Samen op Weg:
vreedzaam uiteen of
loopgravenoorlog?
Touroperator slaat zwarte bladzijde om
yr7
eindejaarsbijlage
534
Grimmige verjaarspartijen in Katwijk aan Zee
Diepe voren in de anders zo hechte
hervormde gemeenschap van
Katwijk aan Zee. Verscheurde
gewetens. Gespleten gezinnen.
Grimmige verjaarspartijen. Onder de
verheven theologische
tegenstellingen broeit een minder
geestelijke strijd om geld en goed.
Samen op Weg - nog niet eens
definitief beklonken - heeft bij
hervormd Katwijk een pijnlijke
wonde geslagen. Helemaal niet
nodig, zegt Dick de Vos. Hij is
drijvende kracht achter de Leidse
stichting Hervormd Kerkrecht, die
gemeenten die niet mee willen met
de kerkenfusie, of daarover twijfelen,
adviseert. Zijn stelling: laat elke
wijkgemeente naar eigen geweten
kiezen tussen meegaan met de
verenigde kerk of achterblijven als
Hervormde Kerk. Verdeel de
goederen vervolgens gewoon netjes.
door AFKE VAN DER TOOLEN
De fusieruzie kwam in Katwijk
aan Zee dit voorjaar tot een
kookpunt toen drie wijkge-
meenten een bijeenkomst organiseerden
met dominee Van Kooten van het Comité
tot Behoud van de Nederlandse Hervorm
de Kerk, een uitgesproken tegenstander
van Samen op Weg. De boodschap was
duidelijk: de drie Katwijkse voorgangers
zien de fusie niet zitten. De prijs voor het
samengaan met de gereformeerden en lu
theranen is te hoog. De kerk is dan hun
kerk niet meer.
De reactie van de plaatselijke centrale
kerkenraad loog er niet om. Wie zo'n
avond belegt zit op een kerkscheuring te
broeden, vond voorzitter Gorissen. Voor
straf mochten de drie dissidente wijkge-
meenten bijvoorbeeld niks meer schrijven
over Samen op Weg in het centrale kerk
blad. Helemaal verkeerd, zo'n reactie, zegt
Dick de Vos terugblikkend. „Dat maakt al
leen maar dat de gemoederen oplopen.
De mensen voelen dat hun kerk hun
wordt ontstolen en hebben behoefte aan
duidelijke voorlichting. Waarom zou hun
dat worden onthouden?"
Nu is het zover gekomen dat men elkaar
in Katwijk 'naar het leven staat'. „Een ver
jaarsvisite is daar momenteel absoluut
geen leuke avond, als daar mensen zitten
met verschillende meningen over Samen
op Weg." Katwijk is, kortom, volgens De
Vos 'een goed voorbeeld van hoe het zal
gaan als de synode het fusieproces door
drukt'. „Er komt dan een zinloze loopgra
venoorlog, die alleen maar verliezers zal
kennen."
De Vos, zelf lid van de Gereformeerde
Bond, heeft van de fusieperikelen een
hobby gemaakt. Hij verzeilde erin toen ja
ren geleden zijn eigen kerk, de Marekerk
in Leiden, in het kader van Samen op Weg
met sluiting werd bedreigd. De farmaco-
loog dook in de boeken en wist dat tegen
te houden. De expertise die hij zo opdeed,
zet hij nu in voor diegenen die moeite
hebben met Samen op Weg. Ruim hon
derdvijftig hervormde gemeenten - waar
onder drie Katwijkse - klopten al bij hem
aan. „De dominees weten wel hoe het the
ologisch zit. Maar als het om kerkrecht
gaat moet je vaak niet bij hen zijn."
Wat is het punt: de kerktop straalde - in
ieder geval tot voor kort - uit dat wie niet
mee wil, met lege handen blijft zitten. En
dat is ook de mening van de centrale ker
kenraad in Katwijk. De Vos vat het zo sa
men: „De een wil al het geld en goed en de
ander niks geven." Zo'n opstelling past
niet, vindt hij. „Ik zou denken dat je je als
kerk netter zou behoren te gedragen. Een
fatsoenlijke regeling treffen met degenen
die niet mee willen. Op basis van respect.
Maar als ik dat zeg worden de besturen
van synode en Gereformeerde Bond boos.
Maar zeg ik onredelijke dingen? Je kan
toch als grote mensen om tafel gaan zit
ten. Het uitgangspunt 'ikke alles en jij lek
ker niks' is op kleuterniveau en niet meer
van deze tijd."
Waarom de kerktop zich zo hard op
stelt? Om zoveel mogelijk mensen te
dwingen mee te gaan met Samen op Weg,
denkt de kerkrechtelijke autodidact. „Een
aarzelende dominee van een minder rijke
gemeente denkt dan toch: hoe zit het met
m'n traktement?" Sommige gemeenten
hevelen hun geld nu al over, zodat de ge
fuseerde kerk er niet bij kan. Daar zegt De
Vos van: „Ik betreur het dat zulke dingen
nodig zijn als gevolg van de agressieve
houding van het kerkbestuur. Dat oefent
zware druk uit op dissidente gemeenten,
want het belemmert het aantrekken van
een predikant. Dit frustreert het werk in de
gemeenten enorm."
