Herman Brood na de speed
TT
ZATERDAG 25 NOVEM
Herman Brood, met papegaai Con „Ik ben altijd een verzamelaar geweest van drama, ik ben gék op drama. Zware tegenslagen, ik stop ze in mijn zak, ik gebruik het, in een boek, een verhaal, een lied, een schilderij."
FOTO CPD PHIL NIJHUIS
'Een leven dat voorbij gaat zonder drama, dat is geen leven'
„Mijn psychiater zei: Je ruikt je
eigen sterflucht.Herman
Brood kickte af van de speed en
ging door een hel. Drinken doet
hij nog wel, schilderen lukt niet
meer. Deze week kwam zijn
nieuwe cd uit, waarin hij
afscheid neemt van zijn
verslaving. Het is één groot
verslag van pijn.Een
ontmoeting in vertraging.
erman Brood zit aan de bar. met een
I papegaai op zijn hoofd. „Dat is Cor.
JL Kan ook Corrie zijn. Het kost drie
honderd gulden als ik dat wil laten uitzoeken."
Nipt aan een drankje dat op koffie lijkt, maar naar
alcohol ruikt. „Zo, dus jij komt mij interviewen?
Weet je wat, als jij nou de vragen stelt, dan schrijf
ik de antwoorden op.
Hij pakt het kladblok, klemt de pen in zijn rechter
hand met nagels waarop nog wat restjes zwarte lak
zitten.
„Laten we tien vragen doen. Begin maar."
- Waarom neemt iemand na dertig jaar verslaving
ineens de beslissing af te kicken?
Hij begint te schrijven. Vraagt: „Wil jij misschien
een schaaltje nootjes halen voor Cor. die lieverd
heeft de hele middag al niets gegeten." De ober:
„O nee, geen nootjes meer, gisteren is het hier een
enorme rotzooi geworden."
Na een kwartiertje staat er:
„Het was niet mijn idee om met de speed te stop
pen (60.000 shots in 30 jaar opgelost in 20.000 liter
gedistilleerd dank zij een ijzeren lever doorge
spoeld naar de hersens waar Nietsche zowel als
pakweg president Kok c.q. koninklijke hoogheid
prins Claus toen z'n nek nog op de vrijgemaakt ge
reformeerde plaats zat, maar nu komt het afschu
welijke moment: waar waren we gebleven...? Vraag
2"
- Hoe voel je je nu?
„Dankzij de beroemde kliniek Flo..
Hij geeft het kladblok terug, dan de pen.
„Tien vragen is wel erg veel. Hier, schrijf jij maar,
dan praat ik wel."
Het is half vijf, de middag gaat ongemerkt over in
de avond, en Herman Brood neemt nog een glaas
je. Hij was vroeg wakker vandaag, dus vroeg aan de
drank. In combinatie met spierverslappers („voor
geschreven door psychiater acht") geeft dat rond
deze tijd het beeld van een man die in de vertra
ging leeft. Af en toe mengt hij zich in gesprekken
van omstanders, als die naar zijn mening te hard
praten. „Weet je wat misschien een idee is, als we
jullie gesprek met mijn interview vermengen!"
In het chique Hilton is het dan even een stukje
stiller. „Ik houd er van om in de duurste zaken te
zitten. Als ik daar weg ga, zie ik hoe al die mensen
in totale verbijstering achterblijven, helemaal ver
stijfd. Na een kwartier pakken ze allemaal hun mo
bieltje om te vertellen wat ze nóu toch hebben
meegemaakt. Oh, wat houd ik van het geluid van
mobieltjes."
Ziek
De producer van zijn nieuwste cd had gewaar
schuwd: Herman is eigenlijk nog ziek, een patiënt.
Afgekickt van de twee gram speed per dag, maar
niet van de liter gedistilleerd per dag. Aan de me
thadon, omdat hij vindt dat dat hoort als je afkickt,
ook al is het bij speed niet echt nodig. Sterker, je
wordt er suf van. Bovendien, zonder speed wordt
de alcohol niet meer in balans gehouden. De cock
tail is verstoord.
