i SPORT Voor Hendrik van Beelen is elke dag zondag Andy Roddick: showmannetje met een ontembare dadendrang ZATERDAG 25 AUGUSTUS 2001 drik van Beelen: „Het zou niet reëel zijn om gelijk in mijn eerste jaar voor asis te gaan". Foto: Dick Hogewoning Katwijker moet zich waarmaken als spits van Willem II Hendrik van Beelen (midden) kan in de wedstrijd tegen FC Groningen niet voorkomen dat Gabor Torma er met de bal vandoor gaat. Foto: GPD/Han de Graaf die wedstrijd twee Katwijkse spitsen staan. Dat is een bevestiging van de goede jeugdopleiding." Hans Westerhof Iaat zich deze trai ningsochtend nauwelijks gelden. Een maal roept hij de groep bij elkaar om enige uitleg te geven. Voor de rest kijkt hij van een afstandje toe, hij geeft en kele aanwijzingen en geniet als Yassi- ne Abdellaoui een hoogstandje uit haalt. De Katwijker, die de afgelopen jaren door krachttraining heel wat breder is geworden, gedijt goed in het door gaans gemoedelijke zuiden. „De sfeer is hier rustig en dat bevalt me wel." Noorderling Westerhof draagt daar zeker toe bij. „Het is een heel sociale man en dat is lekker. Westerhof kan goed met mensen omgaan. Als ik soms de verhalen over Co Adriaanse hoor, dan is dat niets voor mij. Al hoewel je daar natuurlijk ook weer aan went. Ik vind het belangrijk hoe mensen met elkaar omgaan. Iemand is niet meer dan een ander, ondanks wat hij heeft bereikt, of welke macht hij heeft. Ikzelf ben geen jongen met een grote mond. Ik kijk vaak eerst de kat uit de boom. Wat dat betreft heeft Willem II sowieso een rustige groep. Hier lopen geen arrogante vedettes rond." Na de oefensessie die nauwelijks an derhalf uur in beslag neemt, legt Westerhof uit waarom Van Beelen naar Tilburg is gehaald. „Mariano Bombarda zit in zijn laatste contract jaar. Verschillende clubs hebben be langstelling voor hem getoond. De kans bestaat dat hij zijn contract niet verlengt en daar wilden wij ons voor indekken. We zochten naar een diep aanspeelpunt, maar in de eredivisie hoef je niet te kijken, want dan ben je een fors bedrag kwijt. Hendrik vol deed het beste. Ik kan aan alles mer ken dat hij een diepe spits is. Zijn sterkste punt is dat hij een bal goed bij zich kan houden. Hij is rustig en behoudt het overzicht." Tijdens het partijtje speelt Hendrik van Beelen voor het eerst samen met Bombarda in de voorhoede. „En we hebben gewonnen", reageert de Kat wijker op een manier alsof dat het be langrijkste van de training is. Zelf heeft hij een aandeel in de score. Hij profiteert van een foutje en prikt de bal langs reserve-keeper Christophe Martin. „Ah, netjes Van Beelen", roept een ploeggenoot. Van Beelen rondt tijdens de training af op een manier zoals Westerhof dat graag van hem ziet. „Maar hij moet nog koelbloediger worden. Dat heeft Bombarda gewoon op hem voor. Hendrik moet niet altijd keihard wil len schieten, maar ook eens een keer rustig prikken. Hij kan het want hij is heel rustig." De Katwijker beseft dat zelf ook. „Ik wil soms te snel schie ten. De trainer is meer iemand van binnenkantje voet In sommige situa ties werkt dat wel, in andere niet." Westerhof zegt 'heel tevreden' te zijn over zijn pupil. „Het is een goede ke rel en hij ligt goed in de groep. Qua aanpassing kende hij ook geen pro blemen. Het is wel de bedoeling dat idrik van Beelen heeft lang moeten wachten op zijn derde wedstrijd in de jivisie. In anderhalfjaar tijd speelde hij er twee voor FC Utrecht. Na om- irvingen - Heracles en Cambuur - speelde de 21-jarige Katwijker woensdag Willem II zijn derde duel op topniveau. In de spits. „Ik heb geen enkel an- plan met hem", zegt trainer Hans Westerhof over de nieuwkomer. „Bij ibuur speelde hij op verschillende plaatsen, maar voor een rechtshalfpositie e eredivisie mist hij het loopvermogen. Hij