Lezen voor de lol 'Iedere keer is er iets heftigs aan de ord( Cultuur Kunst DONDERDAG 16 NOVEMBER 2000 Ronald Giphart en de eenzame maanden van een 'steady seller' Ronald Giphart, een van Nederlands meest gelezen schrijvers, maakte van zijn nieuwste roman 'Ik omhels je met duizend armen' een monumentje voor zijn overleden moeder. Tussen zijn gebruikelijke erotische passages door beschrijft hij haar ziekte en zelfgekozen dood. De auteur: ,,Ik heb haar levenskracht geërfd." door Jeroen de Valk In 1995 overleed VVijnie Jabaay na een lang en uitputtend ge vecht met de verlammingsziek- te multiple sclerose. Op 55-jari- ge leeftijd liet ze, moegestre den, een eind aan haar leven maken. Jabaay werd destijds vooral in politieke kring her dacht: ze had immers voor de PvdA in de Tweede Kamer ge zeten. Ze wordt weer in de herinne ring gebracht door haar zoon, de Utrechtse schrijver Ronald Giphart. Op die dag verschijnt namelijk zijn nieuwste, 320 pa gina's tellende roman 'Ik om hels je met duizend armen'. Liefdevol en vol sprekende de tails vertelt hij hierin over haar aftakeling en zelfgekozen dood. ,,Ze knipperde twee keer duide lijk met haar ogen. alsof ze af scheid nam, en daarna viel ze definitief in slaap. Een half uur later was ze dood. Het opmer kelijke was dat Phileine (Gipharts roman-zus, JdV) en ik haar beiden daadwerkelijk za gen sterven: er leek een vreem de rilling door haar lichaam te trekken, en hoewel ze niet be woog, veranderde de uitdruk king van haar gezicht volko men." In de weken voorafgaand aan die laatste dag had ze op waar dige en allerminst trieste wijze afscheid genomen van familie en vriendinnen. De schrijver en zijn zusje bereidden hele ban ketten voor haar, alles wat ze lekker vond, wilde ze nog één keer eten. Met een berustende glimlach ging ze de dood in. Levenskracht VVijnie Jabaay heeft haar zoons literaire ambities altijd gestimu leerd. „Toen ik stopte met mijn studie om full-time te gaan schrijven, kocht ze meteen pen nen en papier voor mij. Toen mijn eerste boeken aardig wer den ontvangen, zei ze dat ze naast haar rolstoel liep van trots. Ik heb haar gevoel voor show en haar levenskracht ge- erfd. Die houding van: schaam je nergens voor, mens durf te leven. Neem geen blad voor de mond, neem niets voor kennis geving aan, stel alles ter discus sie, sta overal voor open. Zelfs haar crematie was één groot feest. Ze had zelf alles geregeld: Afrikaanse muziek, poppenspel en opgewekte praatjes. Het boek kent een lange voor geschiedenis. „Ik was er nog datzelfde jaar aan begonnen, maar er kwam van alles tussen. Mijn kinderen werden geboren: Broos en Tip. Een jongetje en een meisje, ze zijn nu respectie velijk twee jaar en negen maan den. Opeens was het een enor me drukte thuis en stond er een kinderwagen in de gang. Daar na maakte ik ook nog met Joost Zwagerman een voorlees-tour- nee langs de theaters." Giphart voltooide eerst de ge ruchtmakende roman 'Phileine zegt sorry' voordat hij - in april vorig jaar - de aantekeningen over zijn moeders overlijden weer te voorschijn haalde. Een paar maanden later huurde hij, elders in de stad, een kantoor ruimte om rustig te kunnen werken. „Ik had een schema gemaakt met drie verhaallijnen die elkaar zouden kruisen: de ziekte en de dood van mijn moeder, mijn herinneringen als nachtportier van een Utrechts ziekenhuis en een gefingeerde reis van een stel vrienden naar La Palma. Ook had ik een map vol gekke gebeurtenissen, mooie zinnen en wetenswaar digheden die ik misschien zou kunnen gebruiken. Bijna elke dag ging ik om half elf 's och tends aan de slag. Nog voor de zomer was 't af." Ma Giphart onderging enige veranderingen. „In het boek is ze veel meer op seks belust dan in werkelijkheid. Al heeft ze, als kind van de seksuele revolutie, bepaald niet stil gelegen." In de roman blijft onvermeld dat ze een vermaard feministe was. „In de jaren zeventig kreeg ze ooit een eerste plaats in een fe- ministen-tophonderd in de Op zij. Toch kleedde ze zich altijd heel \TOuwelijk. Niks