Zeven maanden geleden stopte hij van de ene op
de andere dag met de speed. „Omdat mijn lichaam
er genoeg van had. Mijn lichaam nam de beslis
sing. Dat zei: Ik heb het dertig jaar met je gepro
beerd, nu moet je het zelf maar uitzoeken. Binnen
een week had ik een maagbloeding, heavy hoor,
die zwarte troep in je ontlasting, een slang in je bek
met zo'n camera eraan om de plek te zoeken in je
maag. Ik heb een jaar lang in Elburg gezeten. Mijn
vrouw had een caravan voor me gekocht, ik dacht:
gotsamme, moet ik in Elburg gaan zitten afkicken,
maar achteraf is het een geweldige move geweest.
Bijna een jaar ben ik alleen maar in staat geweest
om de hele dag naar de zee te kijken. Ik had me het
afkicken iets simpeler voorgesteld.
Brandalarm
„Ik ben ook in die beroemde kliniek in Londen ge
weest, die is genoemd naar, kom, hoe heet ze, dat
meisje dat altijd met dat lantaarntje liëp, nee niet
het meisje met de zwavelstokjes, kom, Florence
Nightingale, ja dat is ze. De eerste dag van mijn
aankomst in die kliniek kom ik in de keuken en
doe mijn boterham in, hoe heet zo'n ding ook al
weer, in een, in een broodrooster. Maar ik vergeet
dat ik die boterham in dat broodrooster heb ge
daan. Dat ding brandt door. Brandalarm. Iedereen
de straat op, in die pyjama's.
Ik schets een overzicht van die kliniek. Op de
eerste verdieping zitten de manisch depressieven
en de anorexia's. Op de tweede drankzucht, op de
derde cocaïneverslaving, op de vierde methadon,
op de vijfde heroïne, op de zesde de spanlakens en
op de zevende detoxing, ontgiften. Dat was mijn
afdeling. Bij brandalarm moet iedereen naar bui
ten, behalve dan die spanlakens. Wacht, ik vergeet
nog iets. Helemaal boven heb je nog deelname aan
gesprekken, dat is voor mensen die al lang blij zijn
dat ze onderdak hebben. En, o ja, tussen de zeven
de en helemaal boven heb je nog een afdeling voor
gokverslaving en hoerenlopen.
Anyway. Dat hele zooitje staat op straat, de lei
ding telt of ze er allemaal zijn, alle brandweerau
to's komen vergeefs, één groot misverstand. Ieder
een terug, ik ook, maar naar de verkeerde verdie
ping. Na drie dagen mocht ik er alweer uit. Ik was
er op vrijwillige basis genezen van de drank, de
speed en de methadon. Ik had heimwee naar huis,
wilde laten zien dat ik het mannetje was. Maar wat
bleek? Ik kwam geen bordeel en geen casino meer
binnen. Ik was afgekickt van het gokken en het
hoerenlopen, maar zóóp als een ketter.
Wij ons geld terugvragen. Gesprek met die pro
fessor die heel beroemd is, oké, geld terug. Heeft
hij me in zes dagen van de speed laten afkicken. Ik
was in drie dagen ontgiftigd, maar die medicijnen
werken dan nog door. Ik ging om de haverklap van
mijn stokje, mijn bloeddruk was te laag, maar ik
wilde er per se uit. Op Waterloo Station, dat enor
me station in Londen, heb je een roltrap en als je
bovenaan staat, zie je de onderkant niet. Ik heb
nog nooit iemand zo snel een roltrap af zien gaan.
Ik kom helemaal trots thuis, kijk kijk het mannetje
is er weer, maar ze hadden al gehoord dat ik de kli
niek vroegtijdig had verlaten, dus de ontvangst was
niet geweldig."
Wesp
„Ken je dat: Je slaat een wesp dood, maar raakt
hem net niet goed genoeg, zodat hij in elkaar
krimpt. Hij ligt daar en probeert met de kracht die
nog in hem zit weg te vliegen. Dat soort kracht, zo
heb ik me een jaar gevoeld. Nu nog zelfs een beet
je. Mijn hoofd gaat als een speer, ik praat hier met
jou, maar mijn lichaam is kapot.
