'En we hebben het
geweldig, toch?'
Een leven van geluk en dramatiek
Sport
VRIJDAG 29 DECEMBER 2000
Mart Smeets kan het nog steeds
Binnen een minuut wordt het gesprek al
onderbroken door een jonge vrouw die
met hem op de foto wil. Ze is op stap met
een paar vriendinnen, een vrijgezellen-
avond. „Wacht even, wie gaat er trouwen?
vraagt Mart Smeets. Hij staat op, legt
een arm om een schouder, heeft zichtbaar
plezier en gaat na het ceremoniële gedeel
te weer zitten.
De vraag was hoe een doorsnee week van
Mart Smeets er uit ziet. „Er is bij mij geen
doorsnee", pakt hij moeiteloos de draad
weer op. „Ik schrijf iedere week vier stuk
ken. Daar komt deze week nog een kerst
verhaal bij. Woensdagmiddag een radio
programma. Woensdagavond televisie.
Donderdag moet ik een symposium lei
den over belastingvormen in het volgende
jaar. Vrijdagavond televisie. En zondag
avond ook, Studio Sport."
Hij voegt onmiddellijk aan zijn opsom
ming toe: „Drie keer per week televisie,
dat is eigenlijk te veel. Heeft hij er dan
;ns over nagedacht om alleen van de
leven? „Nee, van schrijven alleen
je niet rondkomen, ik tenminste niet.
Of laat ik het zo zeggen: ik heb het nog
nooit geprobeerd. Ik ben als schrijvend
journalist begonnen en daarna al snel in
de televisiewereld gerold. Nu doe ik veel
meer dingen. Dat zit denk ik in de evolutie
van het joumalistenvak."
Nooit last gehad van sleur? „Ja, soms,
maar daar kun je je tegen wapenen. Na
tuurlijk kan ik op de automatische piloot
overgaan, en dat gebeurt heus wel eens.
Er zijn dagen dat ik slecht in vorm ben,
dat ik koppijn heb of een sterfgeval in de
familie. Op zo'n moment ben je dus niet
goed. Maar ik ga dan altijd werken. Alhoe
wel zij dat soms wel anders wil zien." 'Zij'
is de vriendin, die naast Smeets in het café
zit en het gesprek rustig aanhoort.
Als ik het interview uit 1984 aanroer met
Ischa Meijer, waarin Smeets harde uit
spraken doet over zijn collega's bij Studio
Sport, reageert hij onmiddellijk: „Nee nee,
we gaan door. Dat is allemaal al geweest
en helemaal niet leuk meer om over te
praten. Dat interview is ook helemaal niet
belangrijk geweest voor mijn leven. We
moeten vooruit kijken." Is Smeets na dat
interview, dat voor hem vervelende con
sequenties had, voorzichtiger geworden
tegen journalisten? „Ja, en daarom zit zij
naast me."
Voelt hij zich door de werkzaamheden
voor de televisie niet enorm gebonden
aan Nederland? Hij kan immers nooit
voor een langere tijd op reis. „Ik wil graag
een jaar weg", laat Smeets weten. „Er een
jaar tussenuit te gaan om geheel opgefrist
terug te keren, daar ben ik erg aan toe. En
het zou denk ik voor meer mensen goed
zijn om een jaar weg te zijn, zeker voor de
mensen bij de NOS. Het is alleen jammer
dat zo'n 'sabbatical year' in onze cultuur
niet normaal is. In de Angelsaksische en
Scandinavische landen is het een goed ge
bruik om na een lange periode van wer
ken er voor te zorgen dat de motor kan
herstellen."
En wat zou Smeets in dat ene jaar willen
doen? .Allereerst slapen. Heel veel en heel
lang. En daarna wat om me heen kijken
en reizen." En zou hij het jaar door kun
nen komen zonder ergens over te schrij
ven? De vriendin begint zich nu met het
gesprek te bemoeien en schudt 'nee', op
een nogal fanatieke wijze. Smeets: „Nou
ja, je ziet het. Het antwoord zit daar."