wordt bij Willem II diepe spits, of ers niets." door Peter van der Hulst Quick Boys was ik nooit geblesseerd, maar sinds ik naar de profs ben ge gaan, heb ik geregeld wat opgelo pen." Door een kwetsuur aan de lies bleef hij in de beginperiode bij FC Utrecht aan de kant. De Katwijker maakte de achterstand niet meer goed en werd na anderhalf jaar uitge leend aan Heracles. „Dan is het moeilijk om nog terug te komen bij je oude club. Je moet het dan wel heel goed doen bij Heracles." Na een half jaartje Almelo (tien duels) verkaste hij, opnieuw op huurbasis, naar Leeuwarden. Bij Cambuur speelde Van Beelen 27 duels, hij scoorde zes maal, en werd enkele malen opgeroe pen voor Jong Oranje. Maar opnieuw ging het mis. „Ze dachten bij Cam buur dat ik weer een liesblessure had, maar na anderhalve maand kwamen ze er achter dat het mijn buikspier was die opspeelde." Het ongemak stond een overgang naar Willem II niet in de weg. „In het begin heb ik hier nog een aantal trainingen uit voorzorg overgeslagen." „Wat ik wil bereiken? Dit jaar hoop ik zoveel mogelijk minuten in het eerste te kunnen spelen, volgend jaar hoop ik op een basisplaats." En voetballen tegen zijn oud-clubmaatje Dirk Kuijt, met wie hij gelijktijdig de overstap naar Utrecht maakte, ziet hij ook wel zitten. „Voor de trainers van Quick Boys zou het prachtig zijn als er in 'em II is geen Ajax of Feyenoord. gs het trainingsveld staan slechts e i twi?itig toeschouwers, meest ou- n n. Ze beschouwen de eerste wed- is den van de eredivisie en de kritiek it. iet van de lucht. Waldorf en Stat ie twee morsige oude mannetjes ie Muppetshow die steevast vanaf balkon de voorstelling afkraken, \leken er zelfs bij. „Kijk", zegt een 'e ?r tegen zijn zoon, „daar zitten 'r- alle trainers". ruim een uur informeert een van ip upporters voorzichtig bij de ver gever of hij scout is van Gronin- de eerstkomende tegenstander, rghij is er slechts om een verhaal r naken over Hendrik van Beelen. 1 goede voetballer die eigenlijk al F moeten spelen", luidt het oor- is van de Brabander. Co Adriaanse, or /orige trainer van Willem n, was jn r veel beter in. Hij liet volgens de jorter jonge talenten veel eerder uteren dan Hans Westerhof. ronds op een zonovergoten terras Ik de Katwijkse strandtent Willy 1 ontkracht Hendrik van Beelen woorden. „Tegen NEC viel Joris hijsen in, een jongen van 18 jaar. terhof is dus niet bang om jonge ers in te brengen." Beelen wacht nog steeds op een e doorbraak in de hoogste afde- van het betaalde voetbal. „Bij hij snel naar Tilburg verhuist. Die lange autoritten en al die files zijn niet goed voor een voetballer." Dagelijks pendelt Van Beelen nu nog heen en weer tussen het ouderlijke huis en het stadion van de tricolores. „Ik denk dat ik gelijk een heel ander leven heb als ik hier eenmaal zit. In Leeuwarden had ik het ook heel goed naar mijn zin. Ik had daar vrienden buiten het voetbal. Na een weekeinde in Katwijk is het wel lekker om rust om je heen te hebben. Gitaar spelen en drummen zijn hobby's van me, dus ik vermaak me wel. Ik heb veel opgetreden met het christelijke koor Romans XII en als het mogelijk is drum ik nog steeds in de kerk. Hendrik van Beelen is baptist „Ik heb het naar de zin in die gemeente, alleen is dat niet alles voor me. God is alles voor me." Maar, hoe zit het dan met voetbal op zondag? „Van de een mag dat wel, van de ander niet. Ik heb er zelf geen moeite mee. Voor mij is het elke dag zondag." De Kat wijker kreeg in het begin wel brieven, zonder afzender. „Daarin stond dat het niet goed is. Ik vond het alleen raar dat het anoniem gebeurde. Ik kon daardoor niet reageren, kon niet mijn mening geven. Als het kan zit ik er graag, maar geloof is niet alleen naar de kerk gaan. Er komt veel meer bij kijken. Je bent