geen tuin broeken; ze droeg elegante mantelpakjes en ging gehuld in een wolk van Chanel 5." De details omtrent haar overlij den zijn echter authentiek: dat vóel je direct als lezer en wordt ook door de auteur hoogstper soonlijk bevestigd. Eveneens overeenstemmend met de wer kelijkheid is haar directe taalge bruik. „Mijn moeder was het eerste Kamerlid dat 'kut' heeft geroepen in de Tweede Kamer. Er was een keer een debat over zigeunerinnen die hun pas poort hadden zoekgemaakt en bij een grenscontrole vaginaal werden getoucheerd. Toen zei ze verontwaardigd: "Wat een onzin, zo n paspoort past toch niet in je kut?' Met die uitroep haalde ze allerlei kranten." Prikkeling Aangezien de herinneringen aan deze kleurrijke moeder worden verweven met een va kantie in La Palma vol vleselijke geneugtes, wordt van de lezer enige geestelijke veerkracht ver wacht: het kan gebeuren dat een zorgvuldige, aangrijpende passage over moeder Giphart abrupt overgaat in een al even gedetailleerde beschrijving van een tropische seksorgie. De overvloed aan erotische in formatie zal de Giphart-fan ver trouwd voorkomen. „Ik wil mooi en goed schrijven, en seks is een dankbaar thema. Het is voor mensen van mijn leeftijd - ik ben 34 - iets wat veel twijfel en euforie teweeg kan brengen. Heel intrigerend vind ik het wegvallen van uiterlijk vertoon, het moment waarop je onder invloed van seksuele prikkeling jezelf bloot geeft. Waarop je heel andere dingen zegt dan je anders zou zeggen, waarop je je totaal anders gedraagt. De faca de valt weg, je wordt zeldzaam openhartig." Gefrustreerd „Op scholen word ik vaak aan gesproken over dit onderwerp. Dan sta ik weer eens in een aula voor een paar honderd leerlin gen en vraagt er iemand, voor de honderdste keer: 'Bent u seksueel gefrustreerd?' Ik heb daar iets op bedacht. Mijn we dervraag is dan: 'Wanneer heb jij voor het laatst gemastur beerd?' Daar krijg ik nooit een antwoord op: zo'n knaap wordt rood en durft geen woord uit te brengen. Vervolgens zeg ik: 'Als jij je mond houdt, zal ik het wel aan de anderen vragen. Wil ie dereen in de zaal die gisteren nog heeft gemasturbeerd, z'n vinger opsteken?' Ook dan zijn er hoogstens drie of vier die heel even besmuikt een vinger opsteken." „Daarna begin ik mij hardop af te vragen wie er nou eigenlijk gefrustreerd is, ik of al die jon geren. Toch zeker zeventig pro cent van de meisjes en negentig procent van de jongens mastur beert geregeld. Seksualiteit is blijkbaar een onderwerp dat hen fascineert maar tegelijk schaamte veroorzaakt. Dus kan het geen kwaad er juist wél over te schrijven, op een confronte rende manier. Om zo de men sen aan het denken te zetten, te dwingen een positie in te ne men. Dat is heel iets anders dan pornografie bedrijven: een por nograaf wil alleen de lezer op winden." Als gevolg van Gipharts onver bloemde beschrijvingen zijn de leraren Nederlands het niet eens over zijn literaire kwalitei ten. „Sommige docenten bewe ren dat het geen literatuur is wat ik schrijf. Omdat literatuur iets ernstigs is en seks er daar om niet in mag voorkomen. Ik heb in aula's gestaan waar ik me echt moest verdedigen: waar de ene helft heel erg tégen mij was, en de andere helft heel Ronald Giphart: „Sommige docenten beweren dat het geen literatuur is wat ik schrijf. Omdat literatuur iets ernstigs is en seks er daarom niet in mag voorkomen." foto gpd marcel scholing erg vóór mij." stijl, taalbehandeling, en over „Zelf vind ik wel degelijk dat ik ieder woord denk ik heel diep literatuur schrijf. Literatuur is na. Je stijl moet herkenbaar zijn en het schrijfplezier moet ervan afspatten. Gerard Reve heeft dat: je herkent die man na drie woorden en merkt meteen dat hij er plezier in heeft." „Ik weiger alleen van mijn per sonages rolmodellen te maken. Ze doen aan overspel en ge bruiken drugs, zonder dat ik daarbij met de opgeheven wijs vinger commentaar lever. Ik ben geen vervanger van het ou derlijk gezag, de lezer mag zelf bepalen wie hij waarom veroor deelt en met wie hij