Als ik het woord 'workaholic' in de mond
neem, reageert hij geprikkeld: „Dat woord
klinkt zo negatief! Ik vind het helemaal
niet erg om hard te werken. Bovendien
hebben mijn vriendin en ik een heel uit
gebalanceerd bestaan. De intensiteit van
mijn werk overheerst weliswaar, maar is
niet dermate storend dat we niet prettig
kunnen leven. Het vervelende is alleen dat
je je leven op sommige momenten aan
moet passen. Als ik om elf uur 's avonds
nog een televisieprogramma moet presen
teren, ben ik pas om een uur of een, twee
thuis. Dat is een vrij vreemde tijd om thuis
te komen, dat geef ik toe. Maar op zo'n
moment zorgt zij er voor dat er nog een
kop thee op tafel staat. En verder wonen
we al heel lang en heel keurig samen. En
we hebben het geweldig, toch?" Smeets
kijkt zijn vriendin aan. Als ik haar vraag
wat ze in het dagelijks leven zoal doet,
reageert hij: „Ze helpt mij. Met van alles.
Bijstaan. Als ik de Tour de France volg,
reist zij mee. En het feit dat zij er dan bij
is, is voor mij vrij prettig. Het leven is dus
voor ons beiden aangenaam, ondanks het
feit dat ik soms op idiote tijden hard moet
werken."
„Ze was er in Australië ook bij, tijdens de
Olympische Spelen. Ik heb het nog nooit
zo zwaar meegemaakt." Hoe kwam dat?
„Allereerst vanwege het tijdsverschil. Een
normaal mens vliegt naar Australië en
komt daama een week bij. Smeets niet.
Die komt op een zaterdagavond aan en is
zondag aan het werk. Dat kan normaal ge
sproken niet eens een olifant aan." Nou
ja, een jetlag overwinnen is toch niet zo
moeilijk? „Oké, laat ik dan een eerlijk ant
woord geven: ik vind het leuk om te bewij
zen dat ik het nog steeds kan. Zo arrogant
en ijdel ben ik wel."
Commercie
In zijn boek Prikkels schrijft Smeets over
zijn hobby's, die hij er al dan niet profes
sioneel op nahoudt: sport, lezen, muziek
en eten. Heeft hij ook een hobby waar hij
niet over schrijft? „Nee, maar er zijn denk
ik hobby's waar ik nog over ga schrijven."
Zoals? „Wijn. En voor de rest kan ik daar
geen verstandig antwoord op geven."
In beide nieuwe bundels windt Smeets
zich met regelmaat op over de bobo's, die
steeds vaker langs de sportvelden zijn aan
te treffen. Wat vindt hij erger in de sport,
de doping of de vercommercialisering?
„Vercommercialisering." Welke tak van
sport is het ergst? „VIP-boxen", reageert
Smeets onmiddellijk, het woord uitspre
kend alsof het om een nieuwe sport gaat.
„De intrede van dat soort mensen, dat is
erg. Daar kan ik me aan ergeren. Het is
namelijk laf om met een toastje en een
glas in je hand te gaan roepen: zeg, die ke
rels kunnen er helemaal niks van! En het
is tegenwoordig belangrijker om in een
voetbalstadion VIP-boxen te bouwen dan
een goede grasmat neer te leggen. De
paarden- en tennissport zijn helemaal
aangetast door de lieden van deze nieuwe
kaste, die alleen maar naar een sporteve
nement gaan om naar elkaar te kijken en
contacten te leggen." Smeets eindigt zijn
betoogje op de door hem bekende ma
nier: „Vre-se-lijk."
Bestaat er nog een sport die niet is aange
tast? „Ja, de Elfstedentocht. Die is nog
puur en wordt georganiseerd door eerlijke
mensen. Henk Kroes is een van de top
pers in Nederland. Een wereldgozer. Hij
Mart Smeets signeert een
van zijn boeken. Volgens de
presentator van Studio Sport
is de bedrijfstak voetbal
zichzelf langzaam maar zeker
'aan het opvreten'.
archieffoto taco van der eb
zal zijn sport nooit in handen laten vallen
van de commercie."