Het kerkbestuur zit volgens hem trou
wens hoe dan ook fout als het de gemeen
ten via de portemonnee denkt te kunnen
dwingen. In zijn visie zijn de gemeenten
tot op grote hoogte 'eigen baas': de Neder
landse Hervormde Kerk is immers geen
topdown-oiganisatie. „Je bent lid van een
plaatselijke gemeente en dddrdoor van de
landelijke kerk." De gemeenten hebben
daarom recht op hun eigen bezit.
Maar misschien komt het niet eens tot
de juridische procedures die dit geschil
punt zouden moeten beslissen. Afgelopen
Dick de Vos: „De mensen voelen dat hun kerk hun wordt ontstolen."
najaar sprongen opvallend genoeg juist
gematigde hervormde synodeleden op de
bres voor de orthodoxen die zo door ge
wetensnood worden geplaagd. Zij floten
een notitie van de kerktop terug, waarin
nog eens werd uitgelegd dat fusieweige
raars alles kwijtraken. „Onredelijk en on
billijk", vonden de gematigden.
Steeds meer gehoor dus voor het ge
dachtegoed van De Vos, dat neerkomt op
een vreedzaam uiteengaan, met een eerlij
ke verdeling van de goederen'en een keu
foto dick hogewoninc
rig rooster voor het gebruik van eventuele
gezamenlijke gebouwen. Of in Katwijk de
al geslagen wonden snel zullen helen,
moet de tijd uitmaken. Scheve ogen zullen
'er wel blijven, want niets menselijks is ook
de Katwijkse hervormde dominees
vreemd. „De een boeit nu eenmaal meer
dan de ander en trekt dus ook vollere ker
ken, en Van Vlastuin en Stam vormen wat
dat betreft de top twee van Katwijk. En
juist die top twee wil niet mee. Een lastig
gegeven voor de centrale kerkenraad."
'Het is toch frappant dat Peter Langhout drie keer in een jaar de klos is'
Motoren zijn zijn lust en zijn
leven. Het maakt de Alphense
touroperator Peter Langhout,
zoon van een
busondernemer uit Ter Aar,
niet uit om wat voor voertuig
het gaat. In zijn vrije tijd trekt
hij er met zijn Harley
Davidson op uit, het liefst
met de kleine Peter van 3,5
jaar veilig voor hem
gebonden. Voor de energieke
Alphenaar werd 2000 een
dramatisch jaar door een
verkeersongeval in het
Franse Valence, waarbij één
van zijn bussen betrokken
was. Daarbij kwamen vier
mensen om en raakten er zes
ernstig gewond.
door TIM BROUWER DE KONING
eker twee maanden ben ik van de
j wereld geweest", zegt Langhout in
^^B^^zijn ruime werkkamer in Alphen
aan den Rijn. „Het begon met dat telefoontje van
mijn broer Michael, 's nachts. Hij zei mij dat de
chauffeur hem had gebeld met de jobstijding. Het
bericht drong eerst nauwelijks tot me door, maar
na vijf minuten wist ik wat me te doen stond.
Kom mee, zei ik tegen mijn broer, we gaan naar
de zaak om iedereen in te lichten."
Zo gaat Peter Langhout te werk: energiek, crea
tief en klantgericht. Maar hij besefte al snel dat
zijn aanpak tekortschoot. Tegen het menselijke
leed is ook een optimistische volhouder als Lang
hout niet opgewassen. „Ik merkte het tijdens een
interview voor radio Rijnland, waarbij ik door
emoties werd overmand. Ik was niet meer bij
machte om de pers te woord te staan."
Aan de confrontatie met de slachtoffers en na
bestaanden bewaart de Alphenaar wisselende
herinneringen. „Ik heb verschillende mensen van
het vliegveld Zestienhoven afgehaald. Als je dan
dat leed van al die ernstig gewonden ziet, lopen
de rillingen over je rug. Wel stond ik er versteld
van dat sommige ouders zich zo positief opstel
den. Zij waren blij dat hun kinderen in elk geval
nog leefden. Mijn aanwezigheid stelde de één wel
en de ander niet op prijs. Ik ben ook wel uitge
scholden, dat raakt mij tot diep in mijn ziel. Als
zo'n vader van een slachtoffer mij verwijten
maakt, heb ik geen weerwoord. Hoe zou ik reage
ren als één van mijn kinderen door een ongeluk
een arm of een been zou kwijtraken? Ik moet er
niet aan denken."
Langhout betreurt het dat de oorzaak van het
ongeluk, waarbij een bus de pilaar van een via
duct ramde, nog steeds niet bekend is. Hoewel
het voor de slachtoffers weinig uitmaakt, hoopt
Langhout nog steeds dat de chauffeur vrijuit gaat
en het materiaal deugde. .Alles is denkbaar: een
klapband of een dommelende of afgeleide chauf
feur. Daarom heb ik ook contact opgenomen met
het Slaap- en Waakcentrum in Den Haag. Daar
hebben ze mij uitgelegd dat chauffeurs met een
goede conditie en een verstandig eetpatroon min
der kans hebben om tijdens de rit in slaap te val
len."
