ZATERDAGS
Suriname
heeft er niet
veel van
gebakken'
BIJVOEGSEL
D
;ch Dagblad
ZATERDAG 18 NOVEMBER 2000
Bij de Surinaamse ambassade in Den Haag gaat op 24 no
vember 1975 voor het eerst de vlag van de republiek Suri
name in top. foto archief cpd roland de bruin
Na 25 jaar onafhankelijkheid
nog nooit zo afliankelijk geweest
Suriname is op 25
november een kwart NovembBr 1975:
eeuw onafhankelijk. Eindelijk een eigen
Maar het doorsnijden gezicht in de wereld!
van de navelstreng met
Nederland heeft de November 1975:
kolonie weinig goeds Het Nieuwe, Betere,
gebracht. Op politiek en Onafhankelijke Suriname!
bestuurlijk niveau
hebben de Surinamers er een behoorlijk
potje van gemaakt, de economie behoort
tot de zwakste van Latijns-Amerika. De
redelijk welvarende kolonie is na 25 jaar
zelfstandigheid verworden tot een triest
Derde-Wereldland, dat afhankelijker is van
Nederland en andere donoren dan ooit
tevoren. Maar ondanks de ellende en
armoede staan niet alle Surinamers in de
rij bij het Nederlands consulaat om hun
land te ontvluchten. „We kunnen, het best
zelf, maar de saamhorigheid ontbreekt.
Koningin Beatrix viert in Paramaribo de Surinaamse onafhankelijkheid.
gen benen te staan. „De sfeer
was er in de jaren zeventig naar
dat het bezitten van een kolonie
een achterhaald idee was", reca
pituleert Harold Simons, gepen
sioneerd leerkracht. „Daar heb
ben met name de Creoolse na
tionalisten, zoals Henck Aaron,
handig gebruik van gemaakt.
Was er een referendum onder de
bevolking gehouden, dat had de
onafhankelijk veel langer op zich
laten wachten. En dan hadden
we meer aan het idee kunnen
wennen.
Zelf ben ik niet tegen de onaf
hankelijkheid geweest. Maar ik
zag binnen een jaar dat het ei
genlijk een foute beslissing was.
Je kunt niet een stel middelmati
ge politici, die altijd werden ge
dicteerd door Nederland en nau
welijks kennis van zaken had
den, opeens loslaten om een
land te besturen, dat vier maal
zo groot als Nederland. Dat is
een grote inschattingsfout van
Nederland geweest.
Achteraf is het natuurlijk ge
makkelijk praten. We hebben het
verkeerd gedaan. En we hebben
in 1980 de macht van het leger
onderschat, waardoor de ont
wikkeling als gevolg van tien jaar
dictatuur is gestagneerd. We kre
gen achteruitgang in plaats van
voorspoed. Laten we hopen dat
we na 25 jaar van falen hebben
geleerd van onze fouten. Zodat
we over 25 jaar kunnen zeggen
dat alles toch nog op zijn pootjes
terecht is gekomen."
Droom
Voor Surinaamse jongeren zou
daarmee een droom in vervul
ling gaan. „We houden van ons
land en wollen niets liever dan
dat iedereen het goed heeft",
zegt de 21-jarige Ganga Perdiep-
koemar, een boerenzoon uit
Nickerie. Hij viert in de ochtend
uren met een aantal vrienden
een klein feestje in de populaire
bar Chill Out in het plaatsje
Nieuw-Nickerie. Het uit Neder
land geïmporteerde Heineken-
bier heeft de tongen binnen het
gezelschap goed losgemaakt.
.„We willen allemaal werken
aan de toekomst van Suriname.
Maar als je je diploma hebt ge
haald en een baan vindt, verdien
je nauwelijks genoeg om te eten.
Laat staan om een huis te kun
nen huren of kopen. De saam
horigheid in het land ontbreekt.
Mensen zijn niet gewend samen
te werken. Toen we onafhanke
lijk werden, had vrijwel iedereen
het goed, dus was er geen reden
om je om anderen te bekomme
ren. Maar de tijden zijn veran
derd. We hebben er met zijn al
len een rommeltje van gemaakt,
dus moeten we ook met zijn al
len de schouders eronder zetten
om Suriname tot bloei te bren
gen. Met iets meer dan 400.000
mensen moet het toch niet zo
moeilijk zijn om iedereen geluk
kig te maken?"