En het voetbal? „Die sport is al bezig aan
zijn laatste dagen. Alle dégénérés die je
maar kunt bedenken komen daar samen.
Alles wat slecht is aan de mensen ontmoet
elkaar binnen de voetbalwereld en als
lemmingen rennen ze naar de afgrond. En
het had zo mooi kunnen zijn. Maar de in
vloed van het geld is zo groot geworden,
dat het nauwelijks nog te begrijpen is voor
normale mensen. Ik verbaas me over het
feit dat een man als Hasselbaink ieder jaar
wordt verkocht voor zestig of tachtig mil
joen. En dat kan zo niet door blijven gaan,
die sport moet ooit ten onder gaan met
een enorme klap. Vanmorgen hoorde ik
toevallig voor de radio van een marktdes-
kundige dat de interesse van mensen voor
het voetbal langzaam maar zeker af gaat
nemen. Die hele bedrijfstak is zichzelf dus
langzaam maar zeker aan het opvreten."
Het supportersgeweld keurt hij natuurlijk
niet goed, maar het is in zijn ogen wel te
begrijpen. „Zo van: als jij aan mijn club
komt, kom ik aan die van jou. Dat is een
vrij simpele vuistregel. Maar commercieel
geweld is niet te begrijpen. En daarom is
dat ook erger dan het supportersgeweld."
Film
Smeets kan zich erg opwinden over het
feit dat vertoningen van de film 'Daar
hoordén zij engelen zingen', waarin een
beeld wordt gegeven van Ajax, na een
aantal dreigementen van supporters wer
den geannuleerd. „Wij mogen in Neder
land de koningin en de regering aanval
len, we mogen hasj verkopen, onze eutha
nasiewetgeving is vooruitstrevend. Maar
we genieten hier zo'n vrijheid, dat dezelf
de vrijheid zich nu tegen ons gaat keren.
Dat resulteert dan in een supportersver
eniging die roept: geen vertoning van die
film, anders slaan we de boel in elkaar. En
vervolgens buigen we binnen een halfuur.
Het is schandalig. Er zou nu bijna per de
creet moeten worden vastgelegd dat iede
re bioscoop in Nederland verplicht die
film vertoont. Om te laten zien hoe ware
democratie hoort te zijn."
En denkt Smeets mee voor het vinden van
een oplossing? „Een oplossing moet na
tuurlijk nooit van mijn kant komen. Maar
tegelijkertijd besef ik me terdege dat ik me
in een positie bevind om mensen anders
te laten denken. Gisteravond had ik bij
voorbeeld een gesprek met Ronald Koe
man over de verharding op het voetbal
veld. Over de elleboogstoot. En hij heeft
heel duidelijk uitgesproken dat voetballers
die zich schuldig maken aan dergelijke
praktijken er bij hem uitvliegen. Als ik een
trainer zo'n uitspraak kan laten doen, is F
mijn rol geslaagd. Maar het punt is dat ik r
zoiets zelf niet kan zeggen. Ik kan het al- r
leen maar anderen laten zeggen."
Mart Smeets: 'Prikkels' en 'Oranje bo- K
ven!'. Uitgeverij Veen, Amsterdam. Prijs: r
19,90 en 18,90.
Mike Obiku liet vorstelijk bestaan op Cyprus abrupt achter zich
Op de gespierde armen van zijn vader kijkt de vijf
maanden oude Toby Obiku, een pareltje met fonkelen
de bruine ogen en grappig kroeshaar, vrolijk in het
rond. Hij lacht als zijn vader gekke geluidjes maakt en
hem de speelgoedtrein toont, die onder de kerstboom
door rijdt. Het is een ontroerend tafereel, zelfs voor de
stoere Nigeriaan die bij Feyenoord een ongekende po
pulariteit verwierf toen hij in het Olympisch stadion
Ajax met een wonderschone goal in de halve finales
van het bekertoernooi uitschakelde.
