Kwekende klok, wurgcontracten en soldaten ÏNGEN 'VOORBIJGAAN Leiden Regio :nb STADSGEZICHT jpAG 10 FEBRUARI 2001972j5 0] ERT09 S. va| wei"d op 30 oktober 1921 in ^isjalofdstraat in Valkenburg geboren. ^r'leker in ruste was eigenlijk liever vanelaar geworden, maar rolde via zijn °Miet vak in. Eerst kweekte Ooms „Mijt ist d|en, later stapte hij over op de ïaar "an8 was hij en voorzitter van de co|teveiling Katwijk en omstreken, die doJ°t en weer klein zag worden. In zaidhet klokje rond voor de Jeristieke veiling aan de Sandtlaan houege het simpele gegeven dat er dadi n handel meer is. De veiling ïrsnaj hooguit tien minuten op een dag en daar kan een mens niet van leven, weet Ooms. Dat de 'klok' is verdwenen en het verschijnsel The Greenery zijn intreden heeft gedaan, ergert Ooms in hoge mate. Volgens hem heeft Albert Heijn nu de macht omdat dat bedrijf wurgcontracten sluit met kwekers, om een jaar later weer naar een ander over te stappen. De doodsteek voor de handel, volgens hem. Vroeger werd de prijs bepaald door de veilingklok, nu door een supergrutter. Wim Ooms, vader van zes kinderen, vertelt over zijn jeugd, zijn werk en vooral over de oorlogsjaren in Valkenburg. R20| iHofl staal :^aht in Valkenburg als jon- rilve een groentezaak. Mijn ec e1lie dacht dat ik bij hem oentekwekerij kwam ewist dat niet. Daar r ^ïe wel een beetje van. ;n winkel vond ik veel daar wilde ik in verder kreeg mijn vader aanval. Hij stierf op eftijd, hij werd 61 jaar. jaarna toch maai' in de j blijven hangen. Ik es kinderen en ook mijn nog onderhouden. aar niet dat er in die tijd n «IVwas. Ach, zo gaan die cent 5 den stukken land in est en bij het vliegveld, iet land in Oegstgeest te moesten we met een vervaren. Soms had ik irs, als het pontje niet ging altijd, dat wisten inburgers. En ze kon- ir niks mee, dat scheel- eer vier centen, len een mooie kwekerij, verchenden geen cent- s pu juite keni /an I in de jaren dertig zwa re crisis, niemand had geld. Ik kan me nog goed herinneren dat mijn vader honderd kisten spinazie van het land haalde. Zei mijn vader tegen iemand die naar de veiling in Leiden ging: neem die handel maar mee, ik hoef er niks voor te hebben. Hij wilde ze wel mee nemen, maar dat kostte mijn vader dan wel vijftig cent tol, want die werd nog geheven in die tijd. Bij het tolhuisje, vlakbij Het Haagsche Schouw. Kostte ons die spinazie nog geld ook. Tsjonge, wat hadden we een hekel aan die tol. Later heb ik m'n gram gehaald hoor, want nadat de tol werd afgeschaft hebben we de tolbomen mooi in de fik gestoken. Ik was in die crisjaren nog een jong ventje. De handelsgeest zat al in me, want als we niks vingen voor spinazie op de vei ling in Leiden, pakte ik de handkar en reed met spinazie naar Katwijk. En dan ging ik net zo lang door totdat ik los was. Kwam ik mooi thuis met 25 gul den. Zei m'n vader: Wij raken f jms, met een schilderij waarop handel over water in beeld is ïri. FOTO HIELCO KUIPERS die spinazie niet kwijt en zo'n klein ventje wel. Toen de oorlog met de Duitsers uitbrak hebben we het in Val kenburg heel erg zwaar gehad. Ik weet het nog goed, het was 10 mei. De Duitsers waren bin nengevallen, maar Nederland wilde het vliegkamp Valken burg niet opgeven. Er waren hier in de buurt 7000 artillerie soldaten gestationeerd. Je kon geen kant op. Ging je naar links dan werd je beschoten door de Duitsers, ging je naar rechts dan vuurden de Nederlandse soldaten. Waar gebeurd, hoor! Weet je hoe dat kwam? Die Ne derlanders dachten dat we Duitsers waren, die zich had den verkleed. Dat was wat hoor. Onder ons huis aan de Midden weg hadden we een grote kel der. Daar kon je je tijdens die woelige dagen verschansen. Dat was nodig ook, want er werd op Valkenburg druk ge schoten. Er konden wel zestig mensen in die kelder van ons. Maar bijna heel Valkenburg wilde die kelder in. Er stonden op een gegeven moment twee honderd mensen voor de deur. Toen is mijn vader met zijn rug voor de deur gaan staan en zei hij: er kan niemand meer in. Hij wilde iedereen helpen, maar het kon gewoon niet. Die Duitsers wisten dat we daar zaten, maar ze lieten ons zitten. Onder de onderduikers waren drie vrouwen en kinderen. In een huis daarnaast zat ook een vrouw met een baby. Die klein tjes moesten natuurlijk regel matig gevoed worden. En wij hadden een koe staan bij ons huis. Om de drie uur kwamen de Duitsers melk halen voor dat kleintje. Wij hebben het op die manier kunnen redden, maar 23 andere Valkenburgers niet. Zij werden oorlogsslachtoffer. In deze buurt zijn uiteindelijk Wim Ooms (links) is als voorzitter van de groenteveiling op bezoek bij een kwekerij in België. 