Ik ben door een hel gegaan. Een hèl. Wat je je
daarbij moet voorstellen? Ik was naar god, zo vré-
se-lijk naar god. Stront aan het plafond. Steeds
maar weer die matrassen omkeren omdat ze zo
stonken. Altijd rook ik die stank. Op straat, in de
taxi. In de Bijenkorf stond ik op de roltrap, zei ik
tegen mijn psychiater dat ik die stank nog altijd
rook. Waarop hij zei: Je ruikt je eigen sterflucht. Is
heus niet lekker hoor. Daar kan knoflook niet te
genop.
Ik voel me zo ongelukkig, zo fucking ongelukkig.
Alleen mijn kinderen zijn mijn haven. Ik ben niet
meer in staat om te schilderen. Ik kan het niet
meer. En ik kan zo verschrikkelijk goed schilderen.
Ik moet wel heel ziek zijn als ik dat helemaal niet
meer zou kunnen. Ik word vooral vergeleken met
andere schilders, maar de meesten zijn stumperds.
Ik kan namelijk echt schilderen en tekenen. Dat
kan Peter Klashorst niet zeggen. De meesten be
ginnen als ze aftands zijn: O, na ken ik wal eens go-
an schilduruh. Als je echt kunt schilderen kun je je
permitteren je kinderen na te doen. De tekeningen
van mijn kinderen kan niemand inhalen. De rest is
deftig doen, gewoon bullshit.
Mijn enige inspiratie is Cobra en Lucebert. Op
zijn sterfbed zei Lucebert: Jij bent de enige die de
traditie kan vermorzelen. Toen had-ie mijn duim
in zijn mond. Je kunt schilderen of niet. En er is er
maar één die het kan, maar die doet het soms niet
wegens ziekte. Dat drijft de prijs wel op. En de ver
valsingen vliegen je om de oren. Het zijn er zo veel,
dat ik denk: als het maar mooi is. Vanochtend
moest ik nog tien foto's bekijken van mijn schilde
rijen om te zien of het vervalsingen waren. Ze wa
ren prachtig, ik kan ze niet verbeteren, maar het
waren wel vervalsingen. Jaap van Zweden heeft
pas voor achtduizend gulden een mooie Herman
Brood gekocht. Een prachtig schilderij. Maar het is
niet van mij. Sorry Jaap. Dat is het snobisme hè,
dat je een schilderij wel mooi vindt als het van een
bekende schilder is, maar niet als het van een on
bekende is, terwijl die misschien veel mooier schil
dert. Nou ja, ik heb ook liever een echte Nacht
wacht voor de deur zitten. En niet eentje in een
verkeerde broek."
Kont
Hij wil even pauzeren. Een meisje brengt drankjes.
Ze buigt voorover om ze neer te zetten. „Als je je
poepert zo houdt, sta ik niet voor mezelf in." Het
meisje kijkt achterom. „Ojee, ik heb je bang ge
maakt." Zij: „Ik ben eerder bang voor die vogel."
Hij: „Ik kan nóg zo ziek zijn, als er een mooie meid
langs komt, ben ik een ander mens. Als de keus is:
afkicken of een lekkere meid, nou, dan is dat afkic
ken totale bijzaak. Een lekkere kont of mijn cd op
nummer 1... zware keus, zware keus."
Vannacht is hij, in dit hotel, nog twee meisjes
kwijtgeraakt. „Zij hadden voor mij ingecheckt,
want onder mijn naam maak ik minder kans dat ik
een kamer krijg. We waren op die kamer, ik dacht
dat het lekker ging, maar ineens waren ze weg.
Niet meer terug gezien. Duitse meisjes. Dus alles
umsonst. Haha. Weet je hoe je dat schrijft, haha? Ik
lach zo een hele pagina vol, hahahahahahahaha-
haha. Vrouwen, vrouwen... Weet je wat echt ont
roerend is, wat echt mooi is? Ik kom vaak in een
Egyptische zaak, daar rook ik veel. Zolang ik rook
blijf ik van de drank af. Ik ben nu 54 jaar, en dat is
een mooie leeftijd om te beginnen met roken. Mijn
lever is naar god, nu is het de beurt aan mijn lon
gen. Maar goed, die zaak is voor mij ook een uit
wisseling van cultuur. Ik was daar laatst met mijn
dochter van vijf jaar. Ze draaien muziek, die dat
kind nog nooit had gehoord, maar ze begint met
een te buikdansen. Als een geboren Egyptische.