MARCEL VAN DER KRAAN
„Deze kleine jongen betekent
alles voor me", zegt Mike
Obiku. „Voor hem heb ik mijn
carrière opgegeven en heb ik
een paar maanden geleden al
les opzij gezet" Als zijn andere
zoon, Michael Edirin Obiku ju
nior (4 jaar), de huiskamer van
zijn rijtjeswoning in Rhoon bin
nenstapt, is zijn geluk com
pleet. Het gezin, maar vooral de
gezondheid van zijn 'boys', be
tekent meer voor de 32-jarige
spits dan de pakken geld die hij
inmiddels over de hele wereld
heeft verdiend.
Na omzwervingen door Ne
derland (Feyenoord), Zweden
(Helsingborg), het Spaanse
Mallorca, Japan (Fukuoka) en
weer Nederland (AZ), keerde de
voormalige held van het legioen
vorig jaar terug op het eiland
Cyprus, waar zijn Europese
profcarrière jaren geleden be
gon. Obiku leefde er met zijn
Nederlandse vrouw Elizabet en
zoontje junior als een vorst Hij
was de best betaalde speler in
de Cypriotische competitie, had
het mooiste huis en reed in de
duurste auto van het eiland.
Hij had er een salaris, dat
men hem zelfs in zijn beste
Feyenoord-periode 'niet kon be
talen. Voor Obiku scheen elke
dag de zon, het leven lachte
hem toe. Totdat zijn vrouw aan
het begin van de competitie
moest bevallen van hun tweede
kind. Elizabet vloog naar Rot
terdam en bracht in het Ikazia-
ziekenhuis Toby ter wereld. Het
jongetje verkeerde in ernstige
moeilijkheden, had de longen
vol met vruchtwater en moest
door artsen met kunstgrepen in
leven worden gehouden.
Obiku denkt met afgrijzen
aan de angstige periode terug.
„Mijn zoon werd in recordtijd
overgebracht naar het Sophia-
kinderziekenhuis. Ik zat op Cy
prus en mocht van mijn club
één dag terug naar Nederland.
Meer tijd was er niet, want in
het weekend begon de compe
titie. Toen ik terugvloog naar
Nicosia en mijn vrouw met de
kleine en ons andere zoontje
moest achterlaten, wist ik dat
het gekkenwerk was. Op Cyprus
hield ik het niet uit en Toby
moest nog weken in het Sophia
blijven."
De op het vakantie-eiland po
pulaire spits pakte zijn koffers
en maakte een abrupt einde
aan zijn voetballoopbaan. „Een
week na mijn aankomst in Ne
derland, waar we ons huis in
Rhoon hadden aangehouden,
kwam Toby uit het ziekenhuis.
Maar hij blijft nog heel lang on
der controle. Dokters voeren
voortdurend testen uit om te
zien of hij blijvende schade
overhoudt aan zijn gecompli
ceerde geboorte. Vandaag nog
is hij uitgebreid onderzocht op
dooiheid, omdat er steeds het
vermoeden bestaat dat hij door
gebrek aan zuurstof hersenbe
schadiging heeft opgelopen.
Maar als ik hem zo zie groeien
en zie lachen, begin ik steeds
meer te denken dat er weinig
mis met hem is."
Het leven van Mike Obiku» is
altijd vol verrassingen geweest.
Geluk en dramatiek lagen im
mer dicht bij elkaar. Op zijn
veertiende verloor hij beide ou
ders, in plaats van een uitge
stippelde opvoeding met on
derwijs aan de universiteit
kreeg hij te maken met de wet
ten van het Afrikaanse straatle
ven. Hij stortte zich op het
voetbal, klauterde in z'n eentje
naar de top. ,,Als m'n vader nog
had geleefd, was ik nooit voet
baller geworden."
Misschien had hij juist daar
door de drang om de wereld te
tonen dat hij op die manier ook
succesvol in het leven kon
staan. De spelers van Feye
noord glimlachten om de
Rolexen die hij verzamelde, om
het schilderij dat hij van zich
zelf liet maken en de mooie au
to's waarin hij reed. Maar
Obiku bleef onder alle omstan
digheden een warm en vriende
lijk mens.