niet alleen op zon dag met geloof bezig, maar elke dag." Bij Willem II krijgt hij daar alle ruimte voor. „Op zich is daar veel respect voor. Ik bid voor elke maaltijd en dat leidt niet tot vreemde reacties." Groningen uit, woensdagavond. Wil lem II is de betere ploeg maar het is de thuisploeg die halverwege de eerste helft via een doelpunt van de in Lei derdorp geboren Melchior Schoenma kers op voorsprong komt. Hendrik van Beelen mag na 69 minuten inval len voor Bonibarda, maar kan ook het tij voor zijn ploeg niet keren. Hendrik van Beelen is tevreden over zijn derde wedstrijd - in het seizoen 1998/1999 speelde hij voor FC Utrecht tegen NEC en NAC - in de eredivisie. „Het ging wel lekker", zegt hij over de hernieuwde kennisma king. Eenmaal was hij in scoringspo- sitie. Een zelfzuchtige Abdellaoui leg de de bal niet af. „Ik ben nog niet in de positie om daarover te gaan zeu ren." Van Beelen moet zich nog bewijzen bij de club. Bombarda heeft dat pro bleem allang niet meer. „Ik wist van tevoren dat hij bij deze club zat en dat ik hem niet zomaar uit het elftal speel. Het zou ook niet reëel zijn om gelijk in mijn eerste jaar voor de basis te gaan. Ik wil het natuurlijk wel, maar ik denk dat ik volgend jaar mijn kans moet pakken. Ik vind het lekker om als diepe spits te spelen. Je bent belangrijk voor de aanval, moet as sists geven, scoren." Gedreven tiener is de hoop van het Amerikaanse tennis door Mare Molenaars lopig wordt hij op internet nog de loef afge- n door Anita Roddick, oprichtster van The Shop en de koningin van het bubbelbad, zal dat niet meer duren. De opmars van An- oddick, de kroonprins van het Amerikaanse is, lijkt niet te stuiten. (Amerikaanse televisiestation NBC, dol op sta- ken, heeft er weer maar eens een poll tegen- 'J gegooid en de vraag is simpel: wie wint de LJS n? De uitslag van de enquête is niet echt ver- ind. Nee, Gustavo Kuerten, op papier de bes- z£ nnisser van de wereld en op Flushing Me- if derhalve als eerste geplaatst, gaat het in de 1 van het Amerikaanse publiek niet redden, t dan wel? Agassi natuurlijk. De tweevoudig laar (1994 en 1999) mag de titel in New York oudig niet ontgaan. Zeker niet nu is uitgelekt /Agassi op 15 september in zijn woonplaats 7egas in het huwelijk treedt met Steffi Graf. bericht is door een Duits roddelblad de we- i in geholpen, door niemand bevestigd nog, r het Amerikaanse publiek smult er nu al van. ig zelfs want wat een hype ligt er in het ver- ;t: Agassi wint de US Open, Agassi sluit een n mhuwelijk, Agassi wordt vader. En dat alle- I in een tijdsbestek van enkele weken. Wow! tel gekheid op een stokje: Agassi is ook op spor- gronden de nummer één van het Ameri- ise tennispubliek, ruim voor Patrick Rafter, de laar van 1997 en 1998. Op de wederopstan- van Pete Sampras rekent niemand, maar over niet getreurd, zijn opvolger tikt reeds het venster: Andrew Stephen Roddick. Acht- jaar pas, bijna negentien, anderhalf jaar pro- onal, maar nu al winnaar van drie toemooi- 1 aatste titel veroverde de nieuwe ster afgelo- zondag in Washington. Daar, in de finale van n egg Mason Classic, maakte Andy Roddick 3emetten met de weer opgebloeide Sjeng Iken. De Amerikaanse tiener verkeert kenne- n grote vorm en dat levert hem prompt de status op van gevaarlijkste outsider tijdens de US Open. Grote namen als John McEnroe en Jim Courier gaan zelfs nog een stapje verder. Roddick is in hun ogen niet de toekomstige winnaar, Roddick is de toekomst van het hele Amerikaanse tennis. Waar de grote beloften Gambill, Spadea en Gold stein de hoge verwachtingen niet konden inlos sen, daar gaat die extraverte tiener uit Florida het helemaal maken. En Roddick zelf? Die wordt niet koud of warm van al dat eerbetoon. „Al die aan dacht en al die complimenten, het