300 Nederlanders en 1000 Duit sers gestorven. Het mocht absoluut niet, maar we zijn in oorlogstijd geregeld op hebvliegkamp wezen kijken. Daar werd je niet vrolijker van. Ik heb vliegtuigen zien staan, waarin de complete bemanning zat, maar dan dood en door zeefd met kogels. Had de piloot nog net kunnen landen. Na die vijf meidagen in 1940 gaf Nederland zich over en werd het rond het vliegkamp een stuk rustiger. Ik kon weer groenten gaan kweken. Ik hield er ook een paar koeien en var kens op na. Op die manier zijn we met ons gezin aardig de oor log doorgekomen. Natuurlijk moest je wel eens wat 'regelen'. Op de zwarte markt ontstond een aardige ruilhandel. Er kwam eens iemand naar me toe die wilde wel vijf pond boter. Ik zeg: Daar kan ik wel aankomen voor dertig gulden per pond. Goed, zegt die kerel. Even later was ik terug. Dat had die vent nooit verwacht, maar ik kende een boer in de buurt. Daar kocht ik de boter voor een tien tje per pond. Was ik binnen een uur honderd gulden rijker. Ach, geld was er wel, maar aan spul len was een groot gebrek. Ik ben ook een keer bij een oom, die ook boer was, in Nieuwkoop een varken gaan halen. Dat mocht helemaal niet, maar je moest toch wat om in leven te blijven. Wij met een vrachtwagen via Woubrug- ge en Leiden richting Valken burg. Dat varken hadden we tussen kisten gezet. En wij maar hopen dat dat beest zich rustig zou houden. We moesten door allerlei versperringen heen. Op een gegeven moment staan we bij een versperring, gaat me dat varken ineens tekeer... Ik deed net alsof ik van niks wist en gooide die versperring open. Gelukkig kwamen de soldaten die daar stonden uit de Oekra- ine, die waren hier ook voor hun nummer en vonden alles best. Daarom mochten we doorrijden. De mannen in Valkenburg kre gen van de Duitsers heel on aangename karweitjes. We moesten kadavers van koeien opruimen en er lagen er rond het dorp nogal wat. Zeker een paar honderd. Dat was natuur lijk niet zo prettig. Wat opviel was dat veel mannen ineens last hadden van allerlei pijntjes. Dan hoefden ze niet mee te werken en werden ze naar Kat wijk gestuurd. Na de oorlog ben ik meteen ge trouwd. Met de kwekerij ging het wel aardig. Ik verbouwde voornamelijk peen, de grond hier in de omgeving is daar goed geschikt voor. Het nadeel was dat ik me een slag in de rondte moest werken, want ik had ook nog land in Lisse. 's Morgens vroeg het huis uit en 's avonds om een uur of zeven pas aan de warme prak. In die periode kwam ik in het bestuur van de veiling. Ik kon nogal aardig rekenen, ik heb het zelfs tot voorzitter geschopt. Toen ik begon was de omzet nog geen miljoen, toen ik weg ging was die 25 miljoen gulden. Ik kreeg voor dat veilingwerk 5000 gulden per jaar, maar toen jk later iemand uit het West!and tegenkwam, zei-ie me dat ik daarvoor het vijfvoudige had moeten hebben. Wist ik veel. Dat bestuurswerk ging te veel tijd kosten en tijd had ik niet. Ik moest werken en nog eens wer ken. Ik vond het een beter idee om op bloemen over te stap pen. Daarmee was minder tijd gemoeid en ik heb het daarmee tot mijn 65ste volgehouden. De kwekerij is er niet meer. Mijn zoon, die 'm had overgenomen, kreeg last van een hernia en heeft de kwekerij verkocht. Toen ik m'n AOW had, ging ik elke dag naar de Flora om de sfeer op te snuiven. En als de veiling daar gedaan was, reed ik op mijn fiets naar de groente veiling in Katwijk. Ging ik daar kaarten. Maar de laatste tijd kom ik er niet meer, want ik ben geopereerd aan mijn heup. Zeg je dat het vliegkamp wordt bebouwd? Laat ik je nu vertel len