Wat niemand door had, was
dat hij na zijn Feyenoord-perio
de de ene na de andere financi
ële klapper maakte. Bij Real
Mallorca werd hij topscorer, hij
bracht de club naar de Primera
Division en dus leek zijn toe
komst in Spanje te liggen.
Obiku wekte echter verbazing
met een transfer naar Japan.
„Maar wat zou jij doen als je je
lottoformulier moet invullen en
je weet de winnende getallen
muur? Ik loop zonder shirt, in
m'n blote bast, van het veld in
het Olympisch stadion. Die goal
in de sudden death' staat op
het netvlies van iedere suppor
ter maar zit ook vast in mijn ei
gen herinnering."
„Als ik met Junior, m'n oud
ste zoontje, door het dorp loop
of in Rotterdam in een winkel
centrum ben, vraagt hij elke
keer aan me: 'Papa, waarom
zegt iedereen dag tegen jou?'
Dan moet ik uitleggen dat papa
vroeger de spits van Feyenoord
was. Op zijn school is iedereen
voor Feyenoord en dus vindt -ie
dat wel mooi. Deze maand heb
ik hem meegenomen naar Fey
enoord-Ajax in een volle Kuip.
Vond -ie geweldig en ik ook."
De omgeving waar hij nu zijn
voetbaldagen doorbrengt, staat
in schril contrast met een v<
Kuip. Mike Obiku traint bij
zaterdagvierdeklasser RhoC
onder de rook van Rotterdc
Twee keer in de week trapt hi
avonds met de amateurs in
polder bij kunstlicht tegen
bal. „Ik wil fit blijven. In s<v
tember heb ik alles opgegew
en heb ik voor mezelf bepa
dat ik pas weer zou gaan spe
als het thuis goed gaat met m
kind. Nu, in de winterstop,-
het tijd om op zoek te g«
naar een nieuwe club. Het lit
in de buurt, want ik heb g< -
zin meer om door Europa
het verre Oosten te reizen. N
Afrika ga ik ook niet meer ter s
Mijn ouders zijn dood, de i
van de familie woont in LG
den. Met Nigeria heb ik niet
veel banden meer."
Het verschil
Mike Obiku met zijn vrouw Elizabet en hun zoontjes Toby en 'Junior'. „Toen ik terugvloog naar Nicosia en mijn vrouw met de kleine en ons an
dere zoontje moest achterlaten, wist ik dat het gekkenwerk was." foto cpd cor vos
al? Want daar kwam de aanbie
ding uit Japan eigenlijk op neer.
'Hier Mike,' zeiden ze. 'hier is
een blanco cheque, zeg maar
wat je wil verdienen'. Nou, dat
was een leuke periode, hoor."
Bij Feyenoord had hij, vertelt
hij, het laagste salaris van alle
buitenlandse clubs die hij heeft
gediend. „Daarvoor en daarna
verdiende ik twee, drie, soms
vijf keer zoveel. Maar sportief
kon niets tegen mijn Feye
noord-tijd op. Voor mij was het
een geweldige periode. Zie je
dat schilderij daar aan de
fR 13
KEUKENS
Welkom: Korevaarstraat II. Tel. 071 - 514985!
Of bezoek onze site: www.mielekeukencentrumbarthen.ri
Onze keukens kenmerken zich door het exclusieve ontwerp, design en materiaalgebrui
door JACOB MOERMAN
Mart Smeets heeft er zin in. Nadat hij anderhalf uur boeken heeft gesigneerd voor
een lange rij wachtenden, heeft hij er geen behoefte aan even bij te komen. „Nee
hoor, vraag maar gerust", geeft hij nadrukkelijk aan. Onlangs verschenen twee
boeken waarin stukken van zijn hand bijeen zijn gebracht: 'Prikkels' en 'Oranje
boven!'. Over eten gaat het, over muziek en persoonlijke belevenissen. Maar
vooral over sport en nog eens sport. Een gesprek in het café met de man die al
meer dan 27 jaar het meest populaire mannenprogramma presenteert en zichzelf
nauwelijks rust gunt: ,,Ik vind het leuk om te bewijzen dat ik het nog steeds kan."