Dat is ontroerend."
Voor de foto wil hij nog even op een Boeddhis
tisch beeld zitten. Roept 'hop, hop'. „Nou maar
hopen dat-ie vooruit komt." Staat op, loopt met
Cor op zijn hoofd de gang in, doet een deur open
en loopt een meeting binnen. Nu is het echt tijd
om naar huis te gaan, vindt de manager. „Sorry,
sorry, ik begrijp het misverstand." Buiten omhelst
hij iedereen die er vandaag bij was. „Ik kan niet in
je hart kijken, maar ik heb jou wel in mijn hart la
ten kijken."
Hij vertrekt voor twee weken naar Thailand. In
de hoop dat hij daar weer aan schilderen toekomt.
„Wat je niet mag vergeten, een hele belangrijke
factor is mijn vriend geweest, Egiet Tonnaar. Hij
had net een half jaar gezeten, omdat-ie er van ver
dacht werd dat-ie de hele wereld aan de XTC had
geholpen. Hij kwam vrij, moest zestig uur dienst
verlening doen en daarin heeft hij mijn halve leven
gered. Wij zijn het perfecte huwelijk. Ik ging elke
week bij hem op bezoek in de gevangenis. Smok
kelde van die kleine flesjes wodka naar binnen,
moest-ie weer een tijdje in de isoleer. Wij hebben
ons door onze pijn heen gelachen. Dat doe ik nog
elke dag, ik lach me door mijn pijn heen."
De Profeet
Het mooie is, toen ik mijn nieuwe cd hoorde, Ciao
Monkey, die ik had opgenomen vóórdat ik afkickte,
alles ineens profetisch bleek. Elk nummer! Die cd
had eigenlijk De Profeet moeten heten. Dat was
zo'n kick, daar was ik zo trots op. Een moment van
euforie, die ik heel af en toe heb, en waaruit ik
kracht put om door te gaan. Dat ik niet voor niets
ben afgekickt. Dat het toch heel knap van me is.
Eindelijk heb ik een cd waar een verhaal in zit. Ik
heb een heel zooitje cd's gemaakt met vage din
gen, maar nu, nu zit er zo'n mooie samenhang in.
De band Wild Romance verdient ook een veer in
de reet. Voor hen is het ook klote dat ik een tijd
lang alle optredens heb afgezegd. Het zijn allemaal
gasten voor wie muziek het verlengde van hun le
ven is. Ze weten dat ik zo ongeduldig ben in die
studio's, dus ze hadden ergens in een hok op de
Veluwe de nummers opgenomen tot het stadium
dat ik alleen maar hoefde te komen om ze in te
zingen.
Het begint heel macho, helemaal het oude testa
ment, maar dan langzaam komt het afscheid van
het aapje, dat op mijn schouder zat en mijn versla
ving symboliseert. Dan komen de meisjes van wie
ik houd maar die ik gedumpt heb. Het is een dra
ma op muziek. Ik ben altijd een verzamelaar ge
weest van drama, ik ben gék op drama. Zware te
genslagen, ik stop ze in mijn zak, ik gebruik het, in
een boek, een verhaal, een lied, een schilderij.
Dit is de beste cd die ik ooit heb gemaakt, hele
maal naar mijn gevoel. Dit is mijn hart. Als ze dit
niet herkennen, als dit niet echt is, dan herkennen
ze het nooit meer. Het is real, het gaat gepaard met
zo veel pijn. Deze cd is één groot verslag van pijn.
Een leven dat voorbij gaat zonder drama, dat is
geen leven. Ik ben ook drie maanden van de drank
af geweest. Kreeg ik een pil voor. Als je dan ook
maar een slok alcohol nam, spatte je uit elkaar.
Maar na drie maanden had ik geen zin meer om
verder te leven als een plant. Het houdt ergens op.
Weet je dat er een test is gedaan met ratten, die ze
verslaafd hebben gemaakt en toen weer hebben la
ten afkicken? Die ratten konden op een knop druk
ken om speed te krijgen. De ratten die dat deden
werden tachtig keer zo oud als de anderen."
Hij kijkt naar de grond. Dan, uitdagend, schuin
omhoog.
„Ja, mijn duim is héél groot."
DICK HOFLAND