ARMAND SNIJDERS
egin met Surinamers
H een gesprek over de
toekomst van hun
land en drie van de vier zullen
zeggen dat het beter zou zijn als
de bakra's, de Nederlanders, het
weer voor het zeggen zouden
krijgen. Ze beseffen tegelijkertijd
dat het een onmogelijke en on
uitvoerbare optie is. Maar de ei
gen politici hebben gedurende
25 jaar onafhankelijkheid elk
krediet verspeeld. Niet alleen in
Paramaribo is het volk doodmoe
en gedesillusioneerd, ook in de
districten ziet men het somber
in.
Drie zelfmoorden van jonge
mannen in nauwelijks een week
tijd - in Nickerie kijkt niemand er
nog echt van op. De sociale en
economische situatie in het ooit
florerende rijstdistrict in het
westen van Suriname brengt
menig bewoner tot uiterste wan
hoop. De malaise na 25 jaar on
afhankelijkheid treft de distric
ten harder dan de hoofdstad Pa
ramaribo. Tenminste, tot die
conclusie komen de Nickerianen
zelf. Ze houden van hun land,
van hun district, maar zien geen
uitweg meer. Voor jongeren lijkt
de toekomst helemaal uitzicht
loos.
Lamlendigheid
„De situatie is van dien aard dat
de magen beginnen te knorren",
zegt Ashok Kalloe. De lamlendig
heid van de politiek heeft hij van
dichtbij meegemaakt, toen hij
van 1991 tot 1996 lid was van de
Nationale Assemblée, het Suri
naamse parlement. En als het
aan de Nickerianen had gelegen,
was Kalloe na de verkiezingen
van een half jaar geleden minis
ter van landbouw, veeteelt en
visserij geworden.
Maar hij heeft de politiek de
rug toegekeerd omdat, zo zegt
hij zelf, de besluiteloosheid hem
frustreerde. Als een van de
grootste rijstboeren van het land
voelt hij waar die chronische be
sluiteloosheid toe kan leiden. „In
het parlement heeft men geen
oog voor productie, terwijl dat
juist een van de voorwaarden is
voor ontwikkeling. In al die 25
jaar is er niets gedaan voor de
productiesector. De rijstsector is
volledig verwaarloosd, de infra
structuur kapot."
Zelf heeft Kalloe problemen
met de bank, waardoor beslag is
gelegd op zijn rijstfabriek en op
driekwart van zijn ruim 2000
hectare landbouwgrond. De klei
nere boeren zijn er nog slechter
aan toe. Velen zijn in de afgelo
pen jaren failliet gegaan of ba
lanceren op het randje van een
bankroet. De economische cri
sis, het gebrek aan deviezen, de
lage opbrengsten en de politieke
onverschilligheid hebben de
strop om hun nek gelegd.
Maar weinig Nickerianen zijn
optimistisch over de toekomst.
Ze zouden al te graag willen dat
hun district weer de economi
sche kracht krijgt van vroeger,
toen Nickerie met recht de rijst
schuur van Suriname werd ge
noemd. En de export de staats
kas de broodnodige deviezen
opleverde. Maar vandaag de dag
wordt slechts 25 procent van het
beschikbare areaal ingezaaid, is
de export naar een dieptepunt
gezakt en kan de eigen bevolking
nauwelijks worden gevoed van
wat er niet wordt geëxporteerd.
Bedrijven die voor 1975 door
de Hollanders zijn opgezet, zijn
op sterven na dood. De Suri
naamse Machinale Landbouw
(SML), een staatsbedrijf in het
plaatsje Wageningen. is kapot
gemaakt door wanbeleid, cor
ruptie en politiek gekonkel. Het
is slechts een kwestie van tijd
voor het bedrijf, dat tot de jaren
zeventig als een van de belang
rijkste rijstonderzoekscentra in
de wereld te boek stond, de deu
ren zal sluiten en honderden ge
zinnen hun inkomsten verliezen.
Huwelijksaanzoeken
Vooral jonge wouwen willen
Nickerie en Suriname ontvluch
ten als ze de kans krijgen. Een
even gewaagd als populair mid
del is te proberen een bakra aan
de haak te slaan en daarmee
naar Nederland te reizen. Liefde
in ruil voor een paspoort. Wie als
blanke Nederlander op straat
loopt, hoeft in Nickerie niet
vreemd op te kijken als hij een of
meerdere huwelijksaanzoeken
krijgt.