dat ze het daar in 1960 ook al over hadden. En ik zie het nog steeds niet gebeuren. In elk geval zullen mijn vrouw en ik dat niet meer meemaken." ROB ONDERWATER uit de Leidsch DagbladARCHIEVEN ANNO 1976 Dinsdag 10 februari INNSBRÜCK-Vier meisjes staan gereed om Sjouk- je Dijkstra op te volgen als Olympisch kampioene van Innsbrück: de 20-jarige wereld- en Europese kampioene Dianne de Leeuw, de één jaar jongere Amerikaanse titelhoudster Dorothy Hamill, de even- oude onttroonde tweevoudige wereldkampioene Christine Errath en haar vier jaar jongere landge- nootje Anett Poetzsch. In haar acht jaar durende carrière als revue-ster heeft Sjoukje Dijkstra een aar dig sommetje bijeen gehaald, maar dat is niets in vergelijking met de belangen, die nu op het spel staan, ook al omdat de struise Nederlandse haar op treden al die jaren heeft beperkt tot Europa. Het land van de revue heet Amerika. Peggy Fleming, de Olympische winnares van 1968 heeft al geruime tijd de zesde nul achter haar persoonlijk vermogen ge zet. Kunstrijden, dat was onze Sjoukje, maar toen die er mee stopte was er eigenlijk niet zoveel meer aan. LEIDEN - Barry Hughes, trainer van de succesvol le eerste divisie club Haarlem, is een uitermate boeiende causeur. Dat bewees hij gisteravod nog eens in de kantine van de voetbal vereniging VTL tijdens een bij eenkomst, geor ganiseerd door de COVS afdeling Leiden. Hij hield een betoog door spekt met Engel se- en krachtter men. FOTO AR CHIEF LEIDSCH DAGBLAD En zelfs toen vier jaar geleden in Sapporo een Ne derlands-Amerikaanse meedeed bij het kunstrijden was de interesse miniem. Maar dat kleine spillepote- rige meisje bleef doorgaan. Tot ieders verbazing werd ze vorig jaar ineens wereldkampioene, Dianne de Leeuw, voor wie vanmorgen de Olympische Spe len zijn begonnen met de verplichte figuren. Dianne heeft doorgezet en van de 16e plaats vier jaar gele den is ze nu tot aan de top geklommen. En dat is de enige manier om er te komen... Joan Haanappel in Innsbrück als tv-commentatri- ce: "Onderaan beginnen, stug doorgaan. De helft dondert er onderweg af. De andere helft komt er wel. En als je op een gegeven moment maar lang genoeg meedoet, dan gaan ze je kennen en dat is het aller belangrijkste. Wie bij de jury een reputatie heeft op gebouwd, kan bijna niet meerstuk". Overigens is het kunstrijden in vergelijking met de dagen van on ze Sjoukje enorm vooruitgegaan. Een driedubbele sprong moet in het programma zijn opgenomen, an ders kun je de titel wel vergeten. ANNO 1901 Maandag 11 Februari NOORDWIJKERHOUT - De eigenlijke huwelijksdag van H.M. de Koningin is hier al heel kalm voorbijge gaan, al zag het Dorp er in zijn vlaggentooi feestelijk uit. Eenige weduwen hadden per Ansicht-karte be richt ontvangen, dat zij werden uitgenoodigd zich te vervoegen aan het lokaal der Naai- en Breischool van mevrouw Douairière Gevers van Kethel en Spaland, en daar gekomen werden zij verrast met een heerlij ke taart met het opschrift: Leve H.M. de Koningin en de Prins-Gemaal! De leerlingen dier school ontvin gen gisteren een Herinneringsbeker. RIJNSBURG - Een nuttig en noodzakelijk werk is voltooid: ook het laatste stuk van den Vliet, die door onze gemeente loopt, is op flinke diepte geschoten, zoodat nu diepgeladen schepen de gemeente bij den Oegstgeester dijk, in - en bij het Katwijkereind kun nen uitvaren en omgekeerd. Voor onze gemeente is een goed vaarwater, vooral met het oog op den steeds toenemenden handel een bepaalde behoefte en de voordeelen ervan komen zeker allen ingezete nen ten goede. Foto's in deze rubriek kunnen worden nabesteld door binnen veertien dagen na plaatsing een ingevulde cheque (geen overscluijvingskaart) ter waarde van rijf gulden (voor een exemplaar van 13 bij 18 in zwart wit) op te sturen naar liet Leidsch Dagblad, l.auv. Leidsch Dagblad Archieven, postbus 54, 2300 AB Leiden of door contante betaling aan de balie van het Leidsch Dagblad aan de Rooseveltstraat 82. U ontvangt de foto binnen drie weken. jnstraat. foto hielco kuipers

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2001 | | pagina 15