sympathi seert. Zelf had ik een uitstéken de leraar Nederlands op het Baarnsch Lyceum: meneer Van Bueren. Hij zei altijd: 'Je moet niets lezen met tegenzin'. Hij bracht ons een oprechte liefde bij voor de literatuur door niet te beginnen bij Potgieter maar door de boeken van nü te be spreken en aan te tonen dat le zen gewoon léuk kan zijn." Carpe diem Literatuur, vindt Giphart, is 'een gebruiksartikel'. „Je leest het voor de lol en om iets over jezelf te leren. Het kan je leven verrijken en veraangenamen, evenals seks. Het leven heeft geen zin, we weten niet waar om we op aarde zijn, maar we zijn er, en dus moeten we er maar het beste van zien te ma ken. We hebben het zelf in de hand, want er is geen route voor ons uitgestippeld. Van ie dere seconde kan je iets prach tigs maken. Door mijn boeken te lezen. bijvoorbeeld/ Pluk de dag' is mijn motto. Carpe diem." Behalve tegenstand van bepaal de docenten ondervindt Giphart ook tegenwerking van hoofdstedelijke recensenten en collega's. Terwijl de Utrechtse schrijvers het aardig met elkaar kunnen vinden en samen lite raire avondjes verzorgen, is het in Amsterdam haat en nijd wat de klok slaat, vindt hij. Zijn uit geverij is in Amsterdam geves tigd, maar verder wil hij van in spiratie van de grachtengordel verschoond blijven. „De sfeer is daar compleet ver ziekt. Toch kan ik niet om die stad heen, omdat de recensen ten daar "rondhangen. En wat die in de krant zetten, is soms te stuitend voor woorden. De mening van een recensent heeft veelal niets te maken met een verschil van smaak en opvat ting, maar alles met de per soonlijke relatie tussen auteur en journalist." „Hans Warren, de GPD-criti- cus, woont ergens anders en houdt zich dus ver van dat ge konkel. Hij schreef oo er stevig van langs va maar dat gebeurt op nier om van te smull vind ik nou een sportn tie. Zó iemand heeft ai voor mij." De wisselende kritiel de verkoop van zijn bo vooralsnog niet te beïi „Ik geloof dat ik de bes pende Utrechtse autei tijden ben. Van mijnn worden er gemiddeldl duizend verkocht. Voi hels je met duizend heeft uitgeverij Podim promotiebudget vaiie terzijde gelegd. Ik ben ketingtermen, een 'ste Ier'. De verkoop komt lijk op gang maar gaat nog jarenlang door. I als full-time schrijven zin onderhouden, zolj geen gekke dingen dot lijst van best verkopen toren van Nederland 1 de tiende plaats of zo. geval na Lulu Wang et Loo, want die verkope keer zoveel." „Mijn indruk is dat sle kopende schrijvers bij zure mensen zijn diet publiek hun neus oph Geen wonder dus d ze wil lezen. Populaire vers zijn over het a juist hele hartelijke m neem Adriaan van Dis Enquist en Lulu Wan| ze allemaal een keerg en vond het schattem sen. De enige uitzond A.F.Th, van der Heijde koopt goed en is eent kwal van een man." Planning Hoewel het schrijvenl successen ten spijt, ni lijk afgaat, is hij tegem wél snel in het maken eerste versie. „Ik lig dr vaak over de grond te mijn eigen grappen. 0 geleerd open te staan fe invallen, niet rigide houden aan mijn plar Maar daarna komt he dat duurt nog altijd e\ en is gewoon wérk. H vloeiende, moeiteloos tekst worden, vol taal Met minder neem ikj noegen. Daar gaan m maanden overheen J eenzame dagen toortje, steeds weer." Ronald Giphart signet nieuwe boek vrijdag2 ber vanaf 15.00 uurb: Stockum Boekverkopt Breestraat 113 in Leid Wilfried de Jong kiest ook literair voor het detail Telefoontje uit New York. Woody voor Wilfried. „Zeg De Jong, ben je nou helemaal belazerd om mij bijna van de voorpagina van Vrij Nederland te verdrukken!" buldert de kleine Allen transatlantisch. Waarheid of fictie? Met de Rotterdamse duizendpoot (43) is het altijd maar afwachten. Zeker in z'n literaire debuut 'Aal', de directe aanleiding voor z'n prominente (her) verschijning in de vaderlandse media dezer dagen. Meest verheugd is hij evenwel met de uit veertien korte verhalen opgetrokken mijlpaal zelf. „Ik ben echt zo blij als een klein kind met dit boek. Was ook compleet van slag toen de uitgever me het eerste exemplaar