Daarnaast hoopt Langhout vurig dat het eigen
keurmerk waarvoor hij al sinds 1996 ijvert er vol
gend jaar komt. De uitwerking van die wens is
door het ongeluk in een stroomversnelling geko
men. „Ik predik veiligheid voor de consument. De
naam van zo'n keurmerk maakt mij niets uit. Ook
de concurrentie zou moeten beseffen dat ernstige
ongelukken schadelijk zijn voor de hele branche."
Met zulke maatregelen hoopt de Alphenaar na
deze zwarte bladzijde aan een nieuw boek te be
ginnen. Zijn bedrijf vervoerde dit jaar al 200.000
mensen naar overwegend zonnige oorden en
doet tegenwoordig ook in vliegreizen. Tegen de
stroom in bouwde Langhout een moderne reisor
ganisatie op met 150 werknemers, die mensen
Peter Langhout: „Ik was niet meer bij machte om de pers te woord te staan." foto dick hogewoning
over de hele wereld een fijne vakantie wil bezor- zat er bij mij al jong in. Op school was ik soms re
gen. calcitrant als de les mij niet boeide. Maar toen ik
Peter Langhout noemt zichzelf een bouwer, eenmaal op de LTS kon doorleren voor automon-
Door tegenslagen laat hij zich niet uit het veld teur, had ik mijn diploma zo binnen. Wat was
slaan. „Ik houd wel van risico's en avontuur. Dat mijn vader toen trots."
Na zijn eerste zakelijke tegenslag, een faillisse
ment in 1985, kwam de Alphenaar na een uitstap
je naar de autobranche als herboren terug bij de
bus. Hij wijzigde de naam P. Langhout junior in
Peter Langhout en zette met een chauffeur en een
buurman die teksten schreef, een kleine reisorga
nisatie op. De keuken van Langhouts Alphense
woning diende („Tot wanhoop van mijn vrien
din") als eerste kantoor, de telefoon stond naast
zijn bed. In een impulsieve bui bedacht hij bus
tochten voor een stuntprijs van 99 gulden naar
Sauerland, die hem duizenden klanten opleverde.
Zijn naam als prijsvechter was gevestigd. „In de
reiswereld zijn wij de rebellen van Langhout,
want wij pakken het anders aan dan de gevestigde
orde."
Een tweede dip in 1990 als gevolg van negatieve
publiciteit in het satirische televisieprogramma
'Ook dat nog' bestreed Langhout door eenmalig
zendtijd te kopen bij de nieuwe tv zender Veroni-
que, waarmee hij zich in de schulden stak. Met de
media heeft Langhout een haat-liefde-verhou-
ding. Aan de ene kant is hij gebaat bij naamsbe
kendheid, aan de andere kant beseft hij dat ver
nietigende oordelen rampzalig zijn voor zijn
kwetsbare 'product'. „De dag na die uitzending
over een mislukte cruise op de Noordzee heeft
geen klant me meer gebeld, terwijl de telefoon an
ders roodgloeiend stond."
Langhout vermoedt dat hij na het jaar 2000 zijn
portie pech voorlopig wel even heeft gehad. „Ik
kan alleen maar hopen dat zoiets nooit meer ge
beurt. Het is toch frappant dat Peter Langhout
drie keer in een jaar de klos is. Toen ik de klap van
het busongeluk een beetje te boven was, kwam
dat bericht over een legionella-besmetting in een
hotel in Turkije. Toegegeven, ook onze reisleider
had een fout gemaakt door onze gasten ter plekke
niets te vertellen. Maar als vervolgens eenzijdige
negatieve berichten in de krant komen, kost dat
ons klanten. Op zo'n moment kun je wel stoppen
met adverteren. Ook die neergestorte Concorde in
Frankrijk is op een hotel van ons terechtgekomen.
Gelukkig vielen daarbij onder onze klanten geen
doden. Die zaak hebben we aardig uit de publici
teit kunnen houden. Want de concurrentie grijpt
elke mogelijkheid aan om ons te kijk te zetten."
Door alle voor- en tegenspoed is Langhout wel
veranderd, zegt hij. „Garanties heb je niet in het
leven. Een mens is maar een mens. Zeker nu ik
twee kinderen heb, zie ik het betrekkelijke van
veel dingen in. Zo sluit ik eerder compromissen.
Dat leer je wel als je kinderen hebt. Als er iets mis
gaat wil ik, vaak tot wanhoop van mijn omgeving,
de zaak altijd meteen rechtzetten. Vandaag plan
nen, morgen doen, dat is nu mijn credo."
Na zijn lange relaas loopt Langhout naar de
kast in zijn kantoor. Hij wijst op een foto, een an
dere dan die van zijn zoontje op de motor. „Dit
zijn mijn twee kinderen. Zo blond was ik vroeger
ook. Daar zie je nu niets meer van." En lachend:
„Mijn haar wordt zelfs al een beetje grijs."