lammen willen opwerpen, doen de Leide- naars een uitval. Zes schuiten afgela den met gewapende mannen, probe ren de werkzaamheden te verstoren. Deze dappere doch weinig succes volle poging kost ze een schuit en een aantal doden. De Spanjaarden reageren door een week later de Leidse schans Poelbrug, net buiten de Rijnsburgerpoort, te veroveren. Daarmee verliest Leiden niet alleen een belangrijke schans maar ook een aantal belangrijke moestuinen. Eind juli doen de Leidenaren wederom een aantal uitvallen, dit keer met meer succes. In één geval slachten de Leidse soldaten zelfs een heel regi ment van zo'n zestig Spaanse solda ten af. De Leidse aanvallers nemen afgehakte oren en hoofden als trofee mee naar de stad. Maar ondanks de ze kleine overwinningen, blijft Leiden omsingeld en wordt de voedselnood steeds groter. Als eind juli ook nog eens de pest uitbreekt, is Leiden let terlijk in last. De inwoners van Lei den, zo'n 18.000 in totaal, vallen bij bosjes dood neer. Timoteus Waarsenburg 2 ogram ossenstaart; in stukken gram bloem gram boter nterpenen ien knoflook olselderij ngel bleekselderij er runderbouillon j irierblaadje, takje tijm, peterselie, ro- eper fkok Ben Essaadi van stadscafé Van Werff tovert een ovenschotel voor ons ïorschijn. De bereiding van de huts- daarmee wat bewerkelijk, maar het ïpt klinkt veelbelovend. warm de oven voor op 170 graden. Dep de ossenstaart keukenpapier droog. Peper en zout de stukken en Uel ze door de bloem. Smelt de boter in een braadpan >ak de ossenstaart bruin. Leg de stukken daarna in ovenschaal. Hak de schoongemaakte peen, uien, •flook, bleek- en knolselderij grof en fruit het geheel in het achtergebleven braadvet bruin. Verdeel de groenten over het vlees, giet de bouillon er over heen en leg daarop de kruiden (laurier, tijm, peterse lie en rode peper). Dek alles af en laat de hutspotschotel in circa drie uur gaar worden. door Maarten Wolterink i/iiii JULU-U6

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2001 | | pagina 11