is wel mooi hoor, maar ik moet het toch allemaal nog zien. Ik besteed er maar niet te veel aandacht aan. De nieuwe Sampras, pfff. Ik hoor niets anders en ik lees niets anders maar ik ben nog niet in de buurt geweest van een grote titel. En je zult er toch eerst een moeten winnen, voordat je kunt praten over de tweede. Dat is nog zo ver weg", verdedigde hij zich tegenover ongeduldige en opdringerige Amerikaanse journalisten. Roddick laat zich niet gek maken en staat met beide voeten stevig op de grond. Maar de absolu te doorbraak is nabij, denkt ook zijn coach, Tarik Benhabiles, die eerder de Fransen Pioline en Es- cude naar de wereldtop bracht. Hij verwacht dat Roddick binnen nu en twee jaar in staat is om zijn eerste grote vis binnen te hengelen. „Andy heeft geen beperkingen. Hij heeft een geweldige service, beweegt goed, speelt slim, heeft een stevi ge topspin forehand en een venijnige backhand. Maar wat belangrijker is: Andy is een vechter. Mentaal is hij niet te kloppen. Dat zit in hem. De rest kun je leren, dat niet." Het is een beetje dat tweeslachtige dat Roddick kenmerkt. Aan de ene kant die goedlachse tiener, aan de andere kant die temperamentvolle, onver zettelijke vechtjas, het showmannetje met die on tembare dadendrang. Herinner de wedstrijd te gen Michael Chang op Roland Garros, waar Rod dick, geteisterd door kramp, weigerde op te geven en op elastieken benen de volgende ronde bin nenwandelde. Vloekend op zichzelf, mopperend, en het publiek bespelend als Jimmy Connors in zijn beste dagen. Of zoals op Wimbledon waar hij op het centre court de les werd gelezen door de latere winnaar Goran Ivanisevic. Toen de Kroaat zijn zoveelste ace op het heilige gras deponeerde kreeg Roddick de lachers op zijn hand toen hij wanhopig schreeuwde: „Hou op, ik krijg pijn in mijn nek". Bedeesd en opvliegend, nuchter en gedreven: Roddick is van alle markten thuis. Op de baan, maar ook ernaast. Een kind nog als hij vertelt dat zijn oma Hazel vroeger bij elke wedstrijd met ro de sokken aan voor de buis zat om hem geluk te brengen, nuchter als hij verhaalt over alle gekte om hem heen. „Jeetje, het kost twee seconden om een handtekening te zetten. Als je met zo'n kleine inspanning al iemand blij kan maken, dan mag je dat toch niet als een last ervaren." Het bijzondere aan Roddick is dat hij zo gewoon blijft. Dat maakt hem waarschijnlijk ook de har tenbreker van het Amerikaanse publiek. Roddick heeft humor, hanteert de microfoon als een ge louterde stand up comedian en heeft beslist geen sterallures. Nou ja, thuis misschien. Als zijn moe der Blanche tegenwoordig vraagt of hij zijn kamer wil opruimen, antwoordt hij: „Bel mijn zaakwaar nemer maar". Intussen droomt Roddick zijn droom. Of hij ge bukt gaat onder de druk die aan de vooravond van de US Open op zijn schouders rust? Welnee. Agassi en Sampras, dat zijn tegenstanders tegen wie hij nog wel op wil kijken, verder is hij nauwe lijks onder de indruk van wie dan ook. Dat kan ook niet: Roddick heeft al honderd keer tegen alle groten gespeeld. Thuis, in de garage. „Speelde ik tegen Lendl, dan serveerde en speelde ik ook als Lendl. De volgende game was ik gewoon weer mezelf. Speelde ik McEnroe, dan speelde ik met links. Alle toernooien heb ik zo gespeeld. En nu sta ik er echt. Fantastisch is dat. Vroeger klopten vriendjes op de deur met de vraag of ik buiten kwam spelen, een tijdje terug stond Agassi voor de deur. Vier, vijf dagen hebben we samen ge traind. Dan kun je zeggen dat een droom werke lijkheid is geworden." Andy Roddick: „De nieuwe Sampras, pfff. Ik hoor niets anders en ik lees niets an ders, maar ik ben nog niet in de buurt geweest van een grote ti tel". Foto: Reuters

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2001 | | pagina 23