Ook de 18-jarige Gaishani Ki-
soensingh wil weg. Maar niet ten
koste van alles. De hindoestaan-
se vwo-scholiere zou het liefst na
haar eindexamen volgend jaar in
Nederland informatietechnolo
gie gaan studeren. „Je moet ie
mand hebben die garant staat en
je moet kunnen aantonen dat je
minstens 15.000 gulden en huis
vesting hebt om een studievisum
te krijgen. Waar moeten we dat
geld vandaan halen? Maar ik ga
niet, zoals veel meisjes doen,
met de eerste de beste Nederlan
der mee om te trouwen. Ik kijk
wel uit."
Haar moeder maakt zich ern
stig zorgen over de toekomst van
Gaishani en de andere kinderen.
„Welke toekomst kunnen we ze
hier bieden? Ik heb wel familiele
den in Nederland maar die heb
ben het zelf al moeilijk genoeg.
Bovendien wil ik Gaishani daar
niet brengen, want de kans is
groot dat mijn zwager haar gaat
lastigvallen. Dat is het trieste met
Surinamers."
Gaishani houdt de moed er
echter in. „Ik zou enorm blij zijn
als ik in Nederland kan gaan stu
deren. Of ik daarna terug kom,
weet ik niet. Dat zal afhangen
van de situatie. Ik hoop dat er in
Suriname veranderingen gaan
plaatsvinden. Want nu kun je
van een salaris niet rondkomen.
Het zou prettiger zijn als hier de
studiemogelijldieden niet zo be
perkt zouden zijn. Want nu trek
ken de meesten naar het buiten
land om niet meer terug te ke
ren. Met als gevolg dat er maar
weinig deskundigen zijn die de
vooruitgang tot stand kunnen
brengen."
Optimisme
Hoe het nu verder moet met Su
riname, weet eigenlijk niemand.
Goede bedoelingen en plannen
zijn er zat, maar bureaucratie, ei
gen belangen, ondeskundigheid
en vooral geldgebrek staan een
goede uitvoering in de weg. Nu
het met de relatie tussen Neder
land en Suriname weer de goede
kant op gaat, keert ook het opti
misme terug. En wordt ook pijn
lijk duidelijk hoe afhankelijk Su
riname nog altijd van de vroege
re kolonisator is. Het land is na
een kwart eeuw failliet en heeft
zowel financiële als deskundige
hulp vanuit het buitenland no
dig om aan de opbouw te begin
nen die sinds de onafhankelijk
heid is uitgebleven.
Met de bijna drie miljard gul
den aan 'Verdragsmiddelen' die
door Nederland sinds 1975 in
Suriname is gestopt, zijn nauwe
lijks zichtbare resultaten bereikt.
Wellicht dat de resterende 600
miljoen gulden aan schenkingen
onder de ruim drie maanden ge
leden aangetreden regering van
president Ronald Venetiaan, wel
tot positieve effecten zullen lei
den.
„Suriname heeft er in 25 jaar
tijd niet veel van gebakken", zegt
Fred Kruisland gelaten. De jurist,
die de laatste maanden vooral in
de publiciteit is gekomen omdat
hij als advocaat de nabestaanden
van de decembermoorden van
1982 steunde in hun strijd om
een onderzoek naar dit drama
van de grond te krijgen, ver
wacht dat het land nog vele ge
neraties nodig heeft om zijn
plaatsje in de wereld te vinden.
„Het is een proces dat zo veel
andere kolonies in de wereld ook
doormaken. Je kunt niet iemand
zelfstandig maken als hij nog
niet heeft leren lopen. Dat heeft
men zich bij de dekolonisatie
niet gerealiseerd. Ik wil niet zeg
gen dat Suriname niet onafhan
kelijk had moeten worden, maar
we waren er destijds nog niet
klaar voor."
Het is een veel gehoorde ver
klaring. Het is mis gegaan omdat
Suriname, en met name de poli
tiek, nog niet rijp was om op ei
Op 24 november 1975 ondertekende koningin Juliana de akte waarin Nederland de republiek Suriname er
kent. De toenmalige ministers Van der Stoel (buitenlandse zaken) en Van Agt (vice-premier) ondertekenden
ook. In Suriname werd de onafhankelijkheid vol optimisme verwelkomd. archieffoto