overhandigde. Prompt liet ik m'n agenda bij hem liggen. En, bleek later, ook nog m'n mobiele telefoon", glundert De Jong nog volop na. Duidelijk mag zijn dat hier meer aan de orde is dan zomaar een tussendoortje van iemand die eigenlijk meer thuis is in andere artistieke disciplines. Sterker, leeslustig Nederland lijkt verrijkt met het literaire antwoord op Co Westerik! door Louis du Moulin Een beetje bang voor externe arg waan jegens deze nieuwe persoonlij ke ontwückeling is Wilfried de Jong ook wel geweest. „Het nadeel van mij in dit geval is natuurlijk al snel dat de mensen me van zoveel ande re dingen kennen. Hij is toch thea termaker? Doet televisie. Blijkt soms journalist. En speelt dan af en toe ook nog op de contrabas. En dan nu weer dit. Wat moeten we eigenlijk Wilfried de Jong: „In z'n algemeenheid worden de mensen milder en daarmee leuker naarmate ze ouder worden. Karakteris tieker bovendien, omdat de geest verwarder wordt en het lichaam strammer, krommer." foto anp robert vos met die De Jong, denkt men dan. Helaas, het is niet anders, want ik doe precies waar ik zelf zin in heb. Als ik dan toch een motto moet heb ben, is dat het wel. Wat dus niet be tekent dat dit voor mij maar even een boekje zou zijn. Hier heb ik toch echt een half jaar lang iedere dag op zitten zweten, wat gewoon nodig is wil het weglezen alsof je het allemaal zo uit je mouw hebt geschud." De innerlijke drang om zich nog eens als mooischrijver te manifeste ren was er al sinds z'n eerste journa listieke repo's voor Het Vrije Volk midden jaren tachtig. De Jong had nadien puur voor de lol ook al een paar van die. literaire verhalen gepro duceerd, maar had niettemin een zetje nodig om op dat spoor verder te komen. „Dat duwtje kwam nota bene van de uitgever, Joost Nijsen. Die had van mij in Hard Gras een echt schrijfverhaal over Kalou gele zen plus ook het een en ander ge hoord in teksten van mij in Sportpa leis De Jonge n riep daarom: 'Volgens mij kan jij een boek schrijven, kom maar eens langs'. Voordat ik het wist, zat ik zo in een enorme luxe positie. Normaal gesproken mag je al blij zijn als je je manuscript door de brievenbus gedrukt krijgt, laat staan dat je zelf binnenkomt." Fantasie Zijn pennendrift - eerder gehinderd door tal van andere creatieve bezig heden, zoals met name z'n langduri ge theatercombine met Martin van Waardenberg en televisieseries als Taxi en Sportpaleis De Jong- komt allesbehalve voort uit amper temba re frustraties. Woede-uitbarstingen over het niet kloppen van de wereld of ontboezemingen ingegeven door eigen weltschmerz zijn dan ook in 'Aal' ver te zoeken. Het is bovenal zijn fantasie die hij keer op keer lichtvoetig op hol laat slaan, waarbij hij geregeld langs de randen van het mogelijke glibbert. Kan dit nou wel, vraag je je als lezer veelvuldig af, al dan niet grinnikend. Om hem vervolgens toch maar weer het voordeel van de twijfel te geven. Ter indicatie: een jongen, in het titel verhaal, die een paling inslikt en het dan met dat geheim driekwart et maal lang Spaans benauwd heeft. Klinkt misschien onwaarschijnlijk, maar wie zegt dat het niet zou kun nen? Zoals ook zo vaak op toneel en voor de camera's is forse uitvergroting van het detail - door Jan Mulder ooit bestempeld als 'de kleine waarne ming' - bij hem tot specialiteit ver heven. „Wat je in Sportpaleis De Jong zag, dat ik vier minuten besteedde aan een voetbalschoen of aan een bal, dat zie je hier op papier ook weer," bevestigt De Jong. „Ik vind het prachtig om kleine zaken op fil mische wijze op te lengen. In het openingsverhaal bijvoorbeeld be schrijf ik een knulletje dat tijdens een partijtje onderling uitsloven bij na verdrinkt. Zoiets kun je in een paar woorden weergeven, maar dan blijft het meestal oppervlakkig. In plaats daarvan ga ik liever met zo'n simpel gegeven aan de slag en diep het uit. Voor een kort verhaal heb je in feite aan een enkel goed facet al voldoende, mits je er ook iets mee laat gebeuren. Dat is, denk ik, de kracht van elk van die verhalen in dit boek: iedere keer opnieuw is er best iets heftigs aan de orde, waardoor je uit je stoel opveert." 'Aal' ('Lekker kort en krachtig en slechts een letter verwijderd van kaal') is verder rijkelijk doordrenkt met een andere fascinatie van De Jong: die voor het lichamelijke. „Dat zit er inderdaad wel heel erg in. Een lichaam is voor mij nu eenmaal ook een vorm van taal. Die je de ene keer aanspreekt en dan weer juist niet, net zoals je dat met karakters hebt. Ik weet van mezelf dat ik daar enorm op let. Dat ik van de een altijd graag een harde klap op m'n schouder krijg en dat ik een ander liever nooit een hand geef, omdat ik die van hem zo verschrikkelijk eng vind," zegt De Jong, naar eigen gevoel minder aan- rakerig en fysiek actief dan z'n pu blieke imago wil doen geloven. „Wat weer niet wegneemt dat ik wel altijd op zoek ben naar de grenzen van het lichaam. Effe kijken hoe lang het duurt voordat je op je bek valt. Was ook altijd een van de uitdagin gen bij Waardenberg De Jong. Net iets voor elkaar willen krijgen wat helemaal niet kan, dat is leuk. Veel leuker dan knap, want knap is saai." Ouderdom In het verlengde hiervan komt bij hem in 'Aal' ook de aandacht voor ouderdom meer dan gemiddeld om de hoek kijken. „Heb ik overigens zelf niet zoveel problemen mee, hoor, omdat ik tot dat slag mannen behoor dat er met het verstrijken der jaren alleen maar aantrekkelijker op wordt", werpt hij eerst even een ver dedigingslinie op. Dan: „Ouder wor den brengt zoveel voordelen met zich mee. Gewoon omdat allerlei dingen niet meer zo nodig hoeven en ook niet meer kunnen. Nu lachje je rot om de fouten die je als voet baller in het veld maakt en daar gaat het toch om? In z'n algemeenheid worden de mensen milder en daar mee leuker naarmate ze ouder wor den. Karakteristieker bovendien, omdat de geest verwarder wordt en het lichaam strammer, krommer." Bejaarde jazzmuzikanten die toch maar weer de strijd aangaan met hun steeds een tikkeltje onwilliger instrument: die romantiek mocht in deze eerste bundel niet ontbreken. Per slot van rekening is voor hem het broodschrijven daarmee begonnen, min of meer als aanvulling op z'n eerste theatrale fratsen als bassist. Dat speelgoed heei lange tijd links laten liggen pakt hij weer op in z'n niet sieprogramma, dat hij van dag 6 december bij de VP8 presenteren vanuit de voos Van Nelle-fabriek, inmiddi werpfabriek' gedoopt. „Een keer per week, vanafl over elf 's avonds, vijftig mi lang, live, dat is het vertrelj blikt hij al even vooruit. meer een buitenkans natu meer daar ik voor Rotterdi mogen kiezen. Hoewel dej het hele land zullen kornet toch wel een aan deze stad den sfeertje aan hangen. D spelen met de bijzondere! tuur van het gebouw en m leden als fabriek. In die pn uitstekende nok, die onda fabuleus uitzicht biedt opl ta-stadion en de gevangen overkant van de Schie, wil druk wekken dat ik daarw ik als zodanig ook met iedi langskomt omspringen. Vl ten we nog maar zien hoe gaan invullen. Met nog eet voor de boeg zal dat best li En hoe zit 't dan met Marti Waardenberg? Komen zes wel of niet weer als turbult voorschijn? Wilfried de Jon geval niet in het theater. Vi een jaar of twaalf samen d: land getrokken, Martin alli veel langer, het was een far tijd, maar we hebben diep wel voorgoed afgesloten,! het publiek waarschijnlijk ders wil. Kill your own da gen ze wel eens. Is nodig* kunnen blijven ontplooien dat toch vooral een indivk ces, omdat we nooit zo'ni geweest waarbinnen de et kelijk is van de ander." Lol „Niettemin werken we op ment wel weer samen. Aan van acht televisiefimpjesv nuten, ook voor de VPRO.i loop van volgend jaar of wi nog later worden uitgezon een lol dat we hebben, nid ven. Dat wordt dan ookwt Waardenberg De Jong: a raar, hard, voor tv zonder! de pittige kant en dus mee voor later op de avond. Oj Mart die een breiende beji vrouw met plastic handsd siteert toch gewoon na Lu huiskamer moeten loslate

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2000 | | pagina 22