Tabaksbouw, bollen, beurzen en bijbaantjes INGEN VOORBIJGAAN Leiden Regio i STADSGEZICHT - (DAG 24 MAART 2001 15 ;n el hij er niet is geboren, voelt Lou |tei izich een echte Sassemer. Hij zag op ick lart 1928 in Noordwijk het levens- 'J* Na vier jaar verhuisde de familie ^assenheim. Daar woont Colijn nog in een oud, sfeervol huis aan de [endriklaan. heeft zijn sporen verdiend in het ivak. Dat kon moeilijk anders, want pa was een van de oprichters van miliebedrijf C. Colijn en Zonen in ;vei lout, dat nog steeds bestaat. Lou Co at er dagelijks nog twee keer langs om de sfeer op te snuiven en eventueel hand- en spandiensten te verrichten. Want stilzitten kan hij nog steeds niet. Zijn hele leven bekleedde hij tal van be stuursfuncties: van voorzitter van een bollenveiling tot preses van de plaatselij ke Oranjevereniging en op 73-jarige leef tijd heeft hij het nog altijd even druk. Een afspraak op dinsdagmorgen is geen enkel probleem, als hij maar om half twaalf weg kan. Om twaalf uur wacht immers de bij eenkomst van de Sassenheimse Rotary. Een club die hij ook diende als voorzitter. SHÜ oni ijn: „Aan niksdoen heb ik een hekel. Vroeger ging om half ze- voe vekker, nu om half acht" foto dick hogewoninc eki onden aan de Willem id rlaan in Sassenheim. Ik nji lagere school in Leiden ggi ikt. Hier in Sassenheim lSVV School met de Bijbel lom het lijf. Je werd ei- ipgeleid om op het land te gaan werken. Dat zagen mijn ouders niet zo zitten, die wilden liever dat ik een gedegen oplei ding volgde. Om naar Leiden te kunnen, kocht mijn moeder een tweedehands fiets, die door de plaatselijke fietsenmaker werd gemoffeld. Wat moffelen is? Verven. Na de lagere school ging ik aan vankelijk naar het Gymnasium, maar dat was een beetje te hoog gegrepen voor me. De HBS was een betere opleiding voor me, die heb ik dan ook af gemaakt. Ik weet het nog goed, het was 1946, net na de oorlog. Wie een jaar eerder in de laatste klas zat, kreeg zomaar een di ploma mee. Er werd veronder steld dat je de stof onder de knie had, er was geen mogelijk heid examens af te leggen. In mijn laatste jaar werden de exa mens door de leraren samenge steld. Een staatsexamen was er toen niet. De oorlogsjaren waren natuur lijk niet gemakkelijk. Ik zie nog de mensen uit de stad, die op overlevingstocht gingen naar Noord-Holland. Dat was niet altijd een prettig gezicht, want er stierf onderweg wel eens ie mand. Soms werden mensen op een bakfiets gelegd en naar het ziekenhuis vervoerd. Als de patiënt overleed, kon het lijk op die bakfiets terug. Omdat we land bij het bollen- bedrijf hadden, zijn we de oor log redelijk doorgekomen. De handel in bollen lag op een ge geven moment stil. Er kon niet meer worden geëxporteerd. Toen zijn we maar andere din gen gaan verbouwen: bruine bonen, aardappelen en groen ten. Dat deden we voornamelijk voor eigen gebruik. We ver bouwden ook tabak. Die handel bracht wel een paar centen op. De bladeren hingen we aan stellingen in de schuur te dro gen. Daarna verkochten we ze aan een handelaar. We hebben ook zelf tabak gedroogd en ge fermenteerd om er sigaretten van te maken. Het merk weet ik nog: Consi. De kwaliteit was niet veel soeps, maar de pakjes zijn allemaal opgegaan. Ze heb ben tot lang na de oorlog in de schuur opgeslagen gelegen. Ie dereen pakte er maar wat uit. Lou Colijn (staand, links) op het bollenlahd. De foto is uit 1946. Het bedrijf had na de oorlog de zaken snel op orde. We hadden goede contacten met Amerika. Er gingen daar hele vrachten bollen naar toe. Ze werden per vrachtauto naar Rotterdam ge reden en vandaar per schip de oceaan over. Mijn broer zorgde voor klanten in Amerika. Hij is er blijven wonen. Voordat ik de zaak in ging, moest ik in militaire dienst. Ik werd voor twee jaar uitgezon den naar Indië. Ik was chauf feur op een grote vrachtwagen. Ik moest fourage (voedsel) ha len en de jongens vervoeren. Die tijd heeft op mij een onuit wisbare indruk gemaakt. Ik ben naderhand nog drie keer terug geweest naar de plek waar ik heb gediend. Ik heb heel lang contact gehouden met mijn d jongos. Zo noemden we jonge jongens die voor weinig geld hand- en spandiensten ver richtten. Ik heb nog heel lang geld gestuurd naar Indië. Mijn djongos overleed in Indië toen- ie pas 46 was. Later heb ik z'n vrouw nog een keer bezocht in Ardjawinangon. Toen ik met pensioen ging, heb ik op de Universiteit als toe hoorder colleges gevolgd over de geschiedenis van Indië. Ik heb ook het Maleis proberen op te halen. Maar dat is toch moei lijk als je al wat ouder bent. Wat ik daar toen had geleerd, had ik zo weer onder de knie, maar al die nieuwe woordjes, nee, die kreeg ik niet meer in mijn hoofd. Het duurde lang voordat ik het bedrijf in ging. Ik zag het in eer ste instantie niet zo zitten. Mijn vader was langdurig op reis. Voor de kerst ging hij de deur uit en na Pinksteren kwam hij weer thuis. Daar had ik hele maal geen zin in. Toen mij werd gevraagd om in het bedrijf te komen zei ik: op voorwaarde dat ik niet hoef te reizen. Dat was goed. Zelf teelden we ook bollen. On geveer tien procent van het to taal dat we exporteerden. Dat was onze voornaamste doel stelling. We kweekten daarnaast nieuwe soorten bollen. De gla diool was verreweg de belang rijkste soort. Dat is nu allemaal anders. Alleen naar landen rond de Middellandse Zee gaan nog wat gladiolen. Er is veel veranderd. Vroeger had je zomer- en winterhandel. Nu wordt er door de nieuwe technieken het jaar rond ge handeld. Maar in de winter ge beurt er tegenwoordig niet zo veel meer. Vandaar dat we 's winters de hallen verhuren als tennisbanen. En er is nu Pano rama Tulip Land. Er wordt op deze manier dus geld verdiend, maar dat gaat allemaal anders dan vroeger. Precies weet ik het niet meer, maar rond mijn veertigste trad ik toe tot de directie van het be drijf. Ik specialiseerde me in de handel. Ik ging naar de beurzen in Hillegom en Haarlem om bollen te kopen voor de export. Dat ging toen nog met koop boekjes en briefjes. Dat was al lemaal veel gezelliger, je had een veel beter contact met de kwekers. Met iedereen maakte je wel een praatje. Toen had je wel tienduizend kwekers. Door schaalvergroting zijn er nog maar vierduizend bedrijven over. Contact heb je nauwelijks meer met ze, dat is wel heel jammer. De handel verloopt allemaal via de veilingen van Hobaho en CNB. Ik ben nog voorzitter ge weest van de HBG, dat is de voorloper van het huidige CNB. En ik heb ook in het bestuur ge zeten van Ons Belang, een co- operatie van kwekers. Ik heb er naast het directeur schap heel wat baantjes bij ge had, ook bij de kerk. Dat komt omdat ik zo moeilijk nee kan zeggen. Nu nog steeds. Geluk kig heb ik de steun van mijn vrouw. Ik ben geen enkele avond thuis. Als je dan een vrouw hebt, die elke keer vraagt waar je nu weer naar toe moet', dan kun je niet altijd weg. In de tijd dat ik voorzitter was van de Oranjevereniging in Sas senheim had ik het verschrikke lijk druk. Als de feesten in het najaar worden gehouden, is het net druk in de bollen. Ik weet nog goed dat ik met vrouw en kinderen de feesten bezocht. Maar binnen de kortste keren was ik weer dingen aan het re gelen en stond mijn vrouw weer alleen met de kinderwa gen. Ik heb altijd van mooie auto's gehouden. Ik reed altijd in grote Amerikanen. Op een gegeven moment kocht ik een Rolls Roy- ce. Tsjonge, wat een mooie au to was dat. Ik heb er heel veel foto's van. Weetje hoe dat komt? Veel jonge stelletjes in Sassenheim vroegen of ze de auto mochten gebruiken voor hun trouwerij. Ik vond het alle maal best, als ze mij maar een foto van het huwelijk gaven. In eens had ik die auto ook weer verkocht Zonder dat mijn vrouw het wist. Tja, in sommige dingen ben ik een beetje soli tair. Ze weet dat ik nog steeds twee keer per dag even naar de zaak ga. Dat zit er gewoon in, even kijken hoe het allemaal gaaf. Mijn zoon van 43 werkt er ook, maar hij zit nog niet in de di rectie. Ik loop niemand voor de voeten. Als ze me nodig heb ben, dan knap ik een klusje op. Ik weet veel van de oudere soorten bollen, dat komt soms goed van pas. Mijn vader heeft tot zijn 80ste op de zaak rond gelopen. Ik vond het nooit erg. Het roken van grote sigaren op mijn kantoor nam ik maar op de koop toe. Aan niksdoen heb ik een hekel. Vroeger ging om half zeven de wekker, nu om half acht. Ik heb veel liefhebberijen. Ik ben lid particuliere foto van de historische verenigingen in Leiden, Voorhout, Sassen heim en Hendrik de Keyser. Die laatste club koopt oude panden op en restaureert ze. De leden maken dan excursies naar de oude en 'nieuwe' panden. Bin nenkort ga ik weer naar Dor drecht. Heel leuk allemaal. En ik doe veel voor de Kringloop winkel. Die doet veel voor de Hongaren. We doen wel zaken in Roemenië, maar daar wonen 7 miljoen Hongaren, die van wege oorlogen het land uit zijn gevlucht. In de Kringloopwinkel verzamelen we allerlei spullen voor die mensen. Ik ben voor zitter van het Pastoraal Fonds, dat de Kringloopwinkel exploi teert. Wij Sturen hulpgoederen naar Roemenië en Oekraïne, steeds naar Hongaars spreken de mensen. Hoe ik de toekomst van de bol lenstreek zie? Ja, ze moeten na tuurlijk niet alles volbouwen. Wat doe je hier met een Keu kenhof als er geen bollenland omheen ligt? En een corso heeft ook geen zin meer als we hier niet meer het centrum van de bloembollencultuur zijn." ROB ONDERWATER FOTO HENK BOUWMAN uit de Leidsch DagbladAUCHIFVllN ANNO 1901 Zaterdag 23 Maart NOORDWIJKERHOUT- Voor een paar dagen vlogen velen in de kom van het dorp vroeg in den morgen ten bedde uit, haastiger dan gewoonlijk. Er was brand meenden zij, want de torenklok klepte gewel dig. Maar de klok had hen leelijk beet. Het uurwerk was namelijk dol geworden en deed niets dan slaan, wel een kwartier lang. Dit nu was de oorzaak dat met de koude menigeen tegen zijn zin zoo matineus was. LEIDEN - Het publiek had er blijkbaar genoegen in eens een eerste-klasse-voetbalwedstrijd te zien spe len tusschen twee vreemde clubs: Ajax's terrein is althans den geheelen winter niet zoo goed bezocht geweest als gisteren bij gelegenheid van de ontmoe ting tusschen 'H. B. S.'(Den Haag) en 'Haarlem' voor den Nederlandsche Voetbalbeker. Verleden jaar was het 'Ajax', dat zelfs in de vierde ronde wist te winnen en zich dus het recht verwierf in den eindwedstrijd uit te komen, in welken wed strijd het echter geslagen werd door 'Velocitas' (Bre da). Voor de rusttijd was het spel fraai; een tijdlang bleef de stand 1-1 maar tenslotte leidde 'H. B. S.' met 6-2. ANNO 1976 LEIDEN - Aad Neuteboom (links) en Arie Haasnoot, de res pectievelijke aan voerders van LFC en Quick Boys drukken elkaar de hand. Het Zilve ren Molentoer- nooi kan begin nen. foto archief leidsch dagblad Woensdag 24 maart LEIDEN - De Leidse dansleraar Evert Castelein vindt het zo langzamerhand welletjes. Na vijfenveer tig jaar op de dansvloer te hebben gebivakkeerd en zo'n honderdduizend mensen uit Leiden en omge ving dansen te hebben geleerd, legt hij eind van het jaar het bijltje erbij neer. Dan is hij 65 jaar. Het af scheid van de 'quicks' en 'slows- begint in feite al aanstaande zaterdag, wanneer hij voor de allerlaat ste maal het traditionele gala-slotbal zal leiden. En voor die speciale gelegenhéid hebben Evert Castelein en zijn vrouw er iets bijzonders van willen maken. In alle zalen van de Stadsgehoorzaal zullen zeven bands in strikt danstempo musiceren voor naar schatting elfhonderd danslustigen. De muziek varieert van beat (de groep Handdog), via 'big band' en zuidelijk temperament (Ritmico Especial), tot Hongaarse klanken van het zigeunerorkest Czardas. Zelfs de carnavalsvereniging 'De Hutspotten' komt nog even langs. ,,Maar alleen als attractie, want we willen de echte balsfeer behouden", licht Evert Cas telein toe. De dansschool in de schaduw van de Hooglandse Kerk', voor zovele Leidenaars de plaats waar men voor het eerst besefte enig maatgevoel te bezitten, waar voorzichtig de eerste danspassen werden gezet en waar vaak de eerste contacten met de andere sexe werden gelegd, krijgt een andere gastheer. Wie dat wordt staat op dit moment nog niet vast. Caste lein jr., met een goeddraaiende dansschool in Lisse aarzelt: ,,Als ik erin zou stappen kan ik het dansle- raarschap wel voor 90% vergeten. En dat gaat me aan m'n hart." Evert Castelein valt zijn zoon bij: ,,Het grote probleem is het personeel. Waar vind je goede leerkrachten? We willen er wel een paar aan trekken, want de school wordt zeker voortgezet. Maar ik houd het in december wel voor gezien." Foto's in deze rubriek kunnen worden nabesteld door binnen veertien dagen na plaatsing een ingevulde cheque (geen overschrijvings kaart) ter waarde van vijf gulden (voor een exemplaar van 13 Bij 18 In zw-art wit) op te Dagblad, t.a.v. Leidsch Dagblad Archieven, postbus 54, 2300 AB Leiden of door contante betaling aan Dagblad aan de Rooseveltstraat 82. U ontvangt de foto binnen drie